PAST OP DE KLEINTJES
WAT KIKKER KAREL EN TUIMELTJE BELEEFDEN.
FAILLISSEMENTEN.
FINANCIEEL OVERZICHT.
55. Och, och, wat waren die twee kikkers geschrokken. 56. Intusschen ijlden Tuimeltje en kikker Karei naar
Ze dachten dat er een aardbeving kwam en werden bleek het tentje terug en zaten daar lekker te smullen. De
van schrik. „Daar snap ik niks van", zeiden ze tegen koek was veel eerder op dan ze verwacht hadden, maar
elkaar en de oudste met het geruite jasje aan was dade- ze hadden er toch plezier :n. die anderen zoo fijn beet te
lijk in de weer om te achterhalen wat dat geheimzinnige hebben genomen. Met een voldaan gezicht zaten ze over
verdwijnen te beteekenen had. „Laten we in den grond het geval te platen, toen de koppen van de twee be
kruipen", zei hij tegen zijn vriend en zoo goed en zoo drogen kikkers uit den grond opdoken. Nou, wat Tuimeltje
kwaad als het ging wrongen zij zich door de opening en en kikker Karei het op een loopen zetten 1
klauterden zoo naar beneden.
RECLAME. 4977
CDtTP FOjPlfff A O rheumatiek. jicht, griep, hoofd-, kies» en zenuwpijn wordt volgen» 6000 A
I r*H I geneeiheeren op de mee»t afdoende wijze bestreden door Togaltablet» B 8 l( A I
J ten Togal achaadt noch Uw hart, noch Uw maag en kan duswordenln»
genomen door hen die andere middelen slecht verdragen. Togal hielp waar andere middelen geen baat brachten. Bij Apoth. Drog. f 0.80
DE TOL BIJ DE HOORNBRUG.
Met ingang van 1 October j.l. is de aan
de gemeente Delft verleende concessie tot
tolgeldheffing op den Haagweg ingetrok
ken. zoodat deze weg dus sinds gisteren
tolvrij is.
Sedert menschenheugenis heeft deze
tol, welke eigendom was van de gemeente
Delft bestaan. Den laatsten tijd werd hij
reeds gemeden door het overgroote deel
van het verkeer, dat gebruik maakte van
den nieuwen weg en op die wijze den cijns
ontliep.
o
LANDELIJK OVERLEG TUSSCHEN
HUISVROUWEN- EN MIDDENSTANDS
ORGANISATIE.
Een centrale Contact-Commissie gevormd.
Op verzoek van het hoofdbestuur van de
Nederl. Vereeniging van Huisvrouwen
heeft er eenigen tijd geleden een confe
rentie plaats gehad tusschen een delegatie
uit dit hoofdbestuur en het Algemeen Be
stuur van den Koninkl. Nederl. Midden
standsbond. In deze vergadering, welke
gehouden werd ten bureele van den Mid
denstandsbond en onder leiding van diens
voorzitter, den heer Ed. S. Schiirmann.
werd in de eerste plaats besproken de ver
houding van de contact-commissies tus
schen de afdeelingen van de Nederl. Ver
eeniging van Huisvrouwen en de plaat
selijke middenstandsvereenigingen pener-
zijds en de landelijke organisaties van
huisvrouwen en van den middenstand
anderzijds.
Het bestaan van genoemde commissies,
welke zeer nuttig werk kunnen doen door
wederzijdsche voorlichting en verbetering
van de verhouding tusschen consument en
distribuant, werd algemeen toegejuicht.
Meermalen zijn over belangrijke vraag
stukken en kwesties rapporten verschenen,
welke ook uit algemeen oogpunt van
groote beteekenis waren.
Uit het feit. dat reeds landelijke confe
renties van contact-commissies plaats
hadden en dat gesproken is over de wen-
schelijkheid van een centraal punt voor
uitwisseling van rapporten, gegevens,
denkbeelden enz., stelde men vast, dat het
oogenblik gekomen is, waarop de hoofd
besturen zelf tot georganiseerd overleg
dienen te komen.
Nadat men het hierover eens was ge
worden, werd de vraag besproken op welke
wijze de uitvoering zou kunnen geschieden.
Van de zijde van den Koninkl. Nederl
Middenstandsbond werd daarop voorge
steld over te gaan tot het oprichten van
een Centrale Contact-Commissie, be
staande uit vertegenwoordigers van beide
besturen. Deze commissie zou zich in de
eerste plaats bezig kunnen houden met
het behandelen van onderwerpen van alge-
meenen aard. waarbij zoowel huisvrouw
als middenstander belang hebben. Voorts
is overwogen in hoeverre zij op nader te
bepalen wijze verband zou kunnen houden
met de plaatselijke contactcommissies,
voor welke zij tevens als centraal punt kan
dienen.
Nadien is deze aangelegenheid ook be
sproken in de algemeene vergadering van
de Nederlandsche Vereeniging van Huis
vrouwen te Assen. Als gevolg hiervan is
besloten de kwestie van de regeling der
verhouding van de plaatselijke Contact
commissies tot de Centrale Contact-Com
missie aan een nader onderzoek te onder
werpen. Daartoe is een commissie benoemd
waarin van de zijde van de Nederl. Ver
eeniging van Huisvrouwen zitting genomen
hebben mevr. J. MarcusNijland (Apel
doorn), mevr. H. A. van RielSmeenge
i Assen) en als plaatsvervangend lid mevr.
D. OppenheimerBelinfante ('s-Graven-
hage), namens het Hoofdbestuur mevr. M.
M. KleinCoster Cs-Gravenhage) mevr.
Chr. J. Cohen TervaertKoch (Haarlem),
mevr. H. Th. de Jong—van Rhienen (Am
sterdam), mevr. Mr. B. Cohen Tervaert—
Houwing (Utrecht) en mevr. A. Vromans
Vromen (Gouda), dames-leden van plaat
selijke contactcommissies. Door den Kon.
Nederl Middenstandsbond zijn als verte
genwoordigers in deze commissie aange
wezen de heeren J. K. W. F. van Bommel,
J. Cohen en F. L. van der Leeuw, allen
te 's-Gravenhage, namens het Bondsbe-
stuur, alsmede I. van Huiden te Dordrecht
en L. J. G. v. d. Maesen te Amsterdam,
namens de plaatselijke middenstandsver
eenigingen.
In afwachting van het rapport dezer
commissie, blijft de verhouding tusschen
plaatselijke commissies en de Centrale nog
ongeregeld.
Waar echter de oprichting der Centrale
Contact-Commissie als zoodanig voldoende
instemming heeft gevonden, hebben de
samenwerkende hoofdbesturen besloten
tot uitvoering van dit onderdeel over te
gaan en haar officieel in te stellen.
Reeds eerder werd besloten, dat drie be
stuursleden voor elke organisatie in de
commissie zitting zullen nemen en zijn al-
zoo in de Centrale Contact-Commissie
benoemd de dames J. MarcusNijland
(Apeldoorn), H. A. van RielSmeenge
(Assen) en Mr. D. Oppenheimer—Belin
fante ('s-Gravenhage), resp. voorzitster,
onder-voorzitster en secretaresse van de
Nederlandsche Vereeniging van Huis
vrouwen alsmede de heeren J. K. W. F.
van Bommel, S. P. Lips, beiden te 's-Gra
venhage en A. T. Meijer te Groningen,
resp. penningmeester en bestuursleden van
den Koninkl. Nederl. Middenstandsbond.
In onderling overleg is tot secretaris der
Commissie benoemd de heer' F. L. van der
Leeuw. adj. directeur van het Bureau van
den Koninkl. Nederl. Middenstandsbond
en is het secretariaat gevestigd aan het
Noordeinde 35 te 's-Gravenhage. De com
missie zal binnen afzienbaren tijd haar
werkzaamheden aanvangen.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Gisteren is te 's-Gravenhage in den
ouderdom van 68 jaar, overleden, mr. L.
J. M Basquin, oud-lid van den Pensioen
raad.
Dr. O. Norel, predikant der Nederl.
Herv. Gemeente te Leeuwarden heeft zijn
benoeming tot predikant-directeur der Ne-
derlandsch Hervormde Diaconesse Inrich
ting aan den Overtoom te Amsterdam aan
genomen.
Te Winschoten is gisteren burge
meester Schbnfeld gehuldigd ter gelegen
heid van zijn zilveren ambtsjubileum. Aan
de Oosterhaven werd de Schönfeld-fontein
met rustbank, onthuld.
Het uitgaande postvliegtuig „De
Valk" is gisteren te Boedapest en het re
tourvliegtuig ,De Specht" te Leipzig aan
gekomen.
In verband met de ongunstige tijds
omstandigheden zullen de gebruikelijke
herfstjachten op herten dit jaar op Het
Loo niet gehouden worden.
Het voor rekening van de Maat
schappij „Nederland" op de werf der Ne
derlandsche Scheepsbouw-Mijte Amster
dam nieuwgebouwd motorschip „Tojan-
doen", uitgerust met een 7000 PK. Sulzer-
motor, is gisteren voor het houden van
een tweedaagschen proeftocht van IJmui-
den naar de Noordzee vertrokken. Ge
noemd motorschip is een zusterschip van
het kortgeleden door de Nederl. Scheeps
bouw-Mij. aan genoemde reederij opge
leverd m.s. „Tawali" (10.300 tons laadver
mogen).
Gisteren was het 12'/- jaar geleden,
dat mr. P. J. Oud de functie van secreta
ris van het hoofdbestuur van den Vrij
zinnig Democratischen Bond aanvaardde.
De vrijzinnig-democratishe partij zal hem
De vrijzinnig-democratische partij zal hem
op een nader te bepalen dag openlijk hul-
De Kamer van Koophandel te 's-Her-
togenbosch heeft er telegrafisch bij de
directie der Unilever te Rotterdam op aan
gedrongen Hartog's fabrieken te Oss niet
te sluiten, althans de beslissing voor den
komenden winter op te schorten.
UIT NED. OOST-INDIE.
DE KRAKATAU.
BANDOENG, 1 October. (Aneta). De
leider van den vulcanologischen dienst is
van Long Eiland teruggekeerd. Hij rappor
teerde, dat de werking van de Kraketau
thans heeft opgehouden. Hedenochtend
loopt de plaatselijke bewaking af. Aan
den resident van Bantam is verzocht vanaf
de kust den Krakatau in het oog te doen
houden.
Uitgesproken:
J. Blonk, Nieuwerbrug, gem. Bodegraven.
R.-c.: mr. A. D. v. Regteren Altena. Cur.:
mr. A. A. N. Thomson, Bodegraven.
RECLAME.
Bestel Uw brandstof bij Wijntjes.
(Zonder Zomerprijzen). 4971
De spanning op de fondsenmarkt sterk
verminderd - Het Pondenbezit der
Nederlandsche Bank - Tijdelijke ophef
fing van den gouden standaard in
Scandinavië - Krachtig herstel van
het Pond Sterling - Bankmoeilijk-
heden in Amerika en Frankrijk -
Krachtige bezuinigingspolitiek in
Ned.-Indië - Vrees voor Engelsche
valutaconcurrentie.
De bijna ondraaglijke spanning, waar
aan de fondsenmarkt aan het einde der
vorige en den aanvang van deze week
heeft blootgestaan, is aanmerkelijk ver
minderd. Nog altijd zijn de koersfluctua
ties voor aandeelen scherp, doch op de
obligatie-markt heeft het aanbod voor
nieuwe vraag plaats gemaakt en de pa
niekstemming voor het oogenblik over
wonnen.
Voor een niet gering deel is dit toe te
schrijven aan de duidelijke verklaring van
de directie der Nederlandsche Bank, die
zich vooral daardoor gunstig onderscheid
de van soortgelijke mededeelingen in an
dere landen dat men zich niet beperkt
heeft tot vage en weinig zeggende uitin
gen, doch rechtstreeks is ingegaan op de
van verschillende rijden geuite vrees ten
aanzien van bepaalde punten. De onbe
schroomdheid, waarmede deze punten
door de Nederlandsche Bank naar voren
zijn gebracht, vormde wel haar grootste
kracht, die dan ook haar uitwerking heeft
gemist.
De kern van de mededeeling was na
tuurlijk de categorische verklaring, dat
de Nederlandsche Bank den gouden
standaard onvoorwaardelijk zal handha
ven. en dat inflatie van het ruilmiddel
niet aanwezig en niet te verwachten is.
Daarnaast werd echter een ander punt
naar voren gebracht, dat sinds de ophef
fing van den gouden standaard in Enge
land en de daarop gevolgde waardever
mindering van het Pond Sterling nog
al wat ongerustheid had gewekt, nl. de
kwestie van den omvang en de beteeke
nis der op het Pondenbezit der Bank te
verwachten verliezen.
Vooropgesteld zij, dat deze ongerust
heid op zich zelf reeds geheel ongemoti
veerd was. In tegenstelling met verschil
lende buitenlandsehe circulatiebanken,
die volgens de wettelijke voorschriften
ook haar buitenlandsehe wisselporte
feuille bij het dekkingspercentage van de
bankbiljettencirculatie mogen medereke-
nen. bestaat bij ons te lande de dekking
der bankbiljeten uitsluitend uit goud. De
wettelijke minimum-dekking voor bank
biljetten en andere „direct opeischbare
verplichtingen" (assignatiën en rekening
courant saldo's) bedraagt 40 pet., doch in
1 werkelijkheid is de goudvoorraad der
Bank omstreeks f250 millioen grooter
dan het voor deze dekking benoodigde be
drag. Daarnaast beschikt de Bank dan
over een groot bedrag van buitenland
sehe wissels, (volgens de laatsten Bank-
staat f.218 millioen), dat voor een deel
uit Ponden Sterling bestaat. De omvang
van deze buitenlandsehe wisselporte
feuille schommelt vrij sterk, als gevolg
van de functie, die zij onder normale om
standigheden vervult. Zij dient er nl.
vooral toe, om fluctuaties in den wissel
koers tot een minimum te beperken,
waarbij wordt uitgegaan van de wensche-
lijkheid. om den koers van den Neder-
landschen gulden zoo stabiel mogelijk te
houden. Bestaat er b.v. op een gegeven
oogenblik zooveel aanbod van guldens te
genover den dollar, dat het punt bereikt
dreigt te worden, waarop gouduitvoer uit
ons land voordeelig zou gaan worden,
dan laat de Nedperlandsche Bank het
veelal zoo ver niet komen, doch verleent
zij door verkoop van door haar in porte
feuille gehouden dollarwissels steun aan
den gulden. Verandert de situatie, dan
vult zij haar wisselportefeuille weder aan,
door tegen een goedkooperen koers weer
dollarwissels terug te koopen. Op dezelfde
wijze elimineert zij de fluctuaties van den
gulden ten opzichte van andere valuta's
zooveel mogelijk.
Deze „goud-wisselpolitiek" beteekent
dus, dat de functie van het op peil hou
den van den wisselkoers, die anders door
het goud tezamen met de disconto-poli
tiek zou moeten worden vervuld (waarbij
echter de schommelingen in den wissel
koers scherper zouden zijn) ten deele door
de buitenlandsehe wisselportefeullle wordt
waargenomen. In tegenstelling met den
goudvoorraad, die renteloos ln de kelders
der Bank ligt opgeslagen, is de wissel
portefeuille geen „dood bezit" doch brengt
deze de Bank een behoorlijke rente op.
In de verklaring der Nederlandsche Bank
is te kennen gegeven, dat zij, op grond van
nog zeer onlangs met de Bank van Enge
land gehouden besprekingen alle reden
heeft, om aan te nemen, dat voor haar in
de toekomst geen verlies op haar Ponden
bezit is te duchten. Stel echter, dat dit
laatste wel het geval zou zijn geweest of
nog zou worden. Dan zou dit alleen een,
voor de aandeelen der Bank niet zeer aan
genaam verlies beteekenen; de positie
van den gulden zou er echter in geen
enkel opzicht door worden verzwakt. Zoo
dat de Bank dan ook met de grootste stel
ligheid kon verklaren, dat haar bezit aan
Ponden Sterling voor haar nimmer eenige
belemmering kan zijn, om haar functie
als circulatiebank en centrale bank in
haar vollen omvang uit te oefenen.
De invloed der verklaring van de Neder
landsche Bank zou zich ongetwijfeld on
middellijk nog sterker hebben doen gevoe
len. ware het niet, dat op den eersten dag
der week het bericht was binnengekomen,
dat Zweden en Noorwegen niet bestand
zijn gebleken tegen den druk, die op hun
valuta's in den jongsten tijd is uitge
oefend. zoodat zij den gouden standaard
eveneens tijdelijk hebben opgeheven, zij
het ook voor een korteren tijdsduur dan
in Engeland, nml. voor circa 2 maanden;
Denemarken volgde kort hierop met een
zelfde besluit. Tegelijkertijd werd het
disconto in de Scandinavische landen tot
8 pCt. verhoogd, een maatregel „tot be
scherming der valuta", welks uitwerking
onder de tegenwoordige omstandigheden
zeer twijfelachtig is. Immers speelt, wan
neer het wantrouwen zich eenmaal van
de gemoederen meester heeft gemaakt en
tot een „vlucht voor de valuta" leidt, een
paar procent» rente meer of minder slechts
een ondergeschikte rol.
Van geheel anderen aard is de disconto-
verhooging met één procent, waartoe de
Nederlandsche Bank in de afgeloopen
week is overgegaan. Het officieele rente
tarief bewoog zich hier nog op het uiterst
lage niveau van 2 pCt, Niet alleen zijn de
internationale geldkoersen in den laatsten
tijd weer naar boven gericht, maar ook
hier te lande zijn de koersen op de open
markt sterk gestegen (gevolg van de
terughouding der geldgevers wegens den
onzekeren toestand en het streven der
banken, haar positie zoo liquide mogelijk
te houden. Het particuliere disconto was
tot boven het bankdlsconto gestegen, en
derhalve werd in voortdurend sterkere
mate een beroep op de Nederlandsche
Bank gedaan. De disconto-verhooging hier
te lande sproot dus voort uit gelijke over
wegingen als die, waarin disconto-verhoo
gingen onder normale omstandigheden
hun oorzaak vinden, ln tegenstelling met
dergelijke maatregelen in de Scandinavi
sche landen en in Engeland, waar boven
dien het hooge peil der rentetarieven op
zichzelf reeds als een noodsein kan wor
den beschouwd.
De nervositeit ten opzichte van het Pond
Sterling is overigens sinds de vorige week
verminderd. De koers heeft zich zelfs niet
onbelangrijk kunnen herstellen en heeft
zich op het hoogere niveau goed kunnen
handhaven. Afgewacht dient echter te
worden, of de scherpe fluctuaties voorgoed
voorbij zijn. Van een normale ontwikke
ling van vraag en aanbod is nog geen
sprake en de binnenlandsche politieke
toestand in Engeland in de eerste plaats
de mogelijkheid van spoedige nieuwe ver
kiezingen, vormt een factor van onze
kerheid. Hiertegenover staat, dat een deel
van het, uit Engeland gevluchte kapi
taal, reeds weer begint te vloeien, wat
blijkbaar verband houdt met de overwe
ging, dat de onzekere toestand in ver
schillende buitenlandsehe staten ook geen
absolute veiligheid waarborgt.
De lust, om geld in Amerika te beleg
gen, wordt sterk bekoeld door de nieuwe
scherpe koersdaling op de New-Yorksche
beurs, niet alleen voor aandeelen, maar
ook voor obligation. Opnieuw hebben ver
schillende Amerikaansche banken haar
deuren moeten sluiten; het gaat hierbij
meerendeels wel om kleinere instellingen,
maar men vraagt zich af, of de moeilijk
heden zich tot deze zullen kunnen blijven
beperken, nu de koersdaling nog steeds
verdere vorderingen maakt en de toestand
X.
In een benedenzaal van het paleis
d'Este ligt Walfried. De zoele lentelucht
stroomt naar binnen door de openslaan
de deuren; een geur van bloemen en het
zacht gefluit van een jonge merel spre
ken van voorjaar, van liefde, van geluk.
Maar niet tot den man. die daar ligt uit
gestrekt. Hij ligt half versuft, meer dood
dan levend, en slechts een enkele ge
dachte schijnt bij hem nog helder te zijn.
Nu en dan opent hij zijn vermoeide oogen
en zijn blik richt zich vragend r.aar
Gualtiero, die hem wel begrijpt.
Ja, misschien is zij weldra hier: de
koerier is nog niet terug, hij kan toch elk
oogenblik komen.
En de oogleden van den zieke sluiten
zich weer, zonder dat hij een woord heeft
geuit.
Wat Gualtiero aan Silvia niet geschre
ven heeft, weet hij nu. Voordat hij naar
Modena vertrok had de markies hem iets
verteld, dat hem al het andere beter heeft
doen begrijpen.
Toen ze de Villanova in Vlaanderen
hadden ontmoet, was hij dikwijls alleen
met Walfried geweest en eiken keer vond
de markies Walfried zeer ontdaan, maar
hij had nooit lets van hem kunnen ver
nemen. Op een ochtend, kort voor het
vertrek uit Duinkerken, zag de markies de
Villanova met haastige schreden het ver
trek, waar Walfried zich bevond, verlaten,
en kort daarna had hij op zijn Spaansch
schip de haven verlaten. Maar de markies
d'Este vond zijn Jonge verwant in een zeer
opgewonden toestand', hij had hooge
koorts en ijlde voortdurend
De naam van Silvia kwam dikwijls op
zijn lippen en hij smeekte haar om bij
hem te komen. Zijn wond verergerde
daardoor Een paar dagen later lag hij
weer rustig en kon hij zelfs in de kamer
loopen, maar zijn heele houding was ver
anderd. Het was of hij alles vergeten was
en hij vroeg niet meer naar Silvia en
zijn kind.
Wezenloos kon hij lang zitten, staren,
zonder een woord te spreken. De markies,
die naar zijn woonplaats verlangde terug
te gaan besloot hem zoover mede te ne
men. Met veel zorg bracht hij hem tot
Turijn. Daar verergerde al spoedig de
toestand van den armen Walfried, de
dokter, die bij hem werd geroepen, con
stateerde eene langzame vergiftiging. Dat
was het dus.
Om hem het medaillon en de andere
voorwerpen af te nemen had de Villanova
hem iets ingegeven, dat hem niet dade
lijk maar toch langzaam zou dooden!
Er was geen hoop meer; toen Silvia
binnentrad, zag zij dadelijk, dat zij niet
veel later had moeten komen om haar
man nog in leven te vinden. Zij hield zich
dapper genoeg en verliet geen oogenblik
den armen krijgsman, die nu zijn laatsten
strijd streed
Twee dagen daarna was Silvia'weduwe.
Alfonso was te jong om zijn groot ver
lies te kunnen begrijpen; hij schreide om
dat hij zijn moeder zag weenen, en hij
troostte haar en zei:
Moeder ween niet, als vader niet te
rug komt, zal ik wel voor u zorgen.
Het stoffelijk overschot van den jongen
dapperen Walfried werd in de kerk van
de heilige Annunziata in allen eenvoud
bijgezet in het graf van den tak der fa
milie d'Este, die sedert eenige jaren te
Turijn was gevestigd.
De weduwe-sluier onttrekt soms aan de
blikken veel ellende, veel leed: wij zulien
dat leed eerbiedigen en eenige bladen om
slaan van het boek der eenzame vrouw
Maar nu wordt den lezer verzocht even
mee naar Avenza terug te keeren.
De herbergier, die zoo verbluft was door
het optreden van de Villanova, begreep
spoedig, dat er onraad was met Rinaldo
en zijn mannen, daar zij niet terug waren
gekomen. Hij verzon iets om achter de
waarheid te komen. Hij riep een aardigen
staljongen, een opgewekten knaap met
donkere fonkelende oogen en gaf hem
een mand met wijn te dragen vervol
gens nam hij zelf een mand met eieren,
versche broodjes en andere provisie; hij
begaf zich naar de haven en met zijn
eigen roeiboot kwam hij bij het Spaan-
sche schip. Toen begon hij een liedje te
fluiten, een liedje, dat Rinaldo wel kende.
Bij het schip gekomen Het hij de manden
zien aan de matrozen en legde hun uit,
dat het van de Villanova kwam.
De matrozen, geen kwaad vermoedende,
lieten de herbergier en den jongen knaap
aan boord komen; ze pakten gretig toe en
wilden dadelijk den Italiaanschen wijn
proeven, die hun best smaakte. Toen een
paar fiasco's geledigd waren, begonnen
zij vroolijk te zingen. De herbergier ging
door met fluiten, terwijl hij de kajuit na
derde, waar Rinaldo was opgesloten. Toen
hoorde hij, dat daarbinnen hetzelfde
deuntje werd gefloten. Op een gegeven
oogenblik gaf de herbergier een gewel
digen slag tegen de kajuitdeur en het
slot sprong open. Er ontstond groote ver
warring; de matrozen, die niet vast op
hun beenen stonden, werden met gemak
neergeslagen en konden niet meer op
staan. De herbergier en zijn jongen hiel
pen de gevangenen ln het bootje en ver
lieten daarna zelf het schip. Toen vatte
een van hen den kabel van het anker en
sneed dien door. zoodat het schip weg
dreef uit de kleine haven naar de open
zee. Het bootje kwam behouden aan wal.
Rinaldo werd door den herbergier op de
hoogte gebracht van de Villanova's han
delingen op dien morgen. En nadat hij en
zijn mannen een flinke versterking had
den genomen, keerden zij naar Montig-
noso terug, slechts half vermoedend wat
hun daar te wachten stond.
XI.
Ten zuid-oosten van Turijn, aangeleund
tegen de uitloopers der hooge Alpen, ligt
de kleine stad Pinerolo. aan den ingang
van twee prachtige valleien met voor zich
een uitgestrekte vlakte, waarin, als
kleine witte eilandjes in een zee van
groen, honderden dorpjes en gehuchtjes
liggen.
Van den Oliveto-berg, waarop een cud
klooster staat, dat jaren geleden tot villa
werd ingericht, en die nu weer tot toe
vluchtsoord voor nonnen dient geniet
men een zeldzaam mooi uitzicht op de
zich op den achtergrond verheflende
Cottische Alpen en de, met eeuwige
sneeuw hedekte schilderachtige toppen
van den Monte-Viso, den Mont-Blanc en
den Mont-Rose.
Vlak bij is de Rocca di Cavour, een
kleine ronde heuvel, die een mierenhoop
schijnt in de onmetelijke vlakte. Daar i
werd Cavour, de groote Italiaansche
staatsman (18101861), geboren.
Op dat schaakbord werden groote en I
belangrijke partijen gespeeld; groote
veldslagen onder Catinat geleverd (1690,
1692 en '93).
Vijf legers bewogen zich daar, in het
dal, de heuvels op en af: Piëmontezen,
Engelschen, Hollanders. Duitschers van
het rijk en van het Electoraat Walden-
sen en Protestanten uit Frankrijk, Victor
Amadeus II en Eugenio van Savoye die
de vrijheid van Europa op den mach
tigen Lodewijk XIV trachten te ver
overen.
De citadel van Pinerolo, met haar
hooge muren en haar geheimzinnige
gevangenissen, hield lange Jaren menig
beroemd man gevangen, die daar ver
toefde ln weelderige vertrekken, zooals de
intendant Fouquet, die er na een verblijf
van 19 Jaar stierf, en zijn beruchte dienaar
Eustache Danger, de nog beroemder Lau-
zum en de geheimzinnige persoon bekend
als le Masque de fez.
Die tijden zijn goddank voorbij; nu
spreekt alleen de herinnering van de wa
penfeiten, de heldendaden en de bloedige
tooneelen, die zich daar afspeelden, voor
de onafhankelijkheid van een volk, voor
de vrijheid van verschillende landen, voor
de toen nog pas ontstane vredes-idee, die
na zooveel eeuwen nog steeds een ideaal
blijft, al is thans een paleis verrezen om
het ideaal te verwezenlijken, dat de Zoon
des Menschen verkondigde: Vrede op
aarde
Daar, op de loggia's van den Mont Oll-
veto, als de maan haar zilverglans giet
over die mooie vlakte, op de boschrijke
heuvels, heerscht een kalmte, die van
vrede spreekt. Het verre ruischen van de
sympathieke Chison en de Lemina, de
bergstroomen, die uit de hooge Alpen
zich naar beneden storten, wisschen het
bloed uit, dat er eens stroomde, en de
koele wind uit de besneeuwde toppen,
zuivert de lucht van de kruitdampen, die
in zware wolken daar lange jaren zweef
den.
Heerlijke zomernachten, bosschen vol
mysterie, brekende, bruischende golfjes
van de Chison ik bewonderde u eens
van het terras van het oude klooster; ik
droomde daar van de helden, die voor de
vrijheid van ons land streden; ik peinsde
er over de liefde van de prinsessen, die
lang geleden in een van de naburige kas-
teelen hun leven sletenIk hoorde het
zacht geluister der monniken, die voorbij
liepen, in de cadans van litanieën en het
geritsel van hun rozenkrans. O, wat een
zalig plekje vol weemoedige klanken, vol
herinneringen van lang vervlogen jaren.
(Wordt vervolgd).
2—