LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 6 Februari 1932 Tweede Blad No. 22050 ILAND. van een economischen raad. N CENTRAAL ADVISEEREND COLLEGE. tsonlnerp bij de Tweede Kamer ingediend. diend is een wetsontwerp tot in- iai- ^f,n ec°nomischen raad. J™' aan dezen Raad is toe- de e«rste plaats een advi- zyn- De Raad zal, als •seerend college, desgevraagd oeweging, aan de regeering Moeten kunnen geven over an economischen aard in tprr'°' ziin adviezen zullen dp. v.an economische werk- rt,K 3?"® 6 moeten bestrijken oi die werkzaamheid uitslui- deeï^®i?ch departement dan denart.E? ln hoofdzaak een der fde ri(?enl'en betreft. Het is uit art 2 Jjfheel, dat gelijk het eerste 2 "«Paalt, niet slechts de mi nister, voor wien de behandeling der eco nomische belangen specifiek is, doch ook de hoofden der andere departementen van algemeen bestuur, waarbij in het bij zonder te denken valt aan die welker werkzaamheid een uitgesproken economi schen inslag heeft, de voorlichting van den Raad zullen kunnen inroepen, en dat, naar de bepaling van het tweede lid, de Raad elk departementshoofd, naar gelang van den bizonderen aard van het onder werp, uit eigen beweging van advies zal kunnen dienen. Het tweede lid van dit artikel geeft den Economischen Raad nog een andere be voegdheid, n.l. deze, om, indien hij het gewenscht acht de regeering van zijn mee ning over een bepaald onderwerp te doen blijken, zich daartoe, met voorbijgang van de departementshoofden, recht streeks te wenden tot den raad van mi nisters. Deze bevoegdheid kan haar nut hebben in gevallen, dat het onderwerpen betreft, welke verschillende departementen raken en waarvan de beteekenis een zoo danige is dat daarbij naar het inzicht van den Economischen Raad de behoefte aan eenheid in het economisch beleid der re geering duidelijk spreekt. Het derde lid van art. 2, voorschrijvende dat de Raad verder die werkzaamheden verricht, welke hem bij of krachtens de wet worden opgedragen, heeft voor het oogenblik nog geen praktische beteekenis. Evenwel schijnt het zeer wel denkbaar, dat in de toekomst van het voorschrift gebruik zal worden gemaakt. De Raad zal uit ten minste 10 en ten hoogste 15 leden moeten bestaan, te be noemen door de Kroon op voordracht van het hoofd van het departement, dat in het bizonder de economische belangen heeft te behartigen. Naar het oordeel van den minister van arbeid, handel en nij verheid, die deze memorie van toelichting heeft onderteekend, zal de Raad het ka rakter moeten dragen van een college van deskundigen van personen, die, onafhan kelijk van de wenschen van bepaalde be langengroepen, objectief hun meening weten te geven en ln staat zijn. zich daar bij, zoo noodig met terzijdestelling van het belang, dat hun bizondere kennis heeft, naar het algemeen economisch be lang te richten. In den Raad zullen vooreerst zitting moeten hebben eenige algemeen onder legde economen van erkende bekwaam heid. Daarnevens een aantal vooraan staande deskundigen uit de voornaamste takken van bedrijf, waaruit het Nedgr- landsche bedrijfsleven wordt gevormd. Voor wat deze laatsten betreft, valt te denken aan deskundigen uit den handel, de industrie, den landbouw, de scheep vaart en het bankwezen; het zal aanbe veling verdienen daarnaast nog aan een afzonderlijk deskundige uit den midden stand een plaats in te ruimen. Vertegenwoordigers van departementen van algemeen bestuur zullen, naar de mi nister zich denkt, niet als zoodanig in den Raad worden benoemd. Wel zal voor de hoofden der departementen gelegenheid bestaan, zich in de vergaderingen van den Raad door ambtenaren te doen ver tegenwoordigen. Op die wijze schijnt een blijvend contact met de regeering vol doende verzekerd Volgens art. 4 van het ontwerp zullen de leden van den Economischen Raad om de vier jaar aftreden en aanstonds weder benoembaar zijn. Art. 5 beoogt het instituut van vaste commissies van advies in te schakelen aan welke, hoewel formeel tot den Raad behoorende, een zelfstandige taak kan worden toegekend, een en ander volgens door de Kroon vast te stellen regelen. Voorts kunnen ingevolge art. 8 voor bepaalde onderwerpen bizondere commis sies worden ingesteld. DE WEG LANGS DE SMILDERVAART. Blijkens zijn antwoord op desbetreffende vragen van het lid van de Eerste Kamer den heer Rugge kan de minister van Waterstaat niet toegeven dat de ongeluk ken op den weg langs de Smildervaart uitsluitend of voornamelijk het gevolg zijn van den toestand van den weg. Wel kan worden erkend, dat de weg niet ten volle voldoet aan de eischen, welke met het oog op het verkeer moeten worden ge steld, doch dit moet voor bestuurders van motorvoertuigen een reden te meer zijn om voorzichtigheid te betrachten. Reeds geruimen tijd zijn plannen voor de verbetering van de wegverbinding Assen—Meppel opgemaakt en onderzocht. Men zal echter om financieele redenen eerst een beslissing kunnen nemen, wan neer bekend is, wat zal geschieden met de op den weg aanwezige tram. Deze zaak is nog in onderzoek bij de commissie voor het tramvraagstuk. Verwacht wordt, dat deze aangelegen heid binnen niet al te langen tijd kan worden opgelost. Alsdan zal zoo spoedig mogelijk met de wegverbetering worden aangevangen. O MANOEUVRES IN DE ALPEN. - Te Briangen zijn de wintermanoeuvres der Alpenjagers gehouden. DE ZEE GEEFT HAAR PROOI TERUG. - anker van de „Stanfries IV die tijdens gisteren geborgen. - De ketel, schoorsteen en het reserve stormweer op de Zuiderzee verging. zijn De ketel wordt gelicht. DE ZUIDERZEEWERKEN. Een geheele schuit volgeladen met aantal tractors, bestemd voor de werkzaamheden in den Wie- Deze niet alledaa gsche lading in de Amsterdamsche haven trok veel belangstelling. Dr. A. VAN VOORTHUYSEN, Ne- derlandsch Inspecteur van 't Bui tengewoon Lager Onderwijs te Utrecht, wordt morgen. 60 jaar. DE STRIJD IN HET VERRE OOSTEN Chineesche soldaten brengen per tractor groote wagens munitie en andere oorlogsbenoodigdheden naar liet front. Een beeld zooals er dagelijks tientallen in de omstreken van Nanking en Sjanghai te bespeuren zijn. DE TERAARDEBESTELLING van het stof felijk overschot der slachtoffers van den brand aan den Trekweg te Den Haag he eft gistermiddag onder zeer groote belang stelling plaats gehad. - De stoet op weg naar de begraafplaats. VELER OOGEN GERICHT ZIJN. - De Chineesche gedelegeerden op dc te Genève in onderlinge beraadslaging. Met pa pier in W. Yen in gesprek met dr. Hoo Chi Tsai over de Chmeesch- Japansche kwestie.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5