Nieuwe neus voor de „Gaasterkerk" - Yo-yo - Oesters scheppen te Ierseke 73* Jaargang LEIDSCH DAGBUD Tweede Blad FEUILLETON. De Bruid van het Glomdal OESTER-TIJD. Het scheppen van oesters uit de putten te OP DEN FOKYEEDAG TE ROOSENDAAL werd een wedstrijd in het melken gehouden IN DEN LONDENSCHEN ZOO. Een der pas Ierseke. voor boerenzoons en boerendochters. Twee Zeeuwsche boeren kijken belangstellend toe. aangekomen groote schildpadden komt goed voor den dag als de oppasser haar een banaan voorhoudt. Uit het Noorsch van Jacob B. Buil. 20) Het is bedroevend. Maar eerstnu ben ik de ware toedracht der zaak te we ten gekomen. Anders had je reeds eerder van mij gehoord. Het bleef stil. Ola staarde naar den grond. De dominee bleef hem voortdurend aankijken. Daarin moet u precies doen wat u wilt, antwoordde hij eindelijk. Ja de dominee knikte dat zal ik doen. Hij keerde zich halverwege om. Maar er is nog één ding, dat ik zal doen, omdat het mijn plicht is. Je dochter Berit zal ik trouwen. Ola kreeg een schok, maar antwoordde niet. Ik trouw nu haar en Tore. Men is het mij komen verzoeken. Ik zou ook wel genoodzaakt wezen haar te begraven, in dien jij haar tot vertwijfeling brengt. En dan komt jouw tijd, mijn waarde Ola, en jouw afrekening met Hem daarboven. De dominee keerde zich geheel om. Ola Glomgaarden stond daar bleek te kijken. Nu, vaarwel! De dominee ging heen. Vaarwel! Het antwoord was nauwelijks hoorbaar. Maar toen de dominee reeds de kamer uit was, liep Ola Glomgaarden hem lang zaam achterna. Hij stond in het portaal, toen de knecht het paard naar voren leidde. U moet het paard toch wat laten uitrusten, zei hij met gebroken stem. De dominee, die juist zijn voet in den stijgbeugel zette, keerde zich om. Dank je, heden niet, zei hij. Ik moet nog naar Braaten. Ik heb de heden daar ginds nog het een en ander te zeggen. Maar misschien op den terugtocht. Hij zette zijn voet in den stijgbeugel en met een vluggen, zwaai zat hij te paard. Ja, dominee zal welkom wezen, ant- woorde Ola Glomgaarden. Dank je, dank je. De dominee reed weg. Peinzend staarde Ola Glomgaarden hem na. Het was ledig geworden, toen zijn zuster hem verliet. En meer dan één nacht had hij wakker gelegen en aan zijn dochter gedacht. Nu dat alles met den dominee er nog bij was gekomen, wist hij in het ge heel geen raad meer. Gerechtelijke beslissing! Wellicht nog straf bovendien! En de zaak bekend in alle dorpen! Hij was geweldig boos toen hij naar bin nen ging, recht door de kamer naar de opkamer, waar hij zich op zijn bed neer legde. De dominee was bij het veer gekomen, stapte in de boot en het het paard voor zich uit zwemmen. Hij was aan allerlei bergreizen gewoon en kon zich in ahe voorkomende ongeriefelijkheden schikken. De knecht greep naar den boom. Neen, zei de dominee, dat doe ik liever zelf. pij pakte den boom en ging naar den steven. Dan weet ik hoe de stroom loopt, voegde hij er glimlachend aan toe. En met breede, vaste stooten boomde de kleine dominee, met den bril op, de rivier over. Het paard, dat aan den oever stond te wachten, werd weer gezadeld. Daarna reed de dominee op zijn dooie gemak langs den smallen bergweg, noordwaarts, naar Braaten. In het oude huis 'te Braaten zaten ze Juist aan het middagmaal, toen het paard van den dominee voor de deur stil hield. Hemelsche goedheid, zei Kari en zag Berit aan. Ik geloof waarhjk, dat het de dominee is. En allen stonden op om van tafel te gaan. Neen bhjf zitten, zei de dominee. Hij stond ai in de deur. Dan gaf hij ieder de hand. Berit het laatst. Ja, het is eigenlijk met jou, dat ik wil praten, zei hij, terwijl hij plaats nam. Berit kleurde. Toen stond ze op en trad nader. Dat is te doen, antwoordde ze met groote waardigheid. Toen stond Tore ook op. Ga mee, om ginds mijn hoeve eens te bekijken, zei hij. De domine knikte. Heel gaarne, antwoordde hij. Daarna volgde hij Tore en Berit, die langzaam het huis uitgingen, om naar de nieuw gebouw de woning te gaan. Halfweg gekomen keerde de dominee zich om. Iemand had hem geroepen. Het was de oude Kari Braaten, die nu op de stoep stond. Och, zou ik eerst even met U mogen praten? zei ze. De dominee keerde snel om en volgde haar naar binnen. De twee jongelui ston den verlegen beneden onder de galerij te wachten. Zoodra de dominee de deur was binnen gekomen, keerde Kari Braaten zich op en greep hem met haar beide oude handen om den pols. Mijn beste dominee wees niet te streng voor haar! smeekte ze. Haar moeder stierf, toen ze nog een heel klein kind was! Op het gelaat van den dominee kwam zulk een zachte uitdrukking. Hij lei zijn hand over Karl's gerimpelde handen. Jij bent voor haar een moeder ge weest, hoor ik, zei hij. Kari Braaten glimlachte even. U weet, alles is hier rpet geheel in orde geweest, zei ze. Maar U kunt Ola van mij groeten en hem zeggen, dat er geen schande over zijn dochter zal komen, omdat ze hier is geweest. Wij zijn gespro ten uit een geslacht, dat ruim zoo goed is als het zijne! Er kwam een trek van groote kracht op het oude gelaat. Jacob Braaten, die naar den grond had zitten kijken, terwijl Kari sprak, keek nu ook op en het scheen den dominee toe, als hief een oude versleten adelaar den kop omhoog tegen iets, dat zijn borst te na was gekomen. Dat weet ik! Dat weet ik! zei hij en streelde even de hand van Kari Braaten, die zijn hand nog vast hield. Dat zal ik dat zal ik hij maakte zich los en ging, zijn keel schrappend, naar de deur. Kari Braaten liep hem na, en kreeg hem bij zijn mouw te pakken nog voor hij bul ten was. Beste dominee, wees toch niet hard voor haar, verzocht ze opnieuw. Komt er nu nog meer bij, dan ben ik zoo vreeselijk bang, dat het verkeert loopt. Het is zoo gevaarlijk hier, ziet U! De rivier en zoo ver weg van menschen en De dominee keerde zich om. Neen, neen, dat is nu immers voorbij Het is nu immers voorbij, mijn beste moedertje! zei hij. Hij klopte haar op den schouder en sloot de deur achter zich dicht. Daarna begaf hij zich vlug naar het tweetal, dat, ieder aan een kant bij den ingang van het nieuwe huis op hem stond te wachten. De dommee schraapte zijn keel heel scherp, als bij een ambtsbediening en knikte, terwijl hij hem beiden voorbij ging en het portaal binnentrad. Daarna opende hij de kamerdeur en liep rond te midden van den verschen dennegeur en de koelte der pas opgetrokken wanden. Het tweetal volgde talmend en bleef ver legen bij de deur staan. De dominee liep een paar keer op en neer, keerde zich om en keek de muren langs. Hier heb je het echt gezellig, Tore, zei hij. Hij wreef zich de handen. Er ont breekt Je alleen nog maar een vrouw en kind. Beiden keken den dominee verwonderd aan. De dominee wachtte even en bracht zijn gezicht in de strenge ambtsplooien. Weer stond hij een oogenblik te peinzen. Daarna trad hij recht op Berit toe, die bleek werd. Hier hebben jelui het echt gezellig, kind, zei hij, terwijl hij haar een keer of drie over de wang streelde. Vragend keek zij op. Je had dadelijk naar mij toe moeten komen, zei hij en legde zijn hand zwaar op haar schouder. Zij sloeg de oogen neer. Ja, het was verkeerd dat ik dat niet deed, antwoordde ze zacht. Ja, dat was het! Het klonk kort en beslist. Toen strekte hij plotseling Jjjjide armen uit. Mijn lieve, lieve vrienden, zei hij op den innlgen toon van een waren zleleherder. Beiden keken op. Hij stond daar alsof hij hen belden wilde omarmen. Die elkander waarachtig lief hebt! vervolgde hij. De armen zonken. Hij keerde zich om, ging naar het raam en bleef staan turen uit het nieuwe huis het oude woud in. Opeens keerde hij zich om en keek van achter zijn bril Berit scherp aan. Maar nu moet je meegaan, zei hij gebiedend. Ik ben vandaag bij je vader geweest en ga er weer heen. Geen van beiden antwoordde. Berit staarde Tore hulpeloos aan. (Wordt vervolgd). „YO-YO-EPIDEMIE" IN DE RESIDENTIE. Het nieuwste Parij- sche spel, de yo-yo, wordt hier ook druk verkocht. Wachtende tram- passagiers met de nieuwigheid. DE GAASTERKERK" heeft een nieuwen neus gekregen, waardoor het schip 12 meter langer is geworden en de snelheid is opgevoerd tot lai mijl. PROCES OM HET DOCHTERTJE TAN TOM MIX voor wier op- HET NIEUWSTE PARIJSCHE SPEELGOED. voeding de cowboy-acteur zelf wil zorgen in plaats van zijn gescheiden Yo-yo'ende cavaleristen, vrouw mrs. Alazabel (links). In het midden Tomasina Mix.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5