LAAT IN DE VACANTIE UW BEDDEGOEDEREN VERNIEUWEN. MENSCHELIJK SKELET J. VAN RIET Fa. P. v. WEEREN HISTORISCHE FIGUREN. VISSCHERIJ-BERICHTEN. VARIA. Haarlemmerstraat 130-132-134-136 Heilgymnastiek - Massage VERGEET NIET moeten aangelegd, is nu meestal bezet L voorgewas, als bijv. tuinboonen, vroege aardappels ed Zoodra dit voorge was is geoogst, wordt de grond goed los- vesDit zoo noodig twee steek en daarna funk met stalmest gemest. De aardbei houdt nl van een goed vochthoudende en doorlatende bodem: droogte tijdens de oogst loopt op humusarme gronden meestal uit op een misgewas Zooals bo ven opgemerkt wordt begin Augustus ge- clant grootvruchtige soorten krijgen op deze gronden een afstand van 40 c.M. in 't vierkant. Bij het planten dient er voor al op te worden gelet dat niet te diep wordt gepoot, het hart moet goed vrij hl li ven Begin Augustus geplant zullen de jonge aardbeien tegen den winter vol doende zijn aangeworteld om zonder ge vaar van te bevriezen over te blijven. Kan men tegen den winter een weinig rnlfze mest tusschen de rijen aanbrengen, zoo verdient dat alle aanbeveling De meeste grootvruchtige soorten zul len in het volgend jaar een kleine oogst „even- alleen van vroege soorten als bijv. Deutsch Evern (welke wij voor den teelt in den open grond niet zoo bijzonder kunnen aanbevelen, is de opbrengst in liet volgend jaar goed wat betreft het quantum. Het tweede jaar is de oogst t best en deze is in het derde jaar reeds weer min der groot. In den regel doet men dan ook goed op lichte gronden de bedden niet langer dan twee, hoogstens drie jaar te houden. Om het andere jaar nieuwe rijen aanleggen is te verkiezen. Indien geen nieuwe"planten noodig zijn doet men goed de ranken alle weg te houden. Men kan dan gemakkelijker het terrein schoon houden en de planten zullen niet onnoo- dig verzwakken. Op zware gronden, dus bij name op kleigronden is het niet mogelijk in Augus tus nieuwe bedden aan te leggen. De grond is dan meestal droog en hard. Op deze bodem worden eind Maart, of in April nieuwe rijen uitgezet, na vooraf flink met stalmest te hebben gemest. De afstanden worden hier grooter genomen, n.l. 50 c.M. in 't vierkant en soms ruimer. Op deze gronden kan in het eerste jaar (dus zelfde jaar van aanplanten) niet op een oogst worden gerekend. Deze is een volgend jaar reeds niet onbelangrijk maar is ook het tweede jaar beter en blijft zoo bevredigend enkele jaren achter elkaar. Hier zijn dus de bedden niet zoo spoedig afgedragen. Ook op deze gronden is van belang om de ranken geregeld weg te houden, wanneer geen jonge planten voor nieuwe bedden noodig zijn. De meest aan te bevelen grootvruchtige soorten, welke op lichte zoowel als op zware gronden dienst kunnen doen zijn: Mad. Mathot, ook wel genoemd Praises Juliana. Dit is een zeer grootvruchtig soort. Jucunda is een beste, rijk dragende aard bei. evenals Mac Mahon. Al deze soorten volgen op de bovengenoemde Deutsch Evern, eveneens een grootvruchtige aard bei, die buitengewoon rijk draagt, maar zwakke vruchten geeft, welke laatste bij aanhoudenden regenval tijdens den oogst veel rotte vruchten maakt. Om in bakken te vervroegen is de D. E. buitengewoon aan te bevelen. Hiervan worden jonge planten begin Augustus geplant. Meestal plant men vijf rijen op een strook grond, ter breedte van de lengte van een één- ruiter. De lezer begrijpt reeds de bedoeling: over dit bed wordt begin Februari een eenvoudige bak gemaakt, zoodat de plan ten vanaf dien tijd onder glas staan. Op de rij krijgen de jonge aardbeien 20 a 30 c.M. afstand, al naar de zwaarte van den bcdem. In Maart moet bij zonnig weer worden gelucht en vooral in April tijdens den bloei. Het is niet moeilijk in Mei mooie aardbeien te plukken als men de planten maar veel lucht overdag. Na den oogst worden de ramen verwijderd en ge tracht jonge planten aan te kweeken. Deze worden afgenomen en in Augustus op nieuw geplant. De oude planten worden weggeschoffeld, doen dus slechts éénmaal dienst. o Vraag. In mijn tuin heb ik veel last van kleine grijze slakken welke het vooral op mijn Dahlia's hebben gemunt. Hoe deze slakken te bestrijden? J. v. H. L. Antw. Bedoelde slakken gaan vooral 's nachts op roof uit en kruipen tegen dat het licht wordt in een schuilhoek. U doet goed eens heel vroeg, bijv. 2 uur in den morgen naar uw tuin te gaan en de plan ten te bestrooien met stoffijne gebluschte kalk. Gebruik plm pond per 10 vierk. meter. De slakken worden dan met kalk bestoven en verdwijnen. Herhaal deze be stuiving na een paar dagen. J. S. Vragen op Tuinbouwgebied aan de Redactie onder motto „Tuinbouw". Steunt, bij gelijken prijs en kwaliteit, De Nederlandsche Industrie. Hiermede dient gij Uw land En bestrijdt gij de werkloosheid. ZIJNE EMINENTIE. De tijd en ik. De vier woorden, die ik als motto ge bruik, zijn het devies geweest van een man, die deze verbijsterend gedurfde samenkoppeling niet te verbijsterend vond voor een mensch, zelfs niet voor een met zijn eerzucht: De tijd en ik. Dat kan alleen een man zeggen, die eerzuch tig, berekenend, doorzettend, koel en hoog hartig is. En dat was „Zijne Eminentie" dan ook, de man. dien kardinaal Richelieu, voordat hij in 1642 stierf, met zorg had uitgekozen om zijn opvolger te zijn en den koning van Frar krijk, Lodcwijk XIII. ter zijde te staan in zijn zware taak van lieerscher. Die opvolger was de man wiens ijzeren hand we reeds bespeurd hebben in vorige „Historische figuren" was kardinaal Mazarin. die den liefdesroman van den jongen Ledewijk XIV en Marie Mar.cini, des kardinaals nicht na het eerste sofd- stuk. dat als inleiding diende, bruusk lfot eindigen Mazarin, de opvolger Richelieu! Een vreémdeling, een Italiaan, van wiens eigenlijke afkomst men niet voel wist, doch die zichzelf voor een edelman uit gaf en althans getoond had een buiten gewone intelligentie en een groot zelf bedwang te bezitten. Hij kon veel aan, want hij rekende, berekenend als hij was, op den geweldigen bondgenoot. De tij d en ik. „Een vreemdeling!" zoo liep het door de rijen der hovelingen. „Een vreemdeling!" Men was aan het hof ontevreden, zooals men ontevreden was geweest over het ge weldig overwicht, dat kardinaal de Riche lieu over Lodewijk XIII had gehad en over het niet te verzwakken prestige, waar mede deze hooghartige minister den adel van Frankrijk gedwongen had hem en zijn politiek te aanvaarden. Lodewijk XII deed wat Richelieu had begeerd. Hij aanvaardde den voor hem gereed gemaakten opvolger van zijn groo- ten minister. Den dag na Richelieu's dood verklaarde de koning, dat hij kardinaal Mazarin in zijn Raad geroep'en had om er zitting te nemen naast zijn ander mi nisters. Ter kalmeering van de ontevre denheid der omgeving van den troon voegde hij er aan toe. dat hij verzekerd was van de trouw van kardinaal Mazarin, ..alsof deze geboren was in Frankrijk zelf". En Mazarin werd wat Richelieu geweest was, het feitelijke hoofd der regeering van Frankrijk. Mazarin was van alles geweest; steeds geleid door zijn superieure scherpzinnig heid had hij zijn weg opwaarts gevonden. Een biograaf van hem zegt, dat hij was: „een beetje soldaat, een beetje priester een beetje diplomaat en dat alles met een vernisje van een gelukszoeker". Het groote succes echter kwam voor hem, toen hij Richelieu ontmoette en dezen groote diplomatieke diensten kon bewijzen bij diens pogingen om de twisten tusschen het Huis van Savoye en het Huis van Oosten rijk bij te leggen. Mazarin was toen nog in den dienst van het Huis van Savoye. Richelieu nam hem mee naar Frankrijk, droeg hem de oplossing van de moeilijke vraagstukken der internationale politiek op. benoemde hem tot kardinaal en zooals ik reeds zeide zorgde voor zijn toekomst. En ziedaar Mazarin in 1641 „arrivé"; de ko mende" man was „de man van het oogen- blik" en „de man van de toekomst" ge worden. Hij was waar hij wilde zijn en wat hij als een belofte beschouwde van wat hij nog meer had kunnen zijn. Toen, een jaar later, óók Lodewijk XIII overleed, zonder dat er een meerderjarige preten dent naar de Fransche troon was, groeide Mazarin's macht, zelfs zonder zijn toe doen, omdat hem, als eenig aangewezene voor een dergelijke taak, de regeermacht in handen werd gegeven. Want Lodewijk XIII. die den 14en Mei 1643 stierf, liet een zoon na van vijf jaren, Lodewijk XIV. De jeugd van dezen laatste is eigenlijk pas geëindigd, toen Mazarin den 9en Maart 1661 stierf. Men kan gerust zeggen, dat eerst toen. op twee en twintig jarigen leeftijd, Lodewijk XIV begon met over Frankrijk te regeeren. En dit ver klaart ook, wat in de vorige twee „His torische figuren" werd uiteengezet, dat Mazarin den jongen koning kon dwingen afstand te doen van zijn huwelijksplan nen ten opzichte van de zwarte Marie Mancini. Tusschen 1643 en 1661 ligt het groote tijdperk van Mazarin's werkzaam heid. Dat is een tijdperk van strijd om de macht. De fel-eerzuchtige Italiaan was opgewassen tegen elke positie en zelfs bij de felste oppositie had hijman van groote intellectueele gaven, maar ook van hoffe lijke omgangsvormen en charmeerende conversatie, zeer teedere beschermsters. Er is veel over Mazarin geschreven. Wie een mooi werk over hem wil lezen, neme het boek van Karl Federn. dat een jaar of tien geleden bij Georg Müller te Mün- chen is uitgekomen en hier en daar boe iend is als een boeiende roman. Lodewijk XIII's weduwe, Anna van Oostenrijk, dochter van den Spaanschen koning Philips III. had Mazarin in haar gunst genomen. De oppositie tegen hem ging allereerst uit van het parlement dat toen nog niet was wat wij onder „een parlement" verstaan, doch als een tus- schending tusschen Gerechtshof ne Wet gevende Vergadering, in elk geval als eer, de wetten registreerend college, beschouwd moet worden en waarin de rijke en be schaafde bourgeoisie hare belangen-ver- tegenwoordlging zag. Daarbij sloot zich uit zuiver persoonlijke gronden een deel van den hoogen adel aan, die langzamerhand de leiding aannam van den grooten veld heer d^ch slechten politicus, den prins van Condé. -Sen ander deel stond onder den invloed van den coadjutor van den aartsbisschop van Parijs, die later als kardinaal de Detz deze periode uit de Fransche politiek in zijn „Mémoires" met scherp teekende pen zal beschrijven. Men kent den strijd, die Fronde" ge noemd werd naar het gevaarlijke spel. dat de Parijsche jongens op en acher de wal len der stad speelden, wanneer zij elkaar met slingers waarin een steen be stookten. Dit spel werd door de overheid verboden. De straatjongens stoorden er zich weinig aan, gingen door met hun slinger(fronde)spel; de vijanden van Ma zarin, in de eerste plaats, verbitterd tegen de financieele politiek van den machtigen minister, werden naar déze ongehoorzame jongens „frondeurs" genoefnd. De twisten duurden van 1648 tot '53; zij vonden in den aanvang ,.De Oude Fronde" of de „Parlementaire Fronde") twee partijen tegenover elkaar: Anna van Oostenrijk en Mazarin aan de eene zijde en het parle ment aan de andere. Het volk van Parijs wierp barricaden op en het hof moest zich naar St. Germain terugtrekken Later (in „de Jonge Fronde" of de Fronde dei Prinzen") kwam het zelfs tot gevechten tusschen de door Turenne gecomman deerde koninklijke troepen en de „fron deurs" Mazarin beleefde moeilijke uren. In de straten van Parijs dreunde uit den mond van groote volksbenden de echo van een politiek liedje: Un vent de fronde A souflé ce matin. Je crois qu'il gronde Contre le Mazarin Mazarin hoorde het. maar. menschen- kc-nner als hij was. zeide hij glimlachend, in zijn sierlijk Italiaansch: .Ze zingen, dan betalen ze wel". Hij bood het hoofd aan den storm en meestal met gunstigen uitslag. Een tijd lang moest de groote Condé in de gevangenis ondervinden dat een machtig man Frankrijk's politiek be stuurde. Doch de kans van het geluk is vol nukken en in Februari 1651 hebben de vijanden van den minister de bovenhand. Deze moet vluchten, moet zelfs ettelijke maanden, beroofd van zijn ambten, tot vijand des lands verklaard, in ballingschap doorbrengen. Maar twee jaar later houdt hij weer zijn triomphantelijken intocht in Parijs, nadat hij de coalitie zijner vijanden uit een heeft doen spatten. Het was thans de beurt van den kardinaal de Retz om ver bannen te worden en Condé „de groote Condé". vertoefde in Spanje bij. de vij anden van zijn land. Sedert regeerde „de Italiaan" (maar die genaturaliseerd Franschman was) onaan gevochten in naam van den jongen konins, over Frankrijk en bereidde hij voor dezen een macht voor. die Jot dusver door geen koning van Frankrijk bereikt was gewor den. Hij, Mazarin, gaf hem. den jongen koning, de dochter van Philips IV van Spanje tot vrouw. Ik sprak den vorigen keer over dit door „het tractaat der Pyreneeën" geëischte huwelijk. Daardoor maakte de kardinaal een einde aan den veeljarigen strijd met Spanje en gaf hij het Fransche koningshuis recht, zijn aan spraken te doen gelden op de Spaansche erfenis, die later helaas! een nieuwen oorlog zou uitlokken. Dit huwelijk was een zuiver politiek huwelijk, waarbij én de Fransche koning én zijn eerste dienaar althans de jonge nicht van dezen, Ma rie Mancini allen een offer moesten brengen. Het was de jonge liefde van Lo dewijk XIV en Marie Mancini die door dat vorstelijk huwelijk werd vernietigd Mazarin's overwinning op de Fronde is te verklaren uit zijn groote scherpzinnig heid, zijn onvermoeibaren arbeidslust, de zakelijke doeleinden die hi' vnor zlin poli tiek had. Zijn tegenpartij was meestal verdeeld en zonder goed omschreven doel. Zelfs het parlement, dat soms practische eischen stelde, b.v. het recht van iederen gearresteerde om binnen vier en twintig uur voor zijn rechter geleid te worden, was dikwijls verdeeld. Daartegenover stond Mazarin in zijn logische kracht. En. én hij was niet meer alleen oo de hooge plaats, door hem ingenomen. Hij had een sterken steun in de koningin-weduwe. Anna van Oosten rijk die hem niet alleen om zijn arbeid achtte, doch die hem had liefgekregen en zijn minnares was geworden. Over het laatste is, sedert allerlei archieven zich hebben geopend, twijfel haast niet meer mogelijk Het eenigc waarover men het nog niet eens is. is de vraag, of Mazarin in 't geheim met haar in den echt was verbonden. Het was een groote liefde, al thans van de zijde der vorstin De brieven in cijferschrift, die beiden wisselden ge ven er de duidelijke bewijzen van. Hare hartstochtelijke verklaringen omtrent de grootheid harer gevoelens voor hem kun nen niet geloochend worden. Een oproerige wind heeft vanmor gen gewaaid: hij gromt, meen ik, tegen Mazarin. Men verwondert zich daarover? Anna van Oostenrijk en Mazarin aldus vereend? Maar er zijn in dien tijd meer teedere banden gesloten, die van invloed zijn ge weest op de politiek der partijen. Vrou wen spinnen de draden, die tusschen die partijen heen en weer voeren, verwekken conflicten, doen bemiddelingsvoorstellen, brengen haar minnaars tot begeerde mi nistersposten en doen haar vijanden door haar vrienden ten val brengen. „Made moiselle", de dochter van den prins van Orleans, is daarvan een voorbeeld. Zij is de heldin van een dramatische scène uit den „oorlog der Fronde": het gevecht bij de poort van Saint-Antoine te Parijs. Zij opent Condé. die bedreigd wordt door Tu renne. wiens trouw aan den koning onver- derd is gebleven, de poorten van Parijs en laat de kanonnen van de Bastille vuur geven op de koninklijke troepen. Daardoor redde zij Condé. maar zij vernietigde haar eigen leven. Het Fransche volk heeft echter onder de Fronde-twisten zwaar geleden. In het reeds vermelde boek van Federn is in en kele bladzijden de donkere kant dezer twisten duidelijk aangegeven. We zien echter de aristocratische spelers van het gevaarlijk partij-spel zich bewegen met een gratie, die door geen scrupules wordt verminderd. Een enkel tooneeltje uit den strijd dier dagen, in Federn's boek terug te vinden, vinde hier vermelding: In de dagen, dat Condé en de coadjutor van den aartsbisschop van Parijs elkaar met alle mogelijke wapenen van geweld en intrigue bestreden, ontmoeten zij elkaar in de straten van Parijs; de coadjutor schreed aan het hoofd eener processie; Condé was begeleid door gewapende man nen. Deze laatsten wilden den priester be- ieedigen. Doch Condé beval, dat zij rustig zouden blijven en knielde zelf op de straatsteenen neder. Ten aanzien van alle omstanders gaf daarop de coadjutor hem den priesterlijken zegen. Daarop trad hij een schrede terug, nam zijn baret af en maakte voor den prins een diepe buiging. „Zij waren doodsvijanden", zegt de schrij ver; „zij waren beiden, naar ieder wist, volslagen ongeloovig. Maar zij waren bei den elegante Franschen en groote acteurs" In zulk een land en in zulk een tijd be grijpt men. dat een minister met groote intelligentie, van sierlijke elegance en ge steund door koninklijke macht, jaren lang de teugels van het bewind in handen kan houden. De jonge koning, Lodewijk XIV. had niet anders te doen dan het oogen- blik af te wachten, waarop Mazarin het tijdelijke met het eeuwige verwisselde, om zelf te regeeren. Toen dat oogenblik ge komen was. spoedde naar de abbé de Choisy vermeld, de aartsbisschop van Rouaan zich naar den koning en zeide hem; „Uwe Majesteit had mij bevolen, mij tot mijnheer den kardinaal te wenden voor alle zaken. Nu is hij dood, Tot wien wil Uwe Majesteit, dat ik mij in de toekomst richte?" „Tol nnj, mijnheer de aartsbisschop", antwoordde Lodewijk XIV. Niet onaardig zegt de Grand Dictionnai- re Universel: „De regeering van Mazarin was het voorwoord tot diae van Lodewijk XIV". A. J. BOTHENIUS BROUWER. Overzicht onzer belangrijkste Veemarkten. De belangstelling op de veemarkten wordt nog met den dag minder en het was j.l. Maandag te Gorinchem op de af- deeling van het gebruiksvee al bijzonder stil. Slechts 69 stuks grootvee was te koop aangeboden en vond nog geen eens vol doende afzet. Een enkele Belgische koop man was aanwezig om voor zijn land een of meer geschikte kalfkoeien te koopen evenals gisteren in Rotterdam, doch dit zet natuurlijk een handel geen kracht bij. Veel wilden onze Zuidelijke buren ook niet besteden; f.300—350 en keken dan nog erg nauwkeurig. Voor melkvee of voor weide- koeien besteedde men alweer wat minder. De prijsdaling zette zich over de geheele linie voort; want ook gisteren te Gronin gen kon men de oude prijzen niet hand haven 334 kalf- en melkkoeien aange voerd. Besteed werd van f. 220360. Pur- merend had nog een flinke aanvoer en ging daardoor nog iets meer terug. Prijzen van boven de f. 350 waren heel sporadisch en dit moest men toch nog kort geleden ruimschoots voor een goede gebruikskoe besteden. Voor het slachtvee verkeerden de mark ten in dezelfde positie. Stille handel en teruggaande prijzen. Denemarken voerde dezer dagen wederom belangrijke kwan- tums rundvleesch in ons land in. Meer dan 500 geslachte beesten passeerde reeds Maandag onze grenzen, met bestemming voor slechts enkele groote steden. Vette kalveren ondergingen begin dezer week een teruggang van enkele centen per pond, doch voor de nuchtere kon men een paar gulden meer bedingen, door meer buitenlandsche vraag. Schapen met kal- men handel; stationair De varkensmark- ten gaven vrijwel alle een beteren toe stand te zien. Er was een verhooging van gemiddeld 2 cent per pond. Toch zijn de vooruitzichten nog niet met zekerheid te bepalen; doch wij verwachten vooralsnog geen verdere verhooging, zelfs voor vol gende week weer eenige teruggang, die zich wellicht einde dezer week al zal uit spreken. VAN DER S. IJMUIDEN. 1 Juli 1931. VISCHPRIJZEN Tarbot per K.G. f. 1.25—0.85. Griet per kist van 50 K.G. f.6530: Tongen p. K.G. f. 2.40—1.90: Middelschol per kist van 50 K.G. f.42: Zetschol per kist van 50 K.G. f.4224; Kleine Schol per kist van 50 K.G f.257: Bot per kist van 50 K.G. f. 4.10; Schar per kist van 50 K.G. f. 135; Tong schar per kist van 50 K.G. f.4636; Vleeten per stuk f. 8.502.20: Pieterman en Poontjes per kist van 50 K.G. f. 7.50 4.40: Middel Schelvisch per kist v. 50 K.G. f. 3022; Kleinmiddel Schelvisch p. k. v. 50 K.G f. 17.50—12.50: Kleine Schelvisch per kist van 50 K.G. f. 114 50; Kabeljauw oer kist van 125 K.G f.80—54: Gullen per kist van 50 K.G. f.214.80; Lengen per stuk f 1.030.55; Heilbot per KG. f. 1.55 1,25; Wijting per kist van 50 K.G. f. 10 3 60; Koolvisch p. stuk f.10.25; Makreel per kist van 50 K.G. f. 1716 Aangekomen 5 stoomtrawlers: IJM 58 met f.4568; IJM .59 met f.3621: IJM. 31 met f.8198. IJM. 95 met f 3447; IJM. 104 met f 1461; 2 Deensche kotters E. 142 met f 1200: S. 135 met f.581; en 4 loggers: KW. 69 met f.777; KW 130 met f.977: KW. 21 met f.1058: KW. 112 met f.693; IJM. 267 met 32 last pekelharing. Praairapport Hr. Ms. „Nautilus". 29 Juni. Od ongeveer 0 gr. 5' Ol. en 59 gr 50' Nbr. SCH. 179. SCH. 314, SCH. 370. SCH 378; tusschen 0 gr. 20' en 0 gr. 55' Ol. en 59 gr. 55' en 59 gr. 40' Nbr. VL. 16, 6 kantjes; VL. 43. VL 53. 12 last; VL. 167, 6 kantjes; VL. 192, VL. 193 80 kantjes; VL. 199. VL 203. 14 last; VL. 204. 27 last: SCH 8. 5 kantjes; SCH. 57. 17 last; SCH. 58, 10 last; SCH. 87, 5 last; SCH. 133. 4 last; SCH. 196. 20 kantjes: SCH. 201. 30 kantjes; SCH 247. 6 last; SCH. 261. 20 last: SCH. 280. 26 last: SCH. 297. 2 last: SCH. 325. SCH. 378. 11 last; SCH. 468. 45 kantjes: SCH. 496, KW. 149. IJM. 266. 24 last: IJM. 501. 90 kantjes. Eenige visschers hadden goede vangsten od ongeveer 59 gr. 55' Nbr. en tusschen O gr. 45' en 0 gr. 55' Ol.. namelijk 45 tot 150 kantjes. VOLKSCLOWN DUROW. Eenigen tijd geleden overleed te Moskou de oudste en populairste clown van Rus land, Anatoly Du row. Durow was ver over de grenzen van zijn vaderland als dieren temmer beroemd en werd zoowel door den laatsten tsaar als door keizer Wilhelm (voor wien hij eens met zijn dieren in een particuliere voorstelling een uitvoering gaf) met verschillende ordeteekenen begiftigd. Durow schreef interessante gedeeltelijk ook wetenschappelijke werken over de psychologie der dieren. Éijn grappen in de arena waren niet altijd van even onschuldigen aard. De clown had er slag van op uiterst geestige manier zelfs tsaristische waardigheidsbekleeders voor wie iedereen sidderde, er tusschen tc nemen. Over Durow zijn tallooze anecdoten in omloop, waarvan er hier enkele volgen: Generaal Wahl, de militaire gouverhejr van Petersburg, was in intellectueele krin gen van die stad zeer gehaat wegens zijn reactionnaire gezindheid en zijn ruw op treden het was in 1896. Toen hij op een keer den circus bezocht, waarin Durow zijn voorstelling gaf, zeide deze tot zijn gedresseerd zwijn: Sch.sch... sch.Wahl! Dat was een gewaagde woordspeling want het woord ,Schwal" beteekent in het Russisch Kreng!" Onder het bolsjewistisch regime behield Durow zijn scherpe tong. Beroemd is de volgende anecdote: Durow liet het publiek een stok zien en zei Dat is het zinnebeeld vau ons land. Vroeger was boven de tsaar met den adel, in het midden wij allen en onderaan het proletariaat. Toen draaide hij den stok om en ver volgde: We hebben revolutie gemaakt Thans is de adel onder. Wij allen zijn op dezelfde plaats gebleven, maar waar is het proletariaat? 't Ts wel typisch dat Durow van Lunatcharski toch den titel volksclown ge kregen heeft. HET DRAGEN VAN EEN BAARD IN PARIJS. Een Parijzenaar heeft een onderzoek ingesteld naar het dragen van baarden in de Lichtstad. Hij kwam bij dat ..onder zoek" tot twee gevolgtrekkingen. Op een danspartij in het ministerie waren de clean shaven-heeren in de meerderheid, baarden waren zeldzaam. Op een congres daarentegen waren de gezichten van doctoren, rechterlijke beambten en advo caten in grooten getale sierlijk omkranst door een baard, de „blanken" waren daar in de minderheid. WAALS Repareeren en nieuw overtrekken van beddegoed kan in één dag geschieden, 's morgens gehaald, 's avonds thuis - Prijsopgave wordt vooraf verstrekt Belt U ons even op, onze nummers zijn 2360 en 2361, desgewenscht 9307 komen wij direct bij U met stalen en geven U gaarne prijsopgave Ademhalings-Gymnastiek Platvoetbehandeling. T C^A^TPT f7TM Leeraar Licb. Oef. M. O. LL11 j Gedipl. Ileilgymnast - Masseur. Spreekuur 1-2 Hoogewoerd 140. Telef. 2270. Behandeling op medisch advies. 5906a TE KOOP GEVRAAGD. Aanbieding' onder N'o. >907nr bureau Vftn dit blad. MEUBELiMAKER 5900a BEVEELT ZICH BELEEFD AAN. Vakkundige restauratie v. antieke meubelen Werkplaats: Vliet 27. Woonplaats: De Ruiterstraat9 onze Krentebollen en Kadetjes op reis mee te nemen Tweemaal daags versch Groote bestel lingen binnen het uur gereed. ci,j0!j Beleefd aanbevelend J. SPRUIT. Lage Rijndijk 63—65 Leiden. 3—2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 7