ztf VALSCHE PAPIEREN LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. lURLIJKSCHE YZER-BEDEVAART e-» naar hefc -Vlaamsche oorlogsmonument nabij Dixmuiden. Tijdens de igheid j,an de bijzetting d,er lijken van acht gesneuvelde Vlaamsche soldaten in aanwezigheid van ruim 200.000 toeschouwers. ER GELEGENHEID VAN IIET TÜft-JARIG BESTAAN VAN ROERMOND werd in omgeving der stad een 180 K.M. wielerwedstrijd gehouden om het kampioenschap van Limburg. De renners onderweg. van Herman An {.onsen. moeten eerst eens verkennen, Tj ergens zijn en dan heel voorzich- gaan, fluisterde hij, heel even "lantaarn aanknippend. ■>oor hen leidde een smalle trap In r?e verdlePing. Ze gingen die Dnrt' boven gekomen, bleef hij even el? a de deur van een der vertrek- leoJ ii yoorzÜde van het gebouw j. «n lichtstraal door en wees hun J'i ?faar ze wezen moesten. Thorn- 1. even in zijn zak naar zijn Da', «i? vnpte het veiligheidsknipje £en ze naar de deur en ston- oger c, blanen, voordat Derwent, die °ver een langwerpige doos ■ChuH k zich van hun tegen- _j ichriir beyu5t was. Hij draaide zich fln ha-,,1 ,?et.. een vloek om en wilde E- La,n zun broekzak steken. TÉton zitten! waarschuwde o^^alm, zijn revolver op hem ^EBlen. 'iet hand slap naast zich HSni wïj housch, dat het Inbrekers ■KA'teaar igemaakte vriendelijk- ■^LPbllilen m m ging hijgend en zijn fen oneebiir k Ilgst uit het hoofd- fi1® Poneu» ov g een klein hoekje f a!n, dat J j, hend; zou het niet e d'en revolver uit uw zak haalden? En vlug op hem toeloopend, trok ze het wapen uit zijn zak. Wat een onzin, mopperde Derwent. Dat ding is toch voor mijn vijanden be doeld, niet voor mijn vrienden? Hij liet zich in zijn bureaustoel vallen, die achter de tafel stond. Als u het met alle geweld zoo tra gisch wilt opvatten, mij goed, zei hij. Maar ik wou dan toch wel graag vragen, wat het doel van uw komst is. Ze keerde zich van hem af en gaf Thornton een wenk, zeggend: Als u mis schien zoo goed wilt zijn bij de telefoon te blijven, dan zijn we op alle gebeurlijk heden voorbereid. Dan ging ze tegenover Derwent aan tafel zitten en keek hem glimlachend aan. Ik ben bang, zei ze, dat dit zaakje tragischer voor u dan voor ons zal afloo- pen In de eerste plaats moet ik uw op vatting van zooeven recht zetten. Ik ben niet bevriend met u en ben het nooit ge weest Ik ben nog altijd de dochter van den man. die door u werd geruïneerd en wiens dood aan u te wijten is. Ik ben niet zoo onwetend van alles wat er ge beurd is, als u hebt willen gelooven. Derwent begon hardop te lachen, maar ziin stem klonk heesch, toen hij vroeg: ZUn ^nmmet die Wetenschap hebt u toe gang in mijn huis weten te krijgen? Het^onomwonden antwoord overblufte hem blijkbaar en hij begon zenuwachtig met zijn horlogeketting te spelen Ik kan me vergissen, vervolgde ze, maar ik ben er van overtuigd, dat u, als Devereux en van Rouse in den steek zoudt hebben gelaten en uw vrouw en kind onverzorgd achtergelaten hadt en werkelijk morgen met de Alaska naar Amerika of misschien met een motorboot ergens naar Frankrijk waart gegaan in het kort, als u veilig en wel met die twee koffers daar in den hoek er tus- schen uit waart gegaan, dat dan metter tijd.... Met een vloek sprong Derwent overeind. Hij had een zware presse-papier opgepakt. Maar Thornton was hem te vlug af en met een smak wierp hij hem op zijn stoel terug. Nu wordt u tragisch! spotte la Fo- neuse koeltjes. Het is ook al te erg om Iemand zulke dingen aan te wrijven, zei hij flauwtjes, trachtend zijn houding te redden. Mijn concurrenten hebben u natuurlijk opge stookt en u hebt maar een al te goeden bondgenoot in mijn neef daar! Deze heer is uw neef niet! Uw onge lukkige neef is doodgebleven ln den mail- trein naar Londen en deze heer vond het beter om zich voor een tijdje voor uw neef uit te geven. En u zult zijn redenen meer dan genoeg begrijpen en billijken, als ik u zeg, dat hij mijnheer Henry Thornton is. dien u door uw handlanger Devereux in de gevangenis gebracht hebt, terwijl hij onschuldig was! Derwent kon eerst geen woord uitbren gen. Hij staarde Thornton sprakeloos aan en bevochtigde angstig zijn droge lippen. En opeens kneep hij de oogen half dicht en had moeite een valschen glimlach te onderdrukken. Hij klemde zich als een drenkeling aan een stroohalm vast. Dat is een bijzonder belangwekkende mededeeling, zei hij droogweg. Ik wil die gaarne voetstoots aannemen. Dat maakt de zaak des te gemakke lijker, zei ze snel. Maar lk heb liever niet, dat u een verkeerde gevolgtrekking maakt. Daarom zou ik graag hooren, waarom u dat zoo maar ineens wilt aannemen? Alleen een gek zou de rol van een ontslagen gevangene op zich willen ne men, vooral, als die wegens heel bijzon dere omstandigheden van moord kon worden verdacht. Ik wil niet onnoodig achterdochtig zijn, maar het komt me toch wel voor, dat de politie den dood van mijn neef dan wel eens nader mocht onderzoeken, vindt u ook niet? Zoudt u mijnheer Thornton weer ln de gevangenis willen brengen? Ik zou kunnen antwoorden, dat deze man, hoe hij heet komt er niets op aan, zich tot mijn vijand gemaakt heeft; maar ook al was hij mijn grootste vriend, dan zou de rechtvaardigheid nog eischen, wat ik zooeven gehoord heb, door mij aan de politie werd medegedeeld. Zullen we dan opbellen en onzen vriend Sanders vragen, hier te komen? Als we dat doen, dan zult u denkelijk uw voorgenomen vlu. reisje naar het vaste land een poosje moeten uitstellen. Zullen we opbellen? Derwent sloeg de oogen neer. Hij keek hulpeloos naar alle kanten rond als een wild dier ln een klem. Dan haalde hij met gemaakte onverschilligheid de schou ders op. —Kunt u me een degelijke reden op geven, waarom we de politie niet zouden roepen? Ze knikte vriendelijk en begon op haar vingers te tellen. Ten eersteal uw plannen zouden ln de war gebracht worden; de politie zou er wel voor zorgen, dat er van uw voor genomen zeereisje niets kwam. Hoe lang zou het dan nog kunnen duren, voordat de slag, dien u hoopt te ontkomen, valt en uzelf dan meetreft? Vervolgens zou uw mededeeling volkomen overbodig zijn, om dat Sanders al geheel van de zaak op de hoogte ls Derwent en Thornton staarden haar beiden ongeloovig aan. U kunt u er zelf van overtuigen, mijnheer Thornton, zei ze met een beslist knikje. Wilt u misschien zoo goed zijn, het toestel daar bij uw vriend neer te zetten? Thornton deed, wat ze vroeg, maar zijn hand beefde, toen hij het toestel opnam. Derwent keek de vrouw tegenover hem woedend aan. Was ze alleen met hem ge weest, dan zou hij haar zeker vermoord hebben. Ze zag het zoo duidelijk in zijn blik, dat ze ervan schrok. Ik zal hieraan denken, zei ze, zoo bedaard ze maar kon, wanneer u om ge nade zult beginnen te vragen Hij liet zich ln zijn stoel terugvallen en trok aan zijn boord, alsof die hem knelde. Toe, zeg maar op, waar het heen moet, snauwde hij woedend. Net als ik gedacht had, wendde zij zich tot Thornton; onze vriend hier wil geen gebruik maken van de telefoon. Zoudt u het willen doen? Vraagt u dan even no. 646 en zeg dan tegen mijnheer Paget, dat hij zoo gauw mogelijk hier moet komen, omdat we op hem zitten te wachten. Hij voldeed terstond aan haar bevel en belde het gevraagde nummer op. Derwent zat strak naar hem te kijken, hijgend en vuurrood van inspanning. (Wordt vervolgd), j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5