rechtzaken. kunst en letteren. radio-programma. feuilleton. 734le Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 18 Juli 1932 Derde Blad No. 22185 Fortinbras' Toovermacht nau im»* Bolding te fruit en bevelen, tuige v. KANXONGEKECHT ALPHEN. NBEVOEGD UITOEFENEN VAN VAN DE GENEESKUNDE. t het kantongerecht alhier had zich itwoorden 1. J. de Jong. natuurge- dige te Amsterdam, wien ten laste plegd het onbevoegd uitoefenen der 1 ;unde. Verdachte had te Boskoop in :eel aan de Oranjestraat aldaar ,jt aantal patiënten behandeld, ftal vrouwelijke getuigen was op- n. Verdachte erkende de hem ten elegde feiten. Hij had gestudeerd in Uende boeken en voelde zich ge- volgens zijn methode de lijdende iheid te helpen. Verdachte gaf toe niet toegelaten te zijn tot het uitoefenen fcneeskunde. Medicijnen schreef hij niet voor Zijn onderzoek bestond slechts in het in de oogen zien der patiënten. De «nte getuige M. S. verklaarde zich onder behandeling van verdachte te hebben ge steld Zij had verschillende klachten om trent haar lichamelijke gesteldheid. Verd. had haar den raad gegeven zoutlooze voe- dhie te gebruiken, veel bladgroenten en en geen vleesch. Dit is altijd aan te T merkte de kantonrechter op. Ge- -Jsas volkomen genezen. Een tweede SBBK had zich tot verdachte gewend i3ó«31711 zeer pijnlijk was en niet kon saa uit de griep overgehouden, had XHgezegd. Was 't reumathiek? vroeg SBöKonrechter. „Dat weet ik niet" al- getuige Ik was pijnlijk en kon niet Bij den dokter had ik geen baat, doch Jiinheer (verdachte) heeft mij radi- 'jjKSnezen. Wat heeft verdachte U voor- hreven? vroeg de kantonrechter. O. ik S zoutlooze voeding gebruiken, veel «jnpnten en fruit en warme baden gébruiken. En dit alles heeft zoo uitste kend geholpen, dat ik spoedig geheel ge- nezen ben Ook de verdere getuigen ver klaarden in denzelfden geest. Een hunner had last dat haar oogen steeds „water den" bij dokter geen baat. Verdachte had haar' aangeraden het voorgeschreven voedsel te gebruiken, warme baden te ne men en een brilvormige wollen lap tc knippen en deze op haar oogen te leggen. Hierdoor was zij volkomen genezen. Alle getuigen waren het met elkander eens, dat zij aan verdachte grooten dank schul dig waren en men kon het hen aanzien dat zij het onbegrijpelijk vonden, dat ver dachte voor zijn weldaden in het beklaag denbankje was geroepen. De ambtenaar O. M. requisitoir nemend begon met den kantonrechter er op te wijzen d3t hij bij de behandeling van de herhaaldelijk voorkomende ernstige ge vallen van het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunde, meerdere malen getuigen- had gOukgewenscht dat zij den dood ont snapt fwaren. Ook wilde spr. beginnen de getuigen te feliciteeren, dat zij hier na de behanHeling door verdachte in levenden lijve in de rechtzaal aanwezig waren. Het uitoefenen der geneeskunde door men- schen als verdachte achtte de Ambtenaar een groot gevaar. Verd. is nu eenmaal niet in staat een behoorlijke diagnose vast te stellen Het slechts in de oogen kijken is larie. Verdachte gaat in op de klachten van de patiënten zonder zich behoorlijk rekenschap te kunnen geven wat de pa tient mankeert. Alle door getuigen be weerde genezingen zijn louter toeval. Het groote gevaar van de behandeling van verdachte ligt hierin, dat een argloozs patiënt zich aan verdachte toevertrouwd, zijn kwaal dikwijls hierdoor verergerd en den tijd waarop de bevoegde medici met succes had kunnen ingrijpen laat voorbe- gaan. Te laat staat dan dikwijls de weten schap voor het geval. En al moge nu de raadgevingen van verdachte onschuldig zijn, ze komen \Tijwel alle op hetzelfde neer, zoutelooze voeding, bladgroenten en Üv bade" enz. Er zijn gevallen Dekend, dat voor patiënten door zich tij- 25Lf2?er behoorlijke geneeskundige be- „5i te steben, genezing zoo goed 3ïïi«l i1éware Beweest, die hunne behan- SuüSti l ten kwakzalver met den dood ™oesten beloonen. Voor dergelijke men- n» nu een">aal gewaakt worden. ?r e'sehte tenslotte vijf geld- tSttÜ f' 5° - of 5 x 10 dagen hech- De kantonrechter dadelijk uitspraak doende, had over verdachte een malscher oordeel. Spr. betoogde, dat het nu een- maai volgens de wet niet geoorloofd was de geneeskunde onbevoegd uit te oefenen, of dit een leemte was in de wet. wilde hij buiten beschouwing laten. Frappant was het dat de gehoorde getuigen hadden ver klaard volkomen door de behandeling van verdachte te zijn genezen. Dit succes was in ieder geval voor verdachte een voldoe ning. In ieder geval was verdachte straf baar. Spr. veroordeelde verdachte tot 5 geldboeten van f. 15.— of 5 x 3 d. Verd. deed afstand van het recht van hooger beroep, waaromtrent de Ambtenaar O. M. zich wilde beraden. Kantonrechter Mr. J. H. W. Nicolai. Ter rolle stonden 36 zaken. Allereerst werd behandeld de reeds eenlge keeren uitge stelde zaak tegen C. D. van G. te Ha- zerswoude. Dezen was ten laste gelegd, dat hij zonder vergunning van den rechtheb bende op het vischwater van den heer H. te 's-Gravenhage met schakels zou heb ben gevischt in de Westeindei vaart onder de gemeente Hazerswoude. Ter vorrige zittingen had verdachte bij monde van diens gemachtigde A van Gorkum, be weerd. dat niet verdachte, doch diens grootvader had gevischt, op welke gron den deze gemachtigde nietigverklaring der dagvaarding en van het proces-verbaal verzocht en tevens verlangde dat schrif telijk vonnis zou worden gewezen. De kantonrechter, die de juridische kwalitei ten van den gemachtigde een weinig in twijfel trok, wees echter geen vonnis en stelde de zaak uit, om alsnog den verba lisant. de gemeente-veldwachter PI., te hooren, van welke gelegenheid verdach- te's gemachtigde gebruik maakte om even eens 2 getuigen a décharge te doen hoo ren. De verbalisant, thans als getuige ge hoord, verklaarde wel degelijk verdachte te hebben zien visschen. Grootvader van G. kwam op een afstand van 100 Meter met een schakel in de hand aanloopen. Toen echter de grootvader bij verdachte kwam, had verbalisant reeds te voren ge constateerd, dat verdachte aan het vis schen was. Zelfs was hem afgevraagd of hij vergunning van den rechthebbende had en of hij in het bezit was van een akte. Op welke vragen werd geantwoord, dat verdachte een mondelinge vergunning had. hetwelk volgens verbalisant onvol doende was. De beide getuigen a décharge konden verklaren, dat zij hadden gezien, dat de verbalisant stond te praten met verdachte en diens grootvader. Of ver dachte te voren met verdachte alleen in gesprek was geweest, konden zij niet ver klaren. De Ambtenaar O. M. begreep niet, waarom verdachte's gemachtigde twee ge tuigen naar voren had gebracht. Deze konden immers niet verklaren of verbali sant met verdachte alleen had staan pra ten, ten tijde van het constateeren der overtreding. Hierop hadden die getuigen niet gelet. Het deed er volgens den Amb tenaar ook niet toe, wij hebben hier, al dus deze, de zeer positieve verklaring van verbalisant, die pertinent volhoudt ver dachte te hebben zien visschen, of nu la ter grootvader er is bijgekomen doet niet terzake. De ambtenaar O. M. vorderde f. 4.— of 2 dagen, met verbeurdverklaring van het inbeslaggenomen vischtuig. De gemachtigde van verdachte hield nog een kort niets terzake dienend betoog, waarop de kantonrechter het onderzoek in deze zaak sloot en verdachte conform den eisch van het O. M. veroordeelde. „Ik verlang schriftelijk vonnis", aldus verdachte, waarop de kantonrechter opmerkte, dat hij dit te voren had moeten vragen. De zaak is nu afgeloopen. Gemachtigde van veroordeelde zou zich over eventueel in te stellen hooger beroep beraden J. D. C., landbouwer te Koudekerk, stond terecht omdat hij een varken had doen slachten door den slagaer Str. te Hazers woude. zonder dit dier levend te doen keu ren. Verdachte beweerde in onwetendheid te heben gehandeld. Hij wist niet, of de „levende keuring" noodig was. De amb tenaar O. M. merkte op dat verdachte stond te liegen; ook tegen den slager S. was verbaal opgemaakt omdat deze het varken voor de keuring had afgeslacht. Verdachte had echter S. verzekerd, dat al les in orde was en dat hij rustig tot slach ten kon overgaan. S. had dit aangenomen doch was er ingevlogen, immers bleek dat van keuring voor de slachting geen sprake was. De slager S. had de zaak geschikt om een vervolging te voorkomen. Alles was de schuld van verdachte, die er om heen draalde, en had kunnen weten dat keuring voor de slachting noodig was. De ambtenaar O M. vond de zaak zeer ern stig. Verdachte had blijk gegeven zich van de Vleeschkeuringswet niets aan te trek ken wat eenvoudig van verdachte niet te pas kwam. Vooral een landbouwer dient met de betrekkelijke bepalingen op de hoogte te zijn en dit is verdachte ook wel, doch hij tracht er zich nu met een on schuldig gebaar uit te redden. Eisch: twee dagen principale hechtenis. De kanton rechter dadelijk uitspraak doende, laakte de houding van verdachte. De slager S. was er volgens spr. door verdachte inge vlogen Verdachte er op wijzende dat hij een volgende keer zwaarder straf zou vol gen, veroordeelde deze tot f. 30— of 6 d. hechtenis. S. Schr., caféhouder te Nieuwveen stond terecht wegens overtreding der wet op de winkelsluiting. Verdachte had na het slui tingsuur der winkels in zijn vergunnings lokaliteit veilingen gehouden van eieren enz Verschillende winkeliers zagen zich hierdoor benadeeld. Immers kon 't publiek na het sluitingsuur het benoodigde inkoo- pen op de velling. Teneinde een beslissing uit te lokken, was tegen den caféhouder verbaal opgemaakt. De vraag was nu: heeft verdachte een winkel na sluitings uur voor 't publiek open gehad en is in het klein verkocht? Verdachte bestreed dit. De veilingen worden gehouden in ver dachte's lokaliteit, tijdens de veiling wordt niet getapt, en ook wordt niet in het klein verkocht. Wanneer b.v. een bezoeker der veiling een half pond boter wil hebben, kan hij dit niet krijgen. Alle te veilen waren worden in bepaalde verpakkingen aangebracht, b.v, boter in pakjes van 1 K G. Bloemkool wordt b.v. per 5 stuks met keur op de geheele massa. Op een vraag Van den Ambtenaar O. M. antwoordt ver dachte dat het wel eens voorkomt, dat een halve kaas verkocht wordt, een quantum, aldus de Ambtenaar O. M.. dat een huis moeder inkoopt. Verdachte verdedigde zich verder dat er toch verschil bestaat tus- schen het verkoopen in een winkel of op een veiling. In een winkel is vraag, op een veiling aanbod. Als een bezoeker b.v. 2 eieren op de veiling zou willen koopen, kan hij deze niet krijgen, evenmin ais b.v een half pond boter. De wijze van verkoop ge schiedt aldus de afslager, houdt bij wijze van aanbod een pakje boter van 1 K G. in de hoogte en slaat af van b.v. f. 1.25 Zoodra nu den kooper afmijnt, b.v. op 0.90 heeft hij de keus of om 1 K G te nemen of de geneele partij, op dezelfde wijze ge schiedt dit ook met bloemkool, eieren enz. De ambtenaar O. M requisitoir nemend hield zich in de eerste plaats bezig met de vraag of verdachte een winkel na be zetten tijd had opengehouden. Oppervlak kig zou men zeggen een vergunningsloka liteit is geen winkel. Wat is echter onder winkel te verstaan. Gaat men dan na wat het begrip winkel is in den zin der wet op de winkelsluiting, dan meent spr. dat de lokaliteit waarin verkocht, wil men geveild is. wel degelijk onder de gegeven omstandigheden als winkel is te beschou wen. Een tweede vraag is; werd in het klein verkocht. Ook deze vraag wil spr. bevestigend beantwoorden. Verdachte heeft toegegeven dat boter per kilo een kwart deel van een kaas aan de bezoe kers werd verkocht. Niet alleen voor den handel, zooals op groote veilingen ge schied. wordt verkocht. Particulieren kun nen geringe en groote inkoopen doen. Hierover hebben terecht andere winkeliers geklaagd. Iedere winkelier zou, aldus den Ambtenaar, na bezetten tijd kunnen ver koopen. Een sigarenwinkelier zou na slui tingsuur er een z g. veiling in zijn winkel op na kunnen houden en zijn sigaren bij afslag verkoope. Dit gaat niet op. Hij meende dat verdachte schuldig was en eischte een geldboete van f 1.subs. 1 dag. De kantonrechter meende dat verd. aansprakelijk was. Had hij zijn lokaliteit aan het bestuur van de veilingvereeniging geheel afgestaan dan zou dat bestuur ver volgd zijn geworden, doch verdachte had toegegeven dat dit niet het geval wa^. Hoewel hij gedurende de veiling niet tapte had hii toch de beschikking over zijn lo- BEGRAFENIS CISKA KREMER. Onder zeer groote belangstelling ls Za terdag op de begraafplaats „Zorgvliet" aan den Amstel tc Amsterdam ter aarde besteld het stoffelijk overschot van de 17- jarige actrice Ciska Kremer, op zoo tra gische wijze te Scheveningen om het leven gekomen. Enkele honderden belangstellenden, w.o. vele collega's van de overledene wacht ten voor de aula der begraafplaats de aan komst van den lijkstoet af. Precies om elf uur reden de rouwauto's het terrein van de begraafplaats op en onder doodsche stilte werd de lijkkist, waarop een tuil witte bloemen lag, de aula binnengedragen. De familieleden cn bekenden van de overledene schaarden zich om de baar. Onder hen bevonden zich o m Max Tax. Jan Lemaire, Anton Burg- dorffer, Herman Bouber. Hein Harms en Louis de Vries. Bloemstukken waren o.m. gezonden door de medewerkenden aan „Oranje Hein", door het gezelschap Bou ber, Bouwmeester's Revue en door de hee- ren A M de Jong, Eduard Veterman en Cor van der Lugt Melsert. Achtereenvolgens voerden het woord de heeren Wouter Schmidt. A Burgdorffcr namens het gezelschap Bouber, en de di rectie van het Arena-theater te Rotter dam, Jan Lemaire, Eduard Veterman. Kees Weerdenburg, Marinus Blitz, Louis de Vries, die in het kort: de tooneelloopbaan van de overledene schetste, mevrouw Faassen, de tooneelmoeder van de over ledene, Max Tak. namens de artistenver- eeniging „Na arbeid rust", en de heer Ma- thieu van Eysden, namens de collega's van het Grand Theatre te Amsterdam. Plechtig werd het stoffelijk overschot daarop grafwaarts gedragen. De eenvou dige ceremonie maakte op alle aanwezi gen een diepen Indruk. Een familielid dankte voor de belang stelling. WEEKBLADEN. Mr. A. C Josephus Jitta schrijft in „de Groene Amsterdammer" een „Open brief aan President Hoover"; A C. Klaasse brengt een beschouwing over „Bezuiniglngs politiek" naar aanleiding van het Rapport- Weiter; dr. P. v. Olst behandelt het. pro bleem „Hoe koud is de wereldruimte?"; Al- bert Helman schrijft over „Nederland eert zijn kunstenaars." „Het Leven" publiceert foto's van het ..Oogstfeest in Palestina", exclusieve opna men van het einde der Lausanne-confe- rentie. een praatje bij plaatjes van de filmactrice Lien Deyers in Zandvoort en een uitgebreid wereldallerlei. In de „Haagsche Post" zijn notitie ge wijd aan „Lausanne is over; wat nu?". Europa contra Amerika en het Rapport Weiter. Voorts artikelen over „Een vraag van klassejustitie", „Amerika in vollen cri sistijd", „Vacantiegenoegens voor de jeugd", enz. „De Wereldkroniek" toont een interes sante opname van „De Burcht van Perga- mon". beelden van de conferentie van Lau sanne, merkwaardige auto-ongevallen in Amerika en artikelen over het slaan van munten en historische vrouwenfiguren. TIJDSCHRIFTEN. R.-K. Bouwblad. Het R.K. Bouwblad bevat o.a. artikelen over „Oude Kerken en hun beteekenis voor dezen tijd", „De Ambo in de R K. Kerken" en „Het arbeidsveld van den tuin- en landschapsarchitect in samen werking met den architect". kaliteit gehouden. De kantonrechter meende ook dat in het klein verkocht was en dat verdachte in den zin der wet een winkel na sluitingsuur had geopend ge had en veroordeelde hem tot f .0 50 of 1 dag. Verdachte zou zich over eventueel hooger beroep beraden In de overige za ken werd verstek en aanhouding ver leend. VOOR DINSDAG 19 JULI. Hilversum 1875 M AVRO-uitzending 6 30—7 00 RVU— 8.00: Gramofoonpl. 10.00 Morgenwijding 10.15: Gramofoon- platen 10.30 Concert. Nelly Hughues izangen Etty Niehorster ipiano) 11.00 Mevr M Ritter—Landré: Ingemaak te zon 11.30 Vervolg concert 12 90: Tuschlnki's Select Salon-orkest o.l.v. Max Tak 1 30 „The Hollandia Three" (accor deon) 2 00—2 15: Gramofoonpl. 2.30: Gramofoonpl. 3.00: Voordracht door mr. Ph. C. la Chapelle 3.30: Uit het Kurhaus tc Scheveningen: Juan Llossas en zijn orkest 4 30: Radio-kinderkoor zang o.l.v. Jacob Hamel 5.00: Gramo foonpl. 5.30: Kovacs Lajos en zijn orkest Refreinzang: Bob Scholtë 6.30: RVU. Dr J H. v. d. Hoop: Over ons gevoelsleven 'l.OO: Vervolg Kovacs Lajos 7.30: Z E. Jhr mr. Ch. Jos M. Ruis de Beerenbrouck: Dc huidige toestand van de crisis 8.00: Orgelconcert door Pierre Palla. m.m.v. A. d» Booy (zangi 9.00: Utr. Sted. Orkest o.l.v. A. v. Raalte. m.m.v. H. van Dalen (piano), o.a. Turksche marsch. Beethoven, en Noorsche dansen. Grieg 10.00 Vaz Diss 10.15: Vervolg concert o.a. Plano concert nr. 1 in bes gr. t„ Borlkiewicz 11 0012 00: Dansmuziek uit het Palais de Dance te Scheveningen. Huizen 269 M. Uitsl. KRO-uilzending. 4 00—5 00 HIRO 8 00—9.15: Gramofoonpl 10 00: dito 11.30: Godsd. halfuur 12.15: Trio-concert 1.45 Gramofoonpl. -- 2 00: Vrouwenuurlje 3.00—3.30. Gra mofoonpl. 4.00: HIRO 5.10: Orkest concert 5 30. I Lessing' De belasting plaatjes 5.45: Vervolg concert 6.55: lezing 7.30: Zie Hilversum 7 45: Causerie 8.00: Orkestcmeert 9.00: Vaz Dias 9.15: Blijspel-opvoering 10 00: Concert (vervolgt 11.00: Gramo- foonplaten. Daventry 1554 M. 10.35: Morgenwijding 10.50: Tijdsein en berichten 11.05: Causerie 12.20: Orgelspel Reg. Foort 1.20: Leonardo Kemp's orkest 2.20— 2.50: Gramofoonpl 4.20: Moschetto's orkest 5.35: Kinderuurtje 6.20: Be richten 6.50: Werken van Schubert (viool en piano) 7.10: Lezing 7.40: Het Bridgewaterkwintet 8.20 .The Ridgeway Parade", revue van Philip Rid- geway m.m.v. solisten en orkest oj.v. L. Woodgate 9.20: Berichten 9 40: BBC- orkest ol.v. Percy Pitt, o.a. Auffordc- rung zum Tanz, Weber. 10.55»—12.20: Dans muziek door Ambrose's Blue Lyres. Parijs „Radio Paris" 1725 M. 8 05, 12.20 en 7,50: Gramofoonpl. 8.20: dito 9 05: Russische muziek o.a. uit „.Boris Godou- now", Mousorgski 9 50: „Cavallerla rustlcana", Mascagni gramofoonpl. t Kalundborg 1553 M. 12.20—220: Con cert uit hotel Angletcrre 3.505,50:: Radio-Blaas-orkest o.l.v J. Andorseb, m.m.v. Madeleine Pfeiffer (pianoj 8.50: Revue „Paa Halen" met muziek van Leonard 11 0512 50: Dansmuziek uit rest. „Nimb". Langenberg 473 M 7 258.20: Concert uit Bad Salzuflen 12.201.35: Concert uit Stuttgart 1 502.50: Concert o.l.v. Eyoldt m.m.v. solisten 5.206.20: Con cert o.l.v. Eysoldt 8.50: Concert uit de Slottuin te Münster. Sted. Orkest o.l.v. Wolf. m.m.v. A. Imkamp (bas), o.a. uit Zar und Zimmermann" Undine, en „Der Wildschiitz". Lortzing, en uit „Die Fleder- maus", Strauss. Rome 441 M, 9.05: Concert en radio- tooneel, o.a. 2 Oude Spaansche liederen, Nin. Brussel 508 en 338 M. 508 M.: 12 20: Gra mofoonpl. 5.20: Concert o.l.v. Walpot 6.50 Gramofoonpl. 820: Vioolrecital 9.20: Concert uit het Casino te Knockc. Vervolgens gramofoonpl. 338. M.: 12.20: Gramofoonpl. 5.20: Concert o.l.v. Kumps 6 50: Gramofoonpl. 8.20: Gramofoon- platen 9.20 Vroolijke avond. Zeesen 1635 M. 8 20: Concert uit Mün- chen o.l.v. Karl. Liszt 10 20: Lezing en berichten. Hiema tot 12.20 Avondconcert uit Hamburg o.l.v. G. Maasz. MM het Engelsch van WILLIAM LOCKE door J. E. d. B. K. 49) En nu brand ■wttuaei n brand "be hen ZA"i^pen ver- bandelwii7A w?1™9 dwaasheid van zijn n gejamd ^n.bloeti wiId door z«" atste hoofd doen warrelen, euvs dasen was er telkens de Invf i^urd' Hct nauwe bed in de ook het"aanbnmas onbekends geweest; en zonneschil n '"Marseille in warmte ten over h£n£'„Bekalve de korte tra'ec" rels gemaakt Fn ^.ad hy nooit een zee~ van de J™,» nu llad hij over het dek kinderlijke hma mailboot gewandeld met gunstri- hu uï P- De fof'uin was hem tijden iaar .wf 0t? ze?ziekte- maal- klaagden Passagiers zoo over maakte 'kennil zeer smakelijk. Hij naar E»vn?i^f m menschen, die niet naar tia1lLflngen' maar "aar Pesjawar, «tergeliike a,y' e" "aai' Singapoor en •fen hem sommigen erger holen uit te u 4? P'aatsen voor akelige het meerenSi f' Maar anderen, voor over ad« h?t df 1, dames, dachten er net als hii rmiihe .Vert>aasde hem. zoo goed Dikwnk vreemde menschen. aanrakine^ü d00r ee" klein kind die diJi k moeder. Of een dame. aprak hem op haar dekstoel lag, tmbrax dikwijls bracht For- wie hii stmïV+ kennis met menschen, met u:, "d te praten. teil dielj?,?d,efde zic," over de populari- droeg niet mei u8?zel Se"0°t. Fortinbras ver.scliinend^me ut costuum, dat hem zoo S S? "Jaakt0 van de andere men- hoed van siar^Sn? een ^od pak en een heeren anr hei-i' zoo,als de andere oude logeketting rinü de gouden hor- gele»en had .wk"8! op de Mont de Piété se he kleedlne et- Zii" alledaag- meer uitkomen td "°hol uiterlijk nog de sporen van ZlJn, nink ^zicht, waarop hoofd, zijn vriendebtbgeKi' ZIjn hoog v00r" breed? mnnri en<Jchjke blauwe oogen. zijn Ltat S deennujn dik haar, dat aan «ver zhn ui^ i' dS vaardigheid, die wezen lag, dat alles stempelde hem tot een jrersoon van distinctie. Hij wekte de nieuwsgierigheid op van de niets doende reizigers. De dames haalden hunne echtgenooten over om kennis met hem te maken, om te weten te komen, wat voor soort man hij was. En de echtgenooten gehoorzaamden natuurlijk en getuigden; een beste kerel, een heel interessante persoonlijkheid, iemand van de oude schooi, hij weet van alles en praat als een boek en als een der dames dan vroeg, wie hij was. dan bleef haar echtgenoot haar het antwoord schuldig. Dan wilde de dame kennis met hem maken om er achter te komen. Maar Fortinbras was te lang Marchand de Bon- heur geweest om zich bloot te geven, hoe wel hij zelf spoedig op de hoogte was van de levensgeschiedenis van zijn ondervraag ster, die natpurlijk onder zijn invloed kwam. De reis was dus prettig en voorspoedig verloopen; het was eigenlijk een pret. die maar voortduurde en zoo verloor Martin zijn verlegenheid, daar allen hem gaarne mochten. Deze man van dertig jaren, die nooit gezelligheid had gekend schepte er behagen in om een praatje te maken met een jong meisje, een jonge getrouwde vrouw of een oudere dame, om met aller lei soort var menschen om te gaan. 's Nachts lag hij in zijn bovenkooi er over te mijmeren, terwijl onder hem Fortinbras rustig sliep. Dan de heerlijke wande lingetjes over het dek voor het ontbijt met het een of ander jonge meisje En zoo gingen de dagen voorbij. In een gemakkelijke clubfauteuil in het Semiramishotel zat Martin hier over te mijmeren, onbewust van het voortschrij den van den tijd. Opeens bespeurde hij, dat hij de eenig overgeblevene was in de conversatiezaal ;a!le andere gasten waren naar hunne kamers gegaan Eenige bezoe kers van den dansavond in het Savoy- hotel kwamen door de zaal op weg naar de lift Min of meer bedwelmd door een gevoel van innerlijk geluk, ging hij naar bed Morgen zou hij Lucilla zien. Hij zag haar bij het bureau staan, ter wijl ze een postzegel op een briefje plakte. Ze droeg een wit mantelpak met een wit ten hoed met kersen gegarneerd. Haar ge zicht kon hij niet zien, maar wel de blauwe aderen op den rug van haar opgeheven hand Bij zijn nadering draaide zij zich om, lachte schel en stak dadelijk haar I hand uit- Wel, riep ze uit, bent u daar, bent u heusch gekomen? Dacht u dan, dat ik mijn woord niet houden zou? vroeg hij, haar schoonheid indrinkend met de oogen. Ik wist niet. in hoever u het ernstig meendei. Ik heb over niets dan over Egypte gedacht, sinds u mij den weg gewezen hebt, zei hij. U gaaft het bevel, ik ge hoorzaamde. Zij nam haar parasol en handschoenen, die op den vooruitstekenden rand van het bureau lagen. op. Als alle menschen deden, wat ik hen zei, zou ik de handen vol hebben, zei zij. Gewoonlijk doen ze het niet, maar ais ze het wel doen, beschouw ik dat als een compliment. Ik ben blij u te zien. Wan neer bent u gekomen? Ze nam hem een kort examen af. Met welke boot kwam hij? Hoe was de zeereis en waar logeerde hij? Tenslotte: kent u veel menschen in Cairo? Geen ziel. antwoordde hij. Met beide handen achter haar rug op den parasol leunend, keek zij hem vrien delijk aan. Ik ken hier millioenen menschen, zei zij met een overdrijving, die hij aardig vond. Wilt u zich aan mij toevertrouwen? Er is niets, dat ik heerlijker zou vin den, zei Martin, maar. Maar? Ik wil mij zelf niet opdringen. Ik zou het allerprettigst vinden. In de cinema ziet u een onzichtbare hand letters op het doek schrijven en u denkt wat zal er verder komen? En zoo moet dit letter voor letter op uw ontvankelijken geest gestempeld worden. Ik heb er altijd naar verlangd om iemand, zooals u. het Egypte van de Pharrao's en het Egypte van de Engelschen te laten zien Hoe lang kunt u blijven? Voor onbepaalden tijd; ik heb geen vaste plannen. Van hier zoudt u kunnen gaan naar Honolulu of Rangoon. Of naar Groenland of Kaap Horn, zei Martin. Ze knikte glimlachend toestemmend. Dat is een antwoord voor een vrijen, verlichten cosmopoliet. Laten we gaan zit ten; ik wacht mijn vriendin, mrs. Dager- 1 ford uit Philadelphia. Haar man is ook hier. U zult hen heel aardig vinden. Ik i reis gewoonlijk met andere menschen om I een dischgenoot te hebben. Ik vind het zoo vervelend om dag aan dag alleen in een restaurant te zitten eten. Hij gaf haar een rieten stoel en ging bij haar zitten. Zij legde parasol en hand schoenen op de kleine ronde tafel en mon sterde hem nauwkeurig met nieuwsgierig heid. van zijn keurige bruine schoenen af tot zijn glad geborsteld zwart haar toe. Mag ik zonder brutaal te zijn u mijn compliment maken over uw kleurenkeus? Zijn bruine wang bloosde als ware hij een jong meisje. Voor het opstaan had hij er lang over nagedacht, hoe hij in de te genwoordigheid van zijn aangebedene zou verschijnen en zijn keus was gevallen op een grijs flanellen pak, grijs sporthemd, donker roode sokken en das. Hij was be nieuwd of ze zou vermoeden, welk een aandeel zij had in die keuze. Denkend aan de vetvlek, zei hij: Ik had niet veel verschot van kleeren, toen u mij de laatste maal zag. Ze lachte. Vertel mij van Brantóme. Hoe gaat het met mijn kleine vriendinnetje Féiise? Hij vertelde het haar in weinig woorden. En de weergaiooze Fortinbras? U zult dat spoedig zelve kunnen be- oordeelen. Hij is hier In Cairo? Dat meent u niet. Ze was verbaasd en zat er ook mede in, wat ze hier uit moest voeren met Fortin bras, zooals zij zich dien herinnerde uit le Petit Cornichon. Hij kwam met mij mede. zei Martin. Loigeert hij in dit hotel? Neen, antwoordde Martin. De rimpels in haar voorhoofd ver dwenen. Hoe kon hij zoo heelemaal hier naar toe komen? Praktlzeert hij niet meer? Dat geloof ik niet. Hij had behoefte aan vacantie. Hij kreeg een erfenis door den dood van zijn vrouw. Is zijn vrouw overleden? vroeg Lu cilla. Félise's moeder? Dat wist ik niet. Daarom heeft ze zeker In zoo'n langen tijd niet geschreven. Dat is met die moeder een wonderlijke geschiedenis, geloof ik, zei zij. Maar Fortinbras zal wel niet erg treuren, want dan zou hij geen plezier reisje naar Egypte zijn gaan maken. Te wel opgevoed om Martin te onder vragen over het intieme leven van zijn vriend, bracht ze op haar eigenaardige, gebiedende manier het gesprek op een ander onderwerp. Martin was geheel onder de bekoring van haar muzikale stem, haar bewegelijke lippen, haar lange donkere wimpers. Zijn hart hamerde, nu zijn droom werkelijkheid was geworden. Hij luisterde, maar zijn hersens namen niet op wat zij zei. 't Was hem genoeg die engelenstem te hooren. Spoedig daarop vervoegde zich bij hem een groote vrouw van circa dertig jaar, met een prettig gezicht, die veel veront schuldigingen maakte voor haar te laat komen. Het was Mrs. Dangerfield en Lu cilla stelde Martin voor. Zie mij aan, ik ben Oostersche tolk geworden. Mr. Overshaw heeft mij voor het seizoen gehuurd, 't Is zijn eerste be zoek aan Egypte en ik zal hem rondgelei- den. Ik zal een programma opstellen, waarin elk uur verantwoord is en waarin veel variatie zal zijn. 't Lijkt me verschrikkelijk, lachte mrs. Dangerfield, Gelooft u het te zullen over leven, Mr. Overshaw? Dat niet alleen, maar ik hoop nog eenjgen tijd in te huren, zei Martin. We beginnen, zei Lucilla, met een rij toer door de stad en dan zal ik hem wijzen de Kasr-el Nilwoningen, de Egyptische Bank en de Opera Dan gaan we bood- schappen doen in de Mousky cn zal ik zor gen dat mrs: Dangerfield niet afgezet wordt, als ze staat te pingelen over Per zisch lakwerk. Ik ben gereed Laura, als jij ook klaar bent. Ze ging hem voor naar buiten. Martin, gewone praatjes houdend tegen mrs Dan gerfield, volgde in een toestand van ver rukking. Was er een andere vrouw, die zoo'n mooien gang had, behalve de figu ren van Biticelll's Prima Vera? Een livrei bediende opende de flapdeuren en ze tra den ln den helderen ochtendzonr.eschijn. Maar terwijl de koetsier in een jas met glimmende knoopen en met de roode fez op, aan kwam rijden, ontdekte Martin Fortinbras, die naar hen toestapte Daar is hij, zei Martin. Wie? Fortinbras. Malligheid, zei Lucilla. Dat is een Engelsche minister of een Amerikaansch millionair of de houder van een speelclub. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 9