Boksersfeest te Berlijn - Ernstige treinbotsing bij Wurzburg Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. HET MYSTERIE VAN HET DIAMANTEN KRUIS PA.UL BONCOUR (midden), die een nieuw kabinet samen- DE RIJKSPOST TE BERLIJN VERNIETIGT OUDE KABELS, De oude looden OP DEN LUCIA-DAG wordt overal in Zweden de Lucia- stelde, omeeven door journalisten bij het verlaten van het bruid gekozen als symbool van het terugkeerende lich/fc. Zij Elysée. mantels worden verkocht. draagt op haar hoofd een kpang met brandende kaarsen. UE FRANSCHE VLIEGER BELLONTE die met Costes over den Oceaan vloog, is te Parijs in het huwelijk getreden met mile R-ola-nde Laf on. Bij den ongelijken strijd had de zon reeds gauw haar poging opgegeven, door de loodgrijze wolken heen te dringen en had haar stralen op andere plaatsen ge richt op bedrijvige steden, op lachende dorpjes en boerderijen. Boven, rondom, beneden, aan alle kanten omhulde de regen Colchester, het door en door van water doortrekkend, er in fijne straaltjes op neerplenzend, het besprenkelend, het bijna verbergend in nevel en mist als een vochtig kil dek. Vroege krantenjongens slopen door de gladde straten en beproefden hun nattige koopwaar er voor te beschermen, louter vloeipapier te worden. Het gebel der enkele trams, die de vroeger zwoegers naar hun werk moesten brengen, klonk als door een deken van mist. Het hoefgetrappel der paarden voor de melkwagens klonk ge dempt en het gerinkel der flesschen scheen van verreweg te komen, als over een woelig meer. Huiverend, in zwijgend protest, stapte James Darcy uit zijn warme bed en kleed de zich aan. Het gemopper werd een luid gemor, toen hij op zijn pantoffels door den gang boven den juwelierswinkel liep, en langs de privé-trap naar beneden ging, naar het winkelgedeelte. „Het regent", mompelde James Darcy. terwijl hij zich uitstrekte om de lamp bo ven de kleine tafel aan te steken, waar hij de kostbare steenen in zeldzame en prach tige gouden en platina voorwerpen zette. .Regen en kou! Ik wou dat de verwar ming aan was!" De mist scheen van bulten in den juwe lierswinkel te zijn binnengedrongen. Hij warrelde om de glinsterende uitstalkasten, teruggekaatst door het geslepen glas, danste weg van de zilveren bekers, brak in de lichtpuntjes van de tanden der vor ken, werd tot breede vlekken op de lem metten der messen, en zocht zich wellicht een weg door de spleten in de brandkast, waar hij de diamanten, de robijnen, de saffieren, de aquamaryns, de parels, de jade- en bloedsteenen in een witten nevel hulde. De bloedsteenen Vreemd, dat James Darcy daaraan dacht, terwijl hij naar den regen buiten keek; het voortdurende getik op de ruiten hoorde en de nevel- en mist wolken binnen en buiten den winkel zag dwarrelen. Vreemd en. Toen hij op het op den vloer liggende lichaam staarde dat een afschuwelijke roode vlek als een vroolijk lint in het witte haar had dacht hij eerst, dat het zwakke, aanhoudende geluid, dat de ka mer scheen te vullen, het geklop was van haar hart. Doch toen hij, van vrees ver vuld, goed toeluisterde, hoorde hij, dat het het tikken was van het horloge in de hand van de doode vrouw. James Darcy wreef zich de oogen uit, alsof hij er den nevel uit wilde verdrij ven. Hij wreef ze nog eens, hij bewoog zijn hand voor zijn gelaat, alsof er spinne- webben voor hingen hij voelde naar zijn ooren, die geen deel van hemzelf schenen uit te maken. „Tik-tik! Tik-tik! Tik-tik!" Het geluid scheen harder te worden. Het was niet haar hart! „Hallo! Laat iemand hier komen! Ame lia, wat is er gebeurd? Sallie! Sallie Page! Word wakker! Hallo! Zij is dood! Ver moord! Er is een moord gepleegd. Ik moet de politie hebben!" James Darcy moest dwars door de ka mer loopen om de deur naar de straat te bereiken en te openen, teneinde anderen te hulp te roepen dan de doove keuken meid, die nog niet naar beneden was ge komen. De meid van mrs. Darcy was den vorigen avond uitgegaan en zou niet voor den middag terug zijn. Het was nog te vroeg voor de winkel bedienden. En toch voelde Darcy er be hoefte aan, Iemand bij zich te hebben. Den winkel door te loopen naar de voordeur beteekende over het lichaam heen te stappen dat vreemd gekromde lichaam met het witte, omhoog geheven gelaat en de kleine roode vlek op de plaats, waar de zilveren kam uit het witte haar was gevallen. Daarom veranderde Darcy van plan hij rende naar de zijdeur, morrelde aan het slot, vloog terug naar het portaal en stormde naar buiten in den motregen, ter wijl de mist, toen hij er doorheen drong, achter hem aan slierde als lange einden wit lint. „Hallo! Hallo!" riep Darcy luide in den regen en mist van de stille, behalve door hemzelf, nog geheel verlaten straat. Het ghmmende asfalt, de bUnkende tramrails, de donkere en vochtige huizen schenen zijn woorden te weerkaatsten. „Hallo! Hallo! Politie!" riep James Darcy. „Er la iemand vermoord!" „Vermoord!" weerkaatste de mist. Hierna was het stil en Darcy keek de straat af. Niemand geen enkel voertuig was te zien. Niemand keek uit de winkels en huizen naast of tegenover den Juwe- Uerswlnkel. Toen zwaaide een ratelende melkwagen den hoek om, gevolgd door een tweede. „Hallo! HaUo! Gij daar!" riep Darcy heesch. „Wat is er aan de hand?" vroeg de eerste man, terwijl hij met een van ijzer- draad gevlochten, met flesschen gevulde mand in de hand, van zijn voertuig sprong. „Iemand is gewond gedood een bloedverwante van mij! Ik moet het de poUtie meedeelen. Het is in dien juwcUers- winkel", en hij wees er naar terug, want hij was de straat een eindje afgeloopen. „O, ik zie het! Darcy's winkel! Ge zegt dat ze dood Is?" „Ik vrees het!" „Een ongeluk?" „Ik weet het niet, het komt mij eerder voor, vermoord!" De melkboer floot, zette zijn verzameling flesschen in den wagen terug en snelde met Darcy naar den winkel. De andere man bracht zijn voertuig tot staan en volgde. „Waar is zij?" fluisterde Casey, zoodra hij zijn concurrent, Tremlaln, had inge haald. CWordt vervolgd). "it het Engelsch van Chester K. S. Steele door A. W. v. E.v. R. HOOFDSTUK L 1) Het tikkende horloge. .Slechts één geluid verbrak de haast •astbare stilte in den juwelierswinkel op noodlottigen morgen in April. Dat ge- «M was het tikken van het horloge in de "and van de doode vrouw. Bulten kletterde de regen. Geen hevige Pteregen, die lustig op de paraplules lr ?°rtte en gezwollen riviertjes vormde ff de goten, vanwaar zij naar de riolen Ur.uomde, een hoop stokjes, bladeren en e uzich meevoerend. Geen van wind dl. ,stormvlagen vergezeld gaande regen, 'euiand verheugd binnenshuis zou hou- «n bij een vroolijk vuur, met een pijp en el5 Het was een motregen; een drui- hl.f6 T}Sen, die door een flauw windje nu 1 dan daarheen werd geblazen; alsof ji;_ <ler beide elementen zich veel om kom. bekommerde, namelijk het vol- Wu? .boorweeken vaii dat deel van het J5'al Ui het bijzonder, dat de omgeving Hak ^bester vormde, en het op zijn ge- WEEDADIEHEIDSFEEST VAN BOKSERS TE BERLIJN in het Palais de Danse". V.l.n.r. Hans Breitenstrater, Lee Parry en Max Sdhmeling. ERNSTIG SPOORWEGONGELUK BIJ WuRZBURG. Een D-trem uit Breelau is vlak voor het station Würzburg op een anderen trein geloopen. Verschillende wagons ontspoorden. Tien personen werden gewond. Het opruimingswerk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5