73sle Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 1 October 1932
Vijfde Blad
No. 22250
HD Buitenl. Weekoverzicht.
BRIEVEN UIT BERLIJN.
Steunt met Uw gaven
het Leidsch Crisis-Comité.
Londensch Aanteekenboek.
VOOR ONZE POSTZEGEL
VERZAMELAARS.
NATIONAAL CRISIS-COMITE
Duisternis te Genève - Engelsehe
ministercrisis.
Pessimisme, zwart pessimisme over-
heerschte te Genève! En. helaas, niet zon
der reden. De Ontwapeningsconferentie is
in een impasse beland als nog nimmer te
voren en dat geheel tengevolge van het
Fransche standpunt ten aanzien van den
Duitschen gelljkgerechtigdheldseisch. Hoe
moeilijk de verstandhouding tusschen
Duitschland en Frankrijk is geworden
wordt wel het duidelijkst gedemonstreerd
door het feit, dat tusschen Herriot en
von Neurath geen enkel gesprek of bespre
king heeft plaats gevonden. Blijkbaar
voelde Herriot,. dat hij daarmede geen
schijn van een succesje zou kunnen beha
len en heeft hij zelfs geen poging gewaagd
tot toenadering.
Somber teekent zich de toekomst af,
want diverse bemiddelingspogingen van
Engelsehe en andere zijde of zelfs van
Henderson, den voorzitter der conferentie,
hebben hopeloos gefaald. Duitschland
houdt hardnekkig vast aan zijn eisch en
heeft de algemeene opinie daarbij achter
zich. Herriot weet dat en dat maakt zijn
positie er niet aangenamer opAls
Duitschland, dat bij een definitieve rege
ling absoluut niet kan worden gemist, weg
blijft van de conferentie tengevolge van de
Fransche weigering, valt toch het odium
der mislukking op Frankrijk. Bovendien is
Herriot in zijn jongste uitlatingen over den
Dultstchen eisch niet bepaald gelukkig ge
weest. heeft hij onnoodig gevoelige snaren
aangeroerd in krasse termen, die van
Duitsche zijde terstond met woeker ziin
teruggegeven en beter omlijnd en behoor
lijker zelfs van toon! Ten einde raad heeft
het Bureau der conferentie zich daarop
maar verdaagd tot 10 dezer, al weet nie
mand. hoe dan de machinerie weer op gang
zal zijn te brengen.
In zulk een stemming kwam de Volken
bond bijeenVan diverse zijde is er op
gewezen en niet geheel ten onrechte, dat
zonder den Volkenbond de toestand in
Europa er nog slechter aan toe zou zijn.
en dat de slechte verhoudingen niet zijn
toe te schrijven aan den Volkenbond, maar
aan de regeeringen der landen, die daarvan
lid zijn. Doch wat beteekent dat practisch?
In werkelijkheid is er maar heel weinig
verschil en zoo voelt men het trots alle
pogingen om den Volkenbond 'n hart on
der den riem te steken op de vergadering
ook, want men bepaalt zich tot algemeen
heden met vermijding van alles, wat slechts
in de verte aanleiding zou kunnen geven
tot nieuwe moeilijkheden. Groote beslui
ten zullen dan ook niet worden genomen....
In Duitschland verbetert momenteel de
toestand, al duurt de parlementaire strijd
voort, zooals blijkt uit het verloop der
Rijksdag-commissie voor handhaving der
rechten voor het parlement, die zich had
omgezet in een commissie van enquête
naar de gebeurtenissen in den Rijksdag
van 12 September JJ. De regeering von
Papen heeft in zooverre bakzeil gehaald,
dat zij voor deze commissie is verschenen,
maar het resultaat was niettemin voor von
Papen een teleurstelling; de commissie
stelde vast, al werd het ontbindingsbesluit
niet ongeldig verklaard in rechtstreekschen
zin dit geschiedde slechts zijdelings
dat de gehouden stemming, waarbij de re
geering zoo'n eclatante nederlaag leed, vol
komen geldig was. Wederom kan men de
vraag stellen: wat geeft dat practisch ge
sproken? Niets en nog eens niets; de strijd
duurt eenvoudig voort zonder dat er eenig
uitzicht op succes is voor den Rijksdag,
die bovendien naar huis is gezonden!
De leider van het Duitsche Rijk, de grijze
maarschalk von Hindenburg, wordt morgen
85 jaar en al meent men ook, dat zijn
laatste gestes niet tot de meest gelukkige
behooren, toch moet men grooten eerbied
en diep ontzag hebben voor dezen echten
Duitscher, die getoond heeft alles over te
hebben voor zijn vaderland.
Hindenburg.
Een man op zijn leeftijd heeft feitelijk
een otium cum dignitate meer dan ver
diend en men moet zich wel bijzonder
krachtig nog voelen om het roer van een
schip van staat te kunnen besturen, zoo
als hij dat nog steeds doet. En daar
nevens, wek een opoffering in dienst van
zijn landDenk eens, dat in tijden als
de huidige de maarschalk Duitschland zou
ontvallen welk een baaierd zou dan
.waarschijnlijk losbreken!
Groote feesten zulen morgen niet plaats
vinden, doch ongemerkt zal deze dag voor
den Duitschen president toch ook niet
voorbij gaan, hetgeen alleszins te begrij
pen en te billijken is. Aan het Hinden
burg-fonds zal wel weer een nieuwe gave
worden toegevoegd!
In Engeland is eindelijk gebeurd, het
geen reeds gerulmen tijd dreigde: de libe
rale ministers van de partij van Samuel
benevens lord Snowden zijn uit de regee
ring getreden, omdat het kabinet Mc.
Donald veel te veel den weg der protectie
opging. Destijds dreigde deze uittocht
reeds, maar toen werd deze nog vermeden,
doordat de tarief-verhooging slechts een
tijdelijk karakter heette te heben.
De resultaten van de conferentie van
Ottawa dragen evenwel een blijvend ka
rakter en dat is den volbloed-aanhangers
van den vrijhandel te machtig geworden.
De liberalen zullen de regeering blijven
steunen in politiek opzicht.
Snowden zoowel als Samuel hebben
(Van onzen correspondent).
Berlijn, 24 September.
GOEDE MANIEREN.
Mijn taak in deze rubriek is niet, meer
of minder actueele beschouwingen van
algemeen karakter ten beste te geven, maar
den lezer over Berlijn en over Duitschland
dingen te vertellen, die in de telegrammen
niet gevonden worden en toch van groote
beteekenis, vooral tot beter begrip van het
algemeene, kunnen zijn. Waar ik ditmaal
het onderwerp: Goede manieren in
Duitschland" kort behandelen wil, moet ik
daarom op den voorgrond stellen, dat het
ook hter niet gaat om een reeks opmer
kingen van algemeen karakter en dat hier
minder dan ooit generali9eeren een recht
vaardige methode ware.
Duitschland is tegenwoordig géén over
beleefd land. Wie dan constateert, beweert
nog volstrekt niet, dat alle Duitschers
onbeleefd zijn of zelfs maar, dat onbe
leefd zijn een typisch-Duitsch verschijnsel
is. Hij geeft alleen maar zijn indruk van
het heden en sluit daarmede alle ver
zachtende omstandigheden in: als daar zijn
nood ep uitputting sinds 1917/18, zeer be
grijpelijk kribbigheid en zenuwachtigheid
als gevolg van enorme werkloosheid, nood
in meer dan 90 pet. van alle Duitsche
families, politieke verbittering, enz. Ter
wijl bovendien niet verzuimd mag worden
er op te wijzen, dat ook heden en ondanks
alles, nog zeer, zeer beleefde menschen
van hooge cultuur en van opvallend £oede
manieren in Duitschland leven, zij het in
hoogstaande kringen van adel en burgerij,
dan wel onder uiterst eenvoudige menschep,
in hotels en clubs, als ambtenaren en be
ambten bij groote verkeersondernemingen,
menschen. die begrijpen, va nhoe .groote
beteekenis voor de refutatie van hun gjp-
heele volk het is, dat zij zich onderling en
tegenover de vreemdelingen gedragen als
wereldburgers van beschaving, voor wie
goede omgangsvormen iets van zelf spre
kends zijn.
Zulke, volstrekt niet weinige, uitzonde
ringen in eere: wat dan nog overblijft,
is voor Europa geen voorbeeld van op
vallende wellevendheid.
Het zou niet in mij opgekomen zifti,
dat verder te vertellen, indien ik niet juist
in de laatste weken in verschillende Duit
sche kranten en weekbladen klachten ge
lezen had, waaruit ik nu ter leering van
den Nederlandschen belangstellende een
kleine bloemlezing wil samenstellen. Daar
bij in het midden latend, of niet in andere
landen (misschien zelfs in ons goede
vaderland?) soortgelijke ervaringen op te
doen zijn, die dan tot bescheidenheid
tegenover onze Duitsche buren zouden
kunnen stemmen.
De gemiddelde Duitscher van tegenwoor
dig is in zijn uiterlijken levenswandel een
egoïst gewórden. Een, die geleerd heeft,
dat men zijn ellebogen moet gebruiken.
Ik heb Duitsche vrienden, die vaak vol
houden, dat de Duitscher nooit anders
geweest is en dat zijn vroegere wellevend
heid in tijden toen het hem nog goed
ging slechts een verniste was: dat met
andere woorden zijn ware aard nu pas
bovenkomt. Zoover ga ik niet. Ik ben over
tuigd, dat de Duitscher beter is, dan hij
zich tegenwoordig voordoet.
En hoe doet hij zich dan voor?
Typisch is zijn optreden in damesgezel-
scyhap .Slechts in uitzonderingsgevallen zal
hij in openbare verkeersmiddelen voor
dames, voor welke vrouw dan ook, zijn
zitplaats opgeven. Hij maakt, en zelfs dat
niet in elk geval, slechts plaats voor ouden
van dagen, en natuurlijk steeds voor ge-
brekkigen. Ofschoon het hier alweer diui-
liik aandoet dat de directies in vele ver
keersmiddelen bliikbaar slechte ervaringen
opgedaan hebben, waar ze de noodzake
lijkheid inzagen openbaar aan te plakken,
dat een zeker aantal plaatsen voor inva-
lieden, blinden enz. moet worden vrij
gemaakt
Wie in een groot bierlokaal plaats
neemt, kan steeds weer de ervaring op
doen, dat de meeste „hoeren" hier niet
opstaan, als een hun bekende dame hun
tafel genaderd is of zich verwijdert. En
in het algemeen denkt in Duitschland de
heer er niet meer aan, zijn kleeding aan
die van de dame, die hij begeleidt aan te
passen. Hij gaat *s avonds in zijn werk-
hun inzicht betreffende protectionisme
nog eens naar voren gebracht, er op wij
zend. hoe alle protectie, die totdusver
werd toegepast, de situatie in Engeland
eerder verslechterd dan verbeterd heeft en
zij staan daarbij sterk!
Voor Mc. Donald wordt het een lastig
parket, want wat blijft er feitelijk over
van een „nationale" regeering? Al krach
tiger gaat de koers in zuiver conservatieve
richting
Gandhi's hongerstaking is geëindigd, op
bevredigende wijze. Hij heeft door zijn
daad de Hindoes tot elkaar gebracht, het
geen totnutoe onbereikbaar was geweest
en zonder deze „dreiging" o. i. vooreerst
ook niet bereikt had kunnen worden.
Gandhi
Voor Engeland, dat zich haastte om de
getroffen overeenkomst te ratiflceeren.
is het tevens een buitenkansje, al heeft
Gandhi niet voor Engeland zijn actie ge
voerd! 1
pakje, desnoods midden in het winter
seizoen, met zijn echtgenoote, die zich in
keurig avondcostuum beweegt, in licht
colbertje naar den schouwburg en ver
schijnt ook bij officieele ontvangsten en
in de concertzaal niet zelden in knicker
bocker en met gekleurd sporthemd en
boord! Vaak kan men in Duitschland
waarnemen, dat in restaurants de dame
in heerengezelschap zelfstandig haar be
stellingen doet en met den kellner onder
handelt. En dat ook de ieugd in gezel
schap van ouderen in het openbaar altijd
weer naar onafhankelijkheid demonstree-
ren wil, is hier eveneens een (zeker inter
nationaal) „teeken des tijds". Die Duitsche
jeugd is in vele opzichten een probleem.
De wijze waarop hier jonge en nog af
hankelijke menschjes met hun ouders en
in het algemeen met oudere generaties
omgaSh, is vaak ergerlijk en maakt het
begrijpelijk, dat men naar de tijden van
algemeenen dienstplicht en meer gezag van
ouderen terug verlangt.
Om op de houding van het mannelijk
publiek in openbare verkeersmiddelen
terug te komen: het zijn juist de jongere
mannen (niet de schooljongens, die hier
behoorlijk gedrild zijn) die in onbeleefd
heid tégenover ouderen en dames uit
munten. In de stampvolle tram ziet men
vaak den heer van vijftig of ouder voor
een jonge dame dan wel voor een nog
Ouderen heer opstaan, terwijl jonge ben
gels blijven zitten en als ze niet bovendien
den moed hebben, de naar een plaats
zoekende vrouw onbeschaamd uit te
lachen, hun heil zoeken in ijverig kran-
tenlezen dan wel in een plotseling op
komende neiging om een dutje te doen.
Niet minder beschamend voor het manne
lijke geslacht is het, dan op te merken,
hoe niet zelden jonge vrouwen haar plaats
aan oudere dames of heeren aanbieden,
omdat de jongere mannen en de jeugdige
generatie blijkbaar niet op dat denkbeeld
komen.
Hoe „rücksichtlos". hoe ruw-egoïstisch
de Duitscher geworden is, merkt men
echter nog veel beter als men gelegenheid
heeft hetzij als zijn eigen chauffeur dan
wel in een taxi eenige uren door Berlijns
straten te rijden of een tochtje per auto
door Duitschland te ondernemen. Er
wordt in Duitschland eenvoudig er op los
gereden, door auto's, door andere ver
keersmiddelen, door wielrijders. Men stoort
zich nauwelijks aan elkaar. Hoofdzaak is,
dat men zelf zoo snel mogelijk verder
komt. Men heeft bijna altijd tijd genoeg
om langzamer te rijden en om zich om
anderen te bekommeren: maar men heeft
toch steeds „haast".
In het centrum der groote steden, in
Berlijn vooral, met zijn honderd en meer
signaallampen op kruispunten en zijn
vele verkeersagenten, is die haast daarom
vooral zoo onzinnig, omdat men bij een
rit van zeggen we een half uur door
haastig rijden hoogstens een paar minuten
eerder aankomt. Voor den arts, voor de
politie, voor de brandweer kan het op
die paar minuten aankomen: maar voor
het overige verkeer?
Zelden zal de Duitsche chauffeur op
den landweg stoppen als een collega een
„panne" heeft, en vragen, of hij hem ook
van dienst kan zijn, gelijk dat bijv. in
Engeland en in Amerika algemeen ge
bruikelijk is. In 'de groote Duitsche steden
snite' men elkaar in volle vaart den weg
af 4 rfgt den collega tegen den trottoir
rand en is bijzonder onhebbeliik tegens
vreemde of buitenlandsche auto's, de
plaatselijke politievoorscbriften natuurlijk
niet beheerschen kunnen. Men waagt er
dan zelfs de beschadiging van den eigen
wagen aan om den vreemdeling danig in
het nauw te kunnen brengen. En typisch
voor de onderlinge onverdraagzaamheid,
die volstrekt niet tot de politiek beperkt
blijft ,is dan weer, dat in andere Duitsche
steden Berlijnsche auto's (aan het teeken
IA voor het nummer immers makkelijk
herkenbaar!) vaak op soortgelijke wijze
mishandeld worden om: wraak te
nemen.
Is het niet teekenend, dat eenigen tijd
geleden een Berlijnsch boulevardblad het
noodig vond, „Ridders van het Stuurrad",
m.a.w. beleefde automobilisten, te gaan
ontdekken, wier namen dan in dat blad
gepubliceerd werden met een korte be
schrijving van de reden, waarom hun een
bijzondere plakette, aan den wagen aan
te brengen, verleend werd? En waarom
werd men „Ridder"? Omdat men voor
zichtig gechauffeerd had, tijdig gestopt
had als oude menschen de straat wilden
oversteken, zieken onderweg had opge
pikt, gebrekkigen een eindje voort had
geholpen, de politie ongevraagd had
ondersteund. Kortom, om dat men iets ge
daan had, wat voor een volk onder nor
male omstandigheden iets vanzelfspre
kends geweest ware.
Neen, voor het bestudeeren van goede
manieren moet men tegenwoordig niet
naar Duitschland en zeker niet naar
Berlijn reizen. De Berlijnsche kellner bij
voorbeeld is het onaangenaamste contrast
van zijn Parijschen collega, en zelfs de
gemoedelijke Amsterdamsche beroepsge-
noot is verre boven den Berlijner te ver
kiezen. De Berliinsche kellner bromt u
wat toe, een nauwelijks verstaanbaar:
„Na, was soils denn sein?" Voor uw bii-
2ondere neigingen voelt hij niets. Onper
soonlijk, ruw, onbeschaamd vaak, wordt
uw bestelling voor u heengeschoven, en
zelfs het extra fooitje boven de 10 pct„ dat
hij eigenlijk niet aanvaarden mag, wordt
no? met een brommerig „Danke* opge
stoken.
Beleefd en voorkomend daarentegen is
de politie en over den Duitschen, speciaal
den Borlijnschen verkeersagent, moge
niets dan goed genoteerd zijn. De con
ducteurs daarentegen, op enkele humoris
tisch aangelegde uitzonderingen na, kun
nen zich Dij de kellners aansluiten en ook
wie taxi-chauffeurs zijn niet roet aange
boren vriendelijkheid gezegend, vooral niet
als ze onderweg met „Herrenfahrer" te
doen hebben.
En de beambte achter het loket? Ik
krijg altijd weer kippenvel als ik aan hem
denk, aan dezen „heer", die zich ieders
meester weet en die van „service above all"
even weinig begrepen heeft als van den
„Dienst am Kunden".
Of dit alles beter zal worden, als het
Duitschland beter gaat?
Maar zelfs met het vernisje van vroeger
waren we al gediend!
ROLAND.
(Van onzen eigen correspondent).
WASSEN BEELDEN.
t Londen. Sept. 1932.
Madame Tussaud's is. naar u wel be
kend zal zijn. het wassen-beelden-museum
van Londen. Dat is het geslachten lang
geweest. Eenige Jaren geleden ls het na
genoeg geheel door brand verwoest en de
verzameling beelden smolt weg als een
kaars onder haar vlam. Velen verwacht
ten en hoopten, dat dit het einde zou zijn
van een Instelling, die verouderd werd ge
acht en niet langer scheen te beantwoor
den aan den smaak van den tijd. Maar
de vormen voor het gieten van de beel
den waren niet verloren gegaan en er wa
ren nog menschen verbonden aan het
museum, die de kunst van wassen beel
den maken even goed verstonden als de
oorspronkelijke madame Tussaud, die
voor de leiders van de Fransche revolutie
ln haar tijd afgietsels moest maken van
de edellieden en -vrouwen, wier hoofden
ln de guillotine-mand waren gerold. (Dat
handwerk was zoo schokkend voor haar
zenuwen, dat zij met gevaar voor haar
leven over het Kanaal vluchtte om ln
Londen haar kunst voor vrediger doel en
ln kalmer omgeving te beoefenen). Ma
dame Tussaur herrees uit haar asch. Het
werd gemoderniseerd, kreeg een restau
rant van moderne aankleeding en een
bioscoop, als bijkomende attracties, en
bloeit thans meer dan ooit. In de gangen
van de Underground vertellen reclame-
biljetten, dat men niet het vuur uit de
sloffen behoeft te loopen en niet in het
gedrang van de straat behoeft te worste
len om de beroemdheden van den dag -te
zien. Zij zijn allemaal en als in levenden
lijve „op bezoek" bij Madame Tussaud.
van Jim Mollison af tot Rudyard Kip
ling toe.
En toch, als Madame Tussaud's eens
niet herbouwd, met beelden hervoorzien
en gemoderniseerd was geworden, dan zou
Londen toch nog een wassenbeeldenmu
seum hebben gehad, ouder en historisch
belangrijker en eigenlijk ook veel grieze
liger dan het beroemde. Weinigen denken
er aan of kennen het, ook al ls het ge
bouw, waarin dit museum zich bevindt,
het beroemdste en eerwaardigste van het
Brltsche rijk Want het is Westminster
Abbey. De wassenbeelden-verzameling in
dit antieke Godshuis is er zoo mogelijk
nog meer misplaatst dan de opzichtige
graf-ornamenten, die een goede beschou
wing van het prachtige interieur belem
meren. Als men echt wil griezelen en
daarmee de wijding van het nobele in
terieur wil ontgaan, kan men niet beter
doen dan de extra sixpence offeren, noo
dig om toegang te verkrijgen tot deze
zonderlinge tentoonstelling van wassen
beelden. Men moet er voor een trap op,
een oude krakende trap, waar weinig dag
licht binnendringt. Deze tocht bereidt u
voor op hetgeen volgen zal. In een sche
merige ruimte staan er de beeltenissen
verzameld van koningen, koninginnen en
andere vorstelijke en adellijke voorouders
van de Britten. De gezichten zijn in de
meeste gevallen gemodelleerd van afgiet
sels gemaakt onmiddellijk na den dood. De
beelden dragen veelal de half verteerde
kleeding, welke de afgebeelden bij hun
leven droegen. De verzameling is een
overblijfsel van een antiek gebruik. Het
was n.l. eens gewoonte deze „levende
beelden vóór het stoffelijk overschot mee
te dragen in den begrafenisstoet. Na de
teraardebestelling werden de beelden tij
delijk in Westminster Abbey geplaatst als
monumenten. De tijdelijkheid werd
voortgezet.tot op den huidigen dag.
Alleen heeft men de stukken nu samen
gebracht op één plek, terwijl ze voorheen
overal in de kerk verspreid stonden. Het
oudste beeld is van Charles II en het
meest interessante dat van Elizabeth, dat
zich gedurende den toeristentijd altijd in
groote belangstelling verheugt. In dit ge
val heeft men echter niet te doen met
het oorspronkelijke beeld, dat spoedig na
de vervaardiging in stukken viel, maar
met een gereconstrueerd stuk. Dit kan
een troost zijn voor hen, die de voorstel
ling van de „virgin queen" hebben ge
ïdealiseerd. Haar wassen evenbeeld in
Westminster Abbey flatteert haar zeer
zeker niet. Er is ook een wassen beeld van
den zeeheld Nelson, die echter in Sint
Paul's begraven ligt. De aanwezigheid
hier van het beeld kan worden verklaard
uit de openbare belangstelling, welke door
de begrafenis van dezen held werd gewekt.
De straten waren te nauw en zelfs dc
kathedraal van de City was te klein om
de belangstelling in plechtige en waardige
banen te kunnen leiden. Daarom werd
bij wijze van tegen-attractie een wassen
beeld van Nelson in Westminster Abbey
geplaatst in de verwachting, dat daar
mede een aanzienlijk deel van de massa
op Westminster zou worden gedirigeerd.
De geschiedenis vertelt niet of deze truc
slaagde. Maar het beeld, gekleed In Nel
son's eigen kleeren, staat daar bovenaan
die duister trap te midden van de oudste
wassen beelden van de wereld.
Een woord over het klassieke verzamelen.
H.
Het lijkt me overbodig nog eens uit te
leggen waarom men zoo mogelijk enkel
gave exemplaren voor zijn verzameling
moet zien te verkrijgen. Dat echter zeld
zame zegels nog niets van hun klassieke
waarde hebben ingeboet Indien ge eenigs-
zlns de sporen vertoonen uit een tijd af
komstig te zijn, waarin men ze nog niet
als een kleinood achter glas zette en ze
er dus niet steeds zonder lidteekens er
afkwamen, moet door verstandige ver
zamelaars steeds bedacht worden. Met
ongebruikte zegels ls dat geheel anders;
bij deze mag men aanspraak maken op
eene „vlekkelooze schoonheid'.
Het zou nu echter weer hoogst een
zijdig zijn en de bestemming, welke de
postzegel in het verkeersleven heeft te
vervullen uit het oog verloren worden,
indien het verzamelen van ongebruikte
zegels op den voorgrond zou treden. Een
couvert geheel bedekt met oude stempels
geeft eerst recht een klassiek Idee. Zoo'n
enveloppe met postzegel, plaats van af
zending. route, bestemming, frankeering,
ambtelijke voorschriften enz. vertelt soms
OPROEP AAN HET NEDERLANDSCHE
VOLK.
Op 23 November 1931 werd op initiatief
van Hare Koninklijke Hoogheid Prinses
Juliana het Nationaal Crisis-Comité opge
richt Hare Majesteit de Koningin heeft het
behaagd Haren naam als Beschermvrouwe
aan het Comité te verbinden. Toonaange
vende personen op elk gebied namen er
zitting in.
In 755 gemeenten werden Plaatselijke
Crisiscomlté's opgericht, waarbij tal van
ingezetenen veelal geheel belangeloos
tijd en werkkracht beschikbaar stelden.
Hun nuttige arbeid verdient dankbare er
kenning.
Giften in geld tot een waarde van 2V«
millloen kwamen, nevens gaven in natura,
ter beschikking van het Nationaal Crisis-
comité en Plaatselijke Comité's; wij her
denken dezen steun met groote dankbaar
heid. niet het minst van diegenen, welke
geregeld van hun inkomsten een bedrag
afzonderden en. menigmaal niet zonder
opoffering, eigen arbeid dienstbaar maak
ten om anderer nood te lenigen.
Met deze middelen hebben het Nationaal
Crisiscomité en de Plaatselijke Comité's
gedaan wat zij konden om den heerschen-
den crisisnood in zijn meest dringenden
vorm te bestrijden, waarbij helaas verzoe
ken van ruimer strekking moesten worden
afgewezen, omdat voldoening daaraan de
beschikbare middelen te boven ging.
Thans bi) den aanvang van den twee
den winter is bij de meeste Plaatselijke
Comités de kas zoo goed als ledig: het Na
tionaal Crisiscomité heeft in vele gevallen
uit zijn middelen algeheele stopzetting der
uitkeeringen kunnen voorkomen. Het be
schikt thans over een organisatie, systema
tisch opgebouwd, welke goed kon function-
neeren wanneer en naar mate het Ne-
deriandsche volk ln ziin geheel nogmaals
zijn steun verleent.
Van 2—9 October zal over het geheele
land uitgezonderd daar waar dit wegens
locale redenen reeds geschiedde een
Nat. Inzamelingsweek worden gehouden. De
opbrengst ervan wordt voor 90% ter plaat
se besteed: 10% vloeit in de Centrale kas
en daarmede worden dc Plaatselijke Co
mité's der meest noodlijdende gemeenten
gesteund.
Wie er de voorkeur aan geeft, dat zijn
bijdrage geheel of voor meer dan 10% aan
de Centrale kas ten goede komt. kan deze
geheel of gedeeltelijk storten op de Post
rekening 180000 N.C.C. of rechtstreeks In
zenden aan het Bureau Kneuterdijk 20 te
's-Gravenhage.
Periodieke bijdragen en deze zijn voor
den arbeid van het grootste belang kun
nen door het eenmaal Invullen van een
machtiging tot overschrijving ter beschik
king van het Nationaal Crisiscomité wor
den gesteld. Binnenkort ontvangt iedere
rekeninghouder bU den Postchèque- en
Girodienst daartoe weder een formulier.
Postrekeninghouders ten getale van
195000 overweegt eens of niet maandelijks
van uw rekening een klein bedrag op
186000 kan worden overgeschreven. Als
slechts de helft der rekeninghouders per
week f. 0.25 liet overschrijven, zou dit onze
kas versterken met f. 1.300.000 ln één jaar.
Het is zoo eenvoudig, het gekozen bedrag
behoeft niet drukkend te zijn en de conti
nuïteit verhoogd zoo de waarde!
Sommigen meenen reeds teekenen te
zien dat het diepste punt van de crisis
overschreden is en zien de toekomst hoop
voller tegemoet: hoe dit zij, de komende
winter zal r.og zeer moeilijk zijn en het
N.C.C. moet thans weten of het over de
noodiee middelen kan beschikken, tenein
de tijdig voorziening te kunnen treffen
om zijn taak doeltreffend voort te zetten.
De crisis woedt nog in hevige mate over
hett Vaderlandsteunt elkander om tegen
den storm in de zwaksten op de been te
hcuclen.
S. VAN CITTERS. Voorzitter.
FREDERIKS. Algemeen secr.
een heele geschiedenis. Zoo heeft men
met recht er eens op gewezen dat een
zuiver gerangschikte verzameling van veld-
postbrleven een Juist beeld geeft van een
geheelen veldtocht.
De stempelkunde. die ons bovendien
over postale verhoudingen van vroegere
tijden de gewichtigste uitkomsten geeft,
moest door meer gevorderde verzamelaars
ijveriger dan tot nu toe worden beoefend.
Wat echter op dit gebied nog voor van
dalisme wordt bedreven, gaat iedere be
schrijving te boven. Wie herinnert zich
niet uit zijne jeugd de omstandigheid, dat
men ter wille van de voorbeelden en
ruitjes ln het album de zegels op brieven
zoo uitknipte, dat ze precies pasten in de
voor hen aangegeven ruimten..
Onschatbaar studiemateriaal werd op
die wijze vernietigd en het overige werd
er zooveel te duurder door. En hoe menig
eigenaardig exemplaar op brief werd keu
rig van alle aanplaksels ontdaan en ge
reinigd zoodat van het stempel slechts
een fragment in den hoek overbleef.
(Slot volgt).
Nieuwe uitgaven.
Duitschland. Zooals onzen lezers wel
licht niet bekend zal zijn bestaan de 4
en de 5 pf. der uitgave 1928 ln z.g. „tête-
bêche" exemplaren.
Frankrijk. In de serie der vredes-
maagd verschenen als nieuwe uitgaven
de 50 c. en de 90 c. resp. rose en karmijn
rood.
Letland. Met het nieuwe watermerk
(golflijnen) verscheen hier de 12 s. rood-
lila.
Lithauen. Hier worden 32 nieuwe
zegels gemeld n.l. 16 frankeerzegels en 16
luchtpostzegels. De gewone frankeerzegels
verschenen in de volgende waarden: 5c,
10 c„ 15 c„ 25 C„ 50 c„ 60 c„ 1 L. en 3 L.
Zoowel van de gewone als van de lucht
postzegels bestaan de 8 waarden gesne
den en getand (14).
Portugal. De Jongste serie postzegels
werd aangevuld met 0 60 rose. Later
verschijnt nog de hoogste waarde 1 20
bruin sepia in deze serie.
Roemcnieë. Hier wordt gemeld de
20 L. oranje (met watermerk) in de
courseerende serie frankeerzegels.
Zwitserland. Naar berichten in de
buitenlandsche pers meedeelen zullen de
Pro Juventutezegels ons dit jaar voorstel
lingen op sportief gebied brengen.
o