Uw schoonheid vereischt
ONTWAPENINGSCONFERENTIE
EN VOLKENBONDSVERGADERING
20«
"3ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 18 Maart 1932
Derde Blad
No. 22085
PARLEMENTAIR OVERZICHT
slechts enkele minuten
verzorging per dag!
KUNST EN LETTEREN.
Steunt met Uw gaven
het Leidsch Crisis-Comité.
FEUILLETON.
De Geheimzinnige Inbreker
De buitengewone Volkenbondsvergadering heeft de
Ontwapeningsconferentie belet gedurende de maand
Maart voorwaarts te komen, doch zij kan een
heilzame uitwerking op het verder verloop der
ontwapeningsbesprekingen hebben.
GENEVE, 15 Maart 1932.
De buitengewone Volkenbondsvergade-
ring heeft gedurende tien dagen volkomen
belangstelling der hier verzamelde
staatsmannen in beslag genomen, dat
sïenerlei tijd voor besprekingen in de al-
jetneene en in de politieke commissie der
Ontwapeningsconferentie in de eerste
telft van Maart is overgebleven. En daar
Ontwapenningsconferentie reeds de vo-
maand besloten had op Zaterdag 19
sfiart een korte Paaschvacantie zich te
simnen, is ook in de derde Maart-week
inn ernstige ontwapeningsbesprekingen
niets gekomen. Want het heeft geen zin
icbatten over kwesties, waarvan het suc-
rts of het falen der conferentie zal afhan-
gen, nog in de laatste week van deze
conferentie-periode aan te vangen, wan
neer tevoren reeds vaststaat, dat zij toch
enkele dagen weder onderbroken moe
ten wordenMen kan in een min of meer
ongeduldige vacantiestemming, zooals
deze thans onder de gedelegeerden na
een verblijf van zes weken in de stille
ïolkenbondsstad begint te heerschen, des
noods wel een menigte kleinere kwesties
haastig afdoen, doch een dergelijke haas
tige stemming is allerminst geschikt, om
pnncipieele vraagstukken, waarover diep
gaande meeningsverschillen bestaan en
die alleen in een rustige atmosfeer vol
ran wederzijdsch verlangen tot goed be
grip der tegengestelde standpunten met
lenige kans op een succesvollen afloop
kunnen besproken worden, in behandeling
nemen.
Do buitengewone Volkenbondsvergade-
nng heeft door haar belangrijkheid en
door haar langeren duur dan verwacht
ras dus ten gevolge gehad, dat de maand
Maart voor den voortgang der Ontwape
ningsconferentie eigenlijk een geheel ver
loren maand geweest is. Men heeft in de
laatste weken een verdeeling van de taak
der conferentie over de zes groote com
missies met een niet gansch onbetwist
baar succes ter hand genomen, doch men
zou de waarheid niet getrouw zijn, wan
neer men beweren wilde, dat in de vier
reken, die op het einde der algemeene
discussie van Februari zijn gevolgd, ook
maar eenig moeilijk punt een stap nader
tot een bevredigende regeling is gebracht!
dit zonder buitengewone algemeena
Volkenbondsvergadering wel zou zijn ge-
urd, is echter niet zeker! De onzeker-
id over den afloop der verkiezing voor
n Duitschen Rijkspresident zou mis-
ihien, ook als er geen Japansch-Chff
esch geschil zou hebben bestaan, even-
ens principieele debatten over moeilijke
«tvapeningskwesties hebben belemmerd.
De buitengewone Volkenbondsvergade-
heeft echter naast een onmiddellijke
vertragende uitwerking op den gang der
ontwapeningsbesprekingen ook een ande
ren gunstiger invloed daarop gehad, wan
neer men het oog vooral op de iets meer
verwijderde toekomst gericht houdt.
In de eerste plaats schijnt de krach
tige houding der Volkenbondsvergadering,
haar algemeen gebleken veroordeeling
van het Japansche militairistische optre
den toch niet zonder invloed op de ver
dere gedragslijn der Japansche regeering
zijn gebleven. De Japansche delegatie
alhier was althans zeer onder den indruk
der universeele anti-Japansche stemming,
zooals zij uit de redevoeringen van ruim
gedelegeerden ter Volkenbondsverga
dering voor den dag gekomen was. Niet
alleen was dit voor de gedelegeerden, van
wie vooral Sato een man van groote Wes-
tersche beschaving is, persoonlijk zeer
pijnlijk, doch Sato en Madsudeira zagen
ook zeer goed in, welke blijvende nadeelen
voor hun land uit de anti-Japansche ge
voelens zouden voortspruiten, indien deze
zouden blijven voortbestaan en nog ver
der verbitterd worden. Sato had de regee-
zing te Tokio dan ook gewaarschuwd, dat
hij niet langer haar woordvoerder te Ge
neve zou willen zijn, indien hij de Vol-
ienbondsvergadering nog meer zou moe
ten prikkelen door tegenstand tegen de op
Vrijdagavond 11 Maart in stemming ko
mende resolutie te bieden. Het gevolg van
deze bedreiging met ontslagneming is dan
ook geweest, dat Sato met een stern-
onthouding mocht volstaan, waardoor de
resolutie kon aangenomen worden.. Dit
ééne voorbeeld wijst erop, dat de Japan
sche regeering toch wel er tegen opziet
de geheele wereld al te zeer tegen zich
in het harnas te jagen. Het grootste ge
vaar, dat het door het roekelooze gedrag
der Japanners tot een oorlog van langen
duur en misschien van steeds grooter
wordende uitbreiding zou komen, schijnt
dan ook tijdens het verloop der buiten
gewone Volkenbondsvergadering verdwe
nen te zijn. Het ondubbelzinnig gebleken
oordeel der Volkenbondsvergadering heeft
reeds uit dit oogpunt een heilzame wer
king op de succes-mogelijkheid van de
Ontwapeningsconferentie gehad, die ze
ker onder een voortgang en uitbreiding
der militaire operaties in het Verre Oos
ten heel ernstig zou hebben geleden.
De buitengewone Volkenbondsvergade
ring heeft echter niet alleen de kansen
op het houden van ontwapeningsbespre
kingen zonder stoornis van kanongebul
der belangrijk verbeterd, zij zal ook op den
loop der discussies ter Ontwapeningscon
ferentie een goeden invloed kunnen uit
oefenen. Indien de Volkenbondsvergade
ring zich onverschillig voor het lot van
het overvallen China betoond had, indien
de regeeiTngen niet den moed zouden
hebben gehad ook van een groote, mili
tair-sterke mogendheid als Japan de
strikte eerbiediging van het Volkenbonds
verdrag te eischen, indien zij aan Japan
zouden hebben toegegeven dat verzach
tende omstandigheden de militaire bezet
ting van buitenlandsch grondgebied en
andere militaire gewelddaden kunnen ver
ontschuldigen, dan zou de zaak voor die
staten, die op de Ontwapeningsconferen
tie een bewapeningsvermindering met het
cog op de veiligheid, die de Volkenbond
den staten reeds biedt, nog heel wat ver
slechterd zijn. Dit gevaar is gelukkig ge
heel verdreven. De kleinere staten, zoo
wel van Europa als Azië, van Amerika
als Afrika, toonden zulke vastberadenheid
in de onverzwakte handhaving van het
groote Volkenbondsbeginsel, dat niemand,
uit welke overwegingen ook, rechter in
eigen zaak mag zijn en met geweld zou
mogen trachten zich eigenmachtig recht
te verschaffen, dat de Fransche gedele
geerde en tijdelijke voorzitter van den
Volkenbondsraad Paul Boncour met eenige
blijde verrassing constateerde, dat de Vol
kenbondsstaten met veel meer kracht aan
de rechten en verplichtingen van het
Volkenbondsverdrag vasthielden dan men
eigenlijk wel verwachtte. Weliswaar eisch-
ten de kleinere staten nog niet een toe
passing van sanctiemaatregelen tegen
Japan, ofschoon enkelen wel reeds op de
mogelijkheid zinspeelden dat dit onver
mijdelijk zou kunnen worden, doch de
eenstemmigheid, waarmede Japan's eigen
machtig militair optreden gelaakt werd
en waarmede de onvoorwaardelijke ont
ruiming van het onrechtmatig bezette
gebied door de Japansche troepen geëischt
werd. had toch grooten indruk gemaakt.
Vooral omdat de Volkenbondsvergadering,
zich bij Stimson aansluitend, uitdrukke
lijk alle Volkenbondsstaten de verplich
ting oplegde geenerlei verandering van
den toestand in het Chineesche Rijk te
zullen erkennen, die de Japanners onder
militairen druk China zouden hebben af
gedwongen. De moreele veroordeeling van
het gedrag van Japan is aldus door een
volkenrechtelijke sanctie nog beduidend
versterkt. De Vereenigde Staten van Ame
rika en alle 55 leden van den Volkenbond
hebben thans plechtig verkondigd, dat zij
nimmer de vruchten van een aanvalsoor
log zullen erkennen. Dit nieuwe recht zal
ongetwijfeld dé aanlokkelijkheid van een
aanvalsoorlog nog verminderen en dus
omgekeerd de argumenten ten gunste van
een vermindering van bewapening ver-
EERSTE KAMER.
HET KORTINGSWETJE
AANGENOMEN.
Met de behandeling van het na feilen
strijd in de Tweede Kamer op 't nippertje
aangenomen Kortingswetje (eventueele
korting op de uitkeeringen aan gemeenten
en provinciën) heeft de Eerste Kamer veel
haast gemaakt.
En:
daarbij kregen wij uitteraard zij het
op kleinere schaal een herhaling van
het debat in de Tweede Kamer, dat nog
zoo kort geleden plaats had.
De heer Van der Hoeven heeft betoogd
dat, al is de methode van het ontwerp niet
zoo fraai, aanneming ervan In 's lands be
lang is, en hij heeft booze woorden gezegd
over de weinige zuinigheid van verschil
lende gemeentebesturen, en over het alge
meen kiesrecht, dat allerlei personen naar
de gemeenteraden doet afvaardigen, die
niet met geld kunnen omgaan. Maar prof.
Kranenburg had overwegende bezwaren
tegen het wetsontwerp. Hij vond het een
slecht voorbeeld van wetgeving; betoogde
dat de rechtsgrond voor de vermindering
der uitkeeringen ontbrak (het Rijk is toch
niet failliet? vroeg hij); keurde de pressie
af tot salaris-verlaging, die aldus geoefend
wordt; zette uiteen dat de autonomie der
gemeenten in gevaar komt en keurde af,
dat de Minister ook bij dit ontwerp in de
Tweede Kamer weer met zijn portefeuille
heeft gerammeld. De rede van den Leid-
schen hoogleeraar werd een ware philip
pics tegen den Minister.
Doch tegenover dit betoog en de aange
voerde bezwaren heeft de heer Van Citters
gesteld, dat het hier een crisis-maatregel
betrof van tijdelijken aard. die deswege
gerust kon worden aanvaard. Maar dit was
voor den heer Wibaut geen reden om zijn
oppositie op te geven: hij heeft de bekende
bezwaren herhaald en verklaarde te zullen
tegenstemmen.
De heer Koster kwam tot dezelfde con
clusie als de heer Van Citters: een tijde
lijke crisismaatregel, en daarom te aan
vaarden, maar Amsterdams burgemeester,
de heer De Vlugt, heeft het wetsontwerp
met overtuiging bestreden, omdat hij er
een inbreuk in zag op de moeizaam ver
kregen financieele verhouding tusschen
Rijk en gemeente. Hij stemde toe, dat het
loon van het overheidspersoneel verlaagd
dient te worden, voorzoover het uitgaat
boven dat in het particuliere bedrijf, maar
dit doel zoo meende hij dient op
andere wijze te worden bereikt dan door
middel van dit ontwerp.
Minister De Geer heeft zijn voorstel met
de över-bekende argumenten verdedigd.
Hij is daarbij in een bestrijding getreden
van de door de heeren Kranenburg en De
Vlugt aangevoerde argumenten, en stelde
in het licht, dat er van een vermindering
van inkomsten voor de gemeenten geen
sprake behoeft te zijn. indien zij de sala
rissen maar verlagen. Overigens stelde de
Minister ook hier de portefeuillekwestie:
hij verklaarde zonder dit ontwerp zijn taak
niet verder te kunnen voortzetten.
Nu:
de Senaat heèït 'geen crisis veroorzaakt
en het wetsontwerp met 24 tegen 16 stem
men aangenomen. Er tegen stemden de
sociaal-democraten, de vrijzinnig-demo
craten. drie katholieken (Serrarens, Visser,
De Bruyn) en een anti-revolutionair (De
Vlugt). Zoodat Minister De Geer nu zijn
Kortingswetje definitief „binnen" heeft.
TWEEDE KAMER.
INDISCHE BEGROOTING
GOEDGEKEURD.
De Kamer was met de behandeling der
Indische Begrooting genaderd tot de af-
deeling „Onderwijs".
En:
daarover hebben eenige Indische en
onderwijskundige specialiteiten het woord
gevoerd.
De heeren Ketelaar, K. ter Laan, van
Boetselaer, Möller en mej. Westerman
meerderd en versterkt hebben. De buiten
gewone Volkenbondsvergadering moge
dus den voortgang op de Ontwapenings
conferentie tijdelijk hebben vertraagd;
een duurzame nuttige uitwerking op de
ontwapeningsbesprekingen mag daaren
tegen ervan verwacht worden, die tegen
het tijdelijke uitstel ruimschoots zal op
wegen.
RECLAME.
5968
Onder de vele schoonheidsbehandelingen
is er slechts één, die voor elke vrouw be
schikbaar is. Dat is de Palmolive methode
- zij is gemakkelijk, doeltreffend en vereischt
zoo weinig tijd!
Maak een overvloedig schuim van Palmolive
zeep en warm water. Masseer hiermede
twee minuten de gezichtshuid. Spoel af
met lauw en dan met koud water. Op deze
wijze behoudt U een gezonde, frissche teint.
Millioenen vrouwen weten, dat het succes
der Palmolive methode te danken is aan de
absolute zuiverheid der bestanddeelen van
deze zeep: de cosmetische oliën der olijf-
en palmboomen!
per stuk
hebben verschillende onderwijsbelangen
besproken en eenige van hen protesteer
den tegen de bezuinigingen, die ook hier
zijn aangebracht.
De Minister van Koloniën heeft ver
klaard, dat het ook hem leed doet op het
onderwijs te moeten bezuinigen, maar
het was onvermijdelijk en zelfs stelde hij
in het vooruitzicht, dat er nog veel meer
zal moeten volgen. Over het ontslag van
inlandsche onderwijzers beloofde hij na
dere inlichtingen.
Voorts beloofde de Minister, voor zoover
de financiën het toelaten, het onderwijs
aan meisjes te zullen bevorderen en hij
deelde mede, dat een regeling, die de
wachtgelden bij het bijzonder onderwijs
gelijk maakt aan die bij het openbaar zoo
goed als gereed is.
De sociaal- en vrijzinnig-democraten
wilden geacht worden tegen deze afdee-
ling te hebben gestemd.
Hetzelfde verzochten, nadat mevr.
de VriesBruins toestanden had gecriti-
seerd (de Minister verzekerde dat er ge
daan wordt wat mogelijk is)de socialisten
bij de afdeeling Volksgezondheid.
Bij de Landbouw-afdeeling heeft, in
antwoord op enkele redevoeringen, de Mi
nister verklaard dat het landbouw-onder-
wijs zooveel mogelijk wordt bevorderd; bij
de afdeeling Gouvernementsbedrijven
drongen de heeren van der Bilt, Faber en
van Dijk op enkele voorzieningen aan, en
verzekerde de Minister dat het verkeers-
vraagstuk de aandacht der Regeering
heeft; bij de militaire afdeelingen bracht
de heer Cramer de reis van Minister
Deckers ter sprake en sprak de hoop uit
spoedig daarvan meer te mogen vernemen.
Maar de heer Wijnkoop vertelde dat die
reis natuurlijk in verband stond met het
China-J apan-conflict.
De Minister heeft verzekerd dat dit con
flict met de reis van zijn ambtgenoot niets
te maken heeft gehad en dat het motief
er voor inderdaad geen ander was dan
dat, hetwelk reeds is medegedeeld. Wat
den bouw van den derden kruiser betreft:
daaromtrent moest de Minister nog over
leg plegen met zijn ambtgenoot van De
fensie, waartoe de gelegenheid hem nog
had ontbroken.
Zoo werd de behandeling der Indische
Begrooting beëindigd, zonder dat er schok
kende gebeurtenissen bij plaats hadden.
En:
tenslotte werd de begrooting zonder
hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Vanmiddag moet gestemd worden
over het ontwerp inzake de bestuurs-
reorganisatie, waarop de Minister van Ko
loniën Woensdag de portefeuillekwestie
heeft gesteld, 't Wordt wel aangenomen!
HAGENAAR.
KON VER. HET NED. TOONEEL.
Geen salaris uitgekeerd.
Naar de „Tel." verneemt, heeft de Kon.
Ver. „Het Nederlandsch Tooneel" deze week
haren geëngageerden geen salaris uitge
keerd. De directie heeft het personeel me
degedeeld, dat de onderhandelingen ter
saneering van de instelling voor zoover die
met het gemeentebestuur te voeren zijn
geweest in ieder opzicht geslaagd zijn, doch
dat men van de zijde der N.V. Hollandsche
Schouwburg geen enkele tegemoetkoming
heeft mogen ondervinden, zoodat door de
houding dezer N.V. de thans heerschende
kritieke toestand is ontstaan.
Is het blad wel ingelicht, dan zou de
positie der Kon. Vereenlging, wanneer in
deze situatie geen verandering kan worden
verkregen, ernstig bedreigd worden.
Uit het Engelsch door A. TREUB.
21)
Ik weet niet wat ik van die obligaties
oenken moet, ging hij in twijfel voort, na
een merkbare pauze, gedurende welke hij
raid's profiel zwijgend bewonderde en zij
keek met betraande oogen naar den grond
en vroeg zich in haar onderbewustzijn af
*elk nummer van schoenen hij droeg.
Vader zal ze toch niet verkocht heb-
ten?
Waarom niet? vroeg Enid, opkijkende.
Hoeveel zijn ze waard?
Och. ik ben niet erg op de hoogte van
iligaties, maar ik geloof dat deze niet
"under dan een honderdduizend waard
2|jn. Waarschijnlijk veel meer. Wat me
echter verbaast is, dat ik er nooit te voren
'ra gehoord heb.
raid keek hem met groote oogen aan,
"en kneep zij haar lippen stijf samen.
Dan heeft hij ze niet verkocht, zei ze
ceslist. sir Peter heeft niet zulk een groot
Cedrag aan geld.
Hnc keek haar peinzend aan.
Is dat waar? Heeft Ryan het de
moeilijk gemaakt? vroeg hij. Er
„n zulke praatjes rond.
Enid knikte.
Vader heeft een korten tijd telkens
'crloren, antwoordde zij langzaam. De
£leS6ingen die hij gedaan heeft, zijn vrees
jp geheel gelukkig gebleken. De waar-
'ra aandeelen ls gestadig gedaald en
r^chien heeft hij dat gelijk dit aan Ryan
"titen. Maar ik geloof niet, dat hij recht
heeft de waarde van bouwland met ge
weld te doen dalen, waarop de B.F.I.
hypotheek heeft.
Neen, stemde Eric toe. Door het ge
heele land heen moest de waarde van lan
derijen dalen na de stijging tijdens den
oorlog.
Dat geloof ik ook. Maar vader is min
of meer fanatiek op het punt van Ryan.
Zij vertelde haar laatsten twist met
haar vader en Eric luisterde ernstig en
goedkeurend.
Och, waarom gebeurt er niets, dat ons
zonder zijn ellendige geld achterlaat?
eindigde zij hartstochtelijk.
Je hebt het hem zeker goed gezegd,
kindje, zei Eric grinnikend, toen zij zweeg.
Enkele oogenblikken keek hij peinzend
naar het paneel, dat de muur-brandkast
verborg. Hij dacht er over, of het wijs was,
de woorden te spreken, die eerlijkheid hem
op de lippen dreef.
Enid, zei hij eindelijk met ernstige
stem, terwijl zijn hart onrustig klopte. Ik
heb er over gedacht. Zeer blijkbaar heeft
mijn vader een leening gesloten op die
obligaties. Hoeveel en waarom, dit zijn
dingen, die ik niet weet, ofschoon ik ge
voel, dat ik ze behoorde te weten. Vader's
geheimzinnigheid bevalt me niet, even
min als de tegenwoordige houding van sir
Peter En ik wind het vreeselijk om te
zeggen Enid ik geloof dat mijn vader
van geluk zal mogen spreken als hij die
obligaties ooit weer ziet.
Het meisje keek hem met verschrikten
blik aan en ging stijf rechtop zitten.
Eric nam zijn arm van haar middel weg
en voelde met zenuwachtige vingers naar
zijn sigarettenkoker.
Je denkt datdat sir Peter hem
daarmee zal oplichten?
De stem van het meisje klonk strak en
haar oogen drukten een angstige
vraag uit.
Eric wachtte lang voor te antwoorden.
Hij wist, dat van zijn antwoord de geheele
toekomst afhing, de toekomst, die opeens
een hoogere waarde had gekregen, zijn
toekomst met Enid. Maar hij wist, dat het
goed zou zijn zijn gedachten uit te spre
ken. Het zou oneerlijk zijn ze achter te
houden.
Ja, antwoordde hij zacht, dat
denk ik!
Hij vond zijn sigarettenkoker en het was
hem ongewoon moeilijk dien te openen. Hij
draaide hem onbeholpen om en om. Hij
durfde niet op te zien. Hij vreesde den
toorn, dien hij voelde, dat in Enid's oogen
moest schitteren, en hij vroeg zich reeds
af, wat hij zonder haar doen zou, zonder
deze prachtige kameraad, deze begrijpende
vrouw, die zooveel voor hem was gaan be-
teekenen. Hij spande zijn hart tegen de
hartstochtelijke verstooting, die hem voor
goed uit haar huis en haar hart zou
bannen.
En ik denk het ook.
De ongelukkige woorden eindigden in
een snik.
Enid!
Eric liet zijn sigarettenkoker vallen en
strekte zijn armen uit en dompelde onder
in romantiek met een gemak, die volko
men zijn gevestigde meening overboord
gooide, dat maanlicht en een strijkorkest
noodig waren om er goed van te genieten.
En in de volgende paar minuten werd de
stilte der kamer slechts verstoord door het
geluid van Enid's gesmoorde snikken en
het fluisteren van Eric's stem, toen hij
eenvoudige, troostende geluidjes in de
zware golven van haar haar maakte.
God! Als ik die Decker was, zou ik de
vervloekte obligaties onmiddellijk stelen!
waren zijn eerste verstaanbare woorden.
Enkele oogenblikken daarna was de
stilte volkomen. Toen sprak Enid, en hoe
wel haar woorden gesmoord werden door
zijn lapel, hoorde Eric ieder woord zeer
duidelijk:
De samenstelling is zeven, vijf, acht
één. Eric zette zijn oogen wijd open en
keek ongeloovig naar Enid's haar.
Hè?
Zeven, vijf, acht, één, herhaalde de
verstikte stem langzaam.
Eric ging rechtop zitten, greep Enid's
armen en schudde haar zachtjes.
Zij lichtte haar hoofd uitdagend op.
Nu, waarom niet? vroeg zij op vasten
toon. De obligaties zouden bij ons ten
minste veilig zijn. Zeven, vijf, acht, één is
de samenstelling van de brandkast. Ik
moet ze dikwijls open maken als vader
iets voor het kantoor noodig heeft.
Eric herstelde zich van zijn verbazing
en lachte luchtig.
Breng mij niet in verleiding, lieveling,
smeekte hij, haar weer in zijn armen ne
mend. Je weet, het is de eerste verkeerde
schrede, die den voet van een mensch op
het pad der zonde zet. En denk er eens
aan, als ik uitgleed
Maar je moet niet uitglijden! Je
moet
Hij viel haar op voldoende wijze in de
rede door haar voor den eersten keer op
haar lippen te kussen.
Eric!
Zij bloosde en weer trad een stilte op
in de kamer, een plechtige stilte, waarin
aan twee jonge harten een nieuwe hemel
en een nieuwe aarde werd geopenbaard,
welks wonderen hun heimelijkste ver
wachtingen overtroffen.
HOOFDSTUK XH.
Lee Wang bleef opeens staan, toen zijn
oogen vielen op de bewegenlooze en niets
ziende gedaanten op den Chesterfield. Hij
had gedacht, dat er niemand in de ka
mer was. Op zijn geel gelaat verscheen
een begrijpende glimlach en hij liep in de
richting van de salondeur. Hij bewoog zich
als een krab, met zijn aandacht ongelijk
verdeeld tusschen den Chesterfield en zijn
bestemming, en toen de wijde rok van
zijn gebloemden zijden jas vastraakte in
den kruk van het kabinet, waar de over
blijfselen van het zilver der Braces gebor
gen was, stiet hij een sissenden Chinee-
schen vloek uit, kuchte verontschuldigend,
en stond de gelieven aan te kijken met
een gelukkigen glimlach, die al zijn regel
matige, een weinig verkleurde tanden
deed zien.
Als men hem in zulk een houding zag,
was hij de belichaming van een goedaar-
digen Chinees, van wien de jaren niet te
veel vergden. Zijn leeftijd was niet te ra
den, evenmin als zijn gedachten, want zijn
gewone houding was die van ieder ander
Chinees die tallooze uren in wijsgeerige
overpeinzingen doorbrengt. Hij droeg de
kleeding van zijn land; kleurige pyama-
achtige kleedingstukken, met wijde, gol
vende mouwen, groote pantoffels van
rijststroo, en een zwart zijden mutsje, af
gezet met rood, terwijl zijn taal het een
tonige Pidgen-Engelsch van de Shangaï
Bond was.
In dit huis kende alleen sir Peter zijn
geschiedenis en alleen sir Peter gaf er
iets om.
Eric hief het hoofd voorzichtig op, keek
over het golvende haar van het meisje en
slaakte een zucht van verlichting, toen hij
den indringer herkende, van wien niet ver
wacht kon worden, dat hij de dringende
noodzakelijkheid van volstrekte afzonde
ring begrijpen zou.
Hallo, Lee, zei hij onverschillig, met
tegenzin terugkeerend naar een gewone
wereld, terwijl Enid verlegen rechtop ging
zitten.
Hallo, antwoordde de Chinees vroo-
lijk, terwijl zijn glimlach nog breeder
werd en hij goedkeurend met het hoofd
knikte. Je maakt het hof aan miss Enid,
hè? Goed, goed!
.(Wordt vervolgd).