DE ONTWAPENINGSCONFERENTIE.
feuilleton.
73«t€ Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 30 April 1932
Derde Blad
No. 22120
m
71
eheimzinnige Inbreker
S1
dl
./BH Het H« zou moeten
i^Buitenl. Weekoverzicht.
pj AFWACHTING!
j „,„rdt de hoogste tijd, dat er nu
'.^Siikeens practisch iets wordt gedaan
lüoffine der wereld, schreven wij in
VPf'L overzicht. Hoezeer dit noodig
,nsklifr de gevolgde week onomstootelijk
p. jS het te boud gesproken, om
CMrÊezingsuit-slag in Duitschland aan
fhSn als bevestiging hiervan? Wij mee -
Hit te mogen ontkennen. Hitler's
*11 en partij-program zijn immers tot-
■^Kechts gebaseerd op „graue Theo-
an Wat meer zegt op zuiver negatieven
lae Dat niettemin wederom 8 mil-
■Mezers bij de jongste verkiezingen
Duitschland op deze partij hun stem
lEhten en dit na de campagne tegen
lerianen gevoerd, dat wil toch wel
gen' Het bewijst, dat een zeer,
5 deel van het kiezerscorps geen
iwen meer heeft in de politiek, die
Ha toe werd gevoerd en dat het bereid
Hzich te wagen op ongekende paden,
retend waarheen die zullen voeren,
gd dat het niet slechter meer kan,
maar beter wordenHet ver
in dat de ontbinding der vechtfor-
1van Hitler den Nazis eerder ten
dan ten slechte zou komen, vindt
lien in den stemmingsuitslag beves-
Het feit, dat president Hindenburg
'ormeerde, of Rijksbanier en Stahl-
u ook niet moesten worden ontbon-
irak in dezen boekdeelen! Ook al
de Duitsche regeering, dat daar
heen motieven aanwezig waren,
'meerderheid heeft Hitler nog niet
te veroveren, doch zijn aanhang is
n zoodanigen aard, dat het moei-
■i niet onmogelijk, zal worden ge-
biten hem om te regeeren in Prui-
fdaar ligt toch de sleutel der Duit-
politiek der landen. De regeering,
>rd op de coalitie van Weimar, is
én en slechts lengs achterdeurtjes
Ien nog eenigen tijd voort te zet-
|j de gratieder communisten.
nlokkelijk is dat zeker niet!
om is twijfel gerechtvaardigd of het
m, de eenige partij der oude coalitie
h handhaafde zelfs ietwat voor-
E terwijl socialisten en democra-
istige verliezen leden, zich daarvoor
ien leenen. Maar wat dan! Een ver
net Hitier is ook zoo gemakkelijk
e bewerkstelligen, ook al schakelt
igenberg en zijn Duitsch-nationalen
artoe Hitier maar al te zeer ge-
schijnt, nu hij met Hugenberg en
■echtsche dwergpartijtjes toch geen
:heid kan vormen. Eén ding staat
ante voren vast: het Centrum, dat
|k de situatie beheerscht. zal niet met
T in zee gaan, tenzij deze zich wil
gen aan een bepaald program, dus
ien weg der practische politiek wil
(streden! Daarmede verliest Hitier
ongetwijfeld aan aantrekkings-
bl) de massa, want trots de mooie
Sak anderszins zal Hitier bij practi-
ïitiek heel wat daarvan moeten te
len om niet te zeggen loslaten! Pre-
■de politieke constellatie in Pruisen
■tal uiterst moeilijk vallen daar een
Ig te vormen, die werkelijk kan
I de midden-partijen is, goed be-
1, niets overgebleven. Zij zijn weg-
I evenals de Duitsche Volkspartij,
(roemruchte partij van een Strese-
jlie echter zijn politiek geheel had
(en en al verder en verder is afge-
r rechts, waardoor zij haar recht
an verloor; droevig verschijnsel
biding der huidige tijden
pche verkiezingsuitslag is, zooals
J sen waarschuwingssein te meer
leiders der groote politiek om nu
f eens spijkers met koppen te slaan
nFrankrijk om wordt dit gelukkig
1 beseft. In Fransche regeerings-
schljnt echter de groote beteekenis
i-banque-politiek der Duitsche
(tijd nog niet te worden begrepen
Jsroeld. Integendeel zelfs probeert
■politieke munt uit te slaan bij de
pen daar, die morgen een aanvang
1 Voor rechts schijnt de Duitsche
tiet anders te beteekenen, dan een
jherper vasthouden aan het vredes-
Ivan Versailles en alles wat daar-
|ntx is. Hoe het Fransche volk zal
zal moeten worden afgewacht.
(ens is te Geneve, waar door de
W Stimson en McDonald aan de
teen bijzondere beteekenis werd
I beset van den ernst van den
D Men voelt, dat het noodzakelijk
npt daden te komen in de groote
(kken van het oogenblik. Merk-
|is, dat alleen Tardieu weinig of
Indeel heeft genomen aan de di-
Het dejeuner der Internationale Vereeniging van
Volkenbondsjournalisten ter eere van de Conferentie.
Een journalist zegt den staatslieden de waarheid.
GENÈVE, 27 April 1932.
De jaarlijksche dejeuners, die de Inter
nationale Vereeniging van bij den Volken
bond geaccrediteerde Journalisten tijdens
de Volkenbondsvergadering in September
den Voorzitter der Volkenbondsvergadering
en den Volkenbondsraad pleegt aan te bie
den, zijn in de internationale kringen van
Genève beroemd. Het is de traditie, dat
alle groote mogendheden daar door den
leider hunner buitenlandsche politiek ver
tegenwoordigd zijn en dat natuurlijk de ge-
heele wereldpers daar verschijnt. Niet min
der bekend zijn ook de dejeuners, die deze
door den Volkenbond officieel erkende
Journalistenvereeniging bij groote interna
tionale conferenties buiten Genève pleegt
te geven. Het onvergetelijke dejeuner van
Locarno in October 1925, waar voor het
eerst na den wereldoorlog de ministers van
buitenlandsche zaken van Duitschland en
Frankrijk aan een gemeenschappelijken
feestmaaltijd aanzaten, staat wel boven
aan op de lijst der illustre bijeenkomsten
onder de auspiciën der Volkenbondsjour
nalisten, doch ook de twee dejeuner's, die
tijdens de twee Haagsche conferenties van
1929 en 1930 over het financieele Young-
plan werden georganiseerd, vereenigden
een groot aantal beroemde staatslieden
aan hun disch.
Dit was ook Zaterdag j.l. weder het ge
val met het déjeuner, dat ter eere van de
Ontwapeningsconferentie werd gegeven.
Het was zells ook weder historisch in dezen
zin, dat voor het eerst de vertegenwoor
digers van de Vereenigde Staten van
Amerika en van Sovjet-Rusland aan een
maaltijd der Volkenbondsjournalisten
deelnamen. Litvinow, die zich meer en
meer aan het Geneefsche milieu begint
aan te passen (ik hoop, dat deze brief niet
onder het oog van „De Tribune" komt, die
anders wellicht Litvinow van heulen met
de „bourgeois" zou gaan aanklagen!), was
persoonlijk verschenen en werd natuurlijk
ook met de onderscheiding behandeld,
waarop de minister van buitenlandsche
zaken van een der grootste staten der we
reld aanspraak mag maken. Doch Stimson,
wiens Europeesche reis door een storing
zijner gezondheid bedorven is, moest aan
verse ontmoetingen en grootendeels af
wezig bleef! En toen de anderen hem ver
zochten terug te komen, was de Fransche
premier plotseling ongesteldWare het
niet dat hij door die ziekte ook niet meer
aan de verkiezingscampagne kon deelne
men, dan zou men licht geneigd zijn om
te denken aan de bekende diplomatieke
ongesteldheid, die zoo vaak een oplossing
is om zich aan iets onaangenaams te
onttrekken.
Zijn afwezigheid op dit beslissend mo
ment maakt niettemin een zeer ongunsti-
gen indruk en doet bijkans glashelder
naar voren komen, hoezeer Frankrijk in
een geïsoleerde positie is gedrongen. In
elk opzicht! Om te beginnen in de Ont
wapeningskwestie, waarbij het alle andere
groote mogendheden tegenover zich vindt;
Engeland zelfs in een bijzonder dreigende
positie wat betreft de ontwapening ter
zee! En dan de kwesties van herstel en
schulden! Ook daar staat Frankrijk vrij
wel in zijn eentje, wordt het zelfs door
sommige vazal-staten in den steek gela
ten! Steeds meer naar voren treedt echter
het nauwe verband tusschen al deze din
gen, waarbij Frankrijk de groote rem
vormt. Hoe lang nog zal men dit aanvaar
denSpoedig zal men op deze vraag
een nader antwoord kunnen geven, want
weldra zal men de besprekingen voort
zetten; de ziekte van Tardieu kan niet
eeuwig duren! De economische conferen
tie van Lausanne is thans definitief op
16 Juni a.s. bepaald; de afzonderlijke be
sprekingen der leiders zullen zelfs volgen
de maand na Pinksteren voortgang heb
ben. En men schijnt momenteel niet
langer terug te schrikken voor een zuiver
stellen van de diverse vraagstukken, zoo
dat iedere partij kleur zal moeten be
kennen
Het begrip van: „het is de hoogste tijd",
wint veld, zienderoogen
Gibson de vertegenwoordiging van Ame
rika overlaten.
Er waren nog een paar andere teleur
stellingen voor de Volkenbondsjournalis
ten, die gehoopt hadden aan dezen maal
tijd de minister-presidenten van Duitsch
land, Engeland en Frankrijk en de mi
nisters van buitenlandsche zaken van
Amerika, Italië en Sovjet-Rusland veree-
nigd te zien! Ook Brüning en Tardieu ont
braken: de verkiezingen in Pruisen en
Frankrijk, die reeds op het ongestoorde
verloop der Ontwapeningsconferentie een
cngewenschten invloed hadden gehad,
hadden den terugkeer van Brüning en
Tardieu voor het „Week End" naar hun
vaderland noodzakelijk gemaakt.
Zoo vereenigde dit dejeuner dus niet een
zoo buitengewoon uitgelezen gezelschap
staatslieden, als tevoren verondersteld was.
Doch de aanwezigheid van de ministers
Grandi, Litvinow en Ramsay MacDonalo
en van de voorzitters der Ontwapenings
conferentie, van de Buitengewone Volken
bondsvergadering, van den Volkenbonds
raad, van de Internationale Arbeidsconfe-
rentie en van den Raad van Beheer over
het Internationale Arbeidsbureau verze
kerde aan dit dejeuner toch weder een
succes van voornaamheid, dat voor dat dei
vorige bijeenkomsten tusschen staatslieden
en journalisten niet onderdeed.
De reeks redevoeringen, die natuurlijk
bij dergelijke gelegenheden ook niet mogen
ontbreken, werd overeenkomstig de traditie
door den voorzitter der Vereeniging van
Volkenbondsjournalisten geopend.
De Amerikaan Clarence Streit, die in
September onzen landgenoot dr. M. van
Blankenstein als voorzitter was opgevolgd
spaarde in zijn rede den gasten eenige
onaangename waarheden niet. Ontken
nend dat de pers slechts naar sensatio-
neelen strijd uitkijkt, om daarover te
kunnen berichten, hield hij den staats
lieden voor oogen, dat het niet de schuld
der journalisten is, wanneer zij in de
laatste jaren slecht nieuws door de we
reld verbreiden. Als deskundigen konden
de journalisten den staatslieden de verze
kering geven, dat slecht nieuws niet lan
ger „nieuws" is. En dat bij alle klachten,
die thans in de wereld over de overpro
ductie gehoord worden, de over-productie
aan slecht nieuws misschien wel de groot
ste is! De wereld heeft echter genoeg
daarvan en kan in het bijzonder geen
slecht nieuws meer uitstaan, wanneer dit
de wereld wordt opgedischt met de bedoe
ling optimisme te verwekken! De geheele
pers hoopte daarom, dat uit de aanwezig
heid van alle leidende staatslieden der
wereld te Genève eindelijk iets goeds
zou voortvloeien. De journalisten zonder
onderscheid zullen dan wedijveren, om
dit den volkeren zoo snel mogelijk mede
te deelen. Doch dan zal een ander inzicht
de staatslieden moeten bezielen. „Gedu
rende drie jaren is ons aller gemeen
schappelijk schip aan het zinken. De Pers
kan thans slechts berichten, dat het schip
nu gevaarlijk laag ligt, doch dat de op
varenden, in plaats van met gemeenschap
pelijke krachten met één gemeenzaam
doel te pompen, slechts ieder voor zich
ernaar streven, om het water uit de eigen
hut naar die van den buurman uit te
loodsen, met het gevolg dat wij allen te
zamen aan het doen zinken van ons ge
meenschappelijk schip arbeiden!"
Tegenover dezen openhartigen en som
beren toon van den woordvoerder der
Journalistenvereeniging gevoelden de
staatslieden zich weder verplicht in opti
misme te „doen". Grandi verzekerde, dat
de Conferentie voorwaarts gaat, welis
waar langzaam, doch dan toch voor
waarts. Mac Donald herinnerde aan de
geschiedenis der Schepping, waar het be
langrijkste, de Mensch, eerst op den zes
den dag geschapen werd. Men moet niet
ongeduldig zijn. Ook voor de ontwape
ning zal de „zesde" dag aanbreken en op
dien dag „zullen wij het werk volbracht
hebben, dat op de schitterendste bladzij
den der geschiedenis vermeld zal wor
den." En Paul-Boncour verklaarde zijn
rede met een sensationeeie mededeeiing
te willen besluiten, n.l. met de verzeke-
RECLAME.
8782
ring: „De Conferentie zal niet misluk
ken!" Als wij voor al die schoone woor
den eens één enkele daad te vermelden
hadden! Doch waar is de groote Mogend
heid. die sinds de Haagsche Conferentie
van 1929, die- toen nog onder den invloed
van Briand en Stresemann stond, ook
maar één eigen offer ter wille van het
algemeene menschenbelang gebracht
heeft?
Laat mij dezen brief echter met een
vroolijker toon eindigen. Wij hebben on
danks alle somberheid van het oogenblik
toch een paar keer gelachen. Waarom zou
ik het u niet ook laten doen? Litvinow
b.v. uitte de gedachte, dat de journalisten
voortaan niet meer voor bladen uit hun
eigen land zouden schrijven, doch juist
voor de openbare meening uit het land,
dat in opvattingen het verst van hen af
staat. Misschien zouden de volkeren el
kander dan spoediger leeren begrijpen. In
dit grapje zat een kern yan wijsheid, die
zeker méér dan het algemeene gelach
verdiend had. Grandi echter overtrof al
len in geestigheid. Hij herinnerde eraan,
dat uit de Italiaansche geschiedenis een
reeds 700 jaren vóór Christus gesloten
Ontwapeningsconventie bekend is, n.l. het
verdrag tusschen Rome en Alba Longa,
waarbij deze Rijken overeenkwamen hun
„legers" tot op 3 man aan iedere zijde te
verminderen, die bovendien niets anders
te hunner verdediging behielden dan hun
degens en schilden. „Gij ziet," zeide
Grandi onder algemeen gelach, „dat Ita
lië toen reeds aan het beginsel van de
pariteit en aan dat van de bewapenings
vermindering tot het laagst mogelijke
peil gehecht was!"
■het Engelsch door A. TREUB.
van oprecht genoegen
li) den chauffeur hem weer toe-
|„7~ s'r Peter, na vijf maanden
I uitanikkingsvolle begroeting, die
^nschen „alsof" noemen.
•i naderde, begon sir Peter tee-
ih i661! zeer begrijpelijke zenuw-
li-,? t00nen Heel spoedig moest
Uir - 1v?orden dag brengen. Het
I waren, zou niets be-
n^Liimsbury- Alle politiebewij-
ib h» zouden nooit Aimsbury's
A ~®?n wankelen, dat sir Peter
fchi„A!g®enomen' en ongetwijfeld
En Ja voortdurend stilzwijgen te
Kevoi,V8rtrouwen> dat de obli"
K H?? zouden worden op elk
kelhk» Pet€r verkoos Zijn
eraÜ uitbarsting was zeer be-
PO"éc'iteit Hi«e2len de Seruchtma-
was maar h aan, den diefstal Se-
■k beloofd Pitvangst van zijn
«dhebbro moest hem ge~
rtPeter^n»!;!?0, Anbury doen? Indien
Aimsbury niM. rtmet zbn vermoeden,
r Hij durf rif foed' HU durfde niets
lltt bekend te L ,e ti^els der obligaties
Pete' tot ztehrl?» °.,men dui<lelijk:, zei
''«dleiHai Mf. dat Aimsbury zelf
«Slijk bii had. Daar kon
WAtaïfcSS*1"» zijn. Hij wan-
ounsbuiy.^ vader en zoon.
Indien Aimsbury inderdaad de obliga
ties gestolen had, zou sir Peter alleen de
verliezer zijn. Hij zou zijn vijftig duizend
verliezen. Mogelijk zou hij al het overige
verliezen. Hij zou Spencer moeten terug
betalen en hij begon te denken, dat het
zijn verdiende loon zou zijn als hij alles
verloor! Hij had de obligaties in het geheel
niet moeten aanraken. De kansen waren,
dat Ryan hem in ieder geval zou verslagen
hebben
Op den avond van den 19den Mei zond
Spencer om den baronet en sprak over het
contract met Aimsbury.
Je hebt geen idee waar de obligaties
zijn, Brace?
Niet het minste idee. mijnheer.
Gewoonte had de verwisseling van toe
spraak niet langer moeilijk of aarzelend
gemaakt. Sir Peter's „mijnheer" zou
iederen butler in het Vereenigd Koninkrijk
eer hebben gedaan, terwijl Spencer's aan
vaarding er van even natuurlijk was, alsof
hij geboren was, om zoo iets te ver
wachten.
Je weet wat er gebeuren zal als zij
morgenavond niet beschikbaar zijn?
Aimsbury zal mij dreigen met de ge
volgen volgens de wet, mijnheer.
Dat zou beteekenen dat je verwacht
wordt te weten waar ze zijn?
Juist, mijnheer.
Er volgde een korte pauze. Spencer lag
achterover in zijn stoel en blies een geu
rige rookwolk uit, terwijl sir Peter eerbie
dig juist achter zijn linkerschouder stond.
Ik wil graag een brandy en soda heb
ben, als het je belieft, Brace.
Sir Peter boog even en kreeg de ver
langde ingrediënten.
Soda, mijnheer? Er was een zeer on
gewone flikkering in sir Peter's oog, toen
hij den siphon gereed hield.
Een beetje, graag.
Sir Peter voegde wat soda bij het beetje
brandewijn, dat Spencer in een rustige
hand hield.
Dank je. Brace.
Het was de eerste brandy en soda, die
Spencer van zijn butler gevraagd had
sedert den morgen, toen hij de overeen
komst had aangegaan!
Spencer stond langzaam op en keerde
zich om naar den baronet.
Op Uw gezondheid, sir Peter, zei hij
plechtig en aronk het glas langzaam leeg.
Sir Peter boog en nam 't ledige glas aan.
Als Spencer hem zijn hand had gereikt,
zou hij die met vreugde genomen hebben,
maar Spencer reikte hem zijn hand niet.
De obligaties zullen morgenavond
hier zijn. Brace, zei hij scherp, terwijl zijn
houding opeens in die van overheerschen-
de verwaandheid veranderde. Je kunt
gaan!
De flikkering verdween uit de oogen van
den baronet en zijn mond trok zich boos
samen toen hij de beteekenis der woorden
begreep. Zijn onderkaak schooj vooruit en
toen hij sprak, was zijn stem weer als
vroeger dreigend en snauwend.
Bij den hemel, Spencer, als, wat ik
denk, waar is, zal ik.
Brace, verlaat als het je belieft de
kamer! snauwde Spencer, terwijl hij ge
biedend naar de deur wees. Spaar je be
dreigingen tot morgen!
Sir Peter richtte zich op en een masker
van gehoorzaamheid viel over zijn hou
ding en stem.
Het spijt me, mijnheer, verontschul
digde hij zich eerbiedig, en keerde zich
om om de kamer te verlaten.
Spencer keek naar zijn waardig heen
gaan de natuurlijk waardige houding
van een welopgevoed Engelschman viel sir
Peter gemakkelijk en hij schudde droe
vig het hoofd.
„Bully" Brace was niet dood. Hij was
dwaas geweest om te veronderstellen dat
hij het was.
De moord op Meadowbank was maar wei
nig bekend geworden, dank zij de vlugge
maatregelen der politie, om dit te voorko
men en zoo kreeg de Decker niet de open
lijke veroordeeling, die anders zeker ver
wacht had kunnen worden. De geheim
zinnige dief hield zijn macht over het ro
mantische deel der publieke opinie, door
zijn theatrale Inbraken en ridderlijke wel
dadigheden en de „nieuwste daad van den
Decker" deed de oplage der couranten,
welke haar drukten toenemen.
Het kan van beteekenis geweest zijn dat
of Clinton of het siimoogige mannetje in
het huis van Brace kwamen binnen enkele
minuten, nadat zulk een „daad" aan het
hoofdbureau gerapporteerd was. en een
paar gezellige oogenblikken met Spencer
doorbrachten, of een sigaret rookten met
den chauffeur of een biscuit aten met
Lee Wang in de keuken. Natuurlijk werd
over den Decker gesproken, maar slechts
als een toevallig onderwerp van gesprek,
en indien de detectives op deze manier
eenig licht kregen omtrent den bedrijver
der misdaden, hielden zij dat geheel voor
zich zelf.
Bij gelegenheid van die bezoeken was sir
Peter steeds afwezig. Spencer scheen bij
instinct te weten wanneer zulke bezoeken
verwacht konden worden en hij vond al
tijd een reden om den baronet op een of
andere langdurige boodschap te zenden.
Als Clinton of het mannetje met de
slimme oogen vroeg waar sir Peter was,
haalde Spencer als eenig antwoord zijn
schouders op. Clinton koesterde visioenen
om sir Peter een of anderen dag te arres
teeren, maar die verdwenen dadelijk weer
als hij zich te binnen bracht, dat sir
Peter in de studeerkamer was op het
oogenblik van den moord op Meadowbank.
De jonge Aimsbury was daar ook geweest,
bedacht hij zich, en iederen keer, dat hij
dit bedacht, vloekte hij zachtjes.
In die dagen was er altijd een of ander
onopvallend man binnen een steenworp
van het hek van Brace een gewoon
leeglooper, een wachtend taxi-chauffeur,
die onverschillig in zijn auto zat, een
marskramer of een ander klaarblijkelijk
vermomd bewaker en het bureau werd
nauwkeurig op de hoogte gehouden van
het komen en gaan van iederen bezoeker,
en iederen bewoner van het huis
Spencer vond dit alles heel grappig.
Soms sloeg de Decker een schrillen toon
aan, die een ernstigen schok toebracht
aan het vertrouwen van het publiek in
zijn ruim opgevatte weldadigheid. Het
stelen van de opbrengst van het concert,
dat ten behoeve der blinde militairen ge
geven was, was iets, om moeilijk overheen
te komen en zijn aanslag op het fonds
voor werkloozen-ondersteuning brak bijna
het hart der beheerders en van roman
tische jonge dames. Maar een royale, of
schoon wat late, uitdeeling van geld onder
de personen, voor wie de opbrengst van
het concert en het werkloozenfonds be
doeld was, vergezeld als het ging van een
ruime uitdeeling van spelkaarten, deed
het wispelturige publiek vragen naar de
eerlijkheid van de concertgevers en be
heerders, en naar het percentage, dat
ieder met reoht of onrecht kon verwach
ten voor zijn zelfopofferend werk.
Toen kwam de nachtelijke berooving
van een bank in de City en de moord op
een nachtwaker, die gevonden werd met
een gekreukelden Ruiten Boer in zijn
hand. en een stuk van een gepolijste sta
len breinaald in zijn hart!
Eindelijk werd het publiek boos en ver
schrikt, en het riep luide om het bloed
van den Decker.
(Wordt vervolgd).