PROEFTOCHT it* Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 15 Juni 1932 Derde Blad No. 22157 UieuweMotorstrand-Reddingbootte Katwijk VRAGENRUBRIEK. Handleiding gratis. PARLEMENTAIR OVERZICHT HAUSNER'S REDDING. FEUILLETON. Fortinbras' Toovermacht Blaft Gebouwd door de Firma Gebr. Taat Foto VOOTJS. I De firma Gebrs. Taat te Katwijk aan fs. die ln liet land een welbekenden naam jjrven heeft door het bouwen van red- oten, heeft voor rekening van de N. FR.Mij. een nieuw model motorstrand- gboot gebouwd, die gisteren haar roeftocht op de Noordzee gemaakt heeft. boot is gebouwd volgens het in De uken gebruikelijke model, waarbij met daar in de praktijk opgedane ervarin- 3 rekening werd gehouden. Zij heeft een on A motor van 28 P.K. met keer- «peling. terwijl de schroef gemaakt Kei volgens ontwerp van professor Voss- rck te Delft. [De boot heeft 2 kielen, welke 50 c.M. van ingebouwd zijn en waarin een fun is aangebracht, waarin de schroef hait. Het aantal luchtkasten bedraagt E terwijl er 9 ontlaadbuizen zijn. Behal- f> de bemanning, die uit 6 koppen be- But, kan de boot plm. 40 personen op- ïen. Bij de boot behoort een speciaal ontwor- wagen, gebouwd met rupsbanden om langs het strand te vervoeren. Deze gen wordt door een tractor voortgetrok- welke den wagen met boot zóóver in br duwt. totdat de boot door middel van kceertouwen van den wagen in zee ge- Éstten wordt. 1 Er bestond zeer groote belangstelling, «ii de nieuwe boot vanaf de schuur bij Prins Hendrikkanaal door de Voor raat naar het strand getrokken werd. De •ctor trok zonder veel moeite den wagen ki de reddingboot erop door het nulle ad. Ter hoogte van de Oude Kerk werd i wagen een halve slag gedraaid, zoodat reddingboot den voorsteven naar zee |;»rde. De tractor duwde nu den wagen :t zee in. maar door een misverstand zóó pr, dat de golven spoedig over den tractor ken, zoodat de motor niet meer werkte, zat men in moeilijkheden, want de Irsctor moest den wagen van onder de boot uittrekken. Direct sprongen eenige mannen uit de boot en met vereende krachten van velen, die door het zeewater waadden werd de wagen tenslotte van onder de boot vandaan getrokken. Met den schipper C. Jonker aan het stuur schoot de reddingboot als een visch door de golven; zij volvoerde dezen proef tocht dan ook uitstekend. De wagen met tractor zaten echter onder de golven. De firma D. Parlevliet werd opgebeld voor paarden, die met groote moeite den wagen ten slotte op het droge trokken. In den tractor met een gewicht van 3'/- ton was geen beweging te kriigen. Des middags werd met veel moeite, nu zonder tractor, de reddingboot op den wa gen gehaald en te ruim 4 uur werd deze gereden op den dam van de Gebrs. Taat in de Voorstraat. Toen het eb was. werd getracht om de zware tractor, die diep in den weeken zandbodem gezonken was. op te heffen. Om halfzes arriveerden dommekrachten en na veel pogingen werd ten slotte het voor ste gedeelte opgevijzeld. Met planken, als helfboomen te gebruiken en met behulp van 6 paarden werd ten slotte de tractor uit het gat getrokken en om kwart over 7 ondergebracht in de garage van den heer Burggraaf in de Voorstraat. Al deze ver richtingen hadden den geheelen dag veel bezoekers naar het strand gelokt. Bij dezen proeftocht waren aanwezig de heeren De Booy. secretaris en adj. secr. van de N.Z.H.R.Mij., de heer Van Eden. kunstschilder, die voor reclamedoeleinden voor de maatschappij aanwezig was en de heer Franken, die een filmopname geno men heeft, benevens de plaatselijke com missie. Deze reddingboot, waarvan men hierbo ven een gedeelte met tractor ziet afgebeeld is bestemd voor het station IJmuiden- Noord. J J. Z. te L. Beide zijn goed 't Is een Itoestie van smaak. W. Bn te L. De langstlevende echt- ■Senoot wordt met een wettig kind gelijk- Issteld, met dien verstande, dat bij tweede lof verder huwelijk, indien er kinderen uit Ikt vroeger huwelijk aanwezig zijn, de l&euwe echtgenoot niet meer mag erven ■too het minste gedeelte hetwelk een dier Ikinderen geniet en zonder dat in eenig Iftval het erfdeel het vierde deel van de Isoederen van den erflater mag te boven ■pan. I Wanneer de langstlevende echtgenoot Ramen met kinderen uit een vroeger huwelijk erft, is zij niet bevoegd den inboedel geheel of gedeeltelijk tot zich te nemen. Wat uw tweede vraag betreft, wend u tot gemeentewerken. RECLAME. Schatten van schoonheid sluimeren in Uw huid. Gelaatsmassage met Purol wekt ze tot nieuw leven. Een handleiding voor ge laatsmassage ontvangt U gratis bij koop van Purol (doos 30 ct., tube 80 ct.) Alleen bij Apoth. en Drogisten. 1485 TWEEDE KAMER. HERDENKING VAN MR. TH. HEEMSKERK. Bij den aanvang van deze vergadering werd de overleden staatsman mr. Th. Heemskerk herdacht. De voorzitter sprak als volgt; ,De dood heeft één der onzen wegge nomen. Maar dat niet alleen. Met hem is een stuk van het leven der Kamer, heen gegaan. De Kamer zonder Heemskerk, Heemskerk, die in haar een groot deel zijner levensbevrediging heeft gevonden, waartegenover hij aan haar zijn edele en rijke persoonlijkheid geheel heeft gegeven. Hij was vol zonnigheid; warmte en blij heid hingen om hem heen en werkten wei- danig op zijn medeleden. Heemskerk heeft altijd en onvermoeid gestaan midden in den drukken en woeli- gen parlementairen arbeid. Waren er ge wichtige onderwerpen aan de orde. men zag hem op het spreekgestoelte. En. om een recent voorbeeld te noemen, de com missoriale voorbereiding der behandeling van de jongste contingenteeringswetten is voor hem, fijnzinnig jurist en staatsrechts kenner, nog een waar genot geweest. Als voorzitter van de Commissie voor Privaat- en Strafrecht was in de latere jaren aan hem de bekwaam gevoerde lei ding der juridische wetgeving toever trouwd. Hij was een strijdbare natuur. In dien strijd zijn de moeilijkheden en teleurstel lingen. die de politiek nu eenmaal biedt, ook hem niet voorbij gegaan. Zijn wapens waren: kunde en doorzicht, fijne geest en vonkend vernuft, welsprekendheid en slag vaardigheid. niet het minst ook eerlijkheid en trouw. Maar al die gaven werden slechts aan gewend ten dienste van een hooger doel, dat hem heilig was. Zijn diepgewortelde godsdienstige overtuiging en zijn daarmede samenhangende levensernst vormden zijn eigenlijke wezen. Hij behoefde dan ook niet in formules te getuigen, omdat zijn persoon een voortdurend getuigenis was. Zoo was hij aantrekkelijk en boeiend, maar tevens door wien ook geëerbiedigd. Sinds de geboorte van mr. J. Heemskerk Azn. zijn ongeveer honderd en veertig ja ren verloopen. In het leven van vader en zoon, beiden staatslieden van beteekends. heeft zich dus een belangrijk stuk van onze Nederlandsche politieke historie afge speeld. De zoon. die zoowel over een fijne opmerkingsgave, als over een ijzersterk geheugen beschikte, was dan ook door den omgang met zijn vader en diens tijdge- nooten; nauw vertrouwd geraakt met de politieke gebeurtenissen van het tijdvak aan zijn eigen politiek optreden vooraf gaande. Zoo school in hem, die zich Thorbecke uit eigen aanschouwing nog goed wist te herinneren als het ware een eeuw staat kundige geschiedenis en traditie. Levendig stond hem de gansche uitwen dige en inwendige ontwikkeling van het Nederlandsch staatsbestel van dien tijd voor den geest. Hij kende de personen dde daarin een rol hebben gespeeld, de groo- ten en de minder grooten. in hun sterkte en in hun zwakheid. Maar die veelomvat tende en kleurige kennis strekte voor hem in den grond der zaak slechts om daaruit levenswijsheid, telkens nieuwe levenswijs heid te putten. En het was zeer duidelijk, dat de behoefte, die hij gevoelde om an deren in die kennis te doen deelen. werd ingegeven door bedoelingen van het zui verste gehalte, in de gemakkelijke en op gewekte vormen, die hem; eigen waren, wilde hij ook zijn tijdgenooten de lessen uit het verleden tot leering en waarschu wing laten strekken. Zoo was het persoonlijk verkeer met hem niet alleen vol uiterlijke bekoring, maar ook opheffend en leerzaam. Op haast ieder terrein van het publieke leven hebben de talenten van Heemskerk geschitterd. In gemeente en provincie, als wetgever ?n publicist, als volksvertegen woordiger en raadsman der Kroon. Wie zijn werkdadigheid op internationaal gebied heeft gadegeslagen, weet. dat hij behoorde tot de Europeesche figuren. Terwijl hij nog zoo krachtig en onver woestbaar leek. is aan zijn aardsch be staan een onverwacht en plotseling einde gekomen. De fractie der anti-revolutionnairen voor de verwezenlijking van wier beginselen hij moedig en onverschrokken heeft gestreden, heeft een kostbaar goed verloren. In hem is van de Kamer een stuk van haar leven, en van haar luister heenge gaan. Moge zijn ziel zijn gekomen tot aan schouwing van Hem, in Wien hij de vaste richtsnoeren voor zijn welbesteed leven had gevonden.' Daarna hield de Minister-President, jhr. mr. Ruys de Beerenbrouck, dc volgende rede: „De Regeering deelt met grooten eerbied en met diepen weemoed in den rouw der Kamer over één harer meest begaafde leden. Met den heer Heemskerk is heengegaan een man, die door het harmonische geheel zijner hoedanigheden één der voortreffe lijkste zonen was van ons vaderland. Aan een scherp juridisch vernuft paarde hij een grooten zin voor de werkelijkheid. Met zijn klaren, helderen geest drong hij door recht tot in de kern van ieder vraag stuk. waarover hij tot oordeelen geroepen was. Naast zijn zeldzame gaven van hoofd troffen de warmte van zijn edel hart. van zijn vriendenhart vooral, en zijn aangebo ren ridderlijkheid. Hij was een strijdbare natuur; als hij den degen kruiste, deed hij het als een ridder met open vizier. Hij was in zijn tijd een sieraad van de balie, maar meer trok hem het staatkun dig leven. In de veelzijdigheid van dit le ven zou zijn rijke persoonlijkheid beter en voller tot haar recht, komen. In 's lands vergaderzaal had zijn woord een gezag, als dat van weinig anderen, een gezag, dat in moeilijke oogenblikken ons volk vaak ten zegen is geweest en dat te vens noode zal worden gemist Slechts de eeuwige rust kon aan de werkzaamheid van dezen grooten geest een einde maken. Naar ons menschen-oordeel is die rust te vroeg gekomen. Maar nu het God behaagd heeft, dezen Christen staatsman, zijn trouwen dienst knecht, wiens mannelijk geloof geen te genspraak vormde met zijn menschelijke wijsheid, tot zich te nemen, nu past het ons, eerbiedig het hoofd te buigen voor zijn nagedachtenis." Deze beide redevoeringen werden in diepe stilte aangehoord. UITOEFENING DER ARTSENIJBEREIDKUNST. Het ongelukkige wetsontwerp inzake de uitoefening der artsenijbereidkunst. dat de vorige week door vrijwel alle sprekers vinnig was bestreden, vond nu een verde digster in mevr. De Vriens-Bruins. Zij nam in hoofdzaak de apothekers in bescherming, vooral ook tegen de aanval len van den heer Marchant, die volgens haar tegenover deze menschen met een academische opleiding zeer onbillijk was geweest. Zij achtte het noodig dat dege nen, die geneesmiddelen verkoopen. des kundig zijn. Dit zijn de apothekers. Voorts bepleitte zij een prijsregelend optreden van de Overheid, want de verpakte geneesmid delen zijn veel te duur. Het is in het be lang der volksgezondheid, dat de apotheker de geneesmiddelen in het klein blijft be reiden, doch in de toekomst zou naar de afgevaardigde schetste de Overheid als distribuant van geneesmiddelen kunnen optreden. De drogisten zullen zich voor- loopig dan maar moeten bepalen tot den verkoop van de geneesmiddelen, die het wetsontwerp noemt. Tijdens deze rede zat mr. Marchant voortdurend te interrumpeeren; tenslotte verzocht de voorzitter hem daarmede op te houden. Doch aanstonds liet de heer Duys een geheel ander geluid hooren. In tegenstel ling met het betoog van zijn partijge- noote zette hij uiteen, dat. naar zijn mee ning, het wetsontwerp juist niet de belan gen der volksgezondheid vooropstelt en daarentegen wel die van den drogisten stand ernstig benadeelt. En: hierna gaf de heer Beumer het zielto gende wetsontwerp nog een laatsten stoot. Toen Minister Ruys de Beerenbrouck aan het woord kwam. was hij spoedig klaar. Hij constateerde de vele bezwaren, die te gen het ontwerp waren gerezen, doch vond in het debat toch genoeg punten om te durven hopen op overeenstemming. Echter, niet met dit wetsontwerp. De behandeling mag aldus de Minister niet gefor ceerd worden en daarom wenschte hij zich rustig op een en ander te beraden en thans het debat niet voort te zetten. Hausner's afscheid van zijn vrouw voor het vertrek. Volgens een radio-bericht van den kapi tein van de tankboot, die dezer dagen in voile zee den Poolschen Oceaanvlieger Hausner heeft opgepikt, waren de eerste woorden, die de geredde sprak. „Ik ben Stanley Hausner, red mijn vliegtuig." Na 8 dagen rondgedreven te hebben, werd Hausner tegen den avond vrijwel levenloos in een reddingboot geheschen. Hij had echter nog de kracht om te mom pelen: „Dank u kapitein, ik heb 8 dagen lang op u gewacht." Daarna verloor hij het bewustzijn. De uitkijkposten aan boord van de Circe Shell hadden zich de oogen uitgewreven, toen zij het ongewone wrak zagen; zij waren uiterst verbaasd daarop een men- schelijk lichaam waar te nemen, maar toen de stoomfluit van het schip begon te werken, richtte dat lichaam zich ais een geest op en begon wanhopige gebaren te maken. Het had weinig gescheeld, of de vlieger was niet gered, want de duisternis viel snel in en pas op het laatste oogenblik gaf de bemanning zich er rekenschap van, dat men niet te doen had met een afge dreven boot, maar met iets dat leek op het achterstuk van een vliegtuig, dat nog boven water uitstak. In den letterlijken zin des woords heeft Hausner moeten leven van een paar beten brood daags. Hij had nu eenmaal niet meer dan enkele boterhammen bij zich en daar heeft hij het een acht dagen mee moeten doen. Afschuwelijk was de erva ring van Hausner vooral wijl hij dobbe rend op zijn vliegtuig tal van schepen op tamelijk verren afstand had zien passee- renren en niet in staat was geweest hun aandacht te trekken. Behalve het nijpend gebrek aan voedsel en drinkwater leefde Hausner in den bijtenden angst dat de golven zijn vliegtuig zouden verbrijzelen. Wat zijn lot op het drijvende vliegtuig nog kwellender maakte, was, dat hij voortdu rend moest vechten tegen den slaap. Waarop de president voorstelde de verdere behandeling van het wetsontwerp te schor sen. Natuurlijk vond de Kamer dit goed. En zoo raakte het ontwerp voorloopig van de baan. De protesteerende drogisten hebben het dus gewonnen. SCHADE BIJ DE ZUIDERZEEWERKEN. Eenig debat ontstond verder nog bij de be handeling van het adres der aannemers firma Van der Velde te 's-Gravenhage, houdende verzoek om vergoeding van schade door haar geleden bij de uitvoering der Zuiderzeewerken. IDe heeren Van der Bilt en Van Dijk hebben dit verzoek ondersteund, althans een onderzoek verlangd, door een com missie van deskundigen, naar de vraag of schadevergoeding kan worden toegestaan. Waartegenover de heer De Wilde de op merking plaatste, dat de firma nooit een recht kan doen gelden en hoogstens aan spraak heeft op welwillendheid. Minister Reymer voegde er aan toe, dat aan de firma reeds een zekere vergoeding is toege kend. maar dat zij overigens, wil men niet onbillijk worden tegenover anderen het risico zelf moet dragen. Vandaag wordt beslist over een voorstel-Van Dijk, om als nog een onderzoek te doen instellen. Na aanneming van een aantal kleineré ontwerpen is de vergadering verdaagd. HAGENAAR. |wr het Engelsch van WILLIAM LOCKE door J. E. d. B. K. 1111 Hij zeide zoo verwonderd te zijn, dat 't I bli zoo weinig geestdrift toonde over de I Politieke leiders. I - De politieke avonturier is de vloek I hu dit land, beweerde Fortinbras. I Op dat moment kwam Corinna naar I Wffien gestapt; ze was in reiscostuum en I un haar arm bungelde een klein gebor- I «urd taschje. Met het hoofdje in den nek, I f® uitdagend van houding, liep ze de I ü®er door en gaf Fortinbras de hand. I- Ik ben gekomen op uw verzoek, maar «en we gauw afpraten, want ik moet den ®in halen. Ga zitten, zei Fortinbras, haar een «oei gevende. gehoorzaamde en daar zat het drietal om een tafel in een leege eetzaal. r0 nu was het op een nevelachtigen ;®?en in het begin van November, in >1 'e van Frankrijk, de bergen waren Bail?en er v'e' een fiihe motregen! Ne buitenlucht drong naar binnen door ■-raam, dat op het terras uitkwam. j,rjlieve Corinna dus heb je niet 'tweede consult afgewacht, zooals af stoken was? -T Out ia uw schuld en niet de mijne, ™°ordde Corinna. Ik had u al weken '"«verwacht. Ongetwijfeld, maar jou verwachten 'tor mij geen re(jen om te gaan. Doch -jf s«Hige belofte gaf je alle reden te •«hten, dat ik komen zou. daar kon ■■ft» van zijn. gj.bael goed, zei zij, maar dit is nu alle- ^veten?epraat' Wat wUt U eigenU^k van wou je vragen, mijn lieve Corinna, zei Fortinbras op overredenden toon. waarom je mijn raad in den wind hebt geslagen? En wat was uw raad? Om niets koppigs, hevigs en onver standigs te doen, voor we elkaar weer ont moet zouden hebben U hadt eerder moeten komenIk heb gemerkt, dat ik leef van Martin's welda den en de tijd is gekomen om al die mal ligheid te laten schieten en naar mijn familie terug te gaan, met de staart tus- schen de beënen. 't Is heel prettig, dat verzeker ik u. O, jonge vrouw, met weinig vertrou wen! Waarom mij niet geraadpleegd in- plaats van hardvochtige medische stu denten met bespottelijke moeders? Corinna werd vurrood en in haar oogen kwam een harde uitdrukking. Ik veronderstel dat de kwaad spre kende tongen in dit afschuwelijke hotel aan het babbelen zijn geslagen. Daarom ga ik nu juist weg om ze gelegenheid te geven te kletsen ln mijn afwezigheid. Maar, zei Fortinbras op vertroosten- den toon, waarom wordt je nu zoo boos? In dit afschuwelijke kleine hotel is iedereen op je hand. Ze zouden alles wil len doen om je te helpen, met je mede te voelen en je te toonen, dat ze je lief hebben Ik heb hun sympathie niet noodig, zei Corinna bits. Ook geen menschelijke betuiging van leedwezen of genegenheid? Je wilt je reke ning voldoen als een jonge vrouw, die in een auto kwam, een nacht bleef en zoo weggaan? Neen, dat wil ik niet, maar ik ben infaam behandeld en ik wil naar Engeland terug. Wie heeft je hier zoo infaam behan deld? vroeg Fortinbras. Doe nu niet zoo idioot, riep Corinna. Ze zijn hier allemaal engelachtig voor me geweest, zelfs Martin. Ik geloof dat ik me over het geheel genomen netjes tegenover je gedragen heb, sinds we op reis gingen, merkte Mar ian on. In alle geval heb jij je instinct van gentleman gevolgd, stemde zij toe. Fortinbras leunde achterover in zijn stoel en slaakte een zucht van verlichting. Ik ben blij te bemerken, dat dit over haaste vertrek geen vlucht is. Vlucht, herhaalde ze. Denkt u dan dat ik. Met opgeheven hand legde Fortinbras haar het zwijgen op St! Wil je me even heel in het kort vertellen wat er gebeurd is? Hij boog zijn verstandig hooid naar haar toe en zijn geduldige vermoeide oogen hielden haar in bedwang. Daar je aan het eind van je geld bent en niet met Martin uit het vagebonden potje wilt putten en daar je in mijn be loften geen vertrouwen meer hebt, heb je je toevlucht genomen tot dien jongen windbuil, met wien je op je onschuldige, vrije. Engelsche manier, maar tot ergernis van zijn Fransche verwanten, veel naar restauranis en theaters in Parijs bent ge gaan. Hij heeft je lievigheidjes verteld. Hij heeft je zoo'n beetje het hof gemaakt. In alle eer en deugd. Op zijn leeftijd hij boog zou ik dat ook gedaan hebben. Maar in al zijn brieven zul je geen enkele bepaalde betuiging van liefde vinden. Werktuigelijk trok Corinna haar hand schoenen uit. Fortinbras rookte zijn siga ret. Hij vervolgde: Je ziet in hem een mogelijken echt genoot Ik ben openhartig, mijn werkkring eischt dit. Maar je hart heeft hij nooit sneller doen kloppen. Dat ontken je niet, goed. In je grooten nood zooals jij je toestand zag heb je hem een dringend telegram gezonden, dat geen man. die eenig gevoel heeft, terzijde kan leggen. Hij leent de auto van zijn aangetrouwden neef en .gehoorzaamt aan je oproep. Je spreekt met hem in een duffe, kleine, benauwde kamer. Je legt hem het geval voor met zeer veel fijn vrouwelijke tact. Hij bemerkt, dat een huwelijksaanzoek van hem verwacht wordt. Hij trekt zich terug. Hij kan je met geen mogelijkheid trouwen volgens de Fransche wet zonder toesteming van zijn ouders. En die zullen ze nooit geven, want ze koesteren andere plannen voor hem. die niet te veranderen zijn. Er is net zooveel kans op een huwelijk als op een heiligver klaring. Maar. zegt hij, we zijn beiden jong, we hebben elkaar lief, we zullen maar stil üi het Quartier wonen samen, voor onbepaalden tijd. Waarom zouden we niet samen een huishouden beginnen? Ik heb genoeg voor twee en laat de toe komst voor zich zelf zorgen. Corinna stond op, ze zag aschgrauw en schudde hem bij den schouder. Hoe weet u dat in 's hemelsnaam? Wie heeft u dat verteld? Wie heeft ge hoord dat die ellendige jongen me heeft voorgesteld om met hem te leven als zijn vriendin? Fortinbras streek haar over haar hand en glimlachend keek hij naar gespannen gezichtje. Dacht je nu heusch, mijn lieve kind, dat ik, die nu twintig jaar de biechtvader ben van de Rive gauche (linkeroever) nog >de manieren van Rive gauche niet ken? Dat ik niets weet van internationale of laat ik liever zeggen van multinationale codes van sociale gebruiken, zedelijkheid, eer enz. en hoe de begrippen met elkaar in botsing komen? Ik wist dat jullie, van verschillende nationaliteit, Camille Fargot en jij. over een huwelijk dachten en ik vertel je de uitkomst, 't Is zoo iets als een mathematisch vraagstuk voor een school jongen Diep neerslachtig ging ze weer zitten, 't Was alles gebeurd, zooals Fortinbras zei. Hij had niet gesproken en zij had hem niet den tijd gegeven dit nog te doen, van de heftige woede, waarmede zij Camille de deur had gewezen. En zijn psycholo gisch Inzicht was ook juist. Zij had zich gevleid gevoeld door de luchtige hof makerij van den jongen man, die dwaze verwachtingen bij haar had opgewekt, maar ze had nooit iets om hem gegeven. En nu had ze een afschuw van hem. Ze begon met haar vingers op de tafel te trommelen. En wat moet ik nu beginnen? O zoo, zei Fortinbras, nu gaan we eindelijk verstandig praten. En nu kunnen we beginnen met ons tweede ambtelijke consult. Vooruit dan maar, zei Corinna. Ik gebruikte het woord, ambtelijk, merkte Fortinbras op. Martin begon te lachen en legde een tien francsstuk op tafel. Ik betaal voor ons beiden, zei hij. 't Is alsof je op de kermis bij een waal-zegster komt, zei Corinna, maar we moeten voortmaken. Ze keek op haar horloge. Ik heb niet eens tijd om de rekening te betalen. Wil jij dat doen? Ze nam uit haar taschje één van de ge leende bankbiljetten, dat ze naar Marttin toegooide. Ik ben een al gehoor. Ik heb drie minuten tijd. Maar toen drong het geluid van kner pende wielen, door de open deuren van eetzaal en vestibule tot haar door. Zij schrok. Daar gaat de omnibus. De omnibus is gegaan, zei Fortinbras. Ik zal mijn trein missen. Dat zal je zeker, zei Fortinbras. En mijn koffers zijn meegegaan. Dat zijn ze niet, hernam Fortinbras. Ik heb gezegd dat ze afgeladen moesten worden. Corinna was onthutst. Als ik nu toch ooit zoo'n onbe schaamdheid Ze keek op haar horloge. En dat ellendige ding is voor zijn tijd vertrokken. Ja, op mijn verzoek, zei Fortinbras. En nu er geen kans voor je is om de eerste uren uit Brantóme weg te komen, zou je er misschien toe kunnen komen een andere houding aan te nemen en naar de stem van de Rede te willen luisteren. Tusschen twee haakjes, zei Martin, heb je je petit déjeuner gehad? Neen, zei Corinna knorrig. Goede Hemel, riep Fortinbras, zijn armen omhoog heffend, en ze laten de vrouwen vrij rondloopen. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 9