ONALE ONTWAPENING
•72ste Jaargang
VRIJDAG 10 JULI 1931
No. 21873
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
72ste Jaargang
Donderdag 9 Juli 1931
No. 27
:hets.
Het voornaamste Nieuws
van heden.
oor Internationale Ontwapening
LEIDSCH
DAGBLAD
an den oever van een grouten, mooien
er woonden heel wat eenden gezellig
b| elkaar, 's Morgens, als de zon zoo lekker
warm op hot water scheen, gingen ze met
hun kindertjes een bad nemen in het koele,
Hssche nat! Daarna zwommen de Vaders
en Moeders naar elkaar toe, om een praatje
tj maken en mochten de kindertjes krij
gertje spelen en ook wel verstoppertje in
het riet, dat aan den oever van den vijver
gjoeide.
!®let water was helder en bij mooi weer
was de bodem van den v;jver duidelijk te
zien met alle waterplanten, die daar weel-
dfHg groeiden en waarin de visschen hun
|stjes gebouwd hadden. Ook de visschen
jdden liet heel gezellig onder elkaar met
jemmen en spartelen en eten zoeken en
op de kleintjes passen!
®^Iiets verstoorde ooit de rust en de vrede
van al deze leventjes in den grooten,
loien vijver!
"otdat op een dag de eenden werden op-
chrikt door luide, harde stemmen en
:stig in het water stoven, om zich in het
^^Iden van den vijver in veiligheid te
brengen. Daar drongen ze in een bange
hoop dicht opéén en keken met ronde, ver
slankte oogjes naar den oever.
I - w.^vee hinderen zochten daar naar een ge-
t h t Plehje om hun bootje te laten varen,
in dat bootje zaten twee grappige poppen:
een harlekijn in een geruit pak en een
\\tn me* rooden neus!
jJWat dreven ze daar parmantig rond! Het
meisje hield het touw vast, dat aan het
gootje bevestigd was. Ze praatte druk met
naar vriendinnetje en lette daardoor niet
genoeg op en liet bij ongeluk het touw los.
f\jj.0en z,j het bemerkte, was het reeds te
iaat en dreef het bootje al een heel èind
▼an den oever af...
Het meisje begon te huilen en wilde in
jnst water stappen om haar bootje terug te
Bjfn'vastaar vriendinnetie 'de*d **aar
i y'iver is veel te diep; je zou er ia
drinken.Huil maar niet meer.Sin-
^■Kiaas komt gauw weer in het land en
zullen we hem om een nieuwen boot
i nieuwen harlekijn en een nieuw
^wntje vragen...."
De meisjes waren heengegaan en het
bootje dreef rustig in den vijver. De een
den stoven eerst uiteen en keken op flin-
ken afstand toe. Maar het bootje, dat in
middels naar het midden van den vijver
gedreven was, bleef daar rustig ronddob
beren en de passagiers deden geen kwaad!
Nieuwsgierig zwommen de eenden voor
zichtig een beetje dichterbij.
Het clowntje nam zijn muts af en wuifde
hun toe. En weer stoven de eenden achter
uit, om op behoorlijken afstand het won
derlijke geval gade te slaan.
„Waar zwaaide dat gekke jongetje mee?"
vroeg een kleine eend.
„Och dier, weet je dat niet eens!" "riep
een oudere uit, „dat is een muts en anders
niet
„Nu, dan behoeven we ook niet zoo bang
te zijn en weg te zwemmen!" antwoordde
het kleine eendje bijdehand.
Dat vonden de anderen bij nader inzien
toch eigenlijk ook en ze waagden zich weer
wat dichterbij.
Het clowntje, dat gemerkt had, dat ze
bang voor zijn mutsje waren, hield het nu
maar op zijn hoofd.
„Jij bent ook altijd zoo overdreven be
leefd". spotte het harlekijntje, dat het zich
gemakkelijk in de boot gemaakt had met
zijn beenen omhoog!
„Foei!" fluisterde een oude eend haar
vriendin in het oor, „die jongen met dat
geruite pak aan, heeft heelemaal geen
manieren. Eigenlijk moesten onze kinderen
daar niet naar kijken!"
Het clowntje lachte de eenden vriendelijk
toe, vooral do kleintjes vond hij zoo aardig.
„We zullen jullie heusch geen kwaad
doen hoor!" zeide hij, „kom maar gerust
wat dichterbij!"
Nu waren de eenden niet langer bang en
omringden het bootje en keken nieuwsgie
rig naar de wonderlijke passagiers.
Het clowntje viel algemeen in den smaak.
Hij maakte leuke kunsten voor het eenden
gezelschap: nu eens ging hij op zijn hoofd
staan, dan weer sprong hij hoog in de
lucht en buitelde een paar keer om, vóór
dal hij weer in het bootje terecht kwam. Hij
tooverde stukjesbrood van onder de een
denvleugels vandaan en nog nooit had
brood hun zoo heerlijk gesmaakt.
Bij de kleine eendjes tooverde hij een
veerije groen of blauw of rood of geel; ze
mochten zelf kiezen en dat óéne gekleurde
veertje stond zoo vroolijk tusschen de witte
veertjes in.
Het harlekijntje had er met een boos
gezicht bij gezeten. Eigenlijk was hij een
beetje jaloersch op dat vroolijke clowntje,
dat zoo in den smaak viel. Niemand lette
meer op hem. Hij was geheel vergeten!
•En toen, midden in de pret, (rok hij
op eens een leelijk gezicht en schreeuwde
heel hard: ..oe! oe! ...oe'.Meteen
pakte hij een klein eendje beet, gaf het
een harden klap en gooide het verschrikte
diertje hoog in de lucht, zoodat het met
een vreeselijke plons in het water terug
viel en zich erg bezeerde.
„Leelijke deugniet!.gemeene vent!
valschaard... mispunt!..." zoo snaterden
de verontwaardigde eenden door elkaar.
En alsof ze het afgesproken hadden, sto
ven ze op eens allen tegelijk op hem af,
pakten hem beet, trokken hem uit het
bootje en pardoes viel hij het water in en
daar hij niet zwemmen kon, zakte hij als
een baksteen naar beneden.
O, wat was dat water nat.en wat had
dat harlekijntje een spijt, dat hij zoo on
aardig geweest was! Hij zakte... en zak
te... én kwam eindelijk op den bodem
van den vijver terecht tusschen de water
planten.
Dat viel nogal mee! Hij zat daar heel
gemakkelijk, raakte aan de nattigheid ge
woon en vond het daar beneden nog zoo
kwaad niet.
De visschen waren van schrik eerst alle
maal weggestoven en bleven uit de verte
naar hem kijken. De vischjes, die boven ge
weest waren en gezien hadden, hoe stout
hij geweest was, hadden het aan de ande
ren verteld en nu waren ze natuurlijk
allemaal bang voor hem!
Dat vond het harlekijntje heelemaal niet
prettig en hij zei:
„Ach lieve \Mschjes, komen jullie maar
gerust dichterbij. Ik heb er erge spijt van
en zal het heusch nooit meer doen. Ik kan
net zulke mooie kunstjes maken als het
clowntje daar boven en ik wil dat nu dade
lijk voor jullie doen!" En hij ging alvast
op zijn hoofd staan.
Eerst vertrouwden de visschen het niet
recht, maar ze werden toch zoo nieuwsgie
rig, dat ze hun angst vergaten en voorzich
tig naderbij zwommen.
Toen sprong het harlekijntje op en bui
telde om en maakte zulke grappige zwem
bewegingen, dat de visschen met hun
staartjes sloegen van plezier!
En ook hij tooverde stukjes brood uit hun
vinnen! Zulk lekker brood hadden ze nog
nooit gegeten en bij de kleine vischjes too
verde hij een schubje rood of blauw of
groen of geel, net zooals ze zelf gekozen
hadden en toen waren de visschen zóó met
hem ingenomen, dat ze hem vroegen, bij
hen te blijven wonen. Dat wilde hij graag
en hij deed nooit meer stoute dingen.
Hel clowntje bleef bij de eenden boven.
Soms kwamen ze allen bij elkaar op be
zoek: de visschen met het harlekijntje bij
de eenden en het clowntje. En dan was er
een groote voorstelling en hadden allen
veel plezier.
En als er niets bijzonders gebeurd is,
dan leven ze daar allen in dien vijver nog
gezellig bij elkaar.
HETTY BOREU
PRIJS DEZER COURANT:,
iden per 3 maanden f. 2.35, per week1.0.18
Lelden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18
per post 1.2.35 portokosten.
3EN.
de Studen-
is door den
Architect
:er H. Kors-
onderhands
n die Socie-
•keerde ma-
jdenden on-
gisteravond
iarige D. B.
aar fiets ge-
'uk had een
•voerde haar
mis.
BINNENLAND.
De administratieve organisatie der
Zuiderzee-gronden; advies der Unie van
Waterschapsbonden aan den minister.
(Binnenland, 2e Blad).
De jaarvergadering van den Bond van
Chr. P. T. T.-personeel. (Binnenland, 2e
Blad).
Brand in de Van Musschenbroekstraat te
Den Haag. (Gemengd, 2e Blad).
Bij Markelo is een autobus met 16 passa
giers over den kop geslagen; 7 personen
zijn gewond. (Gemengd, 2e Blad).
De inschrijvingen voor de Kaagweek.
(Sport, 4e Blad).
BUITENLAND.
Bezoek van Stimson aan Rome, bezoek
van Luther aan Londen en Parijs. (Buiten
land. Ie Blad).
De Pruisische Landdag verwerpt het
voorstel tot ontbinding. (Buitenl. Ie Blad).
Mussolini verbiedt, dat fascisten lid zijn
der Katholieke Actie. (Buitenl. Ie Blad).
Ernstige dynamietontploffing in Chili.
(Buitenl. Gemengd, 2e Blad).
Opnieuw brand ter Parijsche tentoon
stelling. (Tel. Ie Blad).
ening van het Petitionnement niet leniger uit!
jmt de Ont-
lève bijeen,
■n gewichtig
tenminste
moet slagen,
terug in den
lewapenings-
1 einde is.
wil, bereide
4 wel geheel
ts: „Wie den
vrede". Om
;ewerkt wor-
lkeren moe-
at de oorlog
dat in een
lis behoort,
e de wereld.
heeft het
geleerd, wat
ilerschrikke-
ïenlevens en
oorlogsfilms,
arque's „lm
Westen nichts Neues"? En dat zijn nog
maar schetsen der werkelijkheid, die niet
halen bij de waarheid
Voor ieder volk, groot of klein, is een
groote taak weggelegd vóór de conferen
tie bijeenkomt, die over het wel en wee
der gansche wereld zal beschikken. Daar
over zijn alle groote leiders het eens:
Henderson, Briand, Curtius, jhr. Loudon
en alle anderen. Op ieder volk rust de
verplichting het zijne te doen voor het
welslagen van deze conferentie. Laat
Nederland ook doen, wat het doen kan,
opdat nimmer het verwijt ons land kan
treffen: „Ja, maar gij hebt ook niets ge
daan, gij hebt in deze belangrijke uren
alles over Uw kant doen gaan".
Getuigt allen van Uw wil, den vrede
te handhaven, van Uw wil den oorlog uit
te bannen.
Teekent nog heden het Petitionnement,
zoo gij dit nog verzuimde. Stel niet lan
ger uit!
t Nederlandsche Volk aan de Ontwapenings-
•ntie in Februari 1932 te Genève te houden,
.niseerd door de „Nederlandsche Dagbladpers"
Conferentie niet den meesten aandrang, in naam
maatregelen te nemen, die tot ontwapening der
(Nadruk verboden).
i
t £,„„i5, -van Z1]n trouwen vader. Door zijn
i ion vertrouwen heeft hij alle raadse-
I nor, Vfjn menschelijk leven overwon-
I ouwon wij, aldus eindigde spr..
hoede ttlans 2Ün z'ei toe aan Gods
h N'\mens óc commissie voor „De Zon-
aagsbode" sprak vervolgens ds. G. Wuite
Slv, 7e.n aaS' die de vele moeilijkheden
schetste welke aan de redactie van dit
lad verbonden zijn. De vele stroomingen
teSenstroomingen in het kerkelijk
VJrels? Aen een sroote stuurmans-
al blies er niet steeds een felle
£2' *°ch waren er verraderlijke
de4ta?^J; v ?et noodig maakten, dat
de stuurman het oog in het zeil hield en
het roer geklemd in de vaste hand. zóó
RIJKSPOSTSPAARBANK.
Aan het postkantoor Leiden en zijne
bijkantoren werd, in den loop der
maand Juqj op spaarbankboekjes inge
legd f. 130.378.61. en terugbet. f. 92.868.97.
Derhalve meer ingelegd dan terugbetaald
f. 37.509.64. Het aantal nieuw uitgegeven
spaarbankboekjes bedroeg 126.
Door tusschenkomst dezer kantoren werd
ter Directie op staatsschuldboekjes inge
schreven nominaal f. 2.800 en afgeschre
ven nominaal f. 1.500. Derhalve meer in-
dan afgeschreven f. 1.300. Het aantal nieuw
uitgegeven staatsschuldboekjes bedroeg 2.
Laan (Voorschoten), J. van Hellemond
(Noordwijk). R. Hesselink. H. P. P. van der
Horst, P. A. A. N. Janssens, G. M. Lam-
brechts, J. Nix, D. J. M. van Norden. C. van
Oven. L. Lyklema, J. Montfoort, J. van
Nes (Noordwijk), J. de Roo, J. W. Rijnders,
W. A. H de Wit (Den Haag). J. W. Heringa
H. A. Jansen, G. J. ter Poorten, J. A.
Voormolen, G. F. Wilmink, H. Treffers, J.
M. Verhoog, W. C. A. J. van der Wilde en
P. J. van der Zanden. Afgewezen 14.
Onder de namen van de voor het
toelatingsexamen Gymnasium 1ste klasse
geslaagde leerlingen komt voor die van
M. K. H. Ors. Dit moet zijn M. K. H. Vos.
Adres-...
Naam
Adres:
Naam:
Adres
Dien gelieve dit formulier ingevuld aan ons Bureau te zenden of aan één onzer
Agenten ter hand te stellen!