72sle Jaarpang VRIJDAG 14 AUGUSTUS 1931 No. 21903 72ste Jaargang Donderdag 13 Augustus 1931 No. 32 HETS. Hoe Hans zijn Baldadigheid afleerde ANEKDOTES. Het voornaamste Nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. PRIJS DEZER COURANT: den per 3 maanden 1.2.35, per week t. 0.18 .eiden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18 ier post f. 2.35 4- portokosten. door C. E. DE LILLE HOGERWAARD. slot. Juist dacht Hans er over om als ze niet heel gauw open deden! maar weer naar huis te gaan, toen de deur plotseling open ging en een vriendelijk dienstmeisje op zijn nauw hoorbaren groet zei: „Komt u maar binnen, jongeheer!" Ze vroeg niet eens, waarvoor hij kwam, doch dit ontging Hans. Zij liet hem in een zijkamertje, waar de jongen echter niet lang aan zijn somber gepeins kon toege ven, daar zij hem spoedig kwam halen met de woorden: „Of u maar bij den burgemeester wilt komen." Langzaam volgde Hans haar en even later werd hij „in het hol van den leeuw", zcoals het door zijn brein fliste, binnen gelaten. Reeds kwam de burgemeester hem vriendelijk tegemoet. Hans begreep er niets van. Was hij dan niet boos, niet heel boos op hem? Maar neen, de burge meester gaf hem zelfs een hand en zei, alsol ze de beste vrienden waren: „Zoo, Hans! Kom je eens bij me pra ten?" Er moest een vergissing in het spel zijn! Gelukkig! De gevreesde man daar tegenover hem wist van niets! Maar.... waarom had hij hem dan bij zich laten komen? Toch zeker niet om een partijtje schaak te spelen of een cigaretje te roo- ken? Hans moest bijna lachen bij die ge dachte en het was gek, maar hij voelde zich heelemaal niet angstig meer, zelfs min of meer op zijn gemak! Zou de bur gemeester heusch niets weten? Maar dan dan zou hij het hem eerlijk moeten vertellen, want om nu, „ge woon" te doen, terwijl de koe eigenlijk tusschen den burgemeester en hem stond, neen. dat kon hij niet! Er was iets in zijn open jongensgezicht cn vrijen oogopslag, wat den burgemees ter onmiddellijk trof en zei: „Kijk eens, Hans! Hier heb ik een schaal met appelen. Daar houdt je toch zeker wel van?" „J-ja, meneer!" antwoordde Hans hoogst verbaasd. „Nu, neem er dan maar een paar! Ze zijn uit mijn eigen tuin en goed afge veegd Je hoeft ze dus niet te schillen. Hoe smaken ze?" En vóór Hans het zelf wist, zette hij met echten schooljongenstrek zijn tanden jn een sappigen appel. Hij hij moest het eigenlijk onmiddellijk zeggen, maar... hij kon dat toch niet met een vollen mona doen! He burgemeester liet hem eerst zijn appel opeten en zei toen vriendelijk, ter wijl de jongen een kleur tot achter zijn ooren kreeg: „Ik weet, Hans, wat er gisteren ge beurd is en heb je daarom bij me laten komen. Jij hebt de koe van boer Japiks rit de wei gelaten, is het niet?' „Ja, meneer," bekende Hans. „En heb je dat alleen gedaan?" „Ja, meneer." „Was je dan niet met een paar andere Jongens?" „Jawel, meneer, maar ik heb het heele Plan bedaoht en het is alleen mijn schuld!" Hit antwoord beviel den burgemeester en hij zei: „Ik ben blij, Hans, dat je je niet achter anderen verstopt en eerlijk voor de waar heid uitkomt Kreeg hij nu nog een pluimpje? Een pluimpje, terwijl hy een geweldig standje verwacht en verdiend had! Dat viel geducht tnee! „Kijk een. hier!" ging de burgemeester voort. „Je hadt dat natuurlijk niet moe ten doen" „Nee, meneer!" zei de jongen. De bur gemeester had gelijk. „Jammer, dacht Hans, „dat ik dat niet eerder bedacht heb!" „Maar vertel me nu eens, waarom je het deedt?" „Eigenlijk nergens om. m»n»er." „Alleen uit baldadigheid dus!" „Ja, meneer," gar nans Ow„.iaamd toe. „Dat zal het wel geweest zijn." „Heb je er veel plezier van gehad?" „Nee, meneer, niets dan narigheid." „Zoo! En denk je, dat boer Japiks er plezier van gehad heeft?" „Nee, natuurlijk niet, meneer!" „Het is nog buitengewoon goed afgeloo- pen," ging de burgemeester voort. „We mogen van geluk spreken, dat een boer, die een hee! eind verder woont, de koe opgevangen en den veldwachter gewaar schuwd heeft. Heb je er wel over nage dacht, wat er gebeurd zou zijn, als de koe niet opgevangen was?" „Niet veel, meneer," bekende Hans eerlijk. „Nu, dan zullen we ons daar samen eens in verdiepen. Maar eerst wil ik je nog vertellen, dat boer Japiks het heele maal niet breed heeft: een klein stukje land om te bebouwen en een klein weitje met één koe. Het had natuurlijk heel goed kunnen gebeuren, dat de koe op baar vlucht onder een auto of trein ge komen en bijgevolg verongelukt was. Denk je eens even in het groote geldelijke verlies, dat de boer dan en dat geheel door jouw schuld! geleden zou hebben, om van de gehechtheid van het arme boertje aan zijn éénige koe nog niet eens te spreken. Zooals ik zei, het zou een enorme schadepost voor hem beteekenen en hij, zijn vrouw en zijn kinderen heb ben heusch niet veel te verliezen. Ze be zitten toch al niet meer dan het hoog- noodige." „M-maar daar heb ik heelemaal niet aan gedacht!" riep Hans ontsteld uit. „Neen, dat geloof ik wel," zei de burge meester „Je hebt aan dit alles natuurlijk niet gedacht, maar daarom bestond die kans toch zeer zeker! Ik geloof, dat je nu niet, meer zoo ondoordacht zou zijn, is het wel?" „Nee, meneer," antwoordde Hans en hij keek den burgemeester heel open aan. „Goed! Maar je begrijpt toch zeker wel, dat ik zoo iets niet ongestraft mag laten?" „N-nee, meneer!" klonk het weer. Hans voelde, dat hij zijn straf wat die dan ook zijn mocht! verdiend had en zag in gedachten den inhoud van zijn spaar pot reeds als boete verdwijnen „En nu heb ik er eens ernstig over na gedacht, wat die straf zijn zal", ging de burgemeester voort. Vol spanning keek Hans hem aan, be reid elk offer, dat van hem gevraagd werd, te brengen. „Ik ben dan tot de overtuiging geko men," klonk het uit den mond van den burgemeester, „dat er iemand aangesteld moet worden om te zorgen, dat baldadige jongens niet weer het hek van boer Ja piks open zetten." Hans knikte. Wat zou er volgen en wat zou nu zijn straf zijn? „En nu had ik gedacht „Daar komt het!" zei Hans in zichzelf. ,dat ik Jou, Hans Verhulst, met dit baantje belasten moest!" Even keek Hans den burgemeester te genover hem onderzoekend aan. Hield hij hem voor den mal? Maar neen, zijn ge zicht stond heel ernstig. Hij meende het dus werkelijk! De burgemeester, die wel begreep, wat er op dit oogenblik in den jongen omging, gaf hem even tijd om aan dit onver wachte denkbeeld te wennen en vroeg na eenige oogenblikken: „Nu Hans. wil je je daartoe verbinden en laten we zeggen: gedurende een jaar al het mogelijke in het werk stellen om te voorkomen, dat het hek door on deugende jongens opengezet wordt?" „Ja, meneer, heel graag!" antwoordde Hans uit den grond van zijn hart. „Goed! Dan mag je nu naar huis gaan. Hier, neem nog maar wat appelen mee. Een jongensmaag kan daar wel tegen." En hij gaf hem zooveel appelen, als hij maar in zijn zakken bergen kon. Blij, dat alles zoo goed afliep, bedankte Hans den burgemeester hartelijk voor zijn gulheid, hem stellig belovend, zich heel ijverig van zijn taak te kwijten. Vader, Moeder, de broertjes en de vriendjes toonden zich niet weinig ver baasd, toen zij het verslag van Hans' be zoek aan den burgemeester hoorden. De jongens waren het er geheel over eens, dat de nieuwe burgemeester een „reuze-burgemeester" was. Hans bewaakte vanaf dit oogenblik het hek van boer Japiks met trouw en toe wijding. Het was wel niet naast de deur, maar zijn fiets en zijn beenen brachten hem er menigmaal heen. Natuurlijk duurde het niet lang, of allo jongens wisten, welk gewichtig ambt Hans bekleedde en de enkele belhamel, die het wagen zou aan het hek te komen, kreeg met Hans en zijn vrienden het waren er heel wat! te doen. Henk en Jaap benoemden zichzelf tot adjudanten en losten hun vriend gaarne eens af, als hij veel huiswerk had en geen inspectie-tocht naar het hek van boer Japiks ondernemen kon. Toen er een jaar verloopen was en Hans en zijn vriendjes naar de H. B. S. in de naburige stad gingen, was er geen jon gen in het dorp, die het in zijn bol kreeg het hek van boer Japiks, dat ze in de wandeling ook wel „het hek van Hans" noemden, open te zetten, 't Was of zij allen vrijwillig een verbond gesloten had den om het te bewaken. De nieuwe burgemeester kreeg niet één klacht! (Nadruk verboden). Ingezonden door Neeltje Vogelaar. Onderwijzer: „Wat is heimwee?" Leerling: „Heimwee is, als mijn moeder uitgaat met mtjn zusje en ik moet thuis blijven om mijn huiswerk af te maken, terwijl ik zoo graag mee uit had willen gaan." Ingezonden door Frans v. d. Nat. „Wat zal er gebeuren als deze lift" naar beneden valt", vroeg een zenuwachtige dame, toen men al aan de zevende ver dieping was. „Nou", zei de llftjongen angstig, „als dat gebeurde, verloor ik vast mijn betrekking" 7* NEMEN. n apotheker 'twoordelijke e onder de ■Jen verricht, de overige de uitoefe- t te worden aan met den indien hij i heeft ont- t de werk er verricht, voor dezen nemen. In •dachte neer- apothekerzij- drang om te n bedrijf al- ig mag uit- •kornen. Een al. vennoot- ennootschap- onmogelijk jaar zijn om 'en beschikt, ïrsbedrijf te ver voldoen- eker de ver- s één apo- »r bijzondere veken. eek houden- •estaan. Toch ^rootere uit en wensche- an komen de ?t. Aan den niet meer oefening van ïem, zoolang t, niet meer besluiten of idkuvst mag een besloten en noodzake- e pïaats wer- ■erstoken In liet voor de igen geld n. •ge, op vvien 1 wordt toe- ning van de •t n, schade- De gelegen- 32. lid 3, dat e°ft aan een jUing hunner 'erbind^n. 'el;:kh°id, na el ijk of voor mtnenien en gf^n ten aan- d° verpakte N DE r Electrische j tuigen 1ste, gang in de wegen auto- rverschingen DINER AAN DE KAAG. Ingezonden door W. A. OUDSHOORN te Leiden. nmt aan aen apotn°Ker is vooroenouuen, zullen in vele gevnl'en o.a door drogist worden verhandeld Een wett dijke regding van de politie van den drogist is niet ge- wenscht. Er is geen reden, hier ter wille van een goede geneesmiddelenvoorziening in te grijpen. Door een anderen weg in te slaan en ook het dro^ist^nb-^drijf te rege len, maakt rrmn van den drogist een soort halven apotheker. De positie van den apotheker-assistent is bij de voorgestelde regeling geregeld in de artt. 23 en 24. Ingrijpende veranderingen worden daarbij niet voorgesteld. De assis ts VAN II. ■waai wij veni 'inen neen net gemeente bestuur van Tilburg thans de vrije beschik king gekregen over het voormalige Paleis van wijlen Koning Willem II. waarin ge vestigd is de Rijks H. B. S. Het Paleis zal worden gerestaureerd, ter wijl er o.m. in zal worden gevestigd een Raadszaal, een receptiezaal en een trouw zaal. Voor de H. B. S. zal een nieuw ge bouw worden gesticht aan de Ringbaan- Oost. Zooals men weet hebben geruimen tijd onderhandelingen plaats gehad over deze aangelegenheid tusschen het gemeente bestuur van Tilburg eenerzijds en de erf genamen van Koning Willem II anderzijds. BINNENLAND. Ingediend is een wetsontwerp, betref fende de uitoefening der artsenij-bereid- kunst. (Binnenland, le Blad). Een circulaire van de directie van Philips' Gloeilampenfabrieken aan het personeel over werktijden en loonbetaling. (Binnenland, le Blad). Ernstig ongeluk op de Stadion-wieler baan te Amsterdam; de motorrenner Her- kuleyns over de balustrade geslingerd. (Gemengd, 2e Blad). Te Haarlem is een vrachtauto op het trottoir gereden; er is één doodc. (Ge mengd, 2e Blad). De competitie-indeeling van den Kon. Ned. Voetbalbond. (Sport, 3e Blad). BUITENLAND. Toch nog bezoek der Fransche ministers aan Berlijn in deze maand. (Buitenl. le Blad). De besprekingen over bezuiniging in Engeland. (Buitenl. le Blad). Gandhi komt niet naar Londen. (Buiten, en Tel, Ie Blad). In het Portugeesche Macao (China) is een munitie-depot in de lucht gevlogen. Vele slachtoffers. (Tel. le Blad). Huisinstortingen in Frankrijk. Buitenl. Gemengd 2e Blad en Tel. le Blad). DE 25ste NEDERLANDSCHE JAARBEURS. „Niemand denkt eraan hij de pakken te gaan neerzitten". Door de deelnemers van de 25ste Neder- landsche Jaarbeurs wordt aan hun cliën- téle een drukwerkje verzonden waaraan we het volgende ontleenen: De 25ste Nederlandsche Jaarbeurs vraagt uw aandacht Zij is wederom een jaarbeurs in dagen van economischen strijd. Het zakenleven gaat gebukt onder groote zorgen. Maar toch denkt niemand eraan bij de pakken te gaan neerzitten. Wij moeten allen vooruit. De handel gaat zijn weg, zij het dan ook langs moeilijke paden. Het komt er nu op aan, trots alle bezwaren en gevaren, er het beste van te maken. Daarvoor biedt de Nederlandsche Jaarbeurs u de beste kans Want zij biedt u de voorwaarden voor den meest voor- deeligen inkoop De komende najaarsbeurs die van 8 tot en met 17 September te Utrecht zal wor den gehouden, is de vijf-entwintigste jaarbeurs, die in Nederland gehouden wordt. In den loop der jaren is het Jaar beursinstituut onmisbaar geworden voor den handel De zakenmenschen hebben 't geregeld bezoeken van de Jaarbeurs in hun systeem van handeldrijven ingescha keld. Zij keeren er altijd rijker van terug dan dat zij er heengingen. Rijker in er varing. rijker in voorlichting, rijker in inzicht. Een bezoek aan de Jaarbeurs heeft nog nimmer een zakenman, die zijn eigen belang begrijpt, teleurgesteld. Van een Jaarbeurs in tijden van economische de pressie gaat steeds een groote, verster kende kracht uit. want zij brengt den zakenman naast de voordeel igste keuze uit een goede verscheidenheid van offer tes, nieuwe denkbeelden op commercieel gebied, toepassing van nieuwe methoden, nieuwe aanwijzingen om zijn bedrijf eco nomischer te doen werken Wat de deelneming aangaat biedt de komende najaarsbeurs het beeld van veerkracht en energie om in een tijd, die hcoge eischen stelt aan het willen en kunnen van den handel, moedig het hoofd te bieden aan de gevaren, die het handelsverkeer bedreigen. De l-.ornende najaarsbeurs heeft het parool: Weest pa raat. Alleen onverflauwde werkzaamheid uiterste krachtsinspanning en moedige energie kunnen de maatschappij uit het moeras helpen. Het is plicht van eiken zakenman om aan dien opbouw mede te werken, aan eigen opbouw in de eerste plaats, maar daardoor tevens aan den opbouw van het geheel. De Jaarbeurs zoo siuit de aanspo ring biedt u daarbij, aangespoord door hetgeen vorige jaarbeurzen in crisistijd voor handel en industrie mochten zijn, de helpende hand. Grijpt de uitgestoken hand aan, gij zult er wel bij varen. BESTRIJDING VAN RADIO-STORINGEN. De „Tijd" meldt dat binnen korten tijd van overheidswege plannen zullen worden beraamd ter bestrijding van radio-storin gen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 1