73sle Jaargang LE1DSCH DAGBLAD, Zaterdag 25 Juni 1932 Derde Blad BRIEVEN UIT BERLIJN. fH Buitenl. Weekoverzicht. FEUILLETON. Fortinbras' Toovermacht Bij Pijnen INFF20NPF.N. No. 22166 RADIONIEUWS. Steunt met Uw gaven het Leidsch Crisis-Comité. (Van .onzen correspondent). Berlijn, 18 Juni. OVER KUNST EN NOOD. De belangstelling van het groote Duit- sche volk is op het oogenblik natuurlijk op Lausanne gevestigd. Men wil weten, of er nu eindelijk door de groote mogend heden een oplossing zal gevonden worden, die aan de internationale en in het bij zonder de Duitsehe ellende weliswaar geen plotseling einde zal kunnen maken, maar die ten minste het eerste teeken van her leving zou kunnen worden. Maar van poli tiek alleen kan de mensch .hoe bewust staatsburger hij ook zijn moge. niet leven. En daarom zijn onze Duitsehe buren dank baar. als de spanning, waarin zij tegen woordig weer eens verkeeren, en die door den op komst zijnden verkiezingsstrijd voor den nieuwen Rijksdag nog grooter ge worden is. dank zij gebeurtenissen uit het normale dagelijksche leven zoo nu en dan eens onderbroken wordt. En er is, buiten het politiek gedoe, heusch nog voldoende aan 't handje, wat de aandacht ook buiten Duitschland's grenzen waard is. Daar hebben we bijvoorbeeld de kunst in de Duitsehe Republiek. Op muzikaal gebied is Duitschland. is Berlijn ten deele natuurlijk ten gevolge van de heer- schende noodtoestanden lang niet meer het middelpunt, dat het zoo lange jaren geweest is. De beste zangers en zangeres sen der opera, solisten van de concerten, zijn naar het buitenland, vooral naar Ame rika verhuisd, omdat Duitschland de som men niet betalen kan. die dezen verwenden sterren elders aangeboden worden. In Ber lijn is. dank zij gemeentelijk subsidie en staatshulp, het groot Philharmonisch Or kest juist dezer dagen voor den ondergang gered. De oudste serieuze orkesten zijn reeds lang een te vroegen dood gestorven. Op tooneelgebied heerscht een catastrophe, die men een jaar of wat geleden nog voor onmogelijk zou gehouden hebben. Duizen den tooneelspelers staan op straat en zijn tot staatsarmlastigen geworden. In Berlijn is meer dan de helft der schouwburgen reeds gesloten, in het Rijk is de toestand waarschijnlijk nog erger. Ook in de film wereld is de goede tijd voorloopig voorbij. Slechts in enkele filmateliers wordt nog druk gewerkt. Anderen hebben de deur dicht gedaan en wachten op gunstiger om standigheden. Enkele beroemde sterren verdienen nog hooge honoraria, de kleinere krachten hebben nauwelijks te eten. de anderen lijden op onbeschrijfelijke wijze gebrek. Wellicht nog dreigender is de si tuatie onder de schilders en beeldhouwers. Wie wil in 's hemelsnaam nu nog schilde rijen koopen? Wie is zoo onbezorgd, dat hij zonder gewetenswroeging honderden of duizenden marken voor een bronzen beeld wil neertellen? En ook de architecten kla gen. De steden en de landen bouwen nau welijks meer; alleen aan de vakbonden, die het niet laten kunnen peperdure bureaux Duitschland. wanneer de crisis is over wonnen. 'n Wissel .op onbekenden termijn, die echter het noodzakelijke vertrouwen ondermijnt Nu zijn Frankrijk en Duitschland in rechtstreeksch contact getreden. Of daar uit op een of andere wijze iets goeds kan worden tot stand gebracht? Geheel uit gesloten is dat niet, want beide partijen hebben nog andere troeven in handen, b.v. handelsverdragen etc., waardoor mis schien ook uiterlijk genoegdoening aan den Franschen eisch is te geven zonder betaling! Opzien te Lausanne heeft gebaard een schrijven van koning Albert van België aan zijn premier Renkin, waarin de ko ning wijst op de noodzakelijpheid van samengaan van alle naties ter overwin ning van de huidige crisis. De Belgische koning durft als oorzaak der malaise ronduit noemen de douane tarieven. die tot ongekende hoogte zijn opgedreven en heeft daarnevens bekend heid geschonken aan het bereiken van een tol-verdrag met Nederland, waartoe misschien ook de Scandinavische landen zullen toetreden. Dit schrijven heeft zeer de aandacht getrokken en heeft mede nog eens naar voren doen treden de saam- hoorigheia der landen bij het streven naar een redding van Europa. Wie zal durven dragen het odium eener mislukkingZelfs Frankrijk, dat mo menteel in beide conferentie-plaatsen het struikelblok vormt, zal zich nog wel be denken Neen, alle hoop is nog niet verloren! neer te zetten, is nog geld te verdienen. Maar daarvoor moet men natuurlijk bij ..de partij" aangesloten zijn en over pas sende connecties beschikken. Alles, wat met luxe-productie te maken heeft, lijdt gebrek. Slechts zij, die artike len van dagelijksch gebruik afzetten, heb ben nog geen reden tot klagen. Nog altijd zijn zes millioen menschen werkloos en weten, de gezinnen meegere kend, dus meer dan achttien millioen men schen niet, hoe ze zich door de misère moeten heenslaan. Het ergste echter is, dat onder deze ongelukkigen meer dan de helft reeds jaren zonder werk is en totaal verleerd heeft, wat werken beteekent, zoodat hun de handen verkeerd staan, mochten ze morgen werkelijk iets te doen krijgen, en ook de energie ontbreekt om iets degehjks aan te pakken. Dat verklaart ook ten deele het groote succes van het partijleger van Adolf Hit ler. waarover ik u onlangs geschreven heb. Men zegt, dat dit leger reeds 400.000 man sterk is. en het staat wel vast dat 85% van deze meest nog zeer jonge mannen uit de massa's der werkloozen gerecruteerd werd. Uit menschen dus. die tot deze ongelukkige groep der maatschappelijk meer of minder onbruikbaren bestaat, die nu tot een soort beroepssoldaten, moderne „Zwitsers" ge worden zijn, avonturiers, menschen. die alles te winnen niets te verliezen hebben, vaak ruwe elementen, voor wie een men- schenleven niet veel beteekent en die daarvan op straat over heel Duitschland dagelijks de bewijzen leveren! En nu ik het toch over dit Hitler-leger heb: de lezer zal uit de telegrammen ver nomen hebben, dat de nieuwe Duitsehe regeering inderdaad het verbod van deze formaties met machtiging van rijkspresi dent von Hindenburg ingetrokken heeft en den Hitlersoldaten ook toestaat, zich in uniform in het openbaar te toonen. Het is waarschijnlijk wel juist, dat Adolf Hitler en zijn staf het Duitsehe volk beter begre pen hebben dan de nuchtere republikeinen, die in November 1918 alles afschaffen, wat met uiterlijkheid, met feestelijk en plech tig vertoon, traditie en onderscheiding te maken heeft. De massa der Duitschers is al te zeer op uniformen, titels, ridderordes en soldaatj espelen verzot. Wie de gunst der massa's hier veroveren wil. moet daar nu eenmaal rekening mee houden De republiek hield er de eerste jaren géén rekening mee, en toen zij haar fout inzag, was het te laat. De oppositie van rechts had de unifor men. de (vroegere) ridderordes, de titels, de militaire muziek en alles wat er zoo bij hoort, voor haar eigen doeleinden in eere hersteld. Daar vonden de burgerlijke massa's en de rechts georganiseerde arbei ders de „traditie-regimenten" van het vroegere volksleger terug, daar werden regelmatig tot in de kleine dorpen „con certen" gegeven, waarbij de orkesten in de oude uniform, desnoods bij de costumiers gehuurd, niets dan traditioneele regiments- marschen speelden De (eveneens onder rechtschen invloed gekomen) „Ufa" ver vaardigde tientallen films, waarin men de oude pracht van het keizerlijke leger weer bewonderen kon En tegenover deze pro paganda bleek de republiek vrijwel mach teloos. De massa's liepen over naar de phantasten. die tevens betere regisseurs bleken. De partij der romantiek, der dik ste leuzen en der grofste uiterlijkheden, die twaalf jaar geleden slechts.7 leden telde, is thans verreweg de sterkste in het Duitsehe Rijk geworden en kan zich de weelde permitteeren. in een tijd. nu 18 millioen Duitschers nauwelijks te eten hebben en de zelfmoorden aan de orde van den dag zijn, voor 400.000 partij-offi cieren en manschappen nieuwe uniformen te laten aanpassen. Nog voor de Rijkspresident de noodver ordening onderteekend had. die deze geüniformeerden weer in het openbaar toelaat, kon men de prachtige nieuwe uni formen. die zeer sterk aan de Engelsche oorlogutenue herinneren en van deze jonge Duitschers onvervalschte imitatie- tommies" gemaakt heeft, in de straten der Duitsehe steden bewonderen. In Ber lijn zag ik ze het eerst op den Kurfürsten- damm, de boulevard van het weeldige (of sinuli-weeldigei Westen, waar vooral de welgestelde joden wonen, die deze anti- semietische troepen natuurlijk door hun verschijnen in uniform opzettelijk ergeren en provoceeren willen. Het is dan ook op tallooze plaatsen in het Rijk reeds tot botsingen, vooral met communistische tegenstanders, gekomen en het is voor den buitenstaander onbegrijpelijk, hoe de nieuwe regeering de verantwoording op zich heeft durven nemen voor een dulden van een partijleger. waarvan dezelfde Rijkspresident weinige weken geleden nog moest constateeren, dat het een direct EUROPA HOOPT NOG Spoediger dan wij zelf hadden durven hopen, heeft de gang van zaken onze voor spelling over de een- en ondeelbaarheid van Lausanne en Genève bevestigd. En het is, wederom gelijk wij voorzagen, Amerika geweest, die deze samenhang over-duide- lijk heeft aangetoond. Hoe lang niet reeds klinkt uit Amerika de roepstem: Europa, ontwapen en er is te praten over de oor logsschulden! Officieel is weliswaar dit laatste niet toegezegd, vooral niet nu de presidentsverkiezing daar voor de deur staat, zoodat de candidaten zich liefst de handen wat vrij houden, doch in wezen twijfelt niemand er aan, dat het is als ge schilderd. Amerika heeft en terecht geen zin om het geld, dat Europa zou sparen door niet-betalen der oorlogsschul den, te zien verdoen aan verdere bewape ningen! Wie zou echter hebben durven veronder stellen, dat Amerika plotseling met een voorstel voor den dag zou treden als nu eensklaps door Hoover is gedaan.... Vorig jaar verraste Hoover door zijn morato rium-voorstel, dat tenslotte weliswaar werd aanvaard, maar eerst door Frankrijk te laat om er de grootste vruchten van te kunnen plukken. Dat uitstel is fnuikend gebleken; zal het nu weer zoo zijn? Helaas is de eerste ontvangst precies ge lijk en het is in de eerste plaats wederom Frankrijk, dat voor de onaangename ver rassing zorgt, hoewel erkend moet wor den, dat Frankrijk thans niet alleen de schuld draagt. Radicaal, uiterst radicaal is het onver wachte ontwapeningsvoorstel van Hoo ver, feitelijk neerkomend op beperking met niet minder dan een derde, zoowel te land als te water en in de lucht en dat trots de reeds bereikte ontwapening ter zee volgens het verdrag van Londen voor de voornaamste zee-mogendheden, al weigerden Frankrijk en Italië tot dusver zich daarbij aan te sluiten. Een schok is door dit voorstel over de wereld gegaan, een schok van aangename verrassing! Daar klonk van over den Oceaan een nieuw geluid, een geluid van durf, dat spreekt tot de verbeelding! Opnieuw zijn gedachten aan de openbaarheid prijs gegeven. die niet dan als een stimulans voor de ontwapening kunnen werken. Groote, zeer groote massa's zullen volledig deze geste van Hoover onderschrijven en roepen: ziedaar de weg. die bewandeld moet worden. Houdt op met al dat gepraat in commissies van deskundigen en mili tairen. die het met elkaar natuurlijk niet eens kunnen worden; de practijk wordt nu getoond. Kom eindelijk tot de daad! Geheel los van deze aansporing durfde dan ook niemand zich maken al was het wederom Frankrijk, dat de bravour-idee van de hand wees op de welbekende mo tieven van: veiligheid gaat vooraan. Alsof een dergelijke ontwapening niet de beste veiligheid geeft! Maar ook Engeland en Japan maken bezwaar, zij het niet zoo omvattend en op niet zoo evident onsym pathieke wijze.Wel een bijzonder gun stige uitzondering vormt hier Italië, dat onomwonden en oogenblikkelijk Hoover's idee volledig aanvaardde, er op wijzend, dat de volkeren genoeg hebben van mooie woorden en nu eindelijk wel eens daden willen zien! Verkiezingspropaganda is Hoover's geste in Frankrijk genoemd; het moge ten deele zoo zijn, maar de wereld zou een reus achtige sprong voorwaarts doen. als op deze propaganda werd ingegaan! De vastgeloopen ontwapeningsconfe- rentie is door Hoover inmiddels tot nieuw leven gebracht en wij weigeren vooralsnog te gelooven. dat hieruit niet iets goeds zal worden geboren, al is het minder dan het derde gedeelte, door den nieuwen republi- keinschen candidaat voor het Amerikaan- sehe presidentschap zoo vrijmoedig voor gesteld. Vooral wanneer de volkeren hun stem thans luider doen hooren! Zonder succes te Genève geen succes te Lausanne, doch ook het omgekeerde mag als axioma worden gesteld! Te Lausanne heeft de hoofdschotel van het gebeuren bestaan uit particuliere be sprekingen tusschen de diverse leiders voornamelijk tusschen MacDonald en Herriot. Zij zijn blijkbaar van meening geweest, dat het mogelijk zou zijn samen tot een bevredigend compromis te komen, waardoor de regeling met Duitschland zou zijn te vergemakkelijken. MacDonald heeft blijkbaar tot het uiterste gepleit voor aanvaarding door Frankrijk van het principe van volkomen schrapping der herstelschulden, zij het tegen concessies op ander terrein, doch Herriot heeft niet willen afzien van een slot-betaling dooi naar het Engelsch van WILLIAM LOCKE door J. E. d. B. K. 30) HOOFDSTUK XL Madame Robineau was lang en hoekig; ze had zeer dunne lippen. Tante Clothilde had een regiment doch ters, wel vier, uitgehuwelijkt. Dat was heel gemakkelijk gegaan; zij zelve zou elk mis baksel van een man hebben getrouwd, om maar niet te hoeven te blijven in zoo'n sombere, saaie omgeving. Félise beklaagde haar nichtjes, ofschoon zij het volgens tante Clothilde best maak ten en veel babies hadden. Aan het eind van haar eerste week in Chartres had zij een grooten hekel gekre gen aan Chartres en aan alles wat er bij behoorde. Zelfs de straten van Chartres stonden haar tegen door hun kille som berheid. Zij miste het vroolijke gezellige van Brantóme. en de heele stad was vlakker dan de Sahara. Ze verlangde terug naar de rotsen en naar de heuvelen van Perigord. En ook at ze het vreemde brood der lui heid. Met toestemming van haar tante ze<_ ?00 dolgraag met huishoudelijke werk hebben geholpen. Maar Madame KODirieau, de weduwe van een graankoop- man, die haar bij zijn dood een flink for- nagelaten, leidde een zeer ge makkelijk leven, werd uitstekend verzorgd aoor een keukenmeid en door een kamer- oli huishoudelijke machine was iw1,- voor Félise. Haar tante bracht n «Jd door met fijn borduurwerk voor de kerk. Kaarsrecht zat ze op haar stoel met een chaufferette (stoof) onder haar voeten. Félise, niet bedreven met de naald, zat uren te kleumen; zij had geen ehauferette en speelde met de kat of las voor uit La Croix, het eenige blad, dat in huis geduld werd. Af en toe legde Madame Robineau haar handen in den schoot en monsterde haar nichtje met afkeuren den blik. Op een goeden dag zei zij, de lectuur onderbrekend Arm kind. wat is je opvoeding ver waarloosd geworden. Je weet niet hoe je een naald vast moet houden. Je kunt niet voorlezen zonder fouten te maken. Tante, antwoordde Félise. ik kan het beheer voeren over een hotel. Dat zal van weinig nut zijn voor je man. Félise huiverde bij dit ongelukkige woord. Ik zal nooit trouwen, ma tante, zei zij. Je denkt toch niet dat je in een klooster toegelaten zoudt worden? De Hemel beware me daarvoor, riep Félise. De Hemel zou het niet toelaten, om dat je alle roeping mist, zei Madame Ro bineau op strengen toon. Maar een wel opgevoed jong meisje in den mond van tante Clothilde kreeg dit alledaagsche zinnetje een hatelijke beteekenis en riep voor Félise's geestesoog een bleek jong wezen op, bloedeloos, niet in staat te lachen, omdat ze daar te deugdzaam voor was een welopgevoed meisje heeft slechts twee wegen voor zich open staan, het klooster of een huwelijk. Voor jou, mijn lieve kind, is het het huwelijk. Zoo. zei Félise, glimlachend de cou rant weer opnemend, om het artikel, waarover ze gestruikeld was. verder voor te lezen, nu, dan zal de schoone prins wel een dezer dagen verschijnen. Waarop Madame Robineau haar be rispte, omdat ze zich zulke ijdele dingen in het hoofd haalde. Het is waar, wat ik zei. dat je opvoe ding zoo verwaarloosd is. 't Is de plicht van een jong meisje om niet uit te zien naar een prins, maar om den echtgenoot aan te nemen, die haar wijzere ouders voor haar gekozen hebben. Ma tante, zei Félise beschroomd onderdanig, na eenige oogenblikken, waarin haar tante haar werk weer opge nomen had, wilt u mij leeren borduren, dan kan ik mij in mijn toekomstig huis nuttig maken? Uit deze en uit andere gesprekken kwam Félise op de hoogte van de fijne listigheid van Bigourdin. Onder het voorwendsel haar een moederlijke vriendin te willen geven, had hij haar aan den vijand over geleverd. Dit bleek hoe langer hoe duide lijker in de volgende dagen Tante Clothilde, hiertoe aangespoord, opende den slag met een hevig gevecht ten voor- deele van Lucien Viriot. Nu verdroeg zij tenslotte de vervelende atmosfeer in huis, maar dat vechten voor Lucien was niet uit te houden. Als ze wrok kon koesteren te gen iemand, van wien ze zooveel hield als van Bigourdin, zou ze wrok koesteren, om dat hij haar had gezonden naar tante Clothilde. Gechaperonneerd door Madame Chauvet, was ze mooi in den va! geloopen. Van al die beloofde sympathie had ze niets bemerkt. Tante Clothilde had haar vrien delijk ontvangen, omdat zij het kind van een zuster was, maar van het eerste oogenblik af had ze haar jonge ziel doen bevriezen. Zij noodde niet tot vertrouwe lijkheid uit. Oom Bigourdin had het ver keerd ingezien. Haar tante en zij hadden geen enkel punt van overeenkomst. Alles beschouw den zij anders. Madame Robineau sprak b.v. kleineerend over de Engelschen Maar ik ben ook een Engelsche, riep Félise. Je bent geen Engelsche, antwoordde gevaar voor orde en rust in den Staat beteekent. Maar hier zou ik toch gevaar loopen, mij op politiek gebied te gaan bewegen Een wel schrille tegenstelling met deze honderdduizenden in keurige uniform vormt het leger der bedelaars-tegen-wil- en-dank, die het leven in de Duitsehe steden voor nerveus aangelegde menschen tot een ware kwelling dreigt te maken. Er is hier en veel-te-veel aan menschen, die weliswaar hun karige ondersteuning als werkloozen ontvangen, maar met deze kleine bedragen om welke reden dan ook blijkbaar niet huishouden kunnen, zoodat ze weinige uren of dagen na de ontvangst reeds geen pfennig meer op zak hebben. Dan gaan ze de straat op en bedelen. En hoe bedelen ze Van de onbeschaamd heid van deze menschen, met wie men natuurlijk een diep medelijden behoort te hebben, maar wier optreden daardoor toch niet minder onaangenaam is, kan men zich, als men niet in Duitschland woont, nauwelijks een voorstelling maken. Ze bedelen eigenlijk niet, ze eischen, ze drei gen en niet zelden wreken ze zich op de schandelijkste wijze door het beschadigen van huisdeuren, het ingooien van ruiten, het doorsnijden van fiets- en autobanden, als, men niet met geld en levensmiddelen klaar staat. In de wijken der beter gesi tueerde bevolking wordt zonder eenige overdrijving zij het herhaald! zeker om het kwartier door een bedelaar gebeld, die dan vaak zeer dreigend optreedt en als hij meent alleen met vrouwen te doen te heb ben, niet zelden poogt, zich toegang tot de woningen te verschaffen, om met geweld te nemen, wat men hem niet goedschiks geven wil De diefstallen hebben hier een toppunt bereikt, zelfs gesloten en van veiligheids apparaten voorziene auto's verdwijnen van den openbaren weg alsof het om hand- taschjes ging. in Berlijn alleen 10 tot 15 per dag Ze worden in vele gevallen in Nederland voor een spotgeld verkocht, en de lezer zij gewaarschuwd, dat hij in zulke gevallen meestal met in Duitschland ge stolen wagens te doen heeft. Zoo ziet het er tegenwoordig bij ons uit, in dit land. dat verdiende, een eerste klasse reputatie te genieten Mogen de heeren in Lausanne inzien, dat er na „Versailles" een en ander goed te maken is. En volstrekt niet alleen in Duitsch belang! ROLAND. RECLAME. en vele ongesteldheden, zullen U de hier genoemde genezende en pijnstillende Mijnhardt's Poeders spoedig helpen: Mijnhardt's Hoofdpijn poeders Kiespijnpoeders. Verkoud- heidspoeders. Hoestpoeders. Rheuma- tiekpoeders. Maagpoeders. Pijnstil lende poeders. Op poeders en doos staat de naam Mijnhardt. Let bij het koopen hierop! Prijs per poeder 8 ct. en per doos 45 ct. Verkrijgbaar bij Uw drogist. 2071 (Buiten verantwoordelijkheid der Red.) Copie van al of niet geplaatste stukken wordt niet teruggegeven DE IEPEN AAN HET RAPENBURG. Weder zijn 5 boomen aan het Rapen burg door de iepenziekte aangetast: 3 voor het Academiegebouw en 2 voor het pand No. 83 en die zullen weder tijdelijk worden vervangen door jonge iepen. Nu langzamerhand groote gapingen in de boomenrijen zijn ontstaan, komt het mij voor dat het tijdstip is aangebroken voor het vervangen van alle iepen door lindeboomen, waartoe, als ik mij niet be drieg, eenige jaren geleden in beginsel reeds is besloten. V. RECLAME. CORPULENTE MENSCHEN kunnen door een conscentieus gebruik van het natuur lijke „Franz-Josef'-bitterwater, bereiken, dat zij ruimen stoelgang zonder forceeren hebben. Bij Apoth. en Drog. verkrijgbaar. 2075 haar tante, want je hebt een Fransche moeder en je bent in Frankrijk opgevoed. Tevergeefs trachtte ze op een punt van overeenkomst tusschen haar tante en haarzelve te vinden. Maar zelfs Mimi, de magere, oude poes, kon geen schakel vor men. Als een zwervend jong poesje was het vroeger door Robineau opgenomen, en zijn weduwe verdroeg zijn tegenwoordig heid met gelatenheid. Félise trok zich het arme dier. waarvan niemand hield, aan. Door de scherpe uitlatingen van tante Clothide merkte ze dat haar vier nichtjes, die zoo voorbeeldig de haar aangeboden echtgenooten aanvaard hadden, even koud tegen Mimi waren geweest als hunne moe der. Ze begon er de Voorzienigheid dank voor te zeggen dat ze niet op haar nichtjes geleek, wat heel verkeerd was. en nu en dan stelde ze heelemaal geen belang in hun voorbeeldige gedragingen, wat nog meer verkeerd was en zoo joeg ze de moe derlijke instincten van Madame Robineau tegen zich in het harnas. De verhouding werd zeer gespannen. Tante Clothilde sprak tegen haar op scherpen, ongeduldigen toon. Zij distil leerde allerlei gebreken uit haar weer barstigheid om met Lucien te trouwen. Voor het eerst van haar leven toefde Félise in een omgeving waar geen liefde was. Ze snakte naar huis. Ze znakte vooral naar haar vader en zijn wijze teederheid. En omdat ze zoo naar hem verlangde, kon ze hem niet schrijven, zooals men een vader schrijven moet en de eindelooze brieven, die ze 's nachts schreef en waarin ze haar heele bedroefde hartje uitstortte, deden haar s' morgens blozen en ze dufde ze niet te verzenden. Zijn trouweloosheid ten spijt kon ze oom Gaspard niet on trouw zijn. Eindelijk op een sombere achtermiddag ging Madame Robineau tot een krachti- gen aanval over. Zet die kat neer, ik moet met Je spreken. MILLIOENEN RADIOPRAATJE. Welke enorme bedragen door de Engel sche Omroep verslonden worden mag blij ken uit het volgende bericht: Van 31 Maart 1931 tot 31 Maart 1932 werd aan licensies betaald een bedrag van c.a. f. 22.000.000.Hiervan ontvingen de Engelsche Rijksposterijen 220.000 gulden. Het vorige jaar werd aan de B. B. C. een bedrag van f. 12.000.000.uitbetaald. De inkomsten vertoonen dus een zeer belang rijke stijging. o WEL INTERNATIONAAL! De Columbia Omroepmaatschappij in Amerika maakt aanspraak op de naam „Internationale Omroep". Een dezer dagen brengt zij n.l. voor de microfoon Tito Guizar, een jonge Mexicaahsche tenor, wiens Moeder een Italiaanschen en wiens vader een Franschman is: hij zingt Duit sehe liederen in het Engelsch en het Ame- rikaansch Orkest dat hem begeleid wordt gedirigeerd door een Rus, die bovendien Engelsche liedjes in het Duitsch zingt. DE KEULSCHE ZENDER GAAT NAAR HANNOVER. De vroegere Keulsche zender die sinds de oprichting van Langenberg niet meer uitzendt, wordt gedemonteerd en in Hannover gebouwd De oorspronkelijke golflengte van Keulen (227.4 Meter) wordt eveneens overgenomen. Een antenne van 60 Meter hoogte wordt gebruikt. Overzicht onzer belangrijkste Veemarkten. Gistermorgen bijzondere stilte op de vesmarkten. Vooral op de afdeelingen ge- bruiksvee en gistermiddag buitengewone drukte in het 2e Kamer gebouw, waar zou worden bestist omtrent de uitvoering van de varkenssteunwet. Welnu, zoo onze varkenshouderij er mede gebaat is, zoo kunnen wij haar geluk- wenschen, want de steunwet is in haar huidigen vorm door den 2e Kamer aan genomen. We schreven het reeds in ons vorige overzicht. De Zujd-Hollandsche boeren zul len er naar onze verwachting geen profijt van hebben. Hier worden bijna uitsluitend zware varkens gemest en de binnenlandsche omzet zal zeer zeker belangrijk terug- loopen, daar het varkensvleesch met min stens 15 ct. per pond zal worden verhoogd. Het eenigste profijt kan zijn, dat de koeien voor de slachtbank wat duurder worden, doch dit is betrekkelijk een luxe bedrijf, terwijl de varkensmesterij en fok kerij dat geenszins genoemd kan worden. Gedupeerd zal de boer op de zware gronden er niet mee zijn, doch dat is wel het geval met de varkenshandelaren, daar deze zoo goed als uitgeschakeld zullen worden. De zandboeren die de meeste zouters of lichte varkens afleveren worden er mede gediend en de varkenshouderij, zal zich dan ook meer en meer in die richting verplaatsen. Er zal een felle concurrentie ontstaan met Denemarken, want de bacon-fabrikanten hier te lande, worden gedekt door den toeslag, die de Nederlandsche consumenten zal hebben te betalen. Dit zijn de feiten. Tenminste als de 1ste Kamer dit wetsontwerp goedkeurt. Wij kunnen voor dien nog een heftige actie van de zijde van den varkenshandel en ook van den bond van kaasproducenten want ook die is tegen de wet gekant en van den Nederlandschen Bond van Vee handelaren tegemoet zien. Zoo we reeds zeiden was het m'arktleven voor gebruiksvee overal erg stil en het slachtvee ging bij korte aanvoeren kalm, maar bij toch wat vasteren prijzen van de hand, stieren wat duurder. Vette kal veren zeer kalm en iets lager. Nuchtere kalveren beter. Wolvee voor alle soorten ook de jonge lammeren traag en nauwe lijks prijshoudend. Vette varkens dito, ter wijl in de jonge fokvarkens iets meer handel merkbaar was. VAN DER S. Félise gehoorzaamde en tante Clothilde begon te praten. Hoe meer ze sprak, hoe stugger Félise werd Madame Robineau werd boos, haar dunne lippen beefden. Ik gebied je, zei ze. om met Lucien Viriot te trouwen. 't Spijt me om iets te zeggen, dat u boos maakt, ma tante, zei Félise dapper, maar daar hebt u de macht niet toe. En ik geloof, dat je oom de macht heeft om je te bevelen. In zulke dingen, neen, ma tante, zei Félise. Tante Clothilde verhief zich uit haar stoel met rechten rug en bewoog dreigend haar langen wijsvinger. De nagel aan den top was heel lang en niet heel schoon. Felise had er dikwijls over gepeinsd of haar tante het bestaan van een nagel borsteltje niet kende. Als ik nu denk aan al de weldaden, die mijn broeder over je heeft uitgestort, zei tante Clothilde met harde stem, dan ben je niet anders dan een ondankbaar klein monster. Félise stoof op. Gebrek aan durf had ze niet. Dat is een leugen, riep ze. Ik houd zielsveel van oom Gaspard. Ik heb mijn leven voor hem over. Ik ben niet ondank baar. Dat is erger dan een leugen. 't Is waar. antwoordde Madame Ro bineau. Anders zou je niet weigeren zijn ziclswensch te vervullen. Zonder hem zou je geen stuk kleeren hebben, geen schoei sel aan je voeten en net zooveel van godsdienst weten als een heidin. Aan hem heb je alles te danken, zonder hem zou je in de goot liggen, waaruit hij je gehaald heeft. Ze krijschte de laatste woorden uit. Doodsbleek zag Félise haar aan met iets hartstochtelijks in haar anders zoo vrien delijke oogen. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 9