73sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 17 September 1932 Derde Blad No. 22238 g) Buitenl. Weekoverzicht. UIT HET NEDERLANDSCHE PARLEMENT KUNST EN LETTEREN. De nieuwste creatie van Mariene Dietrich. een drietal gebeurtenissen. Het zijn een drietal gebeurtenissen, die cns ditmaal zullen bezig houden. In de allereerste plaats natuurlijk de onver achte wending, die de politieke strijd in Duitschland heeft genomen. Over het ver- joop behoeven wij niet verder uit te wei den, dat is thans bekend genoeg; alleen Dog' slechts iets over de gevolgen en de beteekenis. A priori staat vast, dat de ontbinding van den Rijksdag, die vrijwel zeker was, alhoewel van de zijde van het Centrum inderdaad gedaan is, wat moge lijk was, om deze te vermijden, gelet op de omstandigheden, waarin het Duitsche partij-wezen is beland, grondwettelijk niet is aan te tasten'. Zelfs Goering, de zoo weerspannige nation.-socialistische Rijks dagvoorzitter, heeft dit tenslotte moeten erkennen. Maar toch zitten er bedenke lijke zijden aan een dergelijke wijze van naar huis zenden van het parlement. On betwistbaar is toch, dat de Rijksdag de wettelijke vertegenwoordiging is van het Duitsche volk, al was het lichaam niet tot vruchtbaren arbeid in staat, verdeeld en hopeloos uit het stuur gedreven als het was. Hem kwam het recht toe, zich uit te spreken over de zittende regeermg en over haar daden, met name de nood verordeningen. Zuiver verstandelijk ge redeneerd mag men dit betreuren en er op wijzen, dat 't Duitsche belang momen teel eischt een krachtdadig ingrijpen van zoogerhand, niet belemmerd door poli tie of andere verhoudingen, grondwet- ïJijk is de Rijksdag souverem en hem een leslissing onmogelijk te maken door ont binding voor en aleer hij gelegenheid heeft gehad zich uit te spreken, zooals de re geering von Papen heeft gedaan, met medewerking van president Hindenburg, is een buiten werking stellen van de grond wet, Als men dat maar bedenkt en in het oog houdt! De grondwet van Weimar wordt door re geermg en politieke partijen om beurten geschraagd of afgewezen, zooals in de kraam te pas komt! Zij ligt op sterven Op hoe weinig steun de regeering von Papen in het parlement kon rekenen :s allerduidelijkst aan den dag getreden bij de gehouden stemming, waarbij het er practisch heel weinig toe doet, of deze al da!T niet rechtsgeldig is. Veranderen zal er immers niemendal, hoezeer Goering zich uitput in allerlei spitsvondigheden of juridische handigheidjes, waarmede hij noch zich zelf noch zijn partij in het oog van weidenkenden en niet door de Duit sche politieke bacil aangetasten, een dienst bewijst. Wat echter niets zegt ten aanzien van de mogelijkheden bij de komende verkiezingen, want het aantal niet-verpolitiekten schijnt bij onze Oos telijke buren bitter gering te zijn Zou ooit een regeering zulk een neder laag hebben geleden en overleefd? Slechts door een dictatuur is dit mogelijk en deze wordt thans dan ook in Duitsch- land uitgeoefend, hetgeen daafom moge lijk is doordat de regeering achter zich weet de gewapende macht. Doch zelfs op den langen duur is dit niet voldoende voor welke dictatuur ook! Deze zal toch :oeten steunen op grootere volksdeelen Hs blijkbaar achter von Papen staan vol gens de jongste stemming in den Rijksdag, die geen practische uitwerking heeft, zoo- als gezegd. In welke bochten zich de Nazis ook wringen, geruggesteund door hun antipoden bij uitnemendheid, de com munisten monsterverbond bij uitstek. Zal von Papen zich die volksgunst we ten te veroveren? Hij geniet deze thans slechts bij de Duitsch-nationalen. dus de partij van Hugenberg, die met Hitier de finitief schijnt te hebben gebroken en bij de restanten van de Duitsche Volkspartij onder Dingeldey. Zullen deie partijen bij de komende nieuwe verkiezingen hoe ve le millioenen zijn in Duitschland dit jaar al niet aan verkiezingen verdaan! winst van beteekenis kunnen veroveren? De mogelijkheid is er, wanneer de tijden von Papen gunstig zouden zijn en een merkbare opleving zich zou doen gevoelen. Doch in ieder geval zal ook de nieuwe Rijksdag, die nog gekozen zal worden onder vigeur der bestaande kieswet, wederom een meerderheid tegen de hui dige regeering opleveren en wat dan? Een zelfde spel als nu en dan nog in ver scherpten vorm? Duitschland gaat nieuwe tijden tegemoet onder reactionaire leiding Van de vroegere bezitters der macht voor de ineenstorting van het keizerrijk.... Ook dat zegt wel iets! In het buitenland is de stemming tegen over de regeering Von Papen niet al te slecht, omdat men met genoegen ziet, hos Hitler van de macht af wordt gehouden en zelfs in Frankrijk zou hij gunstig wor den beoordeeld, zoo von Papen niet op uiterst krachtige wijze den eisch tot ge lijkgerechtigdheid op het gebied der ont wapeningof moeten wij zeggen bewape ning? stelde en verdedigde. Frankrijk heeft dezen eisch afgewezen, doch behal ve enkele vazalstaten heeft het niemand meer achter zich! Ook Engeland en Italië erkennen in principe Duitschland's recht, althans voor zoover het betreft een ont wapening der overige mogendheden naar het Duitsche niveau. Voor den Volken bondsraad komt in dit opzicht druk werk aan den winkel. Evenals ten aanzien van het conflict in het Verre Oosten, dat in een verscherpt stadium is getreden doordat Japan den staat Mantsjoekwo de jure en de facto heeft erkend als onafhankelijk, zij het ook dat deze staat door aan Japan het recht te verleenen van een militaire bezetting geheel van het land van den Mikado af hankelijk is. Japan stelt de wereld een voudig voor een fait accompli, vertrou wend, dat niemand het zal wagen een oor log te beginnen voor de belangen van China, dat natuurlijk deze verkapte an nexatie niet erkent en reeds een nieuw dringend beroep op den Volkenbond heeft gedaan. Lastige en precaire cituatie Japan heeft een geschikt moment geko zen. juist voor de publicatie van het rap- port-Lytton. de commissie, door den Vol kenbond naar Mantsjoerije gezonden ter nader onderzoek. Erg gunstig schijnt dit rapport voor Japan niet te zijn uitgevallen! En nu de erkenning van Mantsjoekwo De spanning in het Verre Oosten is on geveer het hoogtepunt genaderd. RECLAME. 20 Zambos Sigaretten 25 cents. Bestelt bij Vreemdelingenverkeer op het Stationsplein Uw reisbiljet, j wilt ge van Uw reis zeker zijn. j ;.'i: l ,i1t door D. Hans. drama. Bij wijze van afwisseling nu eens een Parlements-schets, die echter niet speelt in het parlement. Maar: die dan toch wel onmiddellijk op de parlementaire toestanden betrekking heeft. Wist gij, dat de verkiezing van vrouwen in de Kamer aanleiding geeft tot huise lijke drama's bij de mannelijke leden? Neen? En toch is het zoo. Want de vrouwen ik bedoel nu de gehuwde, niet-politieke vrouwen blijven vrouwen. Het eeuwige raadsel: vrouw.. En dacht ge dat zoo'n vrouw niet jaloersch was. als Mijnheer de Afgevaardigde haast heeft naar de Kamer te komen? Dan zou ze geen vrouw zijn Dacht ge, dat dan in de ziel van^ zoo'n arme, thuisblijvende vrouw ook niet eens de gedachte opkwam: Waar doet hij het voor? Voor de discussie? Voor een Voor- loopig Verslag? Of: voor. een vrouw? Een andere vrouw Lezer, vergeef het aan de twijfelmoedige echtgenoote, maar het is zoo. Het is men- schelijk. Méér dan dat: het is vrouwelijk. Mag ik daarom eens eerlijk oververtellen wat een mannelijke afgevaardigde mij onlangs heeft gebiecht? Toen hij op een middag uit de Kamer thuiskwam in z'n vriendelijke woning, lag z'n vrouwtje met een verdrietig gezicht op de divan. Hij wilde haar de gebruikelijke kus kus geven. „Geef me geen zoen!" zei ze met een stem als een scherprechter. „Ik wensch het niet!" Hij stomverbaasd. „Maar lieve „Noem me geen lieve. Ik ben je lieve niet. Ik wil het niet zijn." „Ach kom!" ("ironisch"). Uit haar keel klonk een gesmoorde snik. „Maar mag ik even weten, waaraan ik dat alles te wijten heb?" vroeg hij. „Je bedriegt me!" Hij keek of de pendule op z'n achtbare schedel werd gedistribueerd, hield zich dit wordt allen mannen dringend aanbe volen doodkalm en vroeg: „Hoe kom je daarbij?" Ze hief het hoofd op en wierp hem door haar tranen heen een vlammenden blik toe. „Dat zal ik je zeggen. Ik heb van morgen je bruine pak schoongemaakt, dat je zoo dikwijks in de Kamer draagt Je wist dat ik het zou schoonmaken. Dat had ik je beloofd. Natuurlijk moest ik in alle zakken zijn om te zien of er gaatjes in waren. En toen toen heb ik in geen enkelen zak iets gevonden". „Welnu?" „Welnu? Vraag je dat nog? Al je zakken waren leeg. Wat bewijst dat? Dat je ze allemaal van te voren nauwkeurig hebt nagezocht. En waarom heb je dat ge daan? Omdat je er natuurlijk een briefje moest uithalen, dat ik niet lezen mocht. Een afspraak, of zooiets. O. die leege zak ken sneden me door de ziel!" De vlammende blik verdween. Het werd weer snikken. „Dus, omdat er géén briefje van een andere vrouw in m'n bruin costuum te vinden was. „Ben je schuldig. Ja. Natuurlijk. Want nu heb je 't er uitgehaald. Ik twijfelde trouwens allang aan je!" „Aan mij?" (Nog altijd was hij ijskoud. Zoo kalm als gewapend beton. Volgt hem na. mannen broeders) „Ja, aan jou. Als ik 's nachts wakker lig, heb ik je nooit hardop hooren droomen. Ik heb je nooit hooren praten. Iedereen praat weieens in z'n droom. Jij nooit. Wat bewijst dat? Je hebt wat te verbergen. Je doet er wat tegen. Je neemt er wat voor in. Als je in je droom eens „Suze" riepr of „Liesje" of „Jo", zou ik het niet erg vin den. Dat kan toeval zijn. Maar nu je niets roept, zegt dat genoeg". Hij bleef als een standbeeld. Als een Sphinx. „Die kalmte van je spreekt boekdee- len. Een man die onschuldig is. zou op vliegen. Jij niet. Je houdt je goed, maar je verraadt je. Trouwens, ik heb nog een derde bewijs!" „Ja?" „Ja. Ik heb er al dagen lang op gelet als je thuiskwam, maar altijd is je col bertje brandschoon. Er zit nooit een stofjo op. Dat is het beste bewijs, dat een vrouw met haar hoofd tegen je aan heeft gelegen en dat je daarna je zorgvuldig door een Kamerbode hebt laten afborstelen. Hoe héét ze9 Wees eerlijk!" Toen (o, zwakke broeder), toen brak z'n kalmte als een ijsschots, waar plotseling een scheur in komt. „Als je nu niet ophoudt!" schreeuwde hij, „dan zal ik „Zie je wel," zei ze. „Je wordt boos. Dat is het beste bewijs. Dat kan fk niet uitstaan. Een eerlijk man wordt nooit boos. Een eerlijk man bekent". Langzamerhand kreeg hij z'n bedaard heid terug. Hij lachte. Zïi snikte. „Wie is dienvrouw, waar je met opzet niet van droomt? Waar je de briefjes van verscheurt? Die je afborstelt, als ze je omhelsd heeft? Wat voor haar heeft ze?" „Bruin," zei hij zacht. „Dus je bekent? Wat gemeen om te bekennen. Wat cynisch. Een andere man zou z'n vrouw gespaard hebben. Bruin. Zoo. Net als ik dus!" „Net als jij!" „En hoe heet ze? Biecht nou maar op. Een onmensch ben je in ieder geval. Als je het zegt, ben je wreed tegenover een zwakkere vrouw. Als je het niet zegt, ver berg je de waarheid! Hoe heet ze?" „Riek!" „Heetze Riek? Net als ik? Bruin haar, als ik? en Riek, als ik?" Ze keek op. Ze zag een glimlach twinkelen in z'n oogen, en ze vroeg: „Ik vertrouw je niet. Je staat me weer te bedriegen. Bruin haar en Riek. Ben ik het soms zelf? Zie je wel dat je me be driegt? Je deed of je een andere vrouw op 't oog had en je bedoelde mij. Zullen jullie mannen dan nooit genoeg krijgen van het bedrog?" En als een schuchter vogeltje nestelde de zwakke vrouw zich in de veilige armen van den sterken man. Ziet U? Zulke huiselijke drama's hebben er plaats sinds de vrye en onafhankelijke vrouw haar plaats in het parlement heeft veroverd. Dit is één kant van de kwestie, die nog nimmer is belicht, maar het leven is zoo rijk en zoo geanimeerd en het is altijd prettig voor een journalist, eens een nieuw gezichtspunt te openen. Nu liep bovengeschetst drama min of meer als een blijspel af, maar zult ge durven be weren, dat zoo altijd het slot zal zijn? Mij is nóg een typisch geval bekend, dat ik hier ter illustratie moge meededeelen. Het is van zeer recenten datum. Huis van een Kamerlid (mannelijk ge slacht). Meneer niet thuis. Mevrouw wél. Telefoon. Mevrouw gaat luisteren en roept: tijdschriften. interessant filmnummer van „de kroniek." Het bekende maandblad „De Kroniek" belooft in zijn jongste nummer voortaan meer aandacht te zullen gaan besteden aan de film en de redactie deed deze be lofte gepaard gaan met een luxueus uitge voerde editie, die geheel gewijd werd aan de film en wel aan de nieuwe productie van de Metro-Goldwyn-Mayer. De samen stelling van deze lijvige uitgave, afgewis seld met prachtige foto's van filmfiguren en scènes uit komende rolprenten, werd verzorgd door Mr. H. M. Merkelbach, den oud-Directeur van den Amsterdamsclien Stadsschouwburg. In zijn inleidend artikel waarin Mr. Merkelbach, vertelt wat hem in de filmproductie van de Metro-Gold wyn-Mayer aantrekt, schetst hij de ruime, doorleefde menschelijkheid. die uit de meeste films van deze Amerikaansche maatschappij tot den toeschouwer spreekt Dit nummer wijkt af van vele andere publicaties over films en filmstars, omdat men in deze uitgave van „De Kroniek" vermeden heeft om met holle standaard woorden om zich heen te gooien. Mr. Mer kelbach en zijn medewerkers zijn dieper doordrongen tot het wezen van de filrn- menschen: zij geven den lezer een kijk op de innerlijke samenhang tusschen het wezen der filmartisten en hun scheppin gen. Voor wie dit nummer gelezen heeft, is de goede film geen verstrooiing zonder meer, hij zal de filmbeelden met andere oogen, met diepere belangstelling gaan bekijken De redactie heeft experts op ieder gebied laten schrijven over die films, waarover zij met deskundigheid konden vertellen. Door dit smaakvolle nummer, geheel op kunstdrukpapier gedrukt, gebrocheerd in een zilveren omslag, zijn aparte kunst pagina's geschoten, met exclusieve foto's van filmgrootheden. Op den omslag een knappe teekening van Greta Garbo, la divine! „HalloDan hoort ze de vraag: „Met meneer (Den naam laat ik natuurlijk wèg: ik ben geen schandaal-journalist). De aandacht van mevrouw is direct ge spannen. Een andere vrouw, die naar meneer vraagt. En ze antwoordt, ietwat gedempt: „Ja-wèl!" „Met juffrouw(ook deze naam moge ik verzwijgen) „Kunt U morgenavond, om 9 uur? Dat is het beste uur voor mij, ik kan anders zco moeilijk v/eg!" Ze schrok zich lijkwit, de arme vrouw. Maar, moedig en sterk als vrouwen in der gelijke cogenblikken zijn, antwoordde ze snijdend-scherp: „Ik zal de boodschap a?n mijn man overbrengen, dat beloof ik U!" Toen hij thuiskwam, kreeg hij den vollen Noord-Westerstorm van voren. Eerst stond hij perplex, dan barstte hij in lachen uit, om z'n afspraakje met een andere vrouw" „Gelijk heb je, lieve. Een afspraakje is het. 't Is een commissie-vergadering!" ,Een wat?" Een vergadering van een commissie van Rapporteurs. In 't Kamergebouw. Mor genavond om 9 uur." Ze zag aan z'n oogen (oogen van man nen liegen nooit) dat hij de waarheid sprak. Ze geloofde. Een uur later had hij haar een nieuwen hoed beloofd. „Om 't verdriet dat hij haar had aangedaan." Ach, beseft de politieke vrouw niet hoe veel leed zij haar zusteren berokkent? Gisteravond is in het Paramount-theater te New York de première gegaan van de nieuwste Mariene Dietrichfilm „Blonde V enus." Hierboven de beroemde filmactrice met haar nieuwen partner Sidney Tolei. zij, die terugkeeren. Zeldzame gebeurtenissen van vroeger en nu. Er is een mensch verdwenen. Jarenlang heeft men niets van hem gehoord. Zijn verwanten en kennissen beschouwen hem als gestorven. De een houdt zijn gedachte nis in eere, de ander heeft hem al lang vergeten. Op een goeden dag duikt hij plotseling weer op. De lange jaren van zijn afwezig heid hebben hem zoo veranderd, dat hij bijna niet meer is te herkennen. En hij zelf herkent ook ternauwernood de men- schen, die hem vroeger zoo na stonden. Ook in hun gelaat heeft de tijd zijn voren gegroefd, vreugde en smart hebben hun trekken veranderd. En wat erger is en wat hen nog vreemder voor elkaar maakt, zoowel hem, die terugkeet. als d* men- schen tot wie hij terugkeert hun leven Is veranderd, hun wezen is veranderd-, hun denken en voelen is anders geworden. Dat is iets wat maar zelden of nooit voorkomt, zou men denken. Maar hier ver gist men zich. Het is een geschiedenis, die zich steeds weer herhaalt, een thema, dat zich in de literatuur van vroeger en nu altijd weer in de belangstelling der schrij vers verheugt. Laten wij eens heel ver teruggaan: De oudste figuur onder deze terugkeerende onbekenden is tegelijkertijd een der be- zoemdste. de man. wiens lotgevallen ons door Homerus worden verteld: Odysseus. Wanneer deze na jarenlange omzwervin gen naar huis terugkeert, vindt hij daar oen andere wereld De eenige, die hem her- bent is de goddelijke varkenshoeder Eumaeus. Wel is waar is zijn vrouw Pene- I°Pe hem nog altijd trouw gebleven; doch wanneer hij zijn terugkeer nog langer nad uitgesteld, zou ook haar list niet lan- bestend zijn geweest tegen haar min naars. De groote psycholoog en romanschrijver Jalzac schreef de novelle „Kolonel Cha- W'. Chabert is reeds lang dood ge waand: het volk gedenkt hem als een aeldhaftig officier. Z-&X vrouw is opnieuw getrouwd, zijn vermogen is aan de erfge namen toegewezen. Onverwacht keert hij terug. Den doode bewijst men groote eer, doch den levende weigert men zelfs de kleinste rechten en de herrezen kolonel Chabert moet een „heroïschen strijd' voeren tegen den gevallen kolonel Chabert. Eenige jaren geleden schilderde Leon- hard Frank in zijn roman „Karl und Anna" de tragedie van twee oorlogskameraden, die In Siberië gevangen zitten. Den eenen gelukt het te vluchten en hij gaat de vrouw van zijn vriend thuis bezoeken. Uit hun samenleven en den lateren terugkeer van den man ontstaan de meest tragische conflicten. Wij hebben dit materiaal ook verwerkt gezien in een Ufafilm, met Dita Parlo, Gustav Fröhlich en den Zweed Larson. Het leven zelf is echter nog fantasti scher dan alle verdichtsels. Het schrijft „romans", zooals een schrijver ze nog nooit heeft durven maken, omdat men hem on waarschijnlijkheid van zijn werk zou ver wijten. Uit Amerika bericht men bijv. het vol gende: Zooals men weet, noemen zich de mannen, die aan den wereldoorlog hebben deelgenomen, veteranen. Zij geven de re geering. zooals wij hebben kunnen lezen, veel werk met hun aanspraken op schade vergoeding. Eenige jaren geleden gaat zulk een veteraan een groentewinkel van een weduwe binnen om te bedelen. De weduwe valt den bedelaar om den hals en begroet hem als haar dood gewaanden zoon. Ook deze soldaat lijdt aan geheugen storingen. Hij kan zich weliswaar herinne ren, dat hij op de Fransche slagvelden heeft gevochten tegen Duitschland, doch de naam. dien hij opgeeft, wordt niet ge vonden in de wettelijke lijsten der sol daten. Evenmin kan hij zich thans herinneren, dat de oude vrouw zijn moeder is en Öat hij In deze stad moet zijn geboren. Buren en familieleden spreken vriendelijk tot hem; ze zijn er wel niet zeker van, dat hij de vermiste zoon is, doch de vreugde der moeder is zoo groot, dat zij het niet over hun hart konden krijgen, haar te ont goochelen. En de „zoon" laat zich des te bereid williger overreden, om zich als haar kind te gedragen, omdat daarmede opeens alle moeilijkheden voor hem zijn opgelost. Hij vindt een moeder met een hart vol liefde en een kleine, doch door de sensatie nog beter dan anders floreerende zaak, waar door hij een onbekommerd bestaan heeft. Voor eenigen onopgehelderden twijfel die zijn kwaliteit van zoon in den weg staat, wordt ook hier het verloren geheu gen als excuus aangevoerd. Hij wordt er kend als zoon. In werkelijkheid blijft echter ook dit een geval van niet geheel opgeloste identiteit. In Duitschland zijn de gevallen, dat ver misten onverwachts terugkeeren, niet zeldzaam. De kantonrechter van een Ber- lijnsch kantongerecht heeft in zijn papie ren talrijke dergelijke gebeurtenissen op- ge teekend. Bij dit gerecht worden de over- lijdensacten van vermisten opgemaakt en het gebeurt dikwijls, dat de „doode" eeni gen tijd na het vaststellen van den dood weer springlevend voor den dag komt. Ook daar komen veel conflicten voor, als zijn identiteit aan twijfel onderhevig is. Het thema van deze terugkeerenden is oud, zooals men ziet; doch het blijft altijd interessant. Het probleem heeft t.hans in de Ufa-toonfilm „Mensch ohne Namen" een nieuwen vorm gekregen; het is het nieuwste werk van Robert Liebmann. Hier is het lot van zulk een man, die terug keert, dat veel overeenkomst vertoont met dat van kolonel Chabert, in het kader van onzen tijd gezet. Dat Werner Krauss deze rol speelt is reeds een waarborg, dat wij een aangrijpende menschelijke geschiede nis zullen aanschouwen, boeiend door den nieuwen vorm. Ook de regisseur van de film, Gustav Ucicky, heeft zich een meester o-ptennd in het verwerken van groot materiaal, zooals „Yorck" en „Het Fluitconcert van Sans- souci". De productieleiding is toevertrouwd aan de ervaring van Günther Stapenhorst. o levens in een cartotheek. Ergens in Hollywood staat een groote kamer vol kasten. Elke kast is in tien vak ken verdeeld en in elk vak liggen 500 car totheekbladen. Elk van die bladen verte genwoordigt een menschenleven. Zoovelen zijn er, die bij de film hun geluk beproe ven of na een leven van teleurstelling op de film hun laatste hoop hebben geves tigd. Hun geheele levensloop is op deze witte, blauwe en roode kaarten vastge legd. Ik grijp er willekeurig een kaart uit en laat mijn oog over het papier glijden. Jane Maxfield een nietszeggende naam. Zij is 20 jaar en getrouwd; haar man is werk loos. Zij is danseres van beroep en sedert anderhalf jaar zonder engagement ge weest. Ik kijk naar de portretten: een van 1930, waar zij op het tooneel staat, la chend, in het traditioneele costuum van een danseres en een van 1932: een jonge, blonde vrouw, met ernstige trek om den kleinen mond. Het haar ziet er niet erg verzorgd uit en in haar oogen is een leegte Zoo krijgt men uit enkele kleinig heden een beeld van dit leven. Zij is ex een uit velen. Een andere kaart: Robert Brinken, vader van vier kinderen, tooneelspeler bij rei zende gezelschappen, in Hollywood be land, karakterspeler. Momenteel kranten- verkooper in de straten van Los Angeles. En een zielige opmerking: figurant in „Menschen achter tralies." Dat was een film, waar honderden figuranten in mee speelden in de gevangenis-scènes. Frangoise Dechattier, 17 Jaar oud, Fa- risienne, spreekt Fransch, Engelsch, Duitsch en Spaansch. Weer een aanteeke- ning: zij wordt gezocht door het Fransche consulaat. Misschien is zij van huis weg- geloopen. En dan krijg ik toevallig een kaart in handen, een kaart als al die andere met een portret, een naam, een levensbeschrij ving. maar toch...... de naam is Clark Gable. Wij zien dat hij student in de me dicijnen is geweest, bij tal van rondrei zende tooneelgezelschappen heeft gespeeld Eenmaal speelde hij als figurant voor de film onder regie van Lubitsch, maar toen kwamen weer de reizende tooneelgezel schappen en als een verademing een vast engagement in New York. Totdat hij een jaar geleden definitief bij de film kwam en achtereenvolgens de hoofdrollen speel de met Joan Crawford, Norma Shearer en Greta Garbo (in „Susan Lenoz"). En één veelzeggend woordje op de kaart: „star". De kaart ligt daar alfabetisch gerang schikt in de carthotheek. Ze is even ver kreukeld als de andere; het portret erop is niet interessanter dan dat van vele an deren; het is een leven temidden van dui zenden andere levens, doch het is een symbool van vervulde hoop, terwijl de vele andere spreken van 'n zelfde hood, die niet vervuld is en waarschijnlijk nimmer vervuld zal worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 9