Wat de vrouw draagt.
De mode in vroegere tijden.
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 21 Mei 1932
Vierde Blad
No. 22136
VOOR OE HUISVROUW
FAILLISSEMENTEN.
TUIMELT JE EN KRUIMELTJE IN HET KABOUTERLAND
TROTTEUR-MANTELS.
moeilijke maatschappelijke omstan-
en bovendien niet alleen dunne,
ook leege portefeuilles, hebben geleerd
zelfs de meest verwende vrouw moet
en overal is thans het parool „be
rekening gehouden zijn er toch
kleedingstukken, die zelfs bij de
zuinigheid onmogelijk gemist kun-
worden en die absoluut onontbeerlijk
Hier is dan altijd sprake van neutrale
die ten alle tijde gedragen kun-
worden. Men rekent hiertoe ook de
jas. die men niet alleen bij koud
weer in de stad, doch ook
bijna ieder week-end-
en ook op de zomerreis kan dra-
doet er niet toe of voor de vacan-
een verblijf in de bergen of aan zee
wordt; voor een reis naar een
kte stad, kortom bij alle denkbare ge
kheden wordt een dergelijke jas graag
lagen.
biarom juist is de hiervoor aangeduide
palitelt van het allergrootste gewicht:
J hieraan te voldoen, mag de stof van de
iotel wat patroon en kleur betreft, niet
rillend zijn; ook" moet een heel eenvou-
J model gekozen worden, waardoor deze
latei niet aan een bepaalde mode gebon-
p Is en dus zonder dat er iets aan ver
werd wordt, jaren achtereen gedragen
b worden en toch altijd keurig staat.
listuurUjk worden voor dit doel niet al-
li effen stoffen gekozen; wij zien ook wel
btasiestoffen, welke echter rustig moeten
la en niet mogen opvallen. Juist door de
pgebrachte fantasie is het materiaal
pder ontvankelijk voor stof en regen,
tardoor dus de mantel volkomen aan zijn
iel beantwoordt.
IKet spreekt vanzelf, dat al deze mantels
bkkelijk moeten zitten, want alleen klee-
pstukken die een volkomen bewegings-
fjheid waarborgen, komen hiervoor in
merking,
Ihoewel men, om geen inbreuk te ma-
op de neutraliteit, de bijzonder opval-
fie details der hedendaagsche mode
Jue houdt van deze modellen, worden
f: en daar toch moderne motieven met
Jttes toegepast.
IJoo b.v. zijn op het oogenblik de breede
T» er" gewild, die vooral bij een Sport
hotel buitengewoon goed staan, waar-
«ook de elegante rechte shawls en de
schiUende cape-effecten grooten bijval
f hervinden: bij alles moet er echter op
•et worden beslist de sportieve stijl te
iMhaven.
|Dat capes hierin verwerkt ook heel goed
rjtt bewijst het eerste model.
1* tien we een rechte mantel met van
|«ieren een diepe doorgeknoopte plooi,
tape kan natuurlijk aan de mantel
(gemaakt worden, waarnaast het ook
'aerkomt, dat deze alleen opgeknoopt
™b afneembaar), zoodat dit omhulsel
s tape-mantel en als eenvoudige rechte
dragen is. De sluiting wordt ge
pand door een breede wildlederen celn-
f, met nikkelen gesp. De stof is van het
parket-weefsel", een aardig patroon,
■u'J i f? °Pvalt. Hoed en schoenen stem-
ïnL hiermede overeen.
1 net tweede model is een goede demon*
Emif van de breede revers: het is een
li.elegante kameelharen jas,
bscMvm voor morgenuren uitstekend
IrnH. J ®er worden de revers vastge-
r™™ door leeren knoopen. Dezelfde
rr?ne? tiet men ook op de zijstukken.
ijk tegelijkertijd de diepe zakken vor-
a- ue rcchtgesneden kraag van de jas
too noodig ook hoog gesloten worden,
Dn r. natuurlijk met de vroeger bespro-
fcn w ts,00lc sevsil is. maar niet al-
™eelhaar en allerlei geruite stoffen.
Pot de z.g. „diagonaal'-stoffen staan
in het middelpunt der
smelling. Door een smaakvolle samen
DwtLkhP den sto1 (door b.v. de strepen
tr ta, e richtingen te laten loopen)
I &-*. j ,r m°oie effecten te bereiken.
von.. .e ?fbeelding stelt zoo'n man-
is* m» i '1'er breede revers, de chi
li- en doorgeknoopte sportzak-
- duine manchetten, welke ook door
.,;^P worden vastgehouden. Heeft
*lffn"s^n «("tuur- dan kan ook heel
pa. m ele rij knoopen gekozen wor-
aawe mantel bewijst hoezeer ge-
iiiHuaïtel mel opgeknoopte zristuk-
rtoï-' aardoor ook een zekere over-
■t Hf.'met dcn twoeden mantel ver-
"•t'd wm?'14ws is wel de kraag, die ge
ks; door een van voren geknoopte
teiL'P.der den sportmantel, die ze-
verdient, onderscheidt zich
hiervan doordat ze in tegenstelling met
de neutrale kleur van den mantel op
vallende en schelle kleuren en patronen
mag hebben. De gestreepte stoffen vooral,
zooals onder den laatsten mantel is afge
beeld zijn voor vlotte sportjurken bij uit
stek geschikt.
WILLY UNGAR.
BIJNA ALS DE SANDALEN UIT DE
KLASSIEKE OUDHEID
zijn de nieuwste typen, die de verschillen,
de ateliers voor het strand geschapen heb
ben. De elegante vrouw wenscht. ook op dit
gebied met haar persoonlijken smaak re
kening te kunnen houden. Zij. die waarde
hechten aan eenvoud, nemen ook heel een
voudige modellen, die heelemaal plat zijn
met b.v één linnen band als houvast (ach
terste afbeelding) of met een halfhooge
hak en twee leeren riemen.
In ieder geval valt er niet aan te twij
felen. dat de sandaal de bad- en strand-
schoen van het seizoen is.
EEN IDEE TER NAVOLGING.
Nu had ik zóó gezworen: voorloopig geen
spreipatronen meer en waarempel: vraagt
mij daar iemand om het patroon van een
Kindersprei! Ik zal het u geven, doch bij
voorbaat zeg ik: er wordt geen verdere
correspondentie over gevoerd: ik heb geen
tijd onr menschen, die in het patroon
blijven steken, aan te toonen, waar zij
fouten hebben gemaakt!
Hier heeft u een sprei van 2 Meter bij
l'/t Meter. Is het kinderbedje smaller of
korter, dan maakt u dus maar minder of
j korter reepen.
U begint een ladder te haken voor de
I geheele lengte: zet 10 lossen op: 3 voor
het eerste stokje; vervolgens nog 7 stokjes
op de 7 lossen; in het geheel staan er dan
dus 8 stokjes. Haak 2 maal 8 stokjes op
elkaar; dan 5 lossen; de eerste drie voor
1 stokje; nog 2 stokjes op de andere lossen
en nog 5 op de vorige 8 stokjes. Dan weer
2-maal op elkaar, zoodat tnen op de 2
toeren steeds 3 stokjes verspringt, tot deze
ladder de gewenschte lengte van uw sprei
heeft; daarna gaat u om de ladder heen-
haken: 1ste toer: 5 lossen, 1 vaste op de
uiterste punt van de 8 stokjes: enz. Aan
1 beide einden 2-maal 10 lossen inplaats
van 5. dus van de voorlaatste punt tot de
laatste punt en van de laatste punt tot
de erste punt, die dan de kanten vormen:
2de ier: 1 losse, 1 stokje; telkens 1 losse
van den vorigen toer overslaan, zoodat er
steeds 1 stokje op de vaste van den vorigen
toer komt; op de hoeken, waar die 10 los
sen zijn, in eiken steek 1 stokje, steeds
met 1 losse er tusschen.
3de toer: 7 lossen, 1 vaste; deze vaste
zóó te beginnen, dat men boven de 2de
I punt uitkomt; 4 lossen. 1 stokje op het
2de stokje van den vorigen toer, dus 1
stokje overslaan; 4 lossen, 9 vasten, te be
ginnen op het 2de stokje van den vorigen
toer; 4 lossen enz.
4de toer: aan beide kanten van 't vorige
stokje weer 1 stokje, dus drie stokjes, vier
lossen; nu 7 vasten op de voorgr-nde aan
beide kanten 1 overslaan, 4 tossen, 3
stokjes enz.
5de toer: 5 stokjes, 4 lossen, 5 vasten,
4 lossen enz.
6de toer: 2 maal 3 stokjes met 4 lossen
er tusschen op de 5 stokjes van den vorigen
toer. Het 3de stokje overslaan: dan 4
lossen, 3 vasten, 4 lossen enz.
7de toer: 3 stokjes. 4 lossen. 2 maal 1
stokje met 4 lossen er tusschen in het
middelste gaatje van den vorigen toer: 4
lossen, 3 stokjes, 4 lossen. 1 vaste. 4 lossen.
8ste toer: 3 stokjes. 5 lossen voor het
picotje; 1 stokje in het volgende gaatje
met picot. 2-maal 1 stokje met picot in
het middelste gaatje; 1 stokje met picot
in het volgende gaatje, zoodat er 5 picotjes
zijn; dan weer 3 stokjes, die door een
halve vaste aan de volgende 3 stokjes ver
bonden worden. Dit is één baan; zoo kunt
u er net zooveel maken als voor het kin
derbed noodig is; met den laatsten toer
haakt u de banen aan elkaar.
Voor een meisje van bijna 5 jaar vraagt
een lezeres een jumpertje om 's zomers-
avonds over een mouwlooze jurk aan te
trekken, inplaats van een mantel. Het brei -
patroon. dat ik u hierbij opgeef, is in 2
kleuren: u begint onderaan aan den voor
kant. Zet 90 steken op: brei voor den rand
2 recht 2 averecht: 4 naalden in de eerste
kleur en 4 in de 2de," 2 in de eerste kiem
en 2 in de tweede; dan weer 2 in de eerste
en 4 in de 2de kleur; 2 in de eerste. 2 in
de 2de, 2 in de eerste: 4 in de tweede;
4 in de eerste. Dan is de rand klaar en
begint het blokpatroon, dat in tricotsteek
wordt gewerkt. U breit nu afwisselend 6
steken met de eerste en 6 steken met de
tweede kleur. Eén blokje is 6 naalden hoog;
fs dat klaar, dan moet u de kleuren ver
wisselen zoodat de eerste boven de tweede
kleur komt en omgekeerd (dambord
motief!) De hoogte van den rand tot den
schouder is 19 blokjes. Om nu den hals
te werken, moet u de 24 middelste steken
afkanten en de laatste 33 op een andere
l naald zetten en één blokje hooger breien,
i Met de eerste 33 steken breit u nu nog
j 1 blokje hooger en breit daar meteen
I knoopsgaten in; daarna deze schouder af
kanten. Vervolgens op nieuw 33 st. opzet
ten; één blokje breien om de knoopjes op
te naaien; 24 steken bijheften voor den
hals en alles weer op 1 naald zetten: dan
de achterzijde precies zoo breien als de
voorkant met gelijken rand.
Voor het boordje 'maar dat kunt u ook
vervangen door een eenvoudige afwerking
van den hals) moet u 64 steken opnempn
en net als den rand in 2 recht, 2 averecht
breien; 4 naalden eerste kleur; 4 tweede:
2 eerste. 2 tweede: 2 eerste: 4 tweede: 4
eerste. Afkapten. Maak meteen knoops-
gaatje's aan dezelfde zijde van de schou
dersluiting
Voor den mouw 78 steken opzetten er.
een lengte van 16 blokjes breien. Op de
eerste drie blokjes wordt aan beide kanten
1 blokje afgeminderd; op de volgende 8
blokjes aan beide kanten 1 blokje afmin-
deren. Op de volgende blokjes aan beide
kanten nog 3 stokjes.
De manchet wordt weer net als rand
en böord in 2 recht, 2 averecht gebreid:
de lengte en kleur-afwisseling net als de
onderrand van de blouse. Naai dan de
Reeds lang zocht men naar een moge
lijkheid om de huis- en tuinjurk te com
bineeren en wel zoo, dat deze ommekeer
in een minimum van tijd zou kunnen ge
schieden.
Het komt n.l. heel vaak vor. dat men bij
het tuinwerk (en vele vrouwen zijn reeds
nu in de tuinen van hun weekendhüisjjes
en op hun lapjes grond vlijtig aan den
arbeid) plotseling door bezoekers overval
len wordt en dan natuurlijk graag heel
vlug een ander japonnetje wil aantrek
ken: meestal echter is hiervoor niet vol
doende tijd wanneer men de gasten ten
minste niet wil laten wachten.
Tenslotte is echter gebleken dat deze
verkleedpartij veel eenvoudiger is dan
men oorspronkelijk vermoedde.
Ziehier de oplossing
U stelt zich voor het tuinpak dat be
staat uit een wit linnen hemd met korte
mouwen en een bonte door jarretelles op
gehouden broekje.
Wil men dit costuum nu vlug veranderd
zien in een huis jurk, dan is niet anders
noodig dan een eenvoudige rok, die opzij
dichtgeknoopt en met schouderbanden
(precies als het broekje) wordt vastge
houden. De metamorphose is in een omme
zien geschied en de tuinierster is een
elegante huisvrouw geworden. W .U.
No. VIIL (43) 1877.
De Zomer japonnen uit het jaar 1877 toonen een belangrijke wijziging met die van
voorafgaande jaren. De rokken, hoewel nog met heel veel ruimte, vallen rechter neer;
het silhouet dezer toiletten maakte de dames reeds slanker. Links op deze teekening
i een robe van groene effen zijde; rechts een wit zomertoiletje zwaar bewerkt met
1 kant: rose strikken en een rand van rose geplisseerde zijde vormen de garneering.
1 C. V.
jumper dicht, zet er de mouwen in; naai
de knoopjes vast met een klem stukje
stof tegen den achterkant van het brei
werk als steuntje en" de jumper is klaar.
U kunt dit modelletje over allerlei jur
ken aantrekken; bovendien raad ik u. om er
een eenvoudig rokje bij te breien, dat u dan
aan een katoenen onderlijfje vastzet. Dan
kunt u het jumpertje ook zonder jurk
gebruiken.
Dat rokje breit u effen in 2 helften in de
eerste kleur. Zet 176 steken op; en werk
het patroon tot het rokje de goede lengte
voor uw kleine meid heeft.
Het patroon is:
Eerste naald: 7 steken recht, 1 averecht:
tweede naald: 4 recht: A 1 averecht, 7
recht; vanaf A herhalen; op het eind' 3
recht; derde naald net als dc eerste;
vierde net als de tweede enz. U zult onge
veer 128 naalden moeten breien om de
goede lengte te krijgen; daarna breit u de
2de helft net zoo en naait het rokje zeer
ruim (anders plisseert het niet) op het
gladde katoenen onderlijfje.
Uitgesproken:
M. J. Boting, los werkman, te Hazers-
woude. Rechter-comm mr. G Scholten.
Curator: mr. P. J. Teebaal te Leiden.
T. Hogewoning te Rijnsburg, Voorhou-
terweg 20. Rechter-comm.: mr. J. C. van
der Burcht van Liehtenbergh. Curator:
mr N. G. Geelkerken te Leiden.
M. A. Streng, te Alphen aan den Rijn.
Hoeve „De Hoop". Rechter-comm.: mr G.
H. B. van der Boom Curator: mr. F H.
van der Tas, te Leiden.
Surséance van betaling gevraagd door:
Jan Kuijt Pzn. kruidenier. Katwijk
aan Zee. Verhoor: 2 Juni 1932 voorm. 11.30
uur. Raadkamer Ai-rond. Rechtbank Den
Haag Bewindvoerder mr. C. J. de Vries,
Den Haag.
RECLAME.
Is dat niet ideaal voor de huismoeder?
Voortaan geen oponthoud meer in het
werk om kruidenierswaren te halen,
geen wachten in den winkel, doch leve
ring van de kruidenierswaren aan huis.
Onverpakte kruidenierswaren zijn wel
wat deugdelijkheid betreft aan de Wa
renwet onderworpen, maar de verwer
king en behandeling ervan in de winkels
staat niet onder voldoende controle.
Uitsluitend hygiënisch, meest in blik
of keurig karton, verpakte waren levert
de rondbrengzaak in kruidenierswaren
van „DE VELUWE" aan haar afneem-
sters tegen concurreerende prijzen en
dan nog op de bekende voordeelige con
ditiën van hooge korting of spaarbons
voor luxe- en huishoudelijke artikelen.
Luistert even naar onzen vertegenwoor
diger als hij U komt opwekken tot deel
name Uw gemak en voordeel is het
wat hij zoekt. 109
N.V. Handel Mij. „DE VELUWE"
'S-GRAVENHAGE
Schecpmakersstraat - Telef. No. 771850
117. Juist hadden ze de grootste pret. toen de deur
van de keuken open werd gemaakt en iemand de pan
met erwten op het gasstelletje zette. Toen werd de deksel
op de pan gedaan en daar zat Tuimeltje nu met zijn
gekke streken. De meid hield een lucifer onder het gas
stelletje en plof, daar sloegen de vlammen onder de pan
uit. De kaboutertjes waren in eens van de pret genezen
en daar begon Tuimeltje om hulp te roepen. Ik heb het
zoo warm, gilde hij, doe de deksel open. maar dat ging
zoo Ineens maar niet, want het was een echt waagstuk
zoo dicht bij de vlammen te komen.
118. We zullen het vuur uitblazen, riepen de kabou
tertjes tegen Tuimeltje, houd maar moed hoor ventje,
en ze bliezen zóó verschrikkelijk, dat hun heele gezichten
er rood van werden. Maar het hielp niets, want de
vlammen bleven even hard onder de pan branden. Haal
me er uit, gilde Tuimeltje. Ik word straks bij de erwten
gekookt en opgegeten en gelukkig kreeg een der kabou
termannetjes een mes in de gaten.