VERKADES
^Intern. Koloniale Tentoonstelling
BITTERE
Xn CHOCOLADE
tons BLOKJES
)5£i
De Paviljoens gaan langzamerhand open.
SPORT.
maakt bl
lank?
tanden j
DE STERRENHEMEL IN NEDERLAND IN DE WEEK VAN
27 MEI—3 JUNI20 UUR M. T.
a
VRAGENRUBRIEK.
LAND- EN TUINBOUW.
27
OEERSTE KW.
©V0LIE MAAN
3LAATSTE KWARTIER
#NIEUWE MAAN
GENEESKUNDIGE BRIEVEN.
o
rv.
Llrecen maak dat ik grooter word".
I lis dit de bedoeling heeft de ten-
X'vjlng te doen groeien, zullen we
tr.aar goed vinden, want dan moet
dat nog niet klaar was gedurende de
L week wel uit den grond zijn ge-
malsche" meiregentje heeft intus-
»nmeer weg van den Bijbelschen zond-
j. i,et water gutst met bakken uit
hemel, 's Avonds gaan we met een
laenden regen naar bed en 's morgens
we op en vinden de straten, de bou-
s en de pleinen omgetooverd in even
«ie beekjes, machtige rivieren en kra-
jaen. En een ieder, die plannen heeft
uK om naar de tentoonstelling te
tijken, gooit eens een oogje door de
,ater siepelende vensterruiten en
fijn pantoffels weer aan. Den kolen-
ijlaar, die eigenlijk al weer in het ver
fje was geraakt, kijken we weer
un welgevallig oog aan en met een
[osching in het hart bestellen we weer
jiije anthraciet om toch maar de
Uie, vochtige atmosfeer uit ons huis
ren en althans te kunnen slapen tus-
i lakens, die niet aan half opge-
de dweilen doen denken.
Koloniale boft niet. Er zijn maar
rtouristen, die bij voorkeur het Verre
o in den Westmoeson bezoeken, en
'n plassende parapluie en de voeten
•tr de enkels in een modderpoel naar
fmple d'Angkor te staan kijken, is
weer een genoegen, dat zelfs met
wele drie frankjes duur betaald is.
r-mijdelijk voelt men het te Vincennes
j: bezoek is maar matigjes. Zij, die-
uiten gekomen zijn en vermoedelijk
vriendelijk lachend zonnetje thuis
nn achtergelaten, kunnen moeilijk
doen dan tóch maar naar de ten-
ülling trekken en als eenig lichtpunt
grijsheid van deze treurige verrege-
bn men zeggen, dat de inhoud van
diverse reeds geopende paviljoens
bekeken en bestudeerd wordt,
de eer van het ondernemen op te
in varen de motorbootjes sputterend
het Meer van Daumesnil. waarin de
regendruppels als ragfijne naalden
schijnen op te springen. Maar de
giers zijn ver te zoeken en met de
atte zomertentjes en de van water
inde slappe vlaggetjes, die zelfs
lust meer hebben op te wapperen,
het drenkelingen, die zich met
boven houden. Neen, de tentoon-
ing ziet er niet opwekkend uit en hoe
tme zwartjes zich moeten voelen on-
iezen onophoudelijken stroom van kil
awater, zullen we maar liever niet
;en.
wie nog minder te benijden zijn dan
bewoners van het terrein, die zich
ans onder een dak kunnen terug-
itn, zijn de minister van Koloniën,
I Reynaud, en de grijze maarschalk.
:i eiken dag hebben ze weer één of
ir paviljoen te openen, moeten ze
r in de mooiste jas, die hun garderobe
'srgt, door bagger en slijk waden,
hogen redevoeringen houden, terwijl
rcarschijniijk in hun hart den heelen
verwenschen.
oensdag had de opening plaats van
rje, Tunis en Marokko, waarbij de
moemde autoriteiten bij elk paviljoen j
inlandsche eerewacht hadden te in
teren. Vooral de Marokkanen op hun
ige paardjes, de lange sleepmantels in
hjke lijn van de paardenruggen afda- i
i zijn imposant. Maar men moet het
onder de felle warmte van een starre i
zooals bij de opening op 6 Mei. Onder j
grijzen druilenden regenhemel komt
Is tot zijn recht. Het was vanzelf-
d, dat maarschalk Lyautey, de
bte man van Marokko, in het pavil-
van dat land langer vertoefde, dan
ook. In al die statistieken, diraora-
en grafieken toch moet hij weer de
'le ontwikkeling van één der belang-
e perioden uit zijn veelbewogen en
besteed leven hebben terug gevonden.
moet merkwaardig zijn op die wijze
zich te zien getooverd, wat in achter
liggende jaren door eigen-ik werd tot
id gebracht,
ie provinclaaltjes zijn op het oogenblik
beste klantjes van Vincennes. ofschoon
Dultschland ook al heel wat publiek
itroomt. De menschen uit Frankrijks
kincie, onder leiding van schoolmeester
pastoor, dwarrelen als langgerekte
eten over het terrein en de paviljoens,
starre bewondering stil staand, zoodra
een zwarte voorbij komt. Maar het
tgapen is wederzijds, want voor een
ten zal heb torenend kanten kerk
je, dat dc Bretonsche op het hoofd
Hint te balanceeren, minstens even
'eressant en wellicht ietwat belache-
ter schijnen, als de gevleugelde hoofd-
'k. die onze Javaantjes met zoo'n
idere elegantie om het hoofd weten te
wpen. Neen, de verwondering moet wel
beide kanten komen, en ik schaar
aan de zijde van de Javanen, die
thans leven te midden van een volk, dat,
geheel, nog dezelfde dracht is trouw
bleven, maar de zotte Bretonsche
stertaartjes in onze samenleving vormen
zuiver anachronisme,
ffl hoe meer paviljoens geopend worden.
meer aardrijkskunde we leeren; de
e Franschen kunnen het niet meer
;houden en zelfs een bereisd mensch
a wel eens een opfrisschertje gebruiken,
'■en zouden met'een mond vol tanden
staan hebben, wanneer ze plots de
wacht kregen de Italiaansche koloniën
eiteeren. Eerlijk wil ik bekennen, dat,
ik de eerste maal 't enorme Italiaan-
te paviljoen zou betreden, ik mij afvroeg
•bi' geheel bestemd zou zijn voor Italiaan-
the koloniale aspiraties. In welk geval mij
'®dlt paleis te klein leek
J' zijn zooveel vergeten, dat we
itJicht eens op de schoolbanken hebben
f-eerd. en waar Oubangui-Chari lag. aan
het zou kunnen toebehooren en of
jet stad of een land was, ik wist het
Jnmin als menig lezer, en Diego-Suarez,
J* in Madagascar ligt, zou ik ongetwij-
Portugal hebben gezocht.
Ihans is ook de beroemde Temple
•bhgkhor geopend, en wederom moet
een zekeren trots vermeld, dat
j'krland eigenlijk de eenige is geweest,
met onfeilbare bewustheid laat zien.
J*Holland als koloniale mogendheid
bereikt. Indo-China heeft te veel
j® Particulier initiatief overgelaten, met
gevolg, dat hier meer reclame wordt
gemaakt door verschillende firma's.- die,
vanzelfsprekend, commercieele doeleinden
beoogen, dan getoond wordt wat Frankrijk
voor haar koloniaal bezit deed. De rez-
de chaussée is geheel ingenomen door
handelsfirma's, die prachtige tapijten,
kantwerken, zijden stoffen en dergelijke
ten toon spreiden. Op de tweede verdie
ping laat het Gouvernement In een groote
serie graphieken en statistieken zien, wat
bereikt werd door de verschillende takken
van dienst. Doch het blijft droog en
oninteressant voor „the man in the
street" en we zullen niet dezelfde opmer
king te hooren krijgen, die ik heden in
het Hollandsche paviljoen opving „Wat
is het alles klaar en bevattelijk weerge
geven. Er ontbreekt niets!"
Van het gebouw zelf is intusschen
niets dan goeds te zeggen en het aange
naamst doet wel de derde verdieping aan,
waar in een groot getal buitengewoon
goed geslaagde foto's afbeeldingen zijn
ten toon gespreid van oude tempelfriezen,
terwijl voorts een belangrijke verzameling
oude tempelbeelden werd bijeen gebracht.
Maar niettemin is het binnenste van den
tempel eenigszins een ontgoocheling; het
is allemaal te nieuw en te tijdelijk. Het
is veel meer tijdelijk tentoonstellingswerk
dan bijv. de groote ontvangzaal van
Nederland, die Zwaar en solide is.
Ook België heeft de poorten geopend;
het maakt een aangenamen indruk. De
ontvangzaal is een enorme koepelzaal, die
in het midden een groot gouden zuil
draagt, waarop de namen van Leopold I,
Leopold II en Albert prijken. In de ronde
zijn buitengewoon goed geslaagde diora
ma's aangebracht, voorstellende Elizabeth-
ville, Leopoldville, Lac Reva, Stanleyville
en voorts enkele beelden uit het leven in
de Congo als de arbeid van de gouver-
nements-artsen en het temmen van
olifanten. Vooral de mozaïkvloeren, die
ongeveer in dezelfde kleuren zijn als de
hooge koepeldaken van de drie aanéen-
grenzende zalen, zijn zeer mooi. Ook België
heeft zich voor 't meerendeel tot statisti
sche gegevens beperkt, ofschoon verschil
lende dure houtsoorten, waaraan deze
kolonie rijk is, in verwerkten vorm worden
vertoond.
Hedenavond wordt 't watertooneel ge
opend; dan zullen de Algerijnen daar voor
de eerste maal hun dansen vertoonen. Met
de tegenover liggende lumineuze fontein
zal het watertooneel, dat eveneens geheel
verlicht is en van alle zijden fonteinen zal
doen uitspuiten, ongetwijfeld een schit
terenden indruk maken. Doch het lijkt
beter de bespreking daarvan te doen
wachten tot een werkelijke grootsche voor
stelling wordt gegeven, zooals de dans
avond van Loie Fuller, welke reeds werd
aangekondigd.
Naar verluidt zal H M. Koningin Wil-
helmina op 15 Juni a.s. de tentoonstelling
met een bezoek vereeren en zal zij de
gast zijn van den Franschen President.
De gedelegeerde, de heer Moojen, is reeds
naar Holland afgereisd om de Koningin
van één en ander, dat te bezichtigen zal
zijn, volledig op de hoogte stellen. Het is
waarschijnlijk, dat de Balineeschen dan
sers dan ook te Parijs zullen zijn en zij
de eerste voorstelling in tegenwoordigheid
van onze Vorstin zullen geven
In een café, genaamd Oana Moana,
treden nu reeds Afrikaansche danseressen
op, die dansen vertoonen, welke verre
van aesthetisch zijn. Zou het een voorop
gezet plannetje van het Comité général
zijn weest. dat deze brave lieden tegen
den dierentuin aan geplaatst werden?
Hoe ook, de plaats, toevallig of opzettelijk,
is buitengemeen goed gekozen.
A. P.
Parijs, 22 Mei 1931.
RECLAME.
Eon zeer fijne bittere Chocolade die tot
dusver voor dezen prijs'niet verkrijgbaar was.,
6162
VOETBAL.
COMPETITIE le KLASSE L.V.B.
Lugdunum IIAlphia II 11.
Het is van den competitieleider een goede
gedachte geweest dezen wedstrijd, die gis
teren plaats vond, in de avonduren te
laten spelen. In een keurigen wedstrijd is
het Lugd. gelukt den kampioenen een punt
te ontfutselen. Onder de goede leiding van
den heer Wassenburg wordt om 7.15 be
gonnen. Het eerste halfuur is Alphia, dan
weer Lugd. in de meerderheid, doch de
beide achtertrio's spelen met talent. Dan
komt echter Alphia het meest in den aan
val, doch rust komt met blanken stand.
Na de thee treden de bezoekers over
donderend op. doch zonder succes. Na
15 min. krijgt de thuisclub een ietwat
dubieuse penalty toegewezen, die door
Koolloos wordt benut. 1—0. De kampioenen
stellen dan alles in het werk om den ach
terstand in te loopen en door een klein
misverstand in de Lugd. gelederen gelukt
liet den Alphia-rechtsbinnen om 15 min.
voor het einde met een keurigen kopbal
gelijk te maken. 1—1. Hierbij bleef het,
wat de verhouding goed weergeeft.
Morgen om 7 uur speelt een Lugd. I en II
combinatie een oefenwedstrijd.
RECLAME.
Voor
Hollandsche
n o e n a
de goede Holland
sche PASTOL.
Natuurlijk, er is im
mers alles vóór en
niets tegen. PASTOL
maakt de tanden blank
en houdt mond en
tanden gezond.
En dan dc smaak is zoo
heerlijk frisch. datdekindc-
ren - ook zonder Moeder's
vermaning - hun tanden
goed verzorgen. En dat is
van 't grootste belang voor
de toekomst.
Probeert PASTOL Het Neder-
landsche fabrikaat voor den
Nedcrlandschen smaak.
Doo» 20 cent Tube 35 cent.
Dubb. doos 35 cent- Dubb. tube 60 cent
BOLDOOTS MS
ATHLETIEK.
KON. NED. ATHLETIEK UNIE.
Bij het dertig-jarig bestaan.
Heden, 23 Mei, is het dertig jaar gele
den, dat te Rotterdam de K.N.A.U. werd
opgericht, en wel in een der zaaltjes van
het Zuld-Hollandsche Koffiehuis.
Ais wij ons niet vergissen bestond het
I eerste bestuur uit de heeren W. C. Ilart-
i mann, voorzitter; Achterbergh, secreta
ris; Chr. Musly, v. d. Griend en Staal.
De Bond werd opgericht met twee ver-
eenigingen, t.w. Blauw-Zwart uit Rotter
dam en Posseidon uit Amsterdam, welke
vereenigingen alweer lang verdwenen zijn.
Binnen het jaar trad nog een achttal
vereenigingen toe. waarvan alleen Pro
Patria uit Rotterdam en U.D.I. uit Arn
hem nog op de ledenlijst prijken. Het ging
zeer langzaam vooruit met de athietiek-
beoefening en dus met K.N.A.U. Eerst
met de mobilisatiejaren was er een voor
uitgang te bemerken, hetwelk grootendeels
aan kapitein W. Scharroo met den secre
taris E. H. de Herder. Met het zilveren
i jubileum ontvingt de K.N.A.U. het predi-
caat „Koninklijk" terwijl reeds lange jaren
H.M. de Koningin Beschermvrouwe van
de Unie is.
Na het vertrek van kapitein P. W. Schar
roo kwamen de magere jaren en eerst
sinds kort. nu de heer J. Moorman den
voorzitterszetel bekleedt en de heer A. Pij
per als secretaris-penningmeester de lei
ding in handen heeft, gaat de K.N.A.U
enorm vooruit. Het aantal aangesloten
vereenigingen bedroeg op I Januari 1931.
217, tezamen tellende 3684 leden en 244
juniores.
Het bestuur van de K.N.A.U. heeft be
sloten, dezen jubileum-dag niet feestelijk
te herdenken.
J. de O. te L. Het beste is het zeil
op te nemen en er nieuw papier onder
te leggen, dat tevoren is ingespoten met
Whiz, een verdelgingsmiddel, dat in iedere
goede drogisterij verkrijgbaar is. Ten over
vloede kunt u nog wat fijne naphtaline
onder het zeil en in de vloernaden strooien.
G. P. v. T. te L. Uw aanslag in de
Pers Bel is juist. Het hoofd van het ge
zin wordt geacht ook de motorrijtuigen
van de leden van zijn gezin te houden,
(art. 32 par. 1 der wet op de Pers. Bel.)
W. v. L. te O. Uw eerste vraag moeten
wij bevestigend beantwoorden. Alleen de
Gemeentebelasting wordt met 1/3 vermin
derd. niet 't totaal bedrag van het aan
slagbiljet.
NEDERLANDERS TE KEULEN.
Een succes voor Van der Zee.
Bij de gisteren te Keulen gehouden wed
strijden, waaraan werd deelgenomen door
de Hollanders v. d. Berge en van der Zee,
heeft deze laatste in het nummer pols
stokhoogspringen een schitterend succes
geboekt door met een sprong van 3,70 M.
beslag te leggen op den eersten prijs. De
Dultschers Hitter en Born sprongen resp.
3.60 en 3.40 M.
Van den Berge bracht het er minder
goed af. In het nummer 100 M. hardloo-
pen werd hij vierde in den tijd van 10.7 sec.
De Bochumer Jonath had weinig moeite
om dezen sprint te winnen. Den meesten
tegenstand bood nog de Akenaar Hendrix,
die met een achterstand van 5 M. 0.2 sec.
na Jonath de eindstreep passeerde.
1. Jonath 10.4 sec.; 2. Hendrix 10 6 sec.
Kraemer, Van den Berge en Erdracher
maakten ieder een tijd van 10.7 sec.
In het nummer hardloopen over den
afstand van 7 Engelsche mijlen zag de Fin
Nurmi zich na 6.5 K.M. genoopt den strijd
op te geven. Van de 9 overige deelnemers
werd Petri eerste in den tijd van 36 min.
41.4 sec.
ARBEID IN BLOEMBOLLENPELLERIJEN.
De Minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid heeft aan hoofden of bestuurders
van bloembollenpellerijen in alle gemeen
ten des Rijks vergund, dat in hun onder
nemingen door arbeiders van 16 jaar of
ouder, werkzaam bij het pellen der ge
rooide bloembollen, gedurende het tijdvak
van 17 Juni tot en met 17 Augustus 1931,
in afwijking van het bepaalde bij artikel 24
der Arbeidswet 1919, 10 uren per dag en
55 uren per week arbeid wordt verricht,
onder voorwaarde, dat de arbeidstijd van
bedoelde arbeiders in zijn geheel is gelegen
tusschen 7 uur des voormiddags en 7 uur
des namiddags.
ZUID
Den 27en nog even ten N.W. van Spica,
staat de V.M. den 30en al laag in het Z.O.
in den Schorpioen. In 't Oosten komt de
Arend, helderste ster Altair, nu op. Mars
staat nu dich bij Regulus van den Leeuw
Men dient er rekening mede te houden,
dat in werkelijkheid het Oosten rechts en
Westen links van den toeschouwer is,
wanneer deze met den rug naar 't Zuiden
en het gelaat naar 't Noorden gewend
staat; men pleegt echter bij sterrekaarten
dit om te keeren, om geen spiegelbeeld
van den hemel te krijgen. Wil men nu
b.v. de sterrebeelden aan den Oosthëmel
opzoeken, dan neme men dat deel van;
den kaarthorizon, waar OOST staat, voor
zich, zoo, dat de Poolster (aan het einde
van den Kleinen Beer) van den toeschou
wer is afgewend: men zal dan voor het
NO-lijke vierdepart van de kaart de
sterrenbeelden zien, juist zoo, als zij aan
den hemel staan.
De sterren in bovenstaand kaartje, die
een gekartelden rand hebben, zijn van de
le grootte of helderder; de dikke ronde
stippen zijn sterren van de 2e grootte en
al de andere, kleinere, stippen zijn sterren
van de 3e of van een lagere grootteklasse.
Nog eens gasmaskers.
Naar aanleiding van mijn brief, over
gasmaskers ontving ik een schrijven van
een lezeres, dat mij belangrijk genoeg
voorkomt om het (met haar goedvinden)
in ruimer kring bekend te maken, al be
geef ik mij daardoor op een zijweg.
„Uw laatste brief over gasmaskers
bracht mij in herinnering het woord van
m'n kleine meiske, toen ze nog 4 of 5
jaar was. Ik stond met haar te kijken
voor een speelgoedwinkel, waar een slag
veld met soldaatjes was uitgestald. ..Wat
doen die soldaten met dien witten band
om?" Die brengen dien gewonde weg.
„Wie heeft dien soldaat den arm afge
schoten?" Dat hebben de vijanden ge
daan, kijk. dat zijn die andere soldaten.
„Waarom?" Waarom, ja, waarom? Omdat
hun regeering het hun zegt? Dat begrijpt
ze natuurlijk niet. Ik leid mijn dochtertje
van het pseudo-slagveld weg. Doch haar
hoofdje was er nog mee bezig. „Wat
gekke menschen zijn dat! Eerst gaan ze
zoo'n soldaat half dood schieten. En dan
gaan ze probeeren hem weer levend te
maken. Mogen die vijanden dat dan
maar?" Ach kindje, kindje, vraag me
toch niet! Je eenvoudig hartje kan toch
niet begrijpen, dat men z'n evenmensch
niet mag dooden, niet mag verwonden;
doch in den oorlog mag het niet alleen,
dan moet het, hoe meer hoe liever.
Ik tracht haar af te leiden, maar daar
kwam het woord, dat ik nooit zal ver
geten; „Dan konden ze toch veel beter
dien man niet half dood schieten. Hoef
den ze ook niet te probeeren, hem weer
beter te maken!"
Aan deze woorden, dokter, uit het mond
je van een 5-jarig kind. moest ik denken
toen ik uw brief las. Niet waar? Het is
toch al te dol, dat in ieder gezin een gas
masker voor ieder lid moet aanwezig zijn,
dat natuurlijk niet te vinden of defect zal
zijn, als we het bij een eventueelen gas
aanval zouden noodig hebben. Wanneer
moeten wij het voordoen? Als we voelen,
dat we onlekker worden? Of waarschuwen
onze belagers ons. dat ze giftgas op ons af
zullen laten? Ik meen uit uw brief op te
maken, dat u in ironie schrijft; ik meen
tusschen de regels door te lezen uw af
schuw voor den oorlog. Ik ben 't met u
eens. Ik zou iets willen doen, om een
nieuwen oorlog te voorkomen, doch ik weet
niet wat. Ik heb mij aangeschaft: „Van
het westelijk front geen nieuws". Dat wil
ik uitleenen aan wie het maar hebben
wil. Aan mijn kennissen kan ik het niet
kwijt. De een houdt niet van narigheid,
de ander kan er niet tegen, zulke akelige
dingen te lezen. Alles laksheid en lauw
heid. Tot er weer een nieuwe waanzin over
de wereld losbreekt. Is het niet beter, in
plaats van gasmaskers aan te schaffen, te
maken dat we ze niet noodig hebben? Nu
vraag ik u: kom u nog eens op uw brief
terug. De doorsneelezer is te grof be
snaard of te dom om fijne ironie te vat
ten. Laat u eens duidelijker de ironie voe
len. Ik heb iemand gesproken, die het voor
ernst opnam. Als dit man gelijk heeft en
het geen ironie van u is: als iemand zou
willen prediken, om ons nu reeds van gas
maskers te voorzien, die we in onzen haast
en angst stellig verkeerd aandoen, het
ware, ik weet er geen woord voor, dokter,
het ware krankzinniger dan krankzinnig."
Geachte mevrouw! Uit mijn brief heeft
u zeer terecht opgemaakt, dat ik uw af
schuw voor den oorlog van harte deel. Dat
het beter zou zijn, dat er geen oorlog meer
zou kunnen komen, zoodat voorzorgen
overbodig werden, ik zal de laatste zijn,
om het tegen te spreken. Zeer velen zullen
met u en mij er juist zoo over denken.
Maar evenals u zullen zij niet weten, hoe
zulk een toestand bereikt kan worden.
Individueel staan wij daar machteloos
tegenover, en wel omdat de oorlog geen
individueele zaak is, maar bekeken moet
worden uit het oogpunt der massa-psy-
chologle. Het zou naïef zijn, te meenen,
dat een verschijnsel, dat door alle eeuwen
heen in de wereldgeschiedenis voorkomt,
zoo maar in eens zou kunnen verdwijnen,
terwijl de menschen, die de wereld bevol
ken, niet veranderd zijn. Daarom kunnen
wij, ieder voor ons, het feit zelf wel ver
schrikkelijk vinden. Dat leeuwen en tijgers
andere dieren verscheuren vinden wij ook
verschrikkelijk, maar wij nemen het de
die dieren niet kwalijk omdat, zooals wij
het uitdrukken, dat verscheuren in hun
aard ligt. Met den mensch is het net zoo.
Wij moeten hierbij afzien van den mensch
als individu. Daar vindt men alle moge
lijke schakeeringen. Er zijn nog altijd
menschen, die onder omstandigheden het
dooden van een evenmensch een verdien
stelijk werk vinden. Er zijn nog altijd kop
pensnellers. U zal zeggen: maar dat zijn
onbeschaafden. Toch zijn en blijven het
menschen. Maar ook in de zoogenaamde
beschaafde wereld vindt men nog veel, dat
gradueel misschien verschilt, doch feitelijk
van denzelfden aard is. Ik noem de bloed
wraak, het duel, de doodstraf, door som
migen zelfs verdedigd op grond van den
Bijbel. Het door u genoemde boek van
Remarque heeft op velen een indruk ge
maakt als op u. Maar daar staat tegen
over. dat het boek door vele anderen ver
derfelijk wordt geacht, getuige de. vooral
in Dultschland, gevoerde actie tegen den
naar dat boek vervaardigden film Al
deze dingen bewijzen wel. dat, al moge
men de hoop niet opgeven, dat de mensch-
heid nog eenmaal zoo veranderenzal.dat
de oorlog inderdaad tot het verleden zal
gaan behooren, hiervoor in elk geval zoo
veel tijd noodig zal zijn, dat ons geslacht
het niet meer beleven zal.
Daarom is het noodig dat wij rekening
houden met den werkelijken toestand van
onzen tijd. En de door mij gegeven raad
is dan ook allerminst als ironie bedoeld.
Het is bittere ernst. De zinsnede uit uwen
brief „Tot er weer een nieuwe waanzin
over de wereld losbreekt" bewijst, dat u
zelf de kans op een nieuwen oorlog geens
zins uitgesloten acht. Welnu, als men die
mogelijkheid inziet, getuigt het van wijs
beleid, bijtijds de noodige maatregelen te
nemen. Gelukkig overkomt het lang niet
iedereen, dat zijn huis afbrandt. Toch
worden terecht de noodige maatregelen ge
troffen, gezamenlijk door de brandweer,
persoonlijk, door in woning, werkplaats en
andere gebouwen bluschmiddelen voor
radig te houden. Het is niet te ontkennen,
bij werkelijk optredenden brand is men
dikwijls zoo van streek, dat vergeten wordt
van die nuttige middelen gebruik te ma
ken. Maar daarom moet men ze niet
achterwege laten en verdient het aanbe
veling, zich er mee te oefenen door af en
toe valsch alarm te maken.
Zoo behoort bij een gasmasker een de
gelijke instructie en gelijksoortige oefening
Als men goed ingeleid en met het gebruik
bekend is, zal men in geval van nood geen
fouten behoeven te maken. De vijand zal
natuurlijk niet waarschuwen, maar onge
twijfeld zal het ons wel op andere wijze
duidelijk gemaakt worden, dat er gevaar
dreigt, zoodat er wel altijd genoeg tijd zal
overblijven om alles nog eens goed na te
zien en gereed te leggen voor het geval de
toestellen gebruikt moeten worden. In elk
geval dient men goed te bedenken, dat,
indien een oorlog waarschijnlijk wordt
en dit weet men soms pas kort te voren
er een run zal ontstaan om zich in het
bezit van gasmaskers te stellen. Gelukkig
wie er dan een heeft, want de tijd om ge
noeg nieuwe maskers te maken, zal dan
wel ontbreken en de aanwezige voorraad
zal allicht van militaire zijde gerequireerd
worden. Wie bijtijds de noodige voorzorgen
getroffen heeft zal er dan het best aan
toe zijn. Ik ben er inderdaad nog niet
van overtuigd, dat mijn advies krankzin
niger dan krankzinnig is.
Hoewel van individueele pogingen om
oorlog te voorkomen, naar mijne meening
niet veel te verwachten is, kan men niet
temin elk streven in deze richting toe
juichen. Een van de sympathiekste po
gingen is wel die van een groep Neder-
landsche geneeskundigen, die willen pro
beeren, de artsen uit alle landen te ver
eenigen in een algemeene beweging tegen
den oorlog. Zij toch zijn het, die de fu
neste gevolgen van den krijg uit de eer
ste hand te zien krijgen. Op de algemeene
vergadering der Ned. Maatschappij tot
bevordering der Geneeskunst, in Juli te
Nijmegen te houden, zal de vraag behan
deld worden, hoe van hier uit de beweging
kan worden ingeleid. H. A. S.
3-3