73sle Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 17 September 1932
Derde Blad
No. 22238
g) Buitenl. Weekoverzicht.
UIT HET NEDERLANDSCHE
PARLEMENT
KUNST EN LETTEREN.
De nieuwste creatie van Mariene Dietrich.
een drietal gebeurtenissen.
Het zijn een drietal gebeurtenissen, die
cns ditmaal zullen bezig houden. In de
allereerste plaats natuurlijk de onver
achte wending, die de politieke strijd in
Duitschland heeft genomen. Over het ver-
joop behoeven wij niet verder uit te wei
den, dat is thans bekend genoeg; alleen
Dog' slechts iets over de gevolgen en de
beteekenis. A priori staat vast, dat de
ontbinding van den Rijksdag, die vrijwel
zeker was, alhoewel van de zijde van het
Centrum inderdaad gedaan is, wat moge
lijk was, om deze te vermijden, gelet op de
omstandigheden, waarin het Duitsche
partij-wezen is beland, grondwettelijk niet
is aan te tasten'. Zelfs Goering, de zoo
weerspannige nation.-socialistische Rijks
dagvoorzitter, heeft dit tenslotte moeten
erkennen. Maar toch zitten er bedenke
lijke zijden aan een dergelijke wijze van
naar huis zenden van het parlement. On
betwistbaar is toch, dat de Rijksdag de
wettelijke vertegenwoordiging is van het
Duitsche volk, al was het lichaam niet
tot vruchtbaren arbeid in staat, verdeeld
en hopeloos uit het stuur gedreven als
het was. Hem kwam het recht toe, zich
uit te spreken over de zittende regeermg
en over haar daden, met name de nood
verordeningen. Zuiver verstandelijk ge
redeneerd mag men dit betreuren en er
op wijzen, dat 't Duitsche belang momen
teel eischt een krachtdadig ingrijpen van
zoogerhand, niet belemmerd door poli
tie of andere verhoudingen, grondwet-
ïJijk is de Rijksdag souverem en hem een
leslissing onmogelijk te maken door ont
binding voor en aleer hij gelegenheid heeft
gehad zich uit te spreken, zooals de re
geering von Papen heeft gedaan, met
medewerking van president Hindenburg, is
een buiten werking stellen van de grond
wet, Als men dat maar bedenkt en in het
oog houdt!
De grondwet van Weimar wordt door re
geermg en politieke partijen om beurten
geschraagd of afgewezen, zooals in de
kraam te pas komt! Zij ligt op sterven
Op hoe weinig steun de regeering von
Papen in het parlement kon rekenen :s
allerduidelijkst aan den dag getreden bij
de gehouden stemming, waarbij het er
practisch heel weinig toe doet, of deze
al da!T niet rechtsgeldig is. Veranderen
zal er immers niemendal, hoezeer Goering
zich uitput in allerlei spitsvondigheden of
juridische handigheidjes, waarmede hij
noch zich zelf noch zijn partij in het oog
van weidenkenden en niet door de Duit
sche politieke bacil aangetasten, een
dienst bewijst. Wat echter niets zegt ten
aanzien van de mogelijkheden bij de
komende verkiezingen, want het aantal
niet-verpolitiekten schijnt bij onze Oos
telijke buren bitter gering te zijn
Zou ooit een regeering zulk een neder
laag hebben geleden en overleefd?
Slechts door een dictatuur is dit mogelijk
en deze wordt thans dan ook in Duitsch-
land uitgeoefend, hetgeen daafom moge
lijk is doordat de regeering achter zich
weet de gewapende macht. Doch zelfs op
den langen duur is dit niet voldoende
voor welke dictatuur ook! Deze zal toch
:oeten steunen op grootere volksdeelen
Hs blijkbaar achter von Papen staan vol
gens de jongste stemming in den Rijksdag,
die geen practische uitwerking heeft, zoo-
als gezegd. In welke bochten zich de Nazis
ook wringen, geruggesteund door hun
antipoden bij uitnemendheid, de com
munisten monsterverbond bij uitstek.
Zal von Papen zich die volksgunst we
ten te veroveren? Hij geniet deze thans
slechts bij de Duitsch-nationalen. dus de
partij van Hugenberg, die met Hitier de
finitief schijnt te hebben gebroken en bij
de restanten van de Duitsche Volkspartij
onder Dingeldey. Zullen deie partijen bij
de komende nieuwe verkiezingen hoe
ve le millioenen zijn in Duitschland dit
jaar al niet aan verkiezingen verdaan!
winst van beteekenis kunnen veroveren?
De mogelijkheid is er, wanneer de tijden
von Papen gunstig zouden zijn en een
merkbare opleving zich zou doen gevoelen.
Doch in ieder geval zal ook de nieuwe
Rijksdag, die nog gekozen zal worden
onder vigeur der bestaande kieswet,
wederom een meerderheid tegen de hui
dige regeering opleveren en wat dan? Een
zelfde spel als nu en dan nog in ver
scherpten vorm?
Duitschland gaat nieuwe tijden tegemoet
onder reactionaire leiding Van de vroegere
bezitters der macht voor de ineenstorting
van het keizerrijk.... Ook dat zegt wel
iets!
In het buitenland is de stemming tegen
over de regeering Von Papen niet al te
slecht, omdat men met genoegen ziet, hos
Hitler van de macht af wordt gehouden
en zelfs in Frankrijk zou hij gunstig wor
den beoordeeld, zoo von Papen niet op
uiterst krachtige wijze den eisch tot ge
lijkgerechtigdheid op het gebied der ont
wapeningof moeten wij zeggen bewape
ning? stelde en verdedigde. Frankrijk
heeft dezen eisch afgewezen, doch behal
ve enkele vazalstaten heeft het niemand
meer achter zich! Ook Engeland en Italië
erkennen in principe Duitschland's recht,
althans voor zoover het betreft een ont
wapening der overige mogendheden naar
het Duitsche niveau. Voor den Volken
bondsraad komt in dit opzicht druk werk
aan den winkel.
Evenals ten aanzien van het conflict in
het Verre Oosten, dat in een verscherpt
stadium is getreden doordat Japan den
staat Mantsjoekwo de jure en de facto
heeft erkend als onafhankelijk, zij het ook
dat deze staat door aan Japan het recht
te verleenen van een militaire bezetting
geheel van het land van den Mikado af
hankelijk is. Japan stelt de wereld een
voudig voor een fait accompli, vertrou
wend, dat niemand het zal wagen een oor
log te beginnen voor de belangen van
China, dat natuurlijk deze verkapte an
nexatie niet erkent en reeds een nieuw
dringend beroep op den Volkenbond heeft
gedaan. Lastige en precaire cituatie
Japan heeft een geschikt moment geko
zen. juist voor de publicatie van het rap-
port-Lytton. de commissie, door den Vol
kenbond naar Mantsjoerije gezonden ter
nader onderzoek. Erg gunstig schijnt dit
rapport voor Japan niet te zijn uitgevallen!
En nu de erkenning van Mantsjoekwo
De spanning in het Verre Oosten is on
geveer het hoogtepunt genaderd.
RECLAME.
20 Zambos Sigaretten 25 cents.
Bestelt bij Vreemdelingenverkeer
op het Stationsplein Uw reisbiljet, j
wilt ge van Uw reis zeker zijn. j
;.'i: l ,i1t
door D. Hans.
drama.
Bij wijze van afwisseling nu eens een
Parlements-schets, die echter niet speelt
in het parlement.
Maar:
die dan toch wel onmiddellijk op de
parlementaire toestanden betrekking heeft.
Wist gij, dat de verkiezing van vrouwen
in de Kamer aanleiding geeft tot huise
lijke drama's bij de mannelijke leden?
Neen? En toch is het zoo. Want de
vrouwen ik bedoel nu de gehuwde,
niet-politieke vrouwen blijven vrouwen.
Het eeuwige raadsel: vrouw.. En dacht ge
dat zoo'n vrouw niet jaloersch was. als
Mijnheer de Afgevaardigde haast heeft
naar de Kamer te komen? Dan zou ze geen
vrouw zijn
Dacht ge, dat dan in de ziel van^ zoo'n
arme, thuisblijvende vrouw ook niet eens
de gedachte opkwam: Waar doet hij het
voor? Voor de discussie? Voor een Voor-
loopig Verslag? Of: voor. een vrouw?
Een andere vrouw
Lezer, vergeef het aan de twijfelmoedige
echtgenoote, maar het is zoo. Het is men-
schelijk. Méér dan dat: het is vrouwelijk.
Mag ik daarom eens eerlijk oververtellen
wat een mannelijke afgevaardigde mij
onlangs heeft gebiecht?
Toen hij op een middag uit de Kamer
thuiskwam in z'n vriendelijke woning, lag
z'n vrouwtje met een verdrietig gezicht op
de divan.
Hij wilde haar de gebruikelijke kus
kus geven.
„Geef me geen zoen!" zei ze met een
stem als een scherprechter. „Ik wensch het
niet!"
Hij stomverbaasd.
„Maar lieve
„Noem me geen lieve. Ik ben je lieve
niet. Ik wil het niet zijn."
„Ach kom!" ("ironisch").
Uit haar keel klonk een gesmoorde
snik.
„Maar mag ik even weten, waaraan
ik dat alles te wijten heb?" vroeg hij.
„Je bedriegt me!"
Hij keek of de pendule op z'n achtbare
schedel werd gedistribueerd, hield zich
dit wordt allen mannen dringend aanbe
volen doodkalm en vroeg: „Hoe kom je
daarbij?"
Ze hief het hoofd op en wierp hem door
haar tranen heen een vlammenden blik
toe.
„Dat zal ik je zeggen. Ik heb van
morgen je bruine pak schoongemaakt, dat
je zoo dikwijks in de Kamer draagt Je
wist dat ik het zou schoonmaken. Dat had
ik je beloofd. Natuurlijk moest ik in alle
zakken zijn om te zien of er gaatjes in
waren. En toen toen heb ik in geen
enkelen zak iets gevonden".
„Welnu?"
„Welnu? Vraag je dat nog? Al je
zakken waren leeg. Wat bewijst dat? Dat
je ze allemaal van te voren nauwkeurig
hebt nagezocht. En waarom heb je dat ge
daan? Omdat je er natuurlijk een briefje
moest uithalen, dat ik niet lezen mocht.
Een afspraak, of zooiets. O. die leege zak
ken sneden me door de ziel!"
De vlammende blik verdween. Het werd
weer snikken.
„Dus, omdat er géén briefje van een
andere vrouw in m'n bruin costuum te
vinden was.
„Ben je schuldig. Ja. Natuurlijk. Want
nu heb je 't er uitgehaald. Ik twijfelde
trouwens allang aan je!"
„Aan mij?"
(Nog altijd was hij ijskoud. Zoo kalm als
gewapend beton. Volgt hem na. mannen
broeders)
„Ja, aan jou. Als ik 's nachts wakker
lig, heb ik je nooit hardop hooren droomen.
Ik heb je nooit hooren praten. Iedereen
praat weieens in z'n droom. Jij nooit. Wat
bewijst dat? Je hebt wat te verbergen. Je
doet er wat tegen. Je neemt er wat voor
in. Als je in je droom eens „Suze" riepr of
„Liesje" of „Jo", zou ik het niet erg vin
den. Dat kan toeval zijn. Maar nu je niets
roept, zegt dat genoeg".
Hij bleef als een standbeeld. Als een
Sphinx.
„Die kalmte van je spreekt boekdee-
len. Een man die onschuldig is. zou op
vliegen. Jij niet. Je houdt je goed, maar
je verraadt je. Trouwens, ik heb nog een
derde bewijs!"
„Ja?"
„Ja. Ik heb er al dagen lang op gelet
als je thuiskwam, maar altijd is je col
bertje brandschoon. Er zit nooit een stofjo
op. Dat is het beste bewijs, dat een vrouw
met haar hoofd tegen je aan heeft gelegen
en dat je daarna je zorgvuldig door een
Kamerbode hebt laten afborstelen. Hoe
héét ze9 Wees eerlijk!"
Toen (o, zwakke broeder), toen brak z'n
kalmte als een ijsschots, waar plotseling
een scheur in komt.
„Als je nu niet ophoudt!" schreeuwde
hij, „dan zal ik
„Zie je wel," zei ze. „Je wordt boos.
Dat is het beste bewijs. Dat kan fk niet
uitstaan. Een eerlijk man wordt nooit
boos. Een eerlijk man bekent".
Langzamerhand kreeg hij z'n bedaard
heid terug. Hij lachte.
Zïi snikte.
„Wie is dienvrouw, waar je met opzet
niet van droomt? Waar je de briefjes van
verscheurt? Die je afborstelt, als ze je
omhelsd heeft? Wat voor haar heeft ze?"
„Bruin," zei hij zacht.
„Dus je bekent? Wat gemeen om te
bekennen. Wat cynisch. Een andere man
zou z'n vrouw gespaard hebben. Bruin. Zoo.
Net als ik dus!"
„Net als jij!"
„En hoe heet ze? Biecht nou maar op.
Een onmensch ben je in ieder geval. Als
je het zegt, ben je wreed tegenover een
zwakkere vrouw. Als je het niet zegt, ver
berg je de waarheid! Hoe heet ze?"
„Riek!"
„Heetze Riek? Net als ik?
Bruin haar, als ik? en Riek, als ik?"
Ze keek op.
Ze zag een glimlach twinkelen in z'n
oogen, en ze vroeg:
„Ik vertrouw je niet. Je staat me weer
te bedriegen. Bruin haar en Riek. Ben ik
het soms zelf? Zie je wel dat je me be
driegt? Je deed of je een andere vrouw
op 't oog had en je bedoelde mij. Zullen
jullie mannen dan nooit genoeg krijgen
van het bedrog?"
En als een schuchter vogeltje nestelde de
zwakke vrouw zich in de veilige armen van
den sterken man.
Ziet U?
Zulke huiselijke drama's hebben er
plaats sinds de vrye en onafhankelijke
vrouw haar plaats in het parlement heeft
veroverd. Dit is één kant van de kwestie,
die nog nimmer is belicht, maar het leven
is zoo rijk en zoo geanimeerd en het is
altijd prettig voor een journalist, eens een
nieuw gezichtspunt te openen. Nu liep
bovengeschetst drama min of meer als
een blijspel af, maar zult ge durven be
weren, dat zoo altijd het slot zal zijn?
Mij is nóg een typisch geval bekend, dat
ik hier ter illustratie moge meededeelen.
Het is van zeer recenten datum.
Huis van een Kamerlid (mannelijk ge
slacht). Meneer niet thuis. Mevrouw wél.
Telefoon.
Mevrouw gaat luisteren en roept:
tijdschriften.
interessant filmnummer van
„de kroniek."
Het bekende maandblad „De Kroniek"
belooft in zijn jongste nummer voortaan
meer aandacht te zullen gaan besteden
aan de film en de redactie deed deze be
lofte gepaard gaan met een luxueus uitge
voerde editie, die geheel gewijd werd aan
de film en wel aan de nieuwe productie
van de Metro-Goldwyn-Mayer. De samen
stelling van deze lijvige uitgave, afgewis
seld met prachtige foto's van filmfiguren
en scènes uit komende rolprenten, werd
verzorgd door Mr. H. M. Merkelbach, den
oud-Directeur van den Amsterdamsclien
Stadsschouwburg. In zijn inleidend artikel
waarin Mr. Merkelbach, vertelt wat hem
in de filmproductie van de Metro-Gold
wyn-Mayer aantrekt, schetst hij de ruime,
doorleefde menschelijkheid. die uit de
meeste films van deze Amerikaansche
maatschappij tot den toeschouwer spreekt
Dit nummer wijkt af van vele andere
publicaties over films en filmstars, omdat
men in deze uitgave van „De Kroniek"
vermeden heeft om met holle standaard
woorden om zich heen te gooien. Mr. Mer
kelbach en zijn medewerkers zijn dieper
doordrongen tot het wezen van de filrn-
menschen: zij geven den lezer een kijk
op de innerlijke samenhang tusschen het
wezen der filmartisten en hun scheppin
gen. Voor wie dit nummer gelezen heeft,
is de goede film geen verstrooiing zonder
meer, hij zal de filmbeelden met andere
oogen, met diepere belangstelling gaan
bekijken De redactie heeft experts op
ieder gebied laten schrijven over die films,
waarover zij met deskundigheid konden
vertellen.
Door dit smaakvolle nummer, geheel op
kunstdrukpapier gedrukt, gebrocheerd in
een zilveren omslag, zijn aparte kunst
pagina's geschoten, met exclusieve foto's
van filmgrootheden. Op den omslag een
knappe teekening van Greta Garbo, la
divine!
„HalloDan hoort ze de vraag:
„Met meneer
(Den naam laat ik natuurlijk wèg: ik
ben geen schandaal-journalist).
De aandacht van mevrouw is direct ge
spannen. Een andere vrouw, die naar
meneer vraagt. En ze antwoordt, ietwat
gedempt: „Ja-wèl!"
„Met juffrouw(ook deze
naam moge ik verzwijgen) „Kunt U
morgenavond, om 9 uur? Dat is het beste
uur voor mij, ik kan anders zco moeilijk
v/eg!"
Ze schrok zich lijkwit, de arme vrouw.
Maar, moedig en sterk als vrouwen in der
gelijke cogenblikken zijn, antwoordde ze
snijdend-scherp:
„Ik zal de boodschap a?n mijn man
overbrengen, dat beloof ik U!"
Toen hij thuiskwam, kreeg hij den vollen
Noord-Westerstorm van voren. Eerst stond
hij perplex, dan barstte hij in lachen uit,
om z'n afspraakje met een andere vrouw"
„Gelijk heb je, lieve. Een afspraakje
is het. 't Is een commissie-vergadering!"
,Een wat?"
Een vergadering van een commissie
van Rapporteurs. In 't Kamergebouw. Mor
genavond om 9 uur."
Ze zag aan z'n oogen (oogen van man
nen liegen nooit) dat hij de waarheid
sprak.
Ze geloofde.
Een uur later had hij haar een nieuwen
hoed beloofd. „Om 't verdriet dat hij haar
had aangedaan."
Ach, beseft de politieke vrouw niet hoe
veel leed zij haar zusteren berokkent?
Gisteravond is in het Paramount-theater te New York de première gegaan van de
nieuwste Mariene Dietrichfilm „Blonde V enus." Hierboven de beroemde filmactrice
met haar nieuwen partner Sidney Tolei.
zij, die terugkeeren.
Zeldzame gebeurtenissen van vroeger en nu.
Er is een mensch verdwenen. Jarenlang
heeft men niets van hem gehoord. Zijn
verwanten en kennissen beschouwen hem
als gestorven. De een houdt zijn gedachte
nis in eere, de ander heeft hem al lang
vergeten.
Op een goeden dag duikt hij plotseling
weer op. De lange jaren van zijn afwezig
heid hebben hem zoo veranderd, dat hij
bijna niet meer is te herkennen. En hij
zelf herkent ook ternauwernood de men-
schen, die hem vroeger zoo na stonden.
Ook in hun gelaat heeft de tijd zijn voren
gegroefd, vreugde en smart hebben hun
trekken veranderd. En wat erger is en
wat hen nog vreemder voor elkaar maakt,
zoowel hem, die terugkeet. als d* men-
schen tot wie hij terugkeert hun leven
Is veranderd, hun wezen is veranderd-, hun
denken en voelen is anders geworden.
Dat is iets wat maar zelden of nooit
voorkomt, zou men denken. Maar hier ver
gist men zich. Het is een geschiedenis, die
zich steeds weer herhaalt, een thema, dat
zich in de literatuur van vroeger en nu
altijd weer in de belangstelling der schrij
vers verheugt.
Laten wij eens heel ver teruggaan: De
oudste figuur onder deze terugkeerende
onbekenden is tegelijkertijd een der be-
zoemdste. de man. wiens lotgevallen ons
door Homerus worden verteld: Odysseus.
Wanneer deze na jarenlange omzwervin
gen naar huis terugkeert, vindt hij daar
oen andere wereld De eenige, die hem her-
bent is de goddelijke varkenshoeder
Eumaeus. Wel is waar is zijn vrouw Pene-
I°Pe hem nog altijd trouw gebleven; doch
wanneer hij zijn terugkeer nog langer
nad uitgesteld, zou ook haar list niet lan-
bestend zijn geweest tegen haar min
naars.
De groote psycholoog en romanschrijver
Jalzac schreef de novelle „Kolonel Cha-
W'. Chabert is reeds lang dood ge
waand: het volk gedenkt hem als een
aeldhaftig officier. Z-&X vrouw is opnieuw
getrouwd, zijn vermogen is aan de erfge
namen toegewezen. Onverwacht keert hij
terug. Den doode bewijst men groote eer,
doch den levende weigert men zelfs de
kleinste rechten en de herrezen kolonel
Chabert moet een „heroïschen strijd'
voeren tegen den gevallen kolonel Chabert.
Eenige jaren geleden schilderde Leon-
hard Frank in zijn roman „Karl und Anna"
de tragedie van twee oorlogskameraden,
die In Siberië gevangen zitten. Den eenen
gelukt het te vluchten en hij gaat de
vrouw van zijn vriend thuis bezoeken. Uit
hun samenleven en den lateren terugkeer
van den man ontstaan de meest tragische
conflicten. Wij hebben dit materiaal ook
verwerkt gezien in een Ufafilm, met Dita
Parlo, Gustav Fröhlich en den Zweed
Larson.
Het leven zelf is echter nog fantasti
scher dan alle verdichtsels. Het schrijft
„romans", zooals een schrijver ze nog nooit
heeft durven maken, omdat men hem on
waarschijnlijkheid van zijn werk zou ver
wijten.
Uit Amerika bericht men bijv. het vol
gende: Zooals men weet, noemen zich de
mannen, die aan den wereldoorlog hebben
deelgenomen, veteranen. Zij geven de re
geering. zooals wij hebben kunnen lezen,
veel werk met hun aanspraken op schade
vergoeding. Eenige jaren geleden gaat
zulk een veteraan een groentewinkel van
een weduwe binnen om te bedelen. De
weduwe valt den bedelaar om den hals en
begroet hem als haar dood gewaanden
zoon.
Ook deze soldaat lijdt aan geheugen
storingen. Hij kan zich weliswaar herinne
ren, dat hij op de Fransche slagvelden
heeft gevochten tegen Duitschland, doch
de naam. dien hij opgeeft, wordt niet ge
vonden in de wettelijke lijsten der sol
daten.
Evenmin kan hij zich thans herinneren,
dat de oude vrouw zijn moeder is en Öat
hij In deze stad moet zijn geboren. Buren
en familieleden spreken vriendelijk tot
hem; ze zijn er wel niet zeker van, dat hij
de vermiste zoon is, doch de vreugde der
moeder is zoo groot, dat zij het niet over
hun hart konden krijgen, haar te ont
goochelen.
En de „zoon" laat zich des te bereid
williger overreden, om zich als haar kind
te gedragen, omdat daarmede opeens alle
moeilijkheden voor hem zijn opgelost. Hij
vindt een moeder met een hart vol liefde
en een kleine, doch door de sensatie nog
beter dan anders floreerende zaak, waar
door hij een onbekommerd bestaan heeft.
Voor eenigen onopgehelderden twijfel
die zijn kwaliteit van zoon in den weg
staat, wordt ook hier het verloren geheu
gen als excuus aangevoerd. Hij wordt er
kend als zoon. In werkelijkheid blijft
echter ook dit een geval van niet geheel
opgeloste identiteit.
In Duitschland zijn de gevallen, dat ver
misten onverwachts terugkeeren, niet
zeldzaam. De kantonrechter van een Ber-
lijnsch kantongerecht heeft in zijn papie
ren talrijke dergelijke gebeurtenissen op-
ge teekend. Bij dit gerecht worden de over-
lijdensacten van vermisten opgemaakt en
het gebeurt dikwijls, dat de „doode" eeni
gen tijd na het vaststellen van den dood
weer springlevend voor den dag komt. Ook
daar komen veel conflicten voor, als zijn
identiteit aan twijfel onderhevig is.
Het thema van deze terugkeerenden is
oud, zooals men ziet; doch het blijft altijd
interessant. Het probleem heeft t.hans in
de Ufa-toonfilm „Mensch ohne Namen"
een nieuwen vorm gekregen; het is het
nieuwste werk van Robert Liebmann. Hier
is het lot van zulk een man, die terug
keert, dat veel overeenkomst vertoont met
dat van kolonel Chabert, in het kader van
onzen tijd gezet. Dat Werner Krauss deze
rol speelt is reeds een waarborg, dat wij
een aangrijpende menschelijke geschiede
nis zullen aanschouwen, boeiend door den
nieuwen vorm.
Ook de regisseur van de film, Gustav
Ucicky, heeft zich een meester o-ptennd in
het verwerken van groot materiaal, zooals
„Yorck" en „Het Fluitconcert van Sans-
souci". De productieleiding is toevertrouwd
aan de ervaring van Günther Stapenhorst.
o
levens in een cartotheek.
Ergens in Hollywood staat een groote
kamer vol kasten. Elke kast is in tien vak
ken verdeeld en in elk vak liggen 500 car
totheekbladen. Elk van die bladen verte
genwoordigt een menschenleven. Zoovelen
zijn er, die bij de film hun geluk beproe
ven of na een leven van teleurstelling
op de film hun laatste hoop hebben geves
tigd. Hun geheele levensloop is op deze
witte, blauwe en roode kaarten vastge
legd.
Ik grijp er willekeurig een kaart uit en
laat mijn oog over het papier glijden. Jane
Maxfield een nietszeggende naam. Zij
is 20 jaar en getrouwd; haar man is werk
loos. Zij is danseres van beroep en sedert
anderhalf jaar zonder engagement ge
weest. Ik kijk naar de portretten: een van
1930, waar zij op het tooneel staat, la
chend, in het traditioneele costuum van
een danseres en een van 1932: een jonge,
blonde vrouw, met ernstige trek om den
kleinen mond. Het haar ziet er niet erg
verzorgd uit en in haar oogen is een leegte
Zoo krijgt men uit enkele kleinig
heden een beeld van dit leven. Zij is ex
een uit velen.
Een andere kaart: Robert Brinken, vader
van vier kinderen, tooneelspeler bij rei
zende gezelschappen, in Hollywood be
land, karakterspeler. Momenteel kranten-
verkooper in de straten van Los Angeles.
En een zielige opmerking: figurant in
„Menschen achter tralies." Dat was een
film, waar honderden figuranten in mee
speelden in de gevangenis-scènes.
Frangoise Dechattier, 17 Jaar oud, Fa-
risienne, spreekt Fransch, Engelsch,
Duitsch en Spaansch. Weer een aanteeke-
ning: zij wordt gezocht door het Fransche
consulaat. Misschien is zij van huis weg-
geloopen.
En dan krijg ik toevallig een kaart in
handen, een kaart als al die andere met
een portret, een naam, een levensbeschrij
ving. maar toch...... de naam is Clark
Gable. Wij zien dat hij student in de me
dicijnen is geweest, bij tal van rondrei
zende tooneelgezelschappen heeft gespeeld
Eenmaal speelde hij als figurant voor de
film onder regie van Lubitsch, maar toen
kwamen weer de reizende tooneelgezel
schappen en als een verademing een vast
engagement in New York. Totdat hij een
jaar geleden definitief bij de film kwam
en achtereenvolgens de hoofdrollen speel
de met Joan Crawford, Norma Shearer en
Greta Garbo (in „Susan Lenoz"). En één
veelzeggend woordje op de kaart: „star".
De kaart ligt daar alfabetisch gerang
schikt in de carthotheek. Ze is even ver
kreukeld als de andere; het portret erop
is niet interessanter dan dat van vele an
deren; het is een leven temidden van dui
zenden andere levens, doch het is een
symbool van vervulde hoop, terwijl de
vele andere spreken van 'n zelfde hood, die
niet vervuld is en waarschijnlijk nimmer
vervuld zal worden.