DE ZILVEREN JAARBEURS 1931
DAROL FARGUHAR'S
NACHTWANDELING
72ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 8 September 1931
Derde Blad
No. 21924
MET ONGEBROKEN KRACHT VOORWAARTS!
Bemoedigende vooruitzichten Zelfde aantal deelnemers
FEUILLETON.
Gematigd optimisme.
De 25ste Jaarbeurs: aldus een zilveren
jubileum! Hetgeen, ondanks de zware
tijden die wij thans beleven, aan den voor
avond van de officieele opening, op een
voudige, maar daarom niet minder har
telijke wijze, gevierd is! Vriendelijk en
hartelijk, dit lijken ons de juiste woorden
ook voor de stemming, die leder jaar weer
te Utrecht heerscht, wanneer de journalis
ten door den secretaris-generaal Graadt
van Roggen welkom geheeten en in een
fijn gestyleerd overzicht van het Utrecht-
sche Jaarbeurswezen op de hoogte worden
gesteld.
Men ziet bekende gezichten: leden van
den Raad van Beheer en vele functiona
rissen der Jaarbeursadministratie, oude
bekenden uit het journalistencorps, reeds
sinds lang met de Jaarbeurs vertrouwd,
men spreekt 'over den economischen toe
stand en de moeilijke vooruitzichten. Doch
merkwaardig.zelfs in dezen zwart-
galligen tijd, zijn deze beschouwingen
reeds dadelijk bij voorbaat lichtelijk in
majeur, onder den invloed als men is van
van de krachtige figuur van den heer
Graadt van Roggen, die zeker weer een
„frisschen kijk" op de dingen geven zal
en niet zoo somber is als de tallooze zwart
kijkers, die tegenwoordig ieder oogenblik
opduiken!
Ook ditmaal is de jaarlijksche rede ge
lukkig nog meegevallen! En het ver
heugende is dat de heer Graadt van
Roggen zijn gematigd optimisme in den
huidigen economischen toestand met
reëele, niet te logenstraffen bewijzen sta
ven kan: hij brengt niet zoo maar „praat
jes voor de vaak", doch heeft wel degelijk
reden, de omstandigheden niet te depri-
meerend op te vatten.
De Jaarbeurs staat er ook ditmaal
'goed voor: al zouden wij het niet van
den inleider zelve vernomen hebben, dan
toch ware het ons duidelijk geworden uit
de aanwezigheid der tallooze „stands", die
weer even aantrekkelijk zijn als steeds,
waaraan gearbeid wordt met een ferme
energie en ook ditmaal velerlei „nouveau-
té's" brengen, die ook al een bezoek voor
ieder belanghebbende, tot een dringende
noodzakelijkheid maken. Wil hij tenminste
contact houden en met zijn tijd mee blij
ven gaan!
De woorden van den heer Graadt van
Roggen getuigden ditmaal wel sterk van
den nood der tijden hoe zou het ook
anders kunnen? doch openden daar
naast eenige hoopvolle perspectieven', zij
waren af en toe 'n verademing na den
stroom van alarmeerende berichten over
„afbraak" en „naderende chaos", die sinds
maanden als 'n lawine op het ongelukkige
menschdom zijn neergestort!
Zij getuigden ervan, hoe onze industri-
eelen een nieuwen koers inslaan, hun tijd
begrijpen en zich weten aan te passen
aan nieuwe verhoudingen. Men laat zich
niet ter neer slaan, zoekt integendeel naar
nieuwe wegen, al weet nog niemand of
deze op de juiste wijze bewandeld worden.
De toekomst zal het leeren
Aan de woorden van den heer Graadt
van Roggen ontleenen wij het volgende:
Rede van den heer Graadt v. Roggen.
Jammer genoeg, aldus ongeveer spr.,
valt de 25e Jaarbeurs in een voor handel
en industrie „beursch jaar" en treft wel
echt najaarsweer.
De benardheid van dezen tijd vormt
het hoofdbestanddeel van het geestelijk
voedsel, dat ons dagelijks wordt toege
reikt. Het kost moeite onze goede moeder
Aarde van een kwart eeuw geleden te her
kennen met haar behoorlijk uitgebalan
ceerde goederen-productie, haar hecht en
stevig credietstelsei, haar veelzijdig en
wijdvertakt distributiesysteem en haar
over het algemeen destijds vlotte en ge
lijkmatige handelsbeweging. Wie het hul
dig caleidoscoopachtig gebeuren beziet bij
het licht der oude economische beginse
len, weet met den chaos, dien het aard
oppervlak thans te aanschouwen geeft,
geen raad. Sinds de laatste jaarbeurs is de
algemeene toestand er economisch en
maatschappelijk niet beter op geworden;
zóó verward als thans heeft hij er nog
nooit uitgezien. De menschheid is de
laatste maanden als door een doolhof ge
gaan; zij heeft over heel wat economische
paradoxen het hoofd moeten breken en
heeft geenerlei houvast meer, nóch aan
theorieën, nóch aan de praktijk. De wereld
heeft verschijnselen beleefd en verschijn
selen verdragen, die vroeger voor onbe
staanbaar zouuen zijn gehouden; wat on
mogelijk scheen, bleek nochtans onver-
i mijdelijk en men kan zich er alleen over
verwonderen, dat zoo kolossale catastro-
phen zich betrekkelijk kalm hebben kun-
I nen voltrekken. Wat de laatste maanden in
snelle opeenvolging te aanschouwen gaven
dat heeft op de publieke opinie dên indruk
gemaakt in vele gevallen geen crisis, maar
een totale ineenstorting te zijn geweest.
De laatste maanden staan den menschen
voor den geest als een tijd van heftige
vertrouwens-schokken, een periode van
prijsverwoesting, een tijdperk van ver
schrompeling van de wereldmarkt, van
diepe depressie in het internationale be
drijfsleven met als sombere omlijsting een
angstwekkende serie van déconfitures en
schandalen. En temidden van een heele
reeks arbitrage-, verzoenings-, handels- en
vriendschapsverdragen een desniettemin
volledig vastloopen van de internationale
credietmachine. Na een kleine opleving is
het er daarna met de groote moeizame
worsteling op economisch gebied niet beter
op geworden. En al hangt de ergste de
pressie nog steeds niet boven óns land,
maar elders, toch hoort het publiek ten
onzent telkens de felle rateling van een
onweer, dat met rameiende kracht na
bijna twee jaar, van October 1929 af, over
gansch Europa woedt.
Het Nederlandsche Jaarbeursinstituut
had voor zijn 25ste beurs ongetwijfeld be
tere tijdsomstandigheden verdiend dan de
algemeene ontmoediging der publieke
°BOndanks het feit, dat de 25e Jaarbeurs,
als mijlpaal op den levensweg van het
Jaarbeursinstituut in de schaduw van de
algemeene depressie staat, heeft het cijfer
25 toch wel iets te zeggen. De strijd om de
vraag of aan de instelling slechts 'n tijde
lijk dan wel 'n permanent bestaan zou zijn
beschoren kan thans voor haar als beslist
beschouwd worden: het getal 25 is daarvan
het symbool. De schakel tusschen produ
cent en wederverkooper is steeds duide
lijker naar voren getreden. Daarnaast zijn
de financieele moeilijkheden overwonnen:
op een gering bedrag na, is de uit den
oorlog dateerende crisisschuld afgelost. De
belangrijkheid van het feit, dat voor de
25e maal in Nederland een Jaarbeurs ge
houden wordt is In 't kort deze: ten eerste
dat industrie en handel het jaarbeurs in
termediair als een wezenlijk bestanddeel
van het handelsverkeer hebben aanvaard
en ten tweede, dat de financieele toe
stand van het Jaarbeursinstituut thans
een vaste basis tot breeder ontwikkeling
waarborgt.
Voldoening gevende vooruitzichten.
De voorbereiding en de vooruitzichten
voor de najaarsbeurs 1931 geven reden tot
voldoening. De huidige toestand van han
del en industrie, is wat betreft dat ge
deelte van het bedrijfsleven, dat bij de
Jaarbeurs belang heeft, voor een vrucht
baar intermediair der komende Jaarbeurs,
niet ongunstig. Vastgesteld mag worden
de deelneming aan de Jaarbeurs be
wijst het dat onze industrie en handel
hun energie nog niet verloren hebben, en
dat men er zich van bewust toont, dat het
economische leven, zoowel wat productie
als wat distributie betreft, bezig is zich
naar nieuwe verhoudingen in te richten.
De huidige depressie heeft zooals alle
depressies, maar ditmaal wel in zeer be
langrijke mate en op radicaler wijze, vele
bedrijven, groote en kleine, op reëeler
basis teruggebracht. Deze algemeene revi
sie heeft dit voordeel, dat zij plaats heeft
in een tijd, waarin het bedrijfsleven den
steven naar nieuwe verhoudingen wendt.
Een nieuwe koers.
Het economisch leven is van koers ver
anderd. Dat wij thans een wending van
het economisch leven meemaken, een wen
ding, waaraan meer vast zit, waaraan
wijdere beteekenis ls te hechten en die
van prlncipieeler aard ls dan bij vorige
crisissen, daaraan valt niet meer te twij
felen. En dat van stonde af het bedrijfs
leven met zijn reorganisatie-plannen zich
op den nieuwen stijl tracht in te stellen,
is een lichtpunt in het duister, waarvan
de waarde voor den komenden dag niet
mag worden onderschat. Een al te groot
optimisme op de mogelijkheid van een
spoedig herstel moge niet gemotiveerd
zijn, maar over het algemeen zijn de
kwade kansen grootendeels verdisconteerd
en de deprimeerende krachten zoo goed als
uitgewerkt. Maar ook wanneer het vooruit
zicht op een langzame opwaartsche be
weging mocht falen en de toestand onver
hoopt nog ernstiger mocht worden of wan
neer de langzame stijging wat niet on
mogelijk is onderbroken zou worden
door tijdelijke dalingen, die ons bedrijfs
leven voor nog grootere moeilijkheden zou
den stellen, ook dan nog kan aan den
huidigen economischen toestand van ons
land en aan de huidige mentaliteit van
den Nederlandschen zakenman grond ont
leend worden om met kalme vastberaden
heid de toekomst af te wachten. Ons be
drijfsleven beschikt nog altijd over een
materieele en moreele reserve, die aan
eventueel komende moeilijkheden weer
stand kan bieden.
Deze najaarsbeurs weerspreekt wat de
deelneming betreft niet den ernst, maar
wel de hopeloosheid van dezen ongewonen
tijd.
De vooruitzichten.
De voorbereiding van deze beurs gaf den
indruk van ferme energie en van flinken
weerstand; alle beschikbare ruimte bleek
reeds lang te voren verhuurd.
Ook ten opzichte van het te verwachten
bezoek aan de komende Jaarbeurs zijn de
vooruitzichten gunstig. Het aantal aange
vraagde kaarten is weer toegenomen en
door de handels- en middenstandsveree-
nlglngen In verschillende gemeenten van
ons land worden excursies per trein of
autobus naar de Jaarbeurs georganiseerd.
Dit zegt nog wel niets ten opzichte van
den omvang en aard van het zaken doen
ter komende Jaarbeurs, maar het doet
toch wel vermoeden, dat ook onze midden
stand nog niet ln een toestand van eco
nomische bewusteloosheid is geraakt.
Tijden als wij thans beleven, stellen
hooge eischen juist aan die bestanddee-
len van het ware koopmanschap, welke
ter Jaarbeurs een vruchtdragend arbeids
veld vinden. Het principe van het jaar-
beursintermediair gericht op een zoo
voordeelig mogelijk inkoopen, wijl de
Jaarbeurs ln eiken tak van bedrijf de ge
legenheid biedt om ln persoonlijk contact
met den producent uit de grootst moge
lijke veelheid van aanbod de beste keuze
te doen, toont duidelijk aan, welke hulp
het jaarbeursintermediair den zakenman
kan bieden, wanneer het zóó nauw als in i
tijden van depressie,' aankomt op voor- I
zichtig, voordeelig en oordeelkundig in
koopen. Er is niets abnormaals ln het
verschijnsel, dat in moeilijke tijden het
jaarbeurswezen zich op zijn best ver-
toont, want het komt in tijden van nood
juist aan op die soort van economische
hulp,die alleen het Jaarbeursintermedialr
krachtens zijn eigenaardige structuur het
bedrijfsleven kan verschaffen, zooals in
tijden van epidemie ook alléén de dok
toren de medische hulp kunnen verlee-
nen. De grootere belangstelling, welke
juist thans zoowel van deelnemers- als
van bezoekerszijde aan de Jaarbeurs
wordt geschonken, bewijst, dat het be
drijfsleven ln ons land de oogen open
gegaan zijn voor datgene, dat de kern
vormt van het economische nut, hetwelk
het jaarbeurswezen voor Industrie en
handel kan opleveren. En het is niet on
mogelijk, dat uit het intensievere gebruik,
dat handel en industrie ln deze tijden van
gedruktheid van het jaarbeursinterme
dialr maken, meuwe blijvende vormen
ontstaan, waaronder het jaarbeurswezen
in de toekomst ook nog op andere wijze
dan tot nog toe het bedrijfsleven zal kun
nen dienen en de belangen van industrie
en handel zal kunnen bevorderen.
Wat aanwezig is.
Het aantal deelnemers is op het oogen
blik 1004, dit is ongeveer het aantal van
de vorige najaarsbeurs. Parterre tweede
gebouw is de groep zulvelwerktuigen en
zulvelmachinerleën; de automobielen zijn
thans ondergebracht in het tijdelijke hou
ten paviljoen op het Vredenburg, welk
paviljoen met een doorgang verbonden is
met den vasten Jaarbeursbouw.
Een nieuwe verschijning is de Italiaan-
sche sectie, een Inzending van Italiaan-
sche fabrikanten en producten.
Een nieuwe bultenlandsche verschijning
ls Zuid-Slavië.
Op het gebied van het bezoek is nieuw
het collectieve bezoek van smeden
patroons uit Nieuwkoop, die op kosten van
de gemeente de Jaarbeurs zullen bezoeken
op 10 September. Het raadsbesluit dier
gemeente heeft voor de Jaarbeurs wijder
strekking dan een jaarbeursbezoek al
leen; het is de voorbereiding tot een col
lectieve Inzending van Nieuwkoopsche
smedenpatroons, waar iedere patroon zijn
eigen waren zal exposeeren op de komen
de voorjaarsbeurs in Maart 1932.
Het derde gebouw.
De bouw van het Derde Jaarbeursge
bouw vordert naar wensch. Onmiddellijk
na afloop der voorjaarsbeurs is met het
grondwerk begonnen. Het derde gebouw
moet in tien maanden gereed zijn en bij
de komende voorjaarsbeurs in gebruik ge
nomen worden. De eisch om tot een kor-
teren bouwtijd te komen, leidde tot een
ijzerconstructie met baksteen-vulling.
Nadat omstreeks half Juli de fundeering
en de beton-kelder gereed waren, kon be
gonnen worden met de oprichting van de
ijzerconstructie, waarvoor ruim 500 ton
ijzer werd gemonteerd. Begin Augustus is
men reeds kunnen aanvangen met het
metselen der gevelmuren en het aanbren
gen van het dak en de betonvloeren. Ver
wacht wordt, dat in de maand October
het nieuwe gebouw glas- en waterdicht
zal zijn en met de inwendige afwerking
begonnen kan worden.
Een verheugend vooruitzicht is het, dat
enquêtes onder eenige vooraanstaande
groepen reeds hebben uitgewezen, dat bij
in gebruikneming van het nieuwe derde
Jaarbeursgebouw, alleen reeds door de
uitbreidingen, welke de oude deelnemers
wenschen, een groot deel van de nieuw
gewonnen expositie-ruimte zal worden
bezet.
Opbouw na afbraak.
Zoo is dus niet alleen het Jaarbeurs
gebouw, maar ook het Jaarbeurs-instituut
nog steeds in opbouw.
Wat wij rondom ons zien in het maat
schappelijk leven, maakt den indruk van
afbraak; ziet men nauwlettend toe, dan
bemerkt men, dat in dezen tijd niet uit
sluitend gesloopt wordt, maar ook nieuw
wordt aangebouwd. Het nieuwe ls vóór-
arbeid voor de toekomst. Voor dat vóór
werk kan ook de komende Jaarbeurs een
werkplaats zijn.
Tegenover deze XXVe Jaarbeurs, die
haar belangrijkheid niet ontleent aan het
cijfer XXV, maar aan de geweldige span
ning van het tijdsgewricht, waarin zij
wordt gehouden, mag het Nederlandsche
bedrijfsleven, kan de Nederlandsche
zakenwereld niet staan met neergeslagen
oogen, met hangend hoofd, met slappe
armen. Want de kranige wijze, waarop
deze najaarsbeurs, de zware moeilijkheden
ten spijt, voor den dag komt, geeft den
zakenman niet alleen steun, maar stelt
hem tot plicht de moeilijkheden van dezen
feilen strijd „opwaarts aen te slen."
Huldiging v. d. heer Graadt v. Roggen.
Met een luid applaus is den heer Graadt
v. Roggen door de talrijke aanwezigen
dank gebracht voor zijn hoopvolle woor
den. Tevens werd hij door de journalisten,
die regelmatig zijn jaarlijksche inleidin
gen volgen, daarvoor, ter gelegenheid van
de 25e Jaarbeurs, gehuldigd en wel door
aanbieding van de slechts in hoogst en
kele gevallen uit te reiken zilveren me
daille van den Nederlandschen Journalis
tenkring voor bijzondere diensten aan
en ln de Pers bewezen en een werk
van Graf over Goethe, waarbij de
heer Henri Dekking het woord voerde.
In een hartelijke toespraak heeft de heer
Graadt v. Roggen zijn oud-collega's voor
deze verrassing gedankt. Na afloop der
Jaarbeursbezichtiging vond een feestdiner
plaats, waarbij door diverse sprekers w.o.
de voorzitter van den Raad van Beheer,
de heer Fentener van Vlissingen, de heer
Henri Asselin, president van de buiten-
landsche pers, de heer v, d. Broecke, na
mens de R.-K. Journalistenkring, dr. H. P.
Ritter en dr. Rademaker e.a. het 25-jarig
bestaan van het Jaarbeursinstituut in
gloedvolle bewoordingen gememoreerd is.
Eenigen journalisten, die 25-maal de voor-
bezlchtlging der Jaarbeurs medemaakten,
ls hierbij een souvenir aangeboden.
Leiden en omgeving.
De enorme hoeveelheid „stands", waar
van helaas het meerendeel aan den voor
avond der officieele opening nog niet ge
reed is, veroorlooft ons niet, daarvan een
uitgebreid verslag te geven. Wel is het ons
opgevallen dat de firma's in onje stad en
omgeving, weer een zeer goeden indruk
maken. Men zoeke deze op de derde, vier
de en vijfde verdieping en men treft dan
allereerst op een zeer opvallende plaats
aan de étalage van de kunstaardewerkfa
briek „Katwijk" te Katwijk aan Zee, die
een groote hoeveelheid potten en vazen
tentoonstelt in nieuwe kleuren en model
len Tevens veel aardewerk met opschriften
voor souvenirs. De meubelindustrie is
vertegenwoordigd door de N.V. Leidsche
Meubel-Industrie alhier, de Meubelfabriek
„Matse" en de Fa. H. A. van Berkesteyn
beiden te Waddinxveen, die allen met op
hun gebied fraaie modellen voor den dag
komen. Voorts treffen wij aan welverzorg
de uitstallingen van de Kapok- en Ma-
trassenfabriek „Kleine", de N.V. Sajetfa-
briek en Breierij J. Parmentier en Zn., de
N.V. Kon. Ned. Fabriek van Wollen Dekens
v.h. J. C. Zaalberg en Zn., en de N.V.
Fabriek van Wollen Dekens v.h. J. Schel-
tema Janszoon, allen alhier. De N.V. Kon.
Stoomzeepfabrlek Sanders en Co. te dezer
plaatse toonde ons diverse nieuwe zeep-
soorten, w.o. een zeer practische scheer
zeep in waeerdichte kuipjes.
Ook de z.g. „Sphinx-serie" de Ra-
monazeep in luxe verpakking met ge-
lukshangertjes trok onze aandacht.
Tenslotte zij nog vermeld de firma G.
Okkerse uit Waddinxveen, die met een
verscheidenheid speelgoed aanwezig ls,
waarvan de kinderen zouden watertanden!
Eenige nouveauté's.
Zooals gezegd: menigeen is met „nieu
wigheden" voor den dag gekomen en geeft
dus blijk van een onverflauwd initiatief
en doorzettingsvermogen, ondanks duis
tere toekomstvoorspellingen van menige
ziide!
Zij zouden een pagina kunnen vullen.
Wij noemen in het bijzonder de Radlo-
afdeellng, direct links van den hoofd
ingang, waar o.a, Philips 'n serie prachtig-
uitgevoerde nieuwe superselectieve ont
vangtoestellen demonstreeit en men kan
er verbaasd over staan, hoezeer men
zich met de prijzen voor steeds betere
toestellen aan den nieuwen tijd heeft
weten aan te passen. Zoo ls het ook met
Erres en de Nederlandsche Radiowerken.
Philips toont voorts de „Philcctor", een
uiterst nuttig voorzetapparaatje ter ver
grooting van de selectiviteit, de volledige
installatie „Phlligraaf" (muziek en spraak
zelf op gramofoonplaten vastleggen), de
eenvoudige ijsmachine „Rigora" om zelf ijs
te maken, diverse nieuwe Röntgen-appa-
raten, nieuwe soorten Neonletters voor
reclame-doeleinden, scherm-oosterlampen
de „Ultrasol" in den vorm van een artistiek
huis-ornament, „Philite" wandarmen enz.
De N.V. „Wero" Radiofabr. te A'dam brengt
o.a. de Wero-radioscoop, een combinatie
van radio, gramofoon en sprekende film.
Er zijn nog velerlei andere snufjes als kof-
fergramofoons, die ln alle standen door
spelen (Handelmij. Pieper en Co), borstel-
looze flesschenreinigingsmachine (Jansen
en Sutorius), honing in een zeer artistiek
sierpotje, ontwerp-Copier Leerdam, v. d.fa.
Matthes uit Breukelen, edelbier, getapt in
een speciaal glas in den vorm van cham-
pagne-flesschen (Königsberger Bier-im
port), nieuwe Radiolampen, die gedurende
den geheelen levensduur een onverzwakte
emissie behouden (Radium Tilburg) „Vee-
gee" Cassa, 'n geheel nieuw geconstrueer
de casette voor huishoudelijk gebruik,
van een lade voor munten, voor papier een
aparte lade met veer, welke de biljetten
bijeenhoudt (Plaatmetaalindustrie Van
Mourik en Bal, Zeist).
Dit zijn eenige der merkwaardigste; ge
noeg evenwel om aan te toonen, dat de
industrie niet stil zit en vol activiteit
blijft voortgaan, in de hoop op betere
tijden. Waarop men ter Jaarbeurze zijn
ooren te luisteren leggend, zeker vertrouwt!
Moge de afnemers in grooten getale tot
en met 17 dezer naar Utrecht komen: dan
is men ongetwijfeld reeds zeer ver op den
gceden weg!
De „stands", waaraan weer de uiterste
zorg is besteed, zullen zeker niemand
teleurstellen!
Tenslotte volgt hier nog een opgave van
het aantal deelnemers:
Nederland 680; Amerika 25; België 15;
Denemarken 2; Duitschland 139; Engeland
44; Frankrijk 31; Italië 5; Joego Slavië 1;
Oostenrijk 46; Polen 1; Tsjecho-Slowakije
3; Zuld-Afrika 1; Zweden 5; Zwitserland
6. Totaal aantal deelnemers 1004.
Naar het Engelsch van BERTA RUCK
door Mr. G. KELLER.
43)
Een onderzoek? Sheila voegde zich
bij de vragende schare en vroeg mede:
Wat is er aan de hand? Waarom een on
derzoek? Waarnaar?
Als antwoord op die verwarde vragen
trad .thans de hoofdoorzaak van al die
herrie binnen. Toornig als een opgejaagde
kalkoensche haan, het hoofd omhoog en
met bliksemende oogen stevende madame
Cottrell de zaal binnen. Woedend schreed
zfj naar het midden, de aandacht van
allen trekkend. Zij werd geflankeerd aan
de eene zijde door haar koerier, een erg
verschrikt kijkenden, donker getinten
Franschman, aan haar andere zijde schui
felde vol ontzetting de hotelier, die
schichtig naar alle kanten keek.
Madame Cottrell was slechts half ge
kleed. Een wollen gehaakt jasje had zij
over haar nachtcostuum aangetrokken
en daarover weer een hermelijnen mantel
geworpen. Haar gelaat was slechts half
gepoeierd toen zij naar beneden stormde
en haar weelderig zwart haar, dat zij in
een vlecht had saamgebonden, deed den-
i5en 5Sn »een hal1 uitgewrongen tafella
ken Niettemin schreed zij met opgeheven
hoofd alsof zij in baltenue was, naar het
midden van de zaal. Daar bleef zij een
oogenblik zwijgend staan om vervolgens,
misschien wel voor de twintigste maal
met luider stem uit te roepen:
Mijn parels! Mijn parelcollier!
Waren er parels verdwenen? Een hotel-
Kruiperig beleefd gaf de directeur
van het hotel
diefstal? Was het niet begrijpelijk, dat de
gasten zich om haar heen verdrongen en
voor een oogenblik geen hoofd hadden om
te denken aan hun afspraken omtrent
een skitochtje of een partijtje tobogga
ning? Ieder had wat te vragen:
Wat beteekent dat?
Neen maar! Een parelcollier?
Wat zegt die Spaansche dame toch?
Verdwenen? Wil dat zeggen gestolen?
ZIJ beweert, dat ze spoorloos weg
zijn....
Wanneer ls dat gebeurd?
Lieve hemel, waarom heeft zij dan
niet al haar kostbaarheden bij het bureau
gedeponeerd?
Wanneer heeft zij ze gemist?
Intusschen deed de stem van madame
zich boven alles uit hooren. In rassen
woordenstroom deed zij haar beklag, maar
nu zij zoó luidkeels sprak, was het aan
haar accent maar al te duidelijk te hoo
ren, dat zij uit verre gewesten kwam.
Wanneer madame op dien toon sprak,
verklaarden Fransche vrienden, dat geen
sterveling haar voor een Frangaise zou
houden. Haar Engelsche kennissen zelden
schouderophalend
Natuurlijk is het wel best te merken,
dat die arme Inez geen Engelsche is....
maar verder lieten ze zich niet uit. De
neven en nichten van haar vader verze
kerden elkander, dat tante Inez nooit een
typische Spaansche kon heeten, en zelfs
haar zoo verdraagzame, altijd vriendelijke
schoolvriendin, mevrouw Power, moest
erkennen, dat er oogenblikken waren, dat
het haar tot dankbaarheid stemde, dat
Inez zich niet kon beroepen op een Ame-
rikaansch burgerrecht. Een dier oogen
blikken werd thans doorleefd.
Haar hermelijnen mantel over haar
half dichtgeknoopte jasje samenhoudend,
terwijl haar zijden nachtcostuum er onder
uit kwam, gaf Inez met haar schril stem
geluid een uiteenzetting aan de samen
gestroomde schare:
Toen zij bezig was met pakken, heeft
mijn kamermeisje het ontdekt. Zij heeft
in alle hoeken en gaten gezocht en ten
slotte gewaagd mij wakker te maken om
mij te vragen waar ik het snoer had ge
laten. Ik deelde haar mede. dat ik het
ditmaal bij uitzondering, in de onderste
lade van mijn kleerkast had geborgen. In
een doos natuurlijk. Doe me nu niet zulke
malle vragen! Dat was gisteravond. Maar
in den afgeloopen nacht is een gemeene
dief bij mij binnengeslopen en heeft mijn
parels gegapt. Had lk ze in de brandkast
moeten deponeeren? Zeker weet ik, dat
ze er dan niet uit zouden zijn gehaald.
Maar waarom staan jullie me daarmee
aan mijn ooren te leuteren steeds cres
cendo mallooten! Ze liggen er bijna
altijd ln! Dat spreekt van zelf! Tweemaal
heeft mijn koerier ze aan u gebracht om
ze in de safe te bergen. Eigenlijk moest
ieder overtuigd zijn, dat mijn parels, als
gewoonlijk, in de brandkast lagen! In den
afgeloopen nachtJa, dat zeg ik u
juist!.... ik heb ze op mijn kamer gela
ten! Dat heeft de een of ander ontdekt!
En nu zijn ze verdwenen, disparues, hin!
Die onthullingen vervulden de schare
met verbazing en ontzetting en er wer
den van alle kanten opmerkingen ge
maakt, die niet altijd vriendelijk waren
voor de bestolene. Er was slechts één
gast, die den toestand duidelijk inzag en
hij werd vervuld van afgrijnzen bij de
gedachte aan wat naar zijn overtuiging
was geschied.
Mijn hemel! En dus toch! flitste het
door zijn gedachten. Het meisje heeft ze
dus toch gestolen. Wist ik niet, dat zij dat
van plan was? Die madame Cottrell vroeg
er haast om en bij Joos, zij heeft nu haar
verdiende loon! Ja, die misdadige zorge
loosheid, waarop die vrouw gistermiddag
prat ging in het restaurant, heeft haar
de straf bezorgd, die zij verdiende. Zij
deponeerde dus het collier in doos in de
lade en zij verliet haar kamer zonder de
deur te sluiten. Nu is het gebeurd!
Een ontzettende angst beving hem.
Aan niets anders denkend, was hij ver
stijfd van ontzetting bij de gedachte aan
Sheila, die dievegge, die hij nog wel bij
tijds had gewaarschuwd. Zij had zijn
waarschuwing ln den wind geslagen. Nu
had zij het gedaan en hij kon niets uit
richten om haar te redden. Werkloos zou
hij moeten toezien, hoe men haar zou
beet pakken en wegslepen. Naar de ge
vangenis! De gedachte deed hem een
rilling door het lijf gaan. Hij had jaren
van zijn leven willen geven, wanneer hij
daardoor In de mogelijkheid had kunnen
komen om naar voren te springen, haar
bij een arm mede te sleepen, de zaal uit
om dan met haar te vluchten. Maar ci
viel niets te doen. Hij kon geen vinger uit
steken om haar te redden. Hij dorst zelfs
niet naar haar kijken en hij zag 'n gelaat,
dat hem opnieuw met verbazing vervulde.
In plaats van angstig en schichtig om zich
heen te staren, trachtend aan aller blik-
ken te ontkomen, stond Sheila met even
nieuwsgierige oogen als de anderen het
beloop van de zaak af te wachten. Het was
precies een schoolmeisje, dat bij toeval
op de openbare straat iets ziet gebeuren
en zich bij de menigte voegt om te kijken
hoe alles afloopt. Was dat nu komedie en
zou zij die komedie zelfs weten voort te
zetten, wanneer zij naar het politiebu
reau werd gebracht? Of zou dat werkelijk
een bewijs van haar schuld kunnen zijn?
Intusschen bleef madame Cottrell maar
doorrazen. Zij koelde haar woede nu in het
bijzonder op den hotelier, dien zij met
smaad overlaadde. Er was geen haar goed
aan hem en zijn hotel:
Het ls een schande zooals het hotel
beheerd wordt. Ik zal het aan ieder, die
het hooren wil, verklaren, dat ik nog
nooit in zulk 'n slecht hotel heb gelogeerd.
Het eten is er eenvoudig niet te genieten,
de wijn niet te drinken, de kamers doen
je denken aan varkensstallen en de be
diening is allerellendigst. Er is geen
brandkast, waar de logés hun kostbaar
heden kunnen bergen en in het gansche
huis geen enkele detectieve.
Bij dat woord maakte Farquhar plotse
ling een gebaar. Snel wendde hij zijn
roodgelokt hoofd om teneinde zijn blikken
langs de verzamelde schare te doen giij-
den. Geen enkele detectieve. Farquoai-
dacht aan Wlnkleywaar zou die
zitten?
(Wordt vervolgd.)