m .uMini^niiRois
72sle Jaargang
DONDERDAG 18 JUNI 1931
No. 21854
0FFICIEELE KENNISGEVING
STADSNIEUWS.
Het voornaamste Nieuws
van heden.
EEN NEDERLANDSCHE WOLKENKRABBER
LEIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
30 Cts. per regel voor advertentlën uit Leiden en plaatsen
waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle
andere advertentlën 35 Cts. per regel Kleine Advertentlën
uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts.
bij een maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van
brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers yoor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PRIJS DEZER COURANT:-
Voor Leiden per 3 maanden 1.2.35, per week 1.0.18
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18
Franco per post 1.2.35 4- portokosten.
Dit nummer bestaat uit VIER Bladen
EERSTE BLAD.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Lei
den brengen ter algemeene kennis, dat
door hen de beslissing op het verzoek van
a N. van Rijnswou om vergunning tot het
oprichten van een brood- en koekbakkerij
In het perceel Heerenstraat No. 85, Sectie
M. No. 3388: b. P. Storimans om vergun
ning tot het oprichten van een onder-
grondsche bewaarplaats voor benzine,
petroleum en kunstterpentijn op het aan
den Morschsingel gelegen terrein der
NV. tot exploitatie van Staatsspoorwegen,
Sectie L. No. 1305; c. E. R. Beulink omver
gunning tot het oprichten van een koek
en banketbakkerij in het perceel Lange
Mare No. 40/44, Sectie H. No. 3197, 3481
en 1891; d. A .Klootwijk om vergunning
tot het oprichten van een machinefabriek
en reparatiewerkplaats in het perceel
Utrechtsche Jaagpad No. 44, Sectie M. No.
3457; e. W. Zaalberg om vergunning tot
het oprichten van een smederij in het
perceel Janvossensteeg No. 49, Sectie H
No. 3303; f. N. C. Overdevest om vergun
ning tot het oprichten van een zuivel-
inrichting in het perceel Heerenstraat
No 102, Sectie M. No. 3985 is verdaagd.
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRIJEN. Secretaris.
Leiden. 18 Juni 1931.
8452
NED. VER. VOOR ARMENZORG EN
WELDADIGHEID.
24ste Algem. Vergadering te Leiden.
Bovengenoemde vereeniging houdt he
den. morgen en Zaterdag in de Stadsge
hoorzaal alhier haar 24ste algemeene
vergadering. Vanmorgen te 11 u. kwamen
de leden, begunstigers en vrienden in
huishoudelijke samenkomst bijeen.
Huishoudelijke bijeenkomst.
De voorzitter, dr. J. Th. de Visser, heette
allen hartelijk welkom en gaf er zijn
vreugde over te kennen, dat deze jaar
vergadering onder gunstige omstandighe
den kan worden gehouden.
Aan het jaarverslag van den secretaris
den heer H. J. J. Scholtens is het volgende
ontleend: De 23ste jaarvergadering werd
te Amsterdam gehouden. De financieele
toestand der vereeniging heeft een gun
stige wending genomen, eenerzijds een
gevolg van de stijging der contributiën,
anderzijds van de toegepaste bezuiniging.
Het ledental nam met 50 toe en bedraagt
thans 385 instellingen en 657 personen, in
totaal 1042. Het aantal abonné's op het
Tijdschrift voor Armwezen, Maatschappe
lijke Hulp en Kinderbescherming bedroeg
op 31 December j.l. 1152, waarvan 1030
betalende.
Tot de voornaamste werkzaamheden
van het Bestuur behoorden o.a. in het
afgeloopen jaar de bevordering van de
toepassing van den onderhoudsplicht, de
bestudeering van het vraagstuk der bede
larij en landlooperij en de inwendige
reorganisatie der vereeniging.
Voor dit laatste is bereids een commis
sie benoemd, bestaande uit de heeren:
dr. J. Adriani, te Utrecht, W. Drees te Den
Haag, mr. J. Everts te Amsterdam, prof.
'Pompe te Utrecht, jhr. Quarles van Ufford
te Utrecht en A. C. van Vuuren te 'sGra-
venhage.
Het verslag eindigt met een woord van
hulde aan de nagedachtenis van het over
leden bestuurslid Pater Ildefonsus O. M.
Cap. en van dank aan den administrateur
den heer G. A. Bisschoff.
Het verslag werd onder hartelijke dank
zegging goedgekeurd.
in de vacatures, ontstaan door het pe
riodiek aftreden van mej. dr. J. A. Baro
nesse van Versehuer en de heeren H. C.
C Franck, dr. C. P. Romme, dr. F. J.
Lisman. A. C. A. van Vuuren en Herman
Snijders, werd voorzien door de benoeming
van de heeren P. H. Schuurman (Amster
dam), mr. H. L. M. H. Sark (Den Haag),
mr. o. J. Cluysenaer (Winschoten), mr.
J N. J. E. Heerkens Thijssen (Haarlem), J
V/. Jurrema (Amsterdam) en J. Weber
(Amsterdam).
De volgende jaarvergadering zal te
Eindhoven worden gehouden.
In de middaguren werd groepsgewijze
een bezoek gebracht aan eenige instellin
gen ter plaatse, n.l. de stichting „Voor-
geest", de Anna-kliniek, het Rijks-psycho-
pathen-asyl, de R.K. school voor
zwakzinnige kinderen (St. Liduinaschool),
het Centraal Israëlietisch Wees- en
Doorgangshuis, dat vandaag voor twee
jaar officieel werd geopend, het Geref.
Minnehuis met Catharina Jacobsdochters
hof, het Heilige Geest- of Arme Wees- en
Kinderhuis, het Leidsch Borgstellingsfonds
en eenfge der merkwaardigste Leidsche
hofjes, nl. het Heilige Geest- of Sprongs-
hofje, het Barend van Namenhof, het
St. Annahofje of Aalmoeshuis en het
Meermanshofje. De bezoekers werden in
he onderscheidene inrichtingen ontvan
gen en rondgeleid door den directeur, een
bestuurslid of een der regenten.
Hedenmiddag had in de Lakenhal de
officieele ontvangst door het gemeentebe
stuur plaats, hetgeen geschiedde met een
toespraak van den burgemeester.
Het volgende is er aan ontleend:
Het doel uwer vereeniging op zichzelf
is ons sympathiek, wij weten dat gij lei
ders zijt van die nog zeer talrijke groep
van menschen die een genoegen vinden in
het werken om der wille van anderen,
vrouwen en mannen, die, ieder naar eigen
aard en inzicht, wat doen willen voor hun
medemenschen, het hunne er toe bijdra
gen om de gebreken in de maatschappe
lijke ordening zooveel mogelijk te verzach
ten en te vergoeden, en eindelijk., hier
geldt het ecu congres, dat zich aandient
onder auspiciën en leiding van iemand als
dr. De Visser, een congres dus waarvan
men van te voren weet dat het slagen
moet, en waarvoor men zicii alleen al om
zijnentwille gaarne moeite geeft.
Ge komt hier om gemeenschappelijk de
belangen van weldadigheidsvereenigingen,
organisaties en instellingen te bespreken.
Ik mag met gerustheid verklaren dat er
onder de burgerij groote belangstelling zal
bestaan om te hooren en te lezen wat
door u gesproken zal worden.
Het onderwerp dat u meer in het bij
zonder zal bezighouden heeft ook bij ons
de volle aandacht. Ook hier kunnen wij
niet vlotweg een antwoord geven op de
vraag wat te doen met onmaatschappe
lijke zwakken en ik hoop zeer dat gij ons
hier den weg zult wijzen, dien wij zoe
kende zijn.
De moeilijkheden die op het gebied van
Armenzorg, hulpbetoon, weldadigheid,
liefde voor den medemensch, als gezaaid
zijn worden zoo spoedig ontmoet door wie
zich op dat gebied begeeft, vragen zoo tel
kens onze aandacht, dat ook hier ter stede
honderden met gretigheid liet oor te luis
teren leggen, wanneer vrouwen en man
nen met ervaring hier hun gedachten ko
men bloot leggen, hier hun inzichten
komen bepleiten. Niet minder verzekert u
de algemeene sympathie de omstandig
heid in Nederland misschien een merk
waardigheid dat in uwe vereeniging ook
alle richtingen en geestesstroomingen te
zamen komen en deze daardoor zoo
vruchtbaar kan zijn. Wie zou er zich niet
over verheugen dat er terreinen zijn waar
op alle Nederlanders elkaar vinden en el
kaar mogen en moeten waardeeren. Zeker
ook in dit opzicht kan er wel geen man
aan het hoofd staan, die meer dan u,
hooggeachte voorzitter, de geestelijke
waarde daarvan gevoelt en uit dat samen
gaan goeds zal weten te doen ontspruiten.
Men behoeft geen gemeenteraden ge
presideerd te hebben om te beseffen hoe
zeer beginselen op gebied van hulpbetoon
een rol spelen en hoe diametraal die be
ginselen tegenover elkaar kunnen staan.
Dat deze een recht verkregen naast elkaar
te bestaan en beieden te worden, wij dan
ken er onze geschiedenis en onzen vrij
heids kamp voor: dat Je belijders dier
afwijkende principes toch ook samengaan
in veel stemt hoopvol. Wa*it. mijnheer de
Voorzitter, Uw congressen he'oben niet ten
doel om de veelheid tot eenheid te bren
gen. Uw congressen beoogen gemeenschap
pelijke leeren. Gij organiseert U ter af-
wer' ing van oneconomische werken, ter
voorkoming van onproductief helpen. Gij
organiseert U niet om, gelijk in de eco
nomische wereld geschiedt, veel werkers
tc kunnen uitschakelen. Niet één kracht
wilt ge dat overbodig zal worden.
Weldadigheid, is een groot goed in zich
zelve, schenkt groote zegen. Dit „goed"
moge in stand gehouden blijven. Een ieder
die zich daartoe aangetrokken gevoelt,
worde aangemoedigd, worde opgenomen in
de gilde der werkers.
Ge komt hier in Leiden in een omgeving
waar armenzorg en de daardoor in het
leven geroepen vraagstukken sinds eeuwen
een groote en belangrijke rol speelde.
De lijst van de inrichtingen, die Gij
voor een bezoek hebt uitverkoren doet
reeds duidelijk zien dat Ge hier tal van
gestichten of instellingen vindt, die be
wijzen dat armenzorg hier een geschiede
nis en wel een interessante gehad moet
hebben Inderdaad is dit ook zoo en Ge
zult morgen wel bijzonderheden daarvan
hooren wanneer Ge er rondgeleid wordt.
Hadde ik U mogen ontvangen in ons
helaas nu verwoest Stadhuis, ik hadde li
kunnen wijzen op de kamers waar diep
gaande studie van armenzorgvraagstukken
gemaakt, waar veelbeteekenende debatten
daarover gevoerd waren. Ik mag dan geen
verband leggen tusschen de zaak die
nog altijd de openbare belangstelling op-
eischt en het gebouw waar ik U zoo
gaarne had rondgeleid en ontvang' U
juist in een gebouw eertijds gewijd aan
de nijverheid, die er veel toe bijdroeg
die problemen hier op te werpen. De
lakennering heeft Leiden veel voorspoed
gebracht in vreoger eeuwen, maar zij
staat ook schuldig aan veel sociaal kwaad,
veel sociaal leed.
De lakennering trok veel lieden, die van
hun handwerk moesten leven gewis de
ups en downs van die nijverheid, maar
zeker ook het gebrekkig inzicht in de
verhoudingen van de arbeiders tot de
ondernemng, leidde tot wanverhoudingen
en wantoestanden, die het aantal der be-
hoeftigen en armen in Leiden tot spreek
woordelijke hoogte opvoerde. Met de nij
verheid had het vraagstuk der armen
zorg in ernstiger gedaante binnen de
veste zijn intrede gedaan dan te voren
reeds het geval was.
Er was jaren lang in de middeleeuwen
een soort weldadigheid betracht die niet
I alléén voortsproot uit geloof en goedheid
des harten maar veeleer ook wortelde in
angst en vrees voor de havelooze zwervers
en gewetenlooze schooiers, die helaas al te
zeer werden aangemoedigd door klooster
orden. ja daaruit voortkwamen.
Het Humanisme bracht verhelderd in
zicht en er zijn in die dagen stelsels van
armenzorg ontworpen en verdedigd, die de
hedendaagsche bestrijders van steunrege
lingen en andere socigle hervormingen de
haren te berge zouden doen rijzen. Nuch
ter verstand heeft ook in die dagen be
hoedt voor dwaasheden, waartoe theorie
soms kan doen leiden.
Doch de Leidsche gemeenschap had met
voldoende moeilijkheden van socialen en
toen ook economischen aard te kampen, te
veel te lijden, gehad van bedelarij te meer,
daar „den gueden aert en de genegenheyt
van den borgeren alhyer tot het onder
houdt van den armen, ende toestendicheyt
van alle bedelrie van die van de overheyt
alle bedelaren van de vreemde landen,
mitten oorloge bedurven zijnde, herwaerts
hadden doen trekken ende rechts gelyck
alle de rivieren haeren loop nemen naer de
zee. alhyer binnen deser stede eene zee
van bedelaren ende dienvolgende van
potbueven, lantloopers, dieven knevelaars
ende moorders gemaeckt".
Kort na het beleg meende men dat het
oogenblik gunstig was om het vraagstuk
van de armenzorg grondig te onderzoeken
en de behartiging van deze taak in betere
banen te leiden
Een uitvoerig rapport, dat aan Jan
van Hout is toegeschreven is er het resul
taat in eerste instantie van geweest.
Dit rapport in 1577 uitgebracht, heeft
de groote verdienste van voor die dagen
in ons land. nieuwere gerechtspunten ten
aanzien van de armenzorg te openen. De
geheele armenzorg kome onder toezicht en
beheer van de Stedelijke overheyt! Niet
meer en niet minder; en dan nog armen
zorg ruimer opgevat dan thans en omvat
tende ook sociale verplichtingen, tegen
over de eerlijke arbeidzame arme.
Klaarblijkelijk is de steller van deze te
Leiden samengestelde en uitvoerig door
die van de Vroedschap en van den Ge
rechte besproken meiporie geinspireerd
geworden door de sociale denkbeelden
van Ludovico Vives. die ook nu nog gel
den er. beleden worden, n.l. dat armoede
is een maatschappelijk verschijnsel, dat
de gemeenschap in haar geheel behoort
te bestrijden.
Niet alle voorstellen werden ten uitvoer
gelegd, doch in vele opzichten is in den
loop der volgende jaren naar die beginse
len gereorganiseerd en gehandeld.
De problemen van toen bestaan nog,
de samenleving is nog steeds niet zoo
volmaakt dat armoede voorkomen of ge
nezen kan worden. Ontzaglijk veel is door
de gemeenschap verbeterd, ontzaglijk
veel wordt door haar gedaan en nog
steeds is bij u allen de overtuiging leven
dig dat meer. veel meer gedaan moet en
kan worden. Veel van de moeilijkheden
van toen vragen ook nu nog aan u om
oplossing, op naastenliefde en weldadig
heidszin moet nog even groote aanspraak
gemaakt worden als toen.
Maar, dames en heeren, ge zaagt dat
ge in een stad samen komt, waar uwe
moeilijkheden niet onbekend zijn en waar
aan de oplossing daarvan medegewerkt is.
Moge die sfeer, die ge hier aantreft,
ook dit samenzijn ten goede komen. Moge
uwe Leidsche bijeenkomst weer, een stap
vooruit beteekenen waar het geldt het
leed te verzachten, het lot te verbeteren.
Ik heet u welkom in Leiden!
Ik hoop dat u zich deze dagen hier
thuis zult gevoelen en ik hoop dat ge van
het werk van mijne gemeentenaren op
uw terrein hier een gunstigen indruk
moge medenemen. De gemeente zelve wil
gaarne alles doen om uw verblijf hier zoo
prettig mogelijk te doen zijn.
Nadat de voorzitter had bedankt voor
de hartelijke gastvrije ontvangst werd
een boottocht over de Kagerplassen ge
maakt met een thee in het clubhuis van
..De Kaag", aangeboden door het ge
meentebestuur van Leiden.
INSTITUUT KERN.
gebied! Het schijnt, dat deze stad, of
schoon plus minus 3500 jaar oud, In vele
opzichten zeer modern was. Voortreffelijk
breede straten leidden tot de stad, de hui
zen waren goed voorzien van water, had
den badkamers met verrassend goed ge
bouwde drainage en de heele inrichting
van de stad wees op hygiene, die nergens
elders in pre-historische opgravingen ge
vonden werd. Een van de straten schijnt
de bazar geweest te zijn, want hier waren
huizen gevonden die waarschijnlijk op den
straatkant etalages hadden, terwijl voor
bergruimte (één nog met goed bewaarde
potterij) in de achterkamer gezorgd werd.
Een vergelijking met de opgravingen te
Mezopotamië wijst op nauwe verwant
schap tusschen beide culturen. Dit ls dëar
om bijzonder belangrijk, daar men in Me
zopotamië reeds zes zoogenaamde „Indus-
vallei-zegels" gevonden heeft; kleistatit-
of soeksteen-zegeltjes, waarvan plus minus
1500 te Harappa en Mohenojdaro tc voor
schijn kwamen met een soort hieroglyphen
beschreven, die niemand lezen kan. Men
hoopt dus. dat een dag een tweetal
inscriptie gevonden zal worden, dat dan
den sleutel tot deze mysterieuze zegels
geven zal. Merkwaardig ls nog. dat de
bewoners van deze vrij „geciviliseerde"
stad het ijzer niet gekend hebben: koper
en steen waren het materiaal waarvan zij
hun instrumenten enz. vervaardigden.
Toch bezaten zij een kunst, want voorwer
pen van beeldhouwkunst kwamen te voor
schijn. die van grooten kunstzin en eenige
technische bekwaamheid getuigen. Veel
slechter zijn de terra-cotta voorwerpen,
toch weer beter de juweelen en ornamen
ten (halskettingen, gouden en zilveren
ringen enz.), die in verschillende huizen
van deze oude stad gevonden werden He
laas. eindigde de spreker, is de chronologie
van de Indus Vallei cultuur nog onzeker,
en wij moeten dikwijls vergelijkingen met
andere prehistorische culturen (Mezopo
tamië, Egypte), te hulp roepen.
De voordracht werd door de leden van
het Instituut Kern met groote belangstel
ling gevolgd, en de mededeeling van den
voorzitter, dat de heer Daya Ram Sahni
tot eerelid van het Instituut Kern be
noemd werd. werd met algemeene instem
ming toegejuicht.
VERBETERING VAN DEN SPOORWEG
WOERDEN—LEIDEN.
Naar wij vernemen zal de spoorweg
WoerdenLeiden belangrijk verbeterd
worden daar de korte rails door langere
rails, zooals op de Hoofdspoorwegen ge
bruikt worden vervangen zullen worden,
waardoor de loop der treinen veel rustiger
zal worden. Vanaf de splitsing te Woerden
ls reeds een aanvang gemaakt.
BINNENLAND.
24ste Algemeene Vergadering der Ned.
Ver. voor Armenzorg en Weldadigheid te
Leiden (1ste Blad).
De Leidsche korfbalclub „Fluks" is ge
degradeerd (Sport, le Blad).
De Koninklijke familie bracht heden te
Parijs een bezoek aan de Koloniale Ten
toonstelling. (3de Blad).
Het voorloopig verslag der Tweede
Kamer over het wetsontwerp tot steun aan
mobilisatie-slachtoffers (Binnenland, 2de
Blad).
Ons parlementair overzicht; minister
Ruys de Beerenbrouck over de uitvoering
der tarwewet (3de Blad).
Njord won gisteren den Telegraaf-beker;
in de finale werd Triton met vele lengten
geslagen. (Sport, 3de Blad).
BUITENLAND.
De uitnoodigingen voor deelneming aan
de Ontwapeningsconferentie verzonden.
(Buitenland, 1ste Blad).
Ender in Oostenrijk wederom met de
vorming van een kabinet belast (Buitenl.,
lste Blad).
ACADEMISCHE EXAMENS.
Geslaagd zijn voor het candidaats-Sxa-
men Geneeskunde mej. P. Nieboer, Den
Haag en de heeren H. Esseveld, Voorburg;
J. A. Vorstelman, Hilversum; D. J. N. Ver
boog, Leiden; J. van Leeuwen, Leiden en
A. M. L. de Haas, Lelden (cum laude).
R.K. HUISHOUDSCHOOL.
Voor het theoretisch gedeelte van het
examen Nijverheidsonderwijs, akte N VII,
leerares Huishoudkunde en Waschbehan-
deling, zijn geslaagd de dames. G. I. Boot,
A. W. van den Bosch, A. M. Dieben, M. M.
Dieben, A. H. B. M. Hillen. M. Janssen
(Zr. Mechtilde), P. A. J. M. Rademaker
en C. M. H. ScheUart.
Voordracht van den Rai Bahadur
D. R. Sahni.
Gisteravond heeft de Rai Bahadur Daya
Ram Sahni, waarnemend directeur-gene
raal van den oudheidkundigen dienst in
Britsch-Indië, een Engelsche voordracht
gehouden in de Collegezaal van het Insti
tuut Kern over „Indus Valley Excavations"
De spreker werd door den voorzitter van
het Instituut, prof. dr. J. Ph. Vogel, aan
het publiek voorgesteld als een der meest
sympathieke en verdienstelijke leden van
de „Archaeological Survey" van Indië.
Sedert 27 jaren heeft de heer Sahni on
vermoeid deelgenomen aan de belangrijke
opgravingen in Engelsch-Indië, en vele be
langrijke ontdekkingen zijn met zijn naam
verbonden. Hij is dan ook bijzonder wel
kom hier, aangezien hij bevoegd is over
zijn eigen vondsten te spreken.
De spreker, die zijn voordracht door
mooie lantaarnplaten liet verduidelijken,
begon met op de groote verdiensten te
wijzen, die de Westersche geleerden had
den in de reconstructie van Indië's ver
leden. Ook de Indus Vallei cultuur werd
gedeeltelijk door Europeesche geleerden
ontdekt. Hij zelf was echter de eerste, die
te Harappa, in Sindh, in 1920 en 1923'25,
systematische opgravingen gemaakt heeft.
Ook heeft hij deelgenomen aan de opgra
vingen te Mohenjo-daro, een klein plaatsje
in het district Larkana in Sindh. Deze is
een haast onuitputbare stad, beter gezegd,
zes steden, een over de andere gebouwd,
waarvan alleen de drie opperste opgegra
ven zijn, tot nu toe op plus minus 15 acres
jJJ-X..v
n ir '4 I1" '-i-JQ
k V. A Si A**.-!.':. -
-■.aiiioorgeuouw van het Gem. Electricitei tsbedrljf aan de Rochussenstraat te Rot
terdam, geheel in betonbouw. Voorzien van stalen ramen van de N.V. De Vries
Robbé en Co. te Gorinchem.