fUttaJand/MiStU* binnenland. land- en tuinbouw. feuilleton. 73gte Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 7 April 1932 Derde Blad No. 22100 De Geheimzinnige Inbreker I zij uitrit!! een 'eugen, mijnheer! barstte heden'dat een der weinige gelegen- die wilde de waarheid kon spreken en een leugen met ongebruikt laten. Het is Clinton gffi onbeschofte beest, ja! sDnlachte waardeerend. I de nieuwe chef van den marinestaf. eervol ontslag vice-adm. mr. J. C. Jager t.ii Knn besluit is met ingang van 16 •i5u a s de vice-admiraal mr. J. C. Jager P L ontheven van de betrekking van iTvan dln Marinestaf, hoofd der He M»<»lin£ A van het Departement van De- Xrfe en dezen vlagofficier op zijn ver- ek ter zake van langdurigen dienst eer- nntslag uit den zeedienst verleend met - voor de langdurige en ge- den yol dankbetuiging Jvichtige dienstendoor hem aan lande bewezen, I Tevens is vice-admiraal mr. J. C Jager levnrderd in de orde van Oranje Nassau tot commandeur, het versiersel te dragen bet de zwaarden. Voorts zijn bij Kon. besluit bevorderd nt schout-bij-nacht de kapitein ter zee de Graaff. tot kapitein ter zee de kapi- !ein-luitenant ter zee F. W. Coster en tot Itioitein-luitenant ter zee de luitenant ter zee der le klasse A. C. v. d. Sande Lacoste. f De betrekking van chef van den mari nestaf hoofd der lie afdeeling A van het Ej.partement van Defensie is opgedragen Kan den schout-bij-nacht J. de Graaff. o LeGEBPROMOTIE op groote schaal Ingaande op 1 Mei aanstaande. Bij Kon. Besluit van 5 April 1932: I, zjjn in hun rang en ouderdom van hun rang overgeplaatst: A bij het wapen der infanterie, met j jfa 1932. de luitenant-kolonel H. G. Ont- ■op en de majoor C. P. Bruckel, beiden van len generalen staf; B bij den generalen staf: lé. met 1 Mei 1932 de majoor A. R. van [er Bent, van het regiment Grenadiers; 2e. met 2 Mei 1932, de luitenant-kolonels g. Dames en J. Harberts, onderscheidenlijk ,'mmandant van het 10e regiment infan- .rie en commandant van het 7e regiment "eldartiilerie, zulks onder eervolle ont- ieffing uit hun tegenwoordig commando; II zijn benoemd: A. bij den grooten staf: met Ingang van 1 Mei 1932, tot kolonel, Ie adjudant van H.M. de Koningin, luite- iant-kolonel c. M. Storm van 's Grave- :ande van dien staf; B bij het dienstvak der intendance, met 1 Mei 1932: A. tot kolonel-intendant de luitenant kolonel-intendant L. J. de Wolf, toegevoegd n den Hoofdintendant; B. tot luitenant-kolonel-intendant, de jajoor-mtendant met den titulairen rang an luitenant-kolonel A. Jansen, intendant ij de He Divisie; C. bij het wapen der infanterie: le. met 1 Mei 1932: a. tot kolonel, commandant onderschei denlijk van de Vie en Ve Infanteriebrigade de luitenant-kolonels jhr. C. J. van Adri- :hem Boogaert en H. G Keppel Hesseling, i espectievelijk commandant van het regi- ient Grenadiers en van het lie regiment infanterie: b. tot commandant van het 5e reg. In- i fanterie, de luitenant-kolonel H. G. Ontrop voornoemd; 2e. met 2 Mei 1932 a. tot kolonel, commandant onderschei denlijk van de VTIIe Infanteriebrigade, van 'de Ie Infanteriebrigade (Brigade Grena- I diers en Jagers) en van de ine Infanterie- i brigade de luitenant-kolonel H. de Iongh, commandant van het reg. Jagers, J. J. G. Ibaron van Voorst tot Voorst, van den gene ralen staf, hoofd van de He afdeeling B [van het. departement van Defensie en A P Seyftardt, van den generalen staf. chef van den staf der He Divisie; b. tot kolonel, de luitenant-kolonel J. F. van der Vijver, van den generalen staf. chef van de staf der IVe Divisie; en tot commandant van het 10e reg. inf. de luitenant-kolonel J. F. Wichman. com mandant van het 9e reg. inf., zulks onder eervolle ontheffing uit zijn tegenwoordige [commando; d. tot luitenant-kolonel, onderscheiden lijk commandant van het reg. jagers, het 13e reg., het 9e reg. en het 8e reg. infante rie, de majoors M. F. J. Phaff, A. A. van Nijnatteii, L. J, Rieber en C. D. Viehoff. 'esp, van het reg. jagers, van het 15e, het Been het 18e reg. infanterie; e tot luitenant-kolonel bij het reg. Ja- i Eer», bij den staf der Ie Infanteriebrigade 'Brigade Grenadiers en Jagers) de majoor J W H. Hamilton of Silvertonhill, van het 'eg. Jagers en van den staf der Ie Inf. bngade (Brigade Gren. en J.), indeelings- districtscommandant te Gravenhage: f. tot luitenant-kolonel, onderscheiden lijk bij den staf der IHe en van de Vie Infanteriebrigade de majoors O. R. Plet en G. J. Huijbregtse, van die brigadestaven; g. tot majoor, onderscheidenlijk bij het 13e, het 3e en het 19e reg. inf. de kapiteins J. Polvliet, L. H. Kraak en A. Snoek, resp van het 7e reg. inf. van den staf der in fanterie en van het 19e reg. inf.; 3e. met 3 Mei 1932: tot majoor, onderscheidenlijk bij het 13e en het le reg. inf., de kapiteins M. de Jong en H. S. Bloeme. resp van het 13e reg.. en adjudant van het le reg. inf.: D. bij 't wapen der cavalerie, met 1 Mei 1932, tot ritmeester bij zijn tegenwoordig regiment de eerste-luitenant o. c. G, M. Janssens, van het le reg. huzaren; E. bij het wapen der artillerie; le. met 1 Mei 1932. a. tot kolonel commandant van de He artilleriebrigade, de luit.-kolonel G. L. M. H. Higly belast met het bevel over die brigade b. tot kolonel de luitenant-kolonel H. J. W. Roldanus, voorzitter van de commissie van proefneming; 2e. met 2 Mei 1932: a. tot luitenant-kolonel, commandant van het 7e reg. veld-artillerie, de majoor T. A. Boeree van het 3e reg. veld-art.; b. tot majoor bij het 3e reg. veld-artille rie de kapitein J. M. de Kruijff, van het 5e reg. veld-artillerie: c. tot kapitein bij het 5e reg. veld-artille rie de eerste-luit. J. C. S. Motké. van het 3e reg. veld-artillerie. 3e. met 3 Mei 1932: a. tot majoor bij den staf van het wapen de kapiteins T. S. Rooseboom en C. A. Hartmans, beiden van dien staf, resp, werkzaam onder de bevelen van den chef van den Generalen Staf en werkzaam bij het dep. van Defensie; b. tot kapitein bij zijn tegenwoordig re giment de le luitenant mr. P. M. W. J. van der Slikke, van het reg. kustartillerie. CREDIETVERLEENING VOOR WONINGBOUW. Is liet plan der regeering gereed? De heer Hiemstra heeft den minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, voor zitter van den Raad van ministers de vol gende vragen gesteld; 1. Kan de Regeering. die tijdens de be handeling van de interpellatie Hiemstra in de vergadering van de Tweede Kamer van 2 Maart j.l. bij monde van den minis ter van Arbeid. Handel en Nijverheid ver klaarde. dat zij bezig was met een plan dat in vergevorderd stadium van voorbe reiding verkeerde om te komen tot een credietverleening voor woningbouw, thans ook mededeelen of deze voorbereiding reeds is geëindigd? 2. Indien vraag 1 toestemmend mocht worden beantwoord is de regeering dan bereid den inhoud van haar plan mede te deelen? o INVOER LEESTKLAAR SCHOENWERK. Tijdelijke beperking van 1 April 1 October 1932. Bij Kon. besluit is bepaald, dal in ver band met de gebleken noodzakelijkheid, wordt overgegaan tot tijdelijke beperking van den invoer van leestklaar schoenwerk. Artikel 1 van het besluit luidt: „Gedurende het tijdvak van 1 April 1632 tot 1 October 1932 is de invoer uit ieder land verboden van leestklaar schoen werk, voor zoover deze meer bedraagt dan 100 ten honderd van de gemiddelde hoe veelheid. welke van dat schoenwerk gedu rende het overeenkomstig tijdvak der jaren 1930 en 1931 is ingevoerd". Volgens artikel 2 zal met ingang van den dag, waarop dit besluit in werking treedt, de invoer der in het vorig artikel genoemde goederen slechts zijn toege staan, indien daarbij wordt overgelegd een daartoe door of vanwege den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid af te geven vergunning. DE POSTVLUCHTEN. De Reiger (heenreis) vertrok gisteren om ,5.25 uur uit Dj ask, landde om 12.55 in Karachi vertrok vandaar weder om 13.50 en arriveerde om 17.10 uur in Jodhpur. Het K. L. M.-vliegtuig de Raaf is giste ren 5.20 uur uit Djask vertrokken, 10.03 in Bushire aangekomen, 10.50 daaruit ver trokken en 16.04 in Bagdad gearriveerd. DE SCHEURING IN DE S. D. a. p. De houding van het N. V. V. Te Amsterdam heeft een druk bezochte vergadering plaats gevonden van de hoofd besturen der bij het N.V.V. aangesloten or ganisaties, waarbij tevens uitgenoodigd waren vertegenwoordigers van de elf'fede raties van besniurdersbonden. Op deze vergadering werd met 285.794 stemmen vóór, 16.871 stemmen tégen en 11.907 stemmen blanco de volgende motie aangenomen „De vergadering van het N.V.V. met de hoofdbesturen der aangesloten organisa ties, gehouden op 6 April 1932, kennis ge nomen hebbende van het verzoek der O. S. P. om toelating tot den Algemeenen Raad van N.V.V. en S.D.A.P.. van oordeel, dat de samenwerking tus- sehen N.V.V. en SDA.P., welke in het ver leden voor de positie en den strijd der Ne derlandsche arbeidersklasse van zóó groote beteekenis is geweest, ongewijzigd en on verzwakt moet worden bestendigd, van meening. dat in verband daarmede een wijziging in de samenstelling van den Algemeenen Raad en de gewestelijke er. plaatselijke raden ongewenscht is. besluit het desbetreffende verzoek van de O.S.P. af te wijzen en de bestuurders bonden en gewestelijke federaties van be stuurdersbonden op te dragen in overeen stemming met deze uitspraak te handelen" Ook de tegen en blanco stemmende or ganisaties waren niet vóór samenwerking met de O. S. P. DE PRIJSVERLAGING IN DE NOORDZEEBADPLAATSEN. Onder voorzitterschap van den heer L. Roozen is in hotel Wittebrug te 's-Gra- venhage een goed bezochte vergadering gehouden* van hotel- en pensionhouders in de Nederlandsche Noordzeebadplaatsen. Reeds vroeger waren de minimumprijzen verlaagd en thans heeft men de maxi mumprijzen op een lager niveau vastge steld. UITGESLOTENEN VAN ONGEVALLEN EN ZIEKTEVERZEKERING. Op vragen van het Tweede Kamerlid Bakker: 1. Is de minister bereid nader te, over wegen wat van regeeringswege kali wor den gedaan in het belang der arbeiders, bloedverwanten of nabestaanden van hunne werkgevers, die blijkens de uit spraak van den eentralen raad van be roep uitgesloten zijn van het voorrecht van ongevallen- en ziekteverzekering? 2 Kan de minister toestemmen, dat het risico, hetwelk (naar het antwoord des ministers van 25 Februari op de vragen van ondergeteekende van 26 Januari) de verzekeringsinstituten voor deze arbeiders gedragen zouden hebben vóór de bedoel den uitspraak van voormelden raad, toch slechts was een schijnrisico, omdat, zoo als bleek, de verzekering, als het op uit betaling van de ui.tkeeringsgelden nietig werd verklaard? 3. Is de mininster beleid alsnog te over wegen op welke wijze deze arbeiders bil lijke schadevergoeding kunnen ontvangen wegens gestorte premiën. welke hun slechts de onwezenlijke bate van een schijnverzekering brachten? 4. Mag van den minister worden ver wacht de bevordering van zoodanige wet telijke voorziening, waardoor in het ver volg komt vast te staan, dat ook bloed verwanten en nabestaanden van hunne werkgevers (met uitzondering van inwo nende kinderen en pleegkinderen) deelen in de voorrechten der verzekering, opdat zij en hunne gezinnen als ongeval of ziekte hen mocht treffen, niet aan ar moede zijn blootgesteld? heeft de minister van arbeid, handel en nijverheid geantwoord: 1. Het. antwoord op de eerste vraag luidt bevestigend, waarbij voorts wordt verwezen naar het antwoord op de vierde vraag. 2. Niet kan worden toegestemd, dat het risico voor de verzekeringsinstituten slechts een schijnrisico is geweest. Er is immers alle reden tot de onderstelling, dat vóór het bekend worden van de be doelde rechterlijke uitspraak door de ra den van arbeid of althans door velen de zer organen ziekengeld zou zijn toegekend aan personen, die volgens de bedoelde uitspraak buiten de verplichte verzekering vallen. N. R. Crt. MOLENAARS BIJ H.M. DE KONINGIN. Een deputatie uit het bestuur van den Nederlandschen Molenaarsbond is giste renmiddag ten paleize Noordeinde te 's Gravenhage door H. M. de Koningin ontvangen. De deputatie kwam de hooge tusschenkomst van H. M. inroepen om te voorzien in den nood der molenaars als gevolg van de uitvoering van de Tarwewet Deze deputatie bestond uit de heeren C. Pezelman JznWieringenwaard en J. W. E. Schrijver. Nijbroek bij Deventer, secretaris. Hare Majesteit had overweging van de argumenten van den Molenaarsbond toe gezegd. o ONZE KAASINVOER IN DUITSCHLAND. Geen achterstelling' van het Nederlandsche product. De heer Lovink had den minister van buitenlandsche zaken de volgende vragen gesteld 1. Is het den Minister bekend, dat onze invoer, met name van kaas in Duitschland door de wijze waarop daar te lande devie zen worden verstrekt, achtergesteld wordt bij den invoer van dit product uit andere landen? 2, Is de Minister bereid te overwegen wat kan gedaan worden om in dezen toe stand voornamelijk met hét oog op de be langrijke hoeveelheid kaas. die tot dusver steeds afzet in Duitschland vond, ten spoe digste verandering te brengen? Minister Beelaerts van Blokland heeft daarop thans als volgt geantwoord: Het is den Minister niet bekend, dat de Nederlandsche invoer met name van kaas in Duitschland door de wijze, waarop daar te lande deviezen worden verstrekt, achter gesteld wordt bij den invoer van dit pro duct uit andere landen Ter toelichting moge het volgende die nen De toekenning van deviezen voor den in voer geschiedt volgens vaste regels. Als uit gangspunt is de maandelijksche invoer over 1930 en daarvan als grondbedrag, in verband met de geringere koopkracht en prijsdaling, 50 pCt, genomen. Van dit grond bedrag wordit het percentage deviezen maandelijks vastgesteld. In Januari en Fe bruari bedroeg dit 75 pCt., voor Maart 65 pCt., voor April is het vastgesteld op 55 pCt. Deze verlagingen werden door de Duitsche regeering noodzakelijk geacht in DEFENSIE-BEGROOTING GOEDGEKEURD. In een zeer korte vergadering heeft de Eerste Kamer gisteren de defensiebegro ting z h, st. goedgekeurd. STOPZETTING VLAMOVEN—STRAAT- KLINKERFABRIEKEN. In een te Utrecht gehouden vergadering van vlamoven-straatklinker-fabrikanten is in beginsel besloten tot een ingrijpende beperking der productie van straatklin kers en wel door stopzetting van fabrie ken. Daartoe achten de fabikarrten zich gedwongen door de steeds grooter wor dende invoeren van buitenlandsche weg dekmaterialen en het gebrek aan gelden hier te lande voor uitvoering en onder houd van wegen. VERSPREIDE BERICHTEN. Naar gemeld wordt is dr. Koch, uit Amsterdam, de bekende communist, die door de politie gezocht werd uitgeweken naar het buitenland UIT NED. OOST-INDIE. DE phohi-UITZENDINGEN. BATAVIA. 7 April (Aneta) In ver schillende dagbladen komen berichten voor omtrent de a.s. hervatting van de uitzendingen van de P.H.O.H.I.. welke her vatting door deze bladen wordt toegejuicht De hervatting zou echter niet geschieden voor de maanden Juni of Juli. Het Hbld. merkt hierbij op dat er nog geen enkele beslissing is genomen. verband met de goud- en deviezendekking van de Rijksbank, De importeurs, die deviezen toegewezen krijgen, kunnen daarover, voor zoover het hun zaken betreft, vrij beschikken. Zij mo gen de waren betrekken uit het land waar zij het best kunnen koopen. en ook mogen zij, als zij zoowel importeurs van boter als van kaas en eieren zijn, de deviezen beste den voor dat der genoemde artikelen, dat hun het meeste voordeel biedt. Vraag 2. In de beantwoording van vraag 1 ligt het antwoord op vraag 2 opgesloten. Omtrent de oorzaken van de toeneming van den niet-Nederlandschen kaasinvoer in Duitschland moge het volgende worden op gemerkt: Die toeneming betreft de volgende lan den: Italië (toeneming 1931 tegenover 1930 40 pCt.!. Tsjecho-Slowakije (80 pCt.), Fin land 19 pCth Oostenrijk (9 pCt.), Polen (12 pCt Lithauen (23 pCth en Noor wegen (87 pCt.). Een bijgevoegde staat geeft een overzicht van den kaasinvoer in Duitschland ge splitst naar de verschillende landen en naar den invoer van harde en zachte kaas soorten, terwijl aan de hand van de invoer ciifers. welke over 1931 betrekking hebben op den quantitatieven invoer, zoowel als op de waarde daarvan, is berekend, welke prijzen (excl, invoerrecht) gemiddeld over het geheele jaar voor de verschillende her komsten zijn betaald. Bij bestudeering van dezen staat blijkt, dat de toeneming van den invoer uit bo vengenoemde landen een gevolg moet zijn van de geringe koopkracht van het Duit sche publiek, dat zich genoodzaakt ziet sterk op de uitgaven voor levensmiddelen te bezuinigen. 'Zoo betreft de toeneming van den invoer uit Italië uitsluitend zachte kaassoorten, waarvan de gemiddelde priis volgens bo vengenoemde berekening slechts 58 Pf. per K.G heeft bedragen; de invoer van harde kaas uit Italië is zelfs achteruitgegaan De invoer uit Tsjecho-Slowakije. Finland en Polen geldt nagenoeg uitsluitend het arti kel quark (wrongel) uit ondermelk. De harde kaas uit Finland en gedeeltelijk ook uit Lithauen wordt veelal onder den naam „Schweizer Kase" op de Duitsche markt gebracht. Dat deze landen hun aandeel in den invoer van dit artikel nog eenigszins hebben weten uit te breiden, moet worden toegeschreven aan de buitengewoon lage prijzen, waarvoor het werd aangeboden, een vergelijking van de gemiddelde prij zen der Zwitsersche harde kaas met die der Finsche en Lithausche fijnere kaas soorten (veelal z.g.n. „Halb-Emmentaler"), welke eveneens tegen zeer concurreerende prijzen wordt verkocht. De Noorsche kaas heeft het model van de Nederlandsche Goudakaas en doet deze als zoodanig ook concurrentie aan. Volgens mededeeling van te Berlijn gevestaigde kaashandelaren, zou de Noorsche kaas een vetgehalte van 45 pCt. en meer hebben. Vergelijkt men nu den gemiddelden prijs der Noorsche kaas met dien der Nederlandsche (waarin alle vetsoorten zijn begrepen) dan wordt het duidelijk, dat ook hier de prijs de eenige reden is van den toenemenden invoer van Noorsche kaas. Uit het voorgaande blijkt dus, dat de toeneming van den Duitschen kaasinvoer uit de genoemde landen aan de billijke prijzen, of. zoo men wil. aan de geringere koopkracht van het Duitsche volk moet worden toegeschreven. Een beschouwing van het aandeel der landen, welker invoer in 1931 is gedaald, leidt even overtuigend tot deze conclusie. STEUN AAN DE VAKKENSHOUDERIJ? In onderzoek bij de regeering. Naar wij vernemen, stelt de regeering op 't oogenblik een onderzoek in naar de mo gelijkheid, om steunmaatregelen te tref fen ten behoeve van de varkenshouderij. Hbld. RECLAME. VOORKOMT TANDBEDERF* en poetst 's avonds en 'smoiyens met V 75 ets per A tube 25 ets per'A tube tmmmm*{iedtrlnrwsch fabrikaat bammmmmm 7295 Uit het Engelsch door A. TREUB. 36) h.T1,5 heb zoo juist een goeden inval ge had, vertelde hij. »r. tamelijk merkwaardig verschijn- mijJ0,? -,"t denken, klonk sir Peter's on- I Adellijk en scherp antwoord. totdÏÏ Bromde en er heerschte stilte, wat Nrna zenuwachtig binnen kwam en deur luidruchtig sloot, terariu Nina, zei de detective vriendelijk, I own,; .Z1fn vaderlijke houding weer de I vonft ï1 verkreeg. Nu, Nina, ging hij I hebt s 11 tlet me'sJe voor hem stond, je I sipiitn„ zeer nuttige gewoonte om aan i j? h te luisteren, nietwaar? f ïuïriorl "n'inheer? riep Nina uit, op een I rVcherpen toon. over tlLv^Un beste. Nu, we zullen er niet toen it en' hè? Je luisterde aan de deur eer vnr.t01 P°osje geleden hier met Spen- Wj) nietwaar? I Nina )j.k niet, mijnheer! antwoordde 'jürJ1'11 deugdzaam opheffend. I ton iw a's een dame, Nina, zei Clin- een glimlach zijn bewondering I toonend gu I k'nd en au' le 200 goed kennend, mijn Siste'renavmS bb elkaar genomen, heb je I geluisb.H °ok een tijd aan de deur 1 - z£',P'etwaar? krulde üpj)enantwoordde Nina met omge- 3a. I Zeg me nu, ging hij onverstoorbaar voort, wat er gebeurde tusschen den jon gen Aimsbury en miss Brace, toen sir Pe ter ze hier samen liet en de obligaties op deze tafel lagen? Doe het op je gemak en vertel er mij alles van. Nina keek onnoozel en Enid keerde zich langzaam van het venster om, met een blozend en boos gelaat. Waarom vraagt U het mij niet, mijn heer Clinton? vroeg Enld koel. Clinton keerde zich tot haar met voor gewende verbazing en wenschte zich ge luk met het welslagen van zijn kleine krijgslist. Och, antwoordde hij aarzelend en leugenachtig, wij hebben de lezing van Aimsbury en we verwachten niet dat de uwe er veel van verschillen zal. Maar na tuurlijk, als U. Het kan Uw goeden inval misschien helpen, viel Enid hem scherp in de rede, als ik U zeg dat ik Eric voorstelde dat hij de obligaties zou nemen! Sir Peter keek een oogenblik ongeloovig, toen wierp hij zijn sigaar in den ledigen haard met een triomfantelijk gebaar. Daar Web je het! barstte hij los. Zoo klaar als een klontje! Maar hij weigerde er over te spreken of zelfs maar er over te denken, ging Enid kalm voort, en daarom maakte ik het plan ze zelf te nemen! Daar heb je het! zei Clinton, zich naar sir Peter keerend en veelbeteekenend met zijn hand wenkend. Zoo klaar als een klontje. Ik was van plan ze te nemen als iedereen naar bed was, zei Enid. Hm, zei Clinton. En mag ik vragen waarom U ze wilde wegnemen? Ik meende, dat ze veiliger onder mijn hoede zouden zijn. Clinton haalde de schouders op, kreeg zijn hoed en stond op. Nu, ziet U hoe gemakkelijk deze zaak is, zei hij vol ergenis met zijn vinger op sir Peter wijzend, die stom van verbazing scheen. Alle bedienden liegen over een buigtang; de jonge Aimsbury zegt, dat hij de obligaties wilde wegnemen; Uw doch ter zegt, dat zij het wilde doen; misschien was U van plan ze te nemen en U zegt, dat de Decker ze genomen heeft. Hij snoof woedend. Ik zal nog gaan denken, dat ik ze genomen heb, voegde hij er grappig bij. Maar ik heb op Aimsbury geschoten beweerde sir Peter, zich eenigszins herstel lend. Ik heb hem geschoten terwijl hij bezig was. Hij was bij het raam. Hij liep vlug de kamer door en ging in gebogen houding in het raamkozijn staan. Hij stond zoo, zei hij. Goed, sir Peter. Maar U heeft maar eenmaal geschoten, nietwaar? vroeg Clin ton, zich naast sir Peter stellend. Ja. En beschouwt U U zelf als een goed schutter? Ja, antwoordde sir Peter, verbaasd. En U schoot niet in het wilde? Neen. Ik was niet onrustig. Ik vuurde om hem te raken. Nu, heeft U ooit gehoord van een man, wiens slaap zoo dik was dat die een revolverkogel zou doen afwijken, welke van dichtbij afgeschoten is? Wat bedoel je? Nu, ik zou graag willen weten hoe die kogel daar kwam. Clinton wees naar een klein gaatje boven in het raamkozijn, waarin de looden kogel duidelijk zichtbaar was. Sir Peter keek er verrast naar. Ik begrijp het niet, Clinton, zei hij onzeker. Ik weet, dat U het niet doet, ant woordde Clinton met pochenden triomf. Maar ik zal die olbligaties vinden, al duurt het een jaar Hij ging de waranda op. Wij kunnen den jongen Aimsbury niet vast houden ging hij voort, tenzij U een aan klacht van inbraak wilt indienen, en ik denk, dat het een moeilijk werk zal zijn in de gegeven omstandigheden zulk een aan klacht vol te houden. Dat ben ik niet eens. antwoordde sir Peter op vasten toon. Clinton glimlachte en keek over sir Peter's schouder naar Enid, wier lippen zich toornig opeen klemden bij de woor den van haar vader. Nu. dat kan U met miss Brace uit maken, zei hij opgewekt. Ik ga nu heen, maar U kan me ieder oogenblik terug ver wachten. Sir Peter keek hem na toen hij het achtergrasveld overstak, om iets tot Meadowbank te zeggen; daarna keerde sir Peter terug in de kamer, keek Enrd een oogenblik peinzend aan en liep in de rich ting van zijn gelief koosden stoel. Toen hij dit deed bemerkte hij dat Nina nog in de kamer was en hij stoof woedend op. Ga weg! brulde hij. Nina keek hem even verschrikt aan, toen hij met snelle schreden op haar toe kwam. Daarop keerde zij zich om en vluchtte weg. Sir Peter keek naar de deur, die zij haas tig achter haar sloot, vloekte binnens monds, en liep naar zijn stoel, waar hij zich lomp in neerwierp. Een vervloekte gek1 mompelde hij, over de tafel heenreikend en de buigtang opnemend, die hij eenige malen heen en weer draaide in zijn handen Wat betee- kent al die onzin met een buigtang? Iedere idioot kan wel een geheimzinnigheid be denken als hij dat wil. Dit is toch zeker niet de eenige buigtang op het terrein? En de meeste buigtangen zien er hetzelfde uit voor de meesten van ons. Een ver vloekte gek! Enid lette op hem toen hij de buigtang kribbig op tafel wierp en in zijn stoel te rugzonk. Een oogenblik keek hij somber naar, den ledigen haard, toen leunde hij langzaam voorover, steunde met zijn ellle- bogen op zijn knieën en verborg het ge laat in de handen. Er heerschte een langdurige, diepe stilte. Toen liep Enid de kamer door, ging op den arm van haar vader's stoel zitten, legde zacht een hand op zijn verwarde haren en fluisterde teeder: Paatje! Sir Peter bewoog noch sprak gedurende bijna een halve minuut en Enid streek heel zacht over zijn haar. Zijn houding van de diepste neerslachtigheid, een hou ding, die Zij gedacht had, dat hij niet in staat was aan te nemen, riep een groote. moederlijke sympathie in haar wakker. Zij boog zich over hem heen en kuste hem op het achterhoofd. Paatje! Sir Peter ging langzaam rechtop zitten, nam de hand van zijn dochter in de zijne en streelde die zachtjes. Zijn gezicht stond verwilderd. Enid, zei hij met onderdrukte stem, weet je wat dit voor mij beteekent? Enid knikte zwijgend en drukte haar vaders hand vol medegevoel. Het beteekent, dat ik geruïneerd ben, ging hij voort. Totaal geruïneerd. De obli gaties zijn verdwenen, ik moet een P.N. voor tienduizend binnen vijf dagen dek ken en ik zal al mijn activa moeten reali- seeren om het te doen Ik zal de B.F.I., dit huis, alles moeten verkoopen. Als deze zaak in de couranten komt en dat ge beurt als het al niet gebeurd is zal de B.F.I. al degenen, die geld belegd hebben, als wolven op zich ai zien komen. En wij kunnen niet aan hun eischen voldoen. Ik zie niets dan ondergang een bankroet! tenzij de obligaties gevonden worden. Paatje, ik heb zoo'n medelijden met U. Maar de obligaties zullen natuurlijk ge vonden worden. Zij kunnen niet heele- maal verdwijnen tenzij zij vernietigd zijn. Zij moeten den een of anderen tijd ergens voor den dag komen Intusschen hebben wij toch vrienden? (Wordt vervolgd.)-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 9