MAANDAG 18 MEI 1931 Vo. 21828 (nummer bestaat uit DRIE Bladea EERSTE BLAD. STADSNIEUWS. BURG. STAND VAN LEIDEN KUNST EN LETTEREN. BUITENLAND. Het voornaamste Nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. PRIJS DER ADVERTENTIEN: rts per regel voor advertentlën uit Lelden en plaatsen P" r agentschappen van ons Blad gevestigd zUn. Voor alle Urtere advertentlën 35 Cts. per regel. Kleine Advertentlën ESlultend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. wi een maximum aantal woorden van 30. Krasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van lieven 10 cts- P01^0 te betalen. Bewijsnummer 5 Cts. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummer* voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT:] Voor Leiden per 3 maanden f.2.35, per week 1.0.18 Bulten Lelden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18 Franco per post 1.2.35 4- portokosten. 9 jbbeiders-zangvereeniging J)E STEM DES VOLKS". TOorbereidingscommlssie vergaderde dagen, om het werkprogramma te hetwelk noodig is voor het te mannenkoor. „jsteld kan nu reeds worden dat de Vgi verzekerd Is, omdat 70 personen Fjifmitief hebben opgegeven. I toorbereidingscommissie stelt zich j tinnen 14 dagen, door middel van fidiertentie in dit blad. den oproep te Ln plaatsen waar en wanneer de pigsvergadering zal plaats hebben. PROGRAMMA PARKCONCERT. lit programma van het Woensdag- lüd a.s. door het muziekcorps 6de R.V.A. lecteur de heer M. Bolderdijk), te geven keert in het Plantsoen luidt als volgt: [les Amis Réunis. marsch, A. Delbecq. Bellatrix. ouverture, M. Caldoro. 3. Or- Ja, gavotte. M. J. H. Kessels. 4. Le Val [l'Amblève. fantaisle, D. D. Belleflamme. I Le Défilé, marsch, Lt. Purnotte. \ii 6. Camarades, marsch, D. D. Bel- rame. 7. Les Lilas Blancs, fantaisie, Mils. 8. Esmeralda, valse de con- j, M. J. H. Kessels. 6. La Reconnaissan- fantaisle. V. J. Benoodt. 10. L'Amour it quelque chose, marsch. Aug. Eenhaes. let publiek wordt verzocht tijdens de bieknummers zooveel mogelijk het stil- |gen te bewaren en vooral niet heen [weer te loopen. Ook verdient het aan- leling bovenstaand programma uit te bpen. iCTRICITEITSVOORZIENING VAN LEIDEN EN DELFT. I. en W. van Delft stellen den raad voor p de gemeente Leiden een overeenkomst te gaan betreffende wederzijdsche |elijke hulpverleening inzake de leve- van electriciteit. ACADEMISCHE EXAMENS. ieslaagd is voor het candidaatsexamen jhtsgeleerdheid de heer J. F. Udo (Rot- fcam). HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. ijzigingen bamlooze Vennootschap Bloemboller.- ikerij en Handel Gebrs. Bader. Hoofd- it 114 lOude Post). Sassenheim. Uit- dende directeur: J. P. C. Sentel, Oegst- st De handelszaak is met ingang van lei 1931 in liquidatie getreden. Liquiaa- ts: Mr. R. C. Bakhuizen van den Brink, emstede en J. P. C. Sentel. Oegstgeest. laamlooze Vennootschap Kleiwarenfa- ek „Nijverheid". Hooge-Rijndijk A. 46, jerswoude. Uittredende directeur: A. T. ippo. Leiderdorp. Uittredende commis- is: J den Ouden, Oegstgeest. lotorboot Katwijk 4. Duinoord 23, Kat» k aan Zee. Bovengenoemde N.V. is ver- atst naar Breda. - De alhier tot semi-arts bevorderde dent J. W. R Everse is bestemd tot re- ve-offlcier van gezondheid bij den ge- eskundigen dienst der landmacht. De heer P. A. Hibma alhier is be emd tot lid der commissie, welke in Den ea? het onderwijzersexamen zal afne- tot plaatsvervangende leden zijn be- kmd de heeren J Broeze, M. J. Krop en H. Snijders, allen alhier. - De minister van onderwijs heeft aan wezen als gecommitteerde bij de dit jaar te nemen eindexamens der Gem. weekschool alhier de heeren J. N. Pattist, -Gravenhage, voorz.; E. A. Keuchenius, ■Gravenhage; P. Th. van Baars. 's-Gra- mhage: pl.v.: H. J. G. Hartman, Voor- lrS: H. G. C. Kreiken, Rotterdam en mej. M. Nater. Rotterdam, en voor die der m Kweekschool de heeren P. Laban, en Haag, voorz., B. van Julsingha, Den na? J. G. Onland. 's-Gravenhage; pl.v.: C van Assenderp, 's-Gravenhage: dr. Cannegieter. Alphen aan den Rijn en ev A. van MunnekredeVan der Grin- •n. s-Gravenhage. Als gecommitteerden elders werden aan- 'weven mevr. L. van KampenZernik», beer G. Bulten te Voorhout en mr. F. J. Frasen te Hïllegom. De minister van onderwijs, kunsten wetenschappen heeft prof. dr. C. de er en l. Delibes alhier, benoemd tot lid °e commissie, welke dit jaar belast is net afnemen der examens in de aasche taal ®j een drietal stadgenooten. die in c". a"fmd van Hemelvaartsdag in een P in de Wagenstraat te Den Haag f7")es met kalfsvleesch hadden gegeten, rer-rhuicil eenisen tijd later vergiftigings- U, 'Jnselen voor Hoewel hun toestand ?rbstig is, moeten zij op medisch ad- het bed houden. De politie stelt °ïderzoek in. De politie te Gouda heeft aldaar een zwerver aangehouden P. van W„ die er van verdacht wordt op de Zaterdagsche markt hier ter stede eenige weken geleden een partijtje dameskousen en heerensok ken te hebben gestolen Hij is naar hier overgebracht en zal ter beschikking van den Officier van Justitie te Den Haag worden gesteld. Dat de tentoonstelling der Leidsche Geitenfokkersvereeniging zich in groote belangstelling mag verheugen, bewijst wel het aantal ontvangen en toegezegde prij zen. Reeds ontving zij een medaille van de heeren J. Plu, F. Mol, H. Ververs, J. v. d. Moolen, het Leidsch Dagblad en Begeer's edelmetaalfabrieken te Voorschoten. Geld prijzen van de Ned. Ver. tot Bescherming van Dieren, de heeren v. d. Goot, L v. d. Berg. van Meurs en den Rijksveeteeltcon- sulent Ir. Verhoeven. Zondagmorgen is dc clectrische trein 1058. welke hier om 11.05 aan het station moet aankomen op de Vinkbrug blijven staan. Nadat een locomotief van het station alhier den electrischen trein had opgehaald, vertrok de trein met on geveer 25 minuten vertraging; ook trein 3821, die hier om 11.18 moet vertrekken, ondervond 25 minuten vertraging. Dinsdagmorgen 19 Mei a.s. zal voor bedevaartsgangers om 7.33 van Warmond en Leiden een processietrein loopen naar Vlaardingen. Vandaar gaan de processie- gangers met een stoomboot naar Brielle voor gen bezoek aan de graven van de martelaren van Den Briel. 's Avonds keert de processietrein naar Warmond terug. In de Stedelijke Werkinrichting zijn opgenomen: volw. pers. kinderen tot. Maandag 11 Mei 35 35 Dinsdag 12 Mei 35 35 Woensdag 13 Mei 37 37 Donderdag 14 Mei 16 16 Vrijdag 15 Mei 31 31 Zaterdag 16 Mei 33 33 ONDERTROUWD. M. Pauw jm. 22 j. en H. Regeer jd. 22 j. K. Batelaan jm. 24 j. en W. Verhoogt jd. 24 j. G. W. Brands jm. 22 j. en J. Keijser jd. 22 j. P. Th. W. L. Matia .im. 29 j. en J. Florisson jd. 27 j. G. van Burik jm. 32 j. en J. de Jong jd. 24 j. J. van der Heijden jm. 23 j. en E. R. Blok jd. 23 j. W. Fiippo jm. 25 j. en J. W. Duij- verman jd. 24 j. - N. Kwestro. wedr. 53 j. en Z. Hcindijk 45 j. B. de Jong im. 32 j. en M. E G. Bik jd. 30 j K. C. Schinkel jm. 22 j. en C. J. Koning jd. 26 j. W. de Groot jm. 25 j. en A. Becker jd. 21 j. B. van Leeuwen jm. 23 j. en M. M. van Oosterhout jd. 25 j. H. A. Janssen en M. Gans. P G. C. de Fuijk jm. 22 j. en F. J. van Rosse jd. 26 j. JOK A N DE MEESTER Sr. f Zaterdagnamiddag is de bekende roman schrijver en tooneel-criticus der ,.N. R. Ct." Johan de Meester Senior zeer plotseling te Utrecht overleden. Hij was daarheen ge reisd om een inleidend woord te spreken bij de opening van de tentoonstelling in „Voor de Kunst", gewijd aan het werlr van zijn jong-gestorven jeugdvriend, den Utrechtschen schilder A. G. A. ridder van Rappard. Johan de Meester heeft de aan gekondigde toespraak nog kunnen houden, maar direct daarna voelde hij zich onwel. Hij begaf zich naar een ander vertrek, waar hij kort daarna bezweken is. Eliza Johan de Meester werd in 1860 te Harderwijk geboren. Hij bezocht, waar zijn ouders naar Zeist verhuisden, daar de Hernhutterschool. Hij was aanvankelijk bestemd tot ambtenaar der registratie en was van zijn 17de tot zijn 20ste jaar ook als zoodanig werkzaam te Voorst. Hij schreef toen reeds nu en dan een novelle of een gedicht en hij haakte ernaar in de Journalistiek te treden. De „Zutphensche Crt." bood hem daartoe gelegenheid. Reeds in 1882 vond hij echter plaats aan het „Nieuwsblad van Rotterdam" en kort daarna werd hij medewerker aan de „Amsterdammer" van de Koo, hetgeen hem plaats deed nemen in de rijen der z.g. „humanitairen". Toen de „Amsterdammer" het financieel moest afleggen, ging hij als correspondent van het „Hbid." naar Parijs en zijn heele verdere leven heeft 't stempel gedragen van zijn ondervinding, in Frank rijk opgedaan. De jaren, welke hij daar heeft doorge bracht, hebben voor zijn litteraire vorming een zeer groote beteekenis gekregen. Met Van Deyssel is hij in ons land een dei- eersten geweest, die voor het goed recht van het naturalisme opkwamen. In 1891 werd hij redacteur voor littera tuur en kunst van de ,,N. R. Crt.', wat hij tot het voorjaar 1927' gebleven is. Door zijn journalistiek werk heeft hij enorm veel bijgedragen tot de populariteit van de litteratuur der tachtigers, alhoewel hijzelf nooit tot den engeren Nieuwe-Gidskrlng behoord heeft. Na het afscheid van Van Hall heeft hij diens plaats als redacteur van „De Gids" ingenomen. Van zijn werken mogen hier vermeld worden: Parijsche Schimmen (1892); Zeven Vertellingen (18901 .Deemoed (1901), Allerlei Menschen (1902), Geertje (1906), Over het leed van den Hartstocht (1904), De zonde in het deftige Dorp (1912). Van haar luister beroofd (1923), Aristocraten (1908). Carmen (1916) en Gedenk te leven (1918). Van zijn laatste werken mogen nog vermeld „Eva" (1929) en „Liefdestrouw" (1930). Op zijn 70sten verjaardag is hem duidelijk gebleken, hoezeer men hem en zijn werk waardeerde. Met Johan de Meester is weer een onzer j .grooten" heengegaan, behoorend tot de naturalisten. Zijn werk, cuimineerend in „Geertje", draagt steeds het karakter van een diepe menschelijkheid en stempelt het daarnevens tot iets echt ..Hollandsch". Dat zijn stijl abrupt was. nu en dan zelfs stuntelig en star. de suggestlviteit ervan deed dit naast het echt menschelijke spoedig vergeten. Vooral „Geertje" zal o.i. het werk blijven, waarmee De Meester zich een blijvende plaats veroverde in onze litteratuur, hoéwei daarnaast „De zonde in het Deftige Dorp" gesteld dient te worden. Zijn critieken, vele en velerlei, dragen steeds een opbouwend karakter, gespeend van losse veroordeeling zonder meer. Veel heeft hij bijgedragen om het publiek be lang te doen stellen in een litteratuur- richting. die destijds als te modern veel tegenkanting en spot ondervond. Met zijn hulp overwon het nieuwe Hij was eerelid van den Nederl. Jour nalistenkring. JORIS STAM. Tot organist van de Groote of Jaeo- bijnenkerk te Leeuwarden is benoemd de heer Joris Stam te Amsterdam, thans di rigent van het Christelijk radio-orkest. DE ALGEMEENE TOESTAND. De besprekingen ter Europeesche Com missie. Het Fransche memorandum over de Duitsch-Oostenrijksche tollinie. Onder groote belangstelling werden Za terdag de besprekingen over de economi sche Studiecommissie voortgezet. Nadat Briand een rede had gehouden, waarin hij speciaal de niet-leden van den Volkenbond begroette, werd overgegaan tot de algemeene beschouwingen. Het eerst werd het woord gevoerd door den Duitschen Rijksminister van Buiten- landsche Zaken dr Curtius. die een uit eenzetting gaf van de voornaamste oor zaken van de economische crisis. Vervol gens hield hij een pleidooi ten gunste van tol-unies, inzonderheid die tusschen Duitschland en Oostenrijk. Sedert den wereldoorlog werden 20.000 K.M. nieuwe tolgrenzen gesticht en 12 nieuwe geldsystemen. benevens negen nieuwe economische eenheden. Hieruit blijkt volgens spr. voldoende de versplin tering van Europa. Verbetering is slechts mogelijk door vergrooting der economi sche eenheden. Men heeft te Genève ge tracht deze verbetering te brengen door middel van multilaterale verdragen, die echter zonder veel succes zijn gebleven. De omstandigheden werken het sluiten van Tol-unies in de hand. waardoor dan tevens de nationale markten worden ver groot. Spr. is bereid met ieder land of iedere statengroep zonder uitzondering te on derhandelen over dc mogelijkheid om een tol-unie te sluiten. Niettemin moeten aldus besloot spr.. de nationale pogingen welke door de landen afzonderlijk gedaan wor den om den economischen toestand te verbeteren, niet uitsluiten, dat allen moe ten samenwerken tot heil van Europa. Briand. antwoordende op Curtius rede, verklaarde, dat voor hem de Duitsch-Oos tenrijksche Tol-unie een punt is, dat hij betreurt te moeten aanroeren. Er bestaat nog altijd kans. dat de kwestie van de multilaterale verdragen wordt opgelost. Er kan opnieuw naar een oplossing gestreefd worden en het is dan ook daarom, dat er nieuwe Fransche voorstellen zijn gedaan. De Duitsch-Oostenrijksche Tol-unie is vol gens spr slechts in staat ongerustheid te kweeken. wat voor de Europeesche samen werking niet heilzaam kan zijn. Een en ander maakt, dat het thans aan den V. B. Raad staat een oordeel uit te spreken over de rechtmatigheid van de Tol-unie. Na deze vrij scherpe rede van Briand. welke in Duitsche kringen een buiten gewoon slecnt onthaal vond, was weer het woord aan Curtius die een korte verkla ring aflegde, waarin hij het door Briand ingenomen standpunt nadrukkelijk be streed. In den namiddag sprak de Italiaansche minister Grandi een groote rede uit, waar in hij verklaarde, dat na den wereldoor log op economisch gebied vele fouten ge maakt zijn en dal het thans zaak is de navolgende principieel? kwesties op te lossen: le. de kwestie van de internationale cre- dietverleening; 2o. de internationale in- dustrieele kartels; 3o. Voorkeurssystemen; 4o. De Tol-unies. Spreker lichtte deze punten nader toe en stelde de vraag of thans het sluiten van afzonderlijks Tol-unies de eenige uit weg uit de moeilijkheden is. Er kunnen tegen Tol-unies bedenkingen gemaakt worden, doch het is tevens de meening van de Italiaansche regeering. dat Tol- unies het tot stand komen van afzonder lijke overeenkomsten met derde staten niet verhinderen en dat zij zich niet tegen een of andere staat mogen richten. Voorts moet hierbij de aandacht gevestigd blijven op de geheele goederenruiling en op de rechten van andere staten. Spr. verklaarde tenslotte, dat Italië geen uniforme remedie voor alle staten tegelijk aan de hand kan doen. daar het van meening is. dat. de weg naar regionale overeenkomsten en verzoening tusschen de afzonderlijke sta ten ingeslagen moet worden. Spr behield zich tenslotte het recht voor bij de ver dere gedachtewisseling de Italiaansclie- voorstellen in bijzonderheden bekend te maken. Na de rede van Grandi hield de Fransche afgevaardigde Poncet een rede over de Fransche plannen, welke hij aanbeval als de beste oplossing van de economische wereldcrisis. De Oostenrijksche minister van Buiten- landsche Zaken Schober legde een lange verklaring af. waarin hij betoogde, dat voor staten zooals Oostenrijk, die tot een alzijdigen handel kuhnen overgaan, doch wel een wezenlijke vergemakkelijking van het handelsverkeer wenschen. slechts een oplossing in den vorm van de Tol-unie overblijft. Oostenrijk is bereid aan ieder voorstel, dat door andere staten gedaan wordt, mede te werken, doch het verlangt positieve onderhandelingen en wijst een reeds a priori tot mislukking gedoemde conferentie van de hand. Een Tol-unie is volgens spr. geenszins in strijd met het principe der meest-begunstiging. De Oos tenrijksche regeering is bereid op loyale wijze mede te werken aan de oplossing van de moeilijkheden. Tevens is Oostenrijk be reid zich bij regionale overeenkomsten aan te passen. Het wil te allen tijde onderhan- lingen beginnen, die door andere regeerin gen worden voorgesteld. Spr. besloot met er op te wijzen, dat de Oostenrijksche re geering thans niet langer meer kan wachten Intusschen is thans het Fransche me morandum, waarvan boven reeds gespro ken wordt, gepubliceerd. Daarin wordt o.m. gezegd, dat de omstandigheden, waaronder de Duitsch-Oostenrijksche over eenkomst werd gesloten, in geheel Europa groote beroering hebben gewekt en een pijnlijke herinnering aan de oude metho den, zoodat de Volkenbondsraad, als de hoogste beschermer van den wereldvrede, zich met de rechtsgeldigheid van de geslo ten overeenkomst en het gevaar, dat daaruit voortvloeide voor den vrede, moest bezig houden. De Fransche regeering zag zich tevens gedwongen, haar houding ten aanzien van de overeenkomst te bepalen. In het bewustzijn van haar verantwoorde lijkheid zet de Fransche regeering nog maals haar standpunt uiteen en wil zij in loyale en openlijke besprekingen de oor zaken van de huidige malaise nogmaals onder het oog zien. In het eerste deel van het memorandum wordt dan uitvoerig de juridische kant van de zaak onderzocht, op grond van de ver dragen van Versailles en van St. Germain, alsmede van het Protocol van Genève van 1922. waaruit de conclusie wordt getrok ken, dat de Duitsche overeenkomst met Oostenrijk niet gesloten kan worden zon der toestemming van den Volkenbonds raad. Voorts wordt gewezen op een reso lutie van den Hoogen Geallieerden Raad van 1919. waarin de geallieerde mogend heden verklaren, zich te zullen verzetten tegen elke maatregel die direct of indirect een poging is om de politieke en economi sche onafhankelijkheid van Oostenrijk aan te tasten. Ook het Vredesverdrag en het Protocol van Genève bevatten dergelijke bepalingen. De Fransche regeering is van meening, dat het aanhangige tolverdrag met Duitschland de onafhankelijkheid van Oostenrijk aantast, aangezien Oosten rijk niet meer zelfstandig handelsverdra gen zal kunnen sluiten. Het memorandum noemt dan het eigenlijke doel der tolover- eenkomst de uniformiteit der fiscale wet geving, het doen wegvallen der tolgrenzen, het gemeenschappelijk afsluiten van han delsverdragen. alles dingen, die, wanneer zij geschieden door een zwakken staat in samenwerking met een sterken staat, slechts in het voordeel van den grootsten staat kunnen zijn. waardoor dus het Pro tocol van Genève 1922 geschonden zou kunnen worden. In het tweede deel van het memoran dum worden de economische gevolgen van de tolovereenkomst onderzocht. Deze over eenkomst zou tot ernstige meeningsver- schiilen kunnen leiden inzake de toepas sing van de meestbegunstigingsclausule en de opzegging der bestaande handelsver- verdragen Met kracht wordt in het me morandum ontkend, dat de tolunie zou kunnen bijdragen tot oplossing van de huidige economische moeilijkheden van Oostenrijk De afschaffing van de onder linge tolgrens zou slechts den Duitschen landbouw voordeel bieden, terwijl een aan tal Oostenrijksche industrieën, die dank zij de hooge invoerrechten in Oostenrijk nog in leven gehouden konden worden na openstelling der grenzen -oor de Duitsche industrieproducten ten dood» gedoemd zouden zijn Het natuurlijke afzetgehied voor Oostenrijk lag niet in Duitschland, maar in de Oost-Europeesche. agrarische" staten. Naar de meentng der Fransche regeering zou de tolunie slechts leiden tot nieuwe groepsvorming van elkaar bestrij- BINNENLAND. Dc steun aan de bietsnikerindustrie. (Binnenland. 3e Blad). Vergadering der Rijkscommissie Werk verruiming; pleidooi voor Nederlandsch fabrikaat. (Binnenland, 3e Blad). Geen vereenigingsraad van de Neder- Iandsche Reisvereeniging. (Binnenland. 3e Blad). Te Haarlem is een auto op het trottoir gereden; een vrouw werd ernstig gewond. (Gemengd, 2e Blad.) BUITENLAND. De verdere besprekingen in de zitting der Europeesche Commissie. (Buitenl. en Tel., le Blad). De inhoud van het Fransche memoran dum inzake de Duitsch-Oostenrijksche Tol-unie. (Buitenl., le Blad.) Het Italiaansche standpunt inzake den Vlootbouw. (Buitenl., le Blad). De uitslag der verkiezingen in Olden burg. (Tel., le Blad). dende, vijandige statenblokken, die de economische grondslagen van den Volken bond ondergraven zouden. In het derde gedeelte behandelt het memorandum de politieke gebeurtenissen, die tot de totstandkoming van de douane overeenkomst hebben geleid. De wijze waarop de overeenkomst tot stand kwam, heeft twijfel gewekt aan het zuiver econo misch karakter van het verdrag. Indertijd heeft de Pruisische regeering op een der gelijke wijze een tolunie opgericht, tegen over de Fransch-Belgische tolunie. Deze Duitsche tolunie droeg aanvankelijk ook slechts een economisch karakter, doch leidde tenslotte tot het Duitsche tolparle- ment en ging vooraf aan de stichting van het Duitsche rijk. Ten slotte concludeert de Fransche regeering in het memorandum, dat er een duidelijke tegenstelling is tusschen de plechtige verklaringen van Duitschland en Oostenrijk inzake de beteekenis van de overeenkomst en de methodes van onder handeling die bij haar totstandkoming zijn gevolgd. De pijnlijke indruk is gewekt, alsof men door geheime onderhandelingen de publieke opinie voor een voldongen feit heeft willen stellen. De Volkenbondsraad zal thans hebben te beslissen of door deze tolunie de onafhankelijkheid van Oosten rijk wordt aangetast. De bevoegdheid van den Volkenbondsraad daartoe is boven allen twijfel verheven. Een politiek, die er op uit is feiten te scheppen, waardoor men de wereld verrast, is een ontkenning van de grondslagen waarop de eerbied voor de bestaande verdragen en voor den vrede berust. Naar verluidt zou Grandi onomwonden hebben verklaard, dat verschillende van Briands tegenvoorstellen volkomen onuit voerbaar zijn. Ook van Engelsche zijde staat men kri tisch tegenover deze voorstellen en ver schillende leden der Britsche delegatie zouden er ernstige bedenkingen tegen hebben gemaakt. Naar verluidt, zou Henderson voor nemens zijn een voorstel te doen tot ver daging van de zitting en tot verwijzing van de Fransche voorstellen naar tech nische sub-commissies. DUITSCHLAND. Weer een vliegerincident. Zaterdagavond zijn op het vliegveld te Schweinfurt in Beieren, drie Fransche militaire vliegtuigen geland. Zij waren bemand door een luitenant, een sergeant en een korporaal. Een der machines was uitgerust met twee machinegeweren. Foto toestellen werden echter bij onderzoek niet aan boord gevonden. De inzittenden wer den gearresteerd in het Hotel „Bayrischer Hof" en ondergingen nog Zaterdagavond een verhoor, dat werd afgenomen door een vertegenwoordiger van het Rijksweer- ministerie en door een vertegenwoordiger van het Rijksministerie voor Verkeers wezen. De gearresteerden deelden mede, dat zij uit de omgeving van Lyon waren gestart voor een lange afstandsviucht. Zij wilden, na een omweg te hebben gemaakt, te Straatburg landen. Zij waren echter blijk baar verdwaald en zagen zièh gedwongen tot een landing op het vliegveld te Schweinfurt. dat eenige honderdon kilo meters van Straatsburg gelegen is, zoodat men in sommige Duitsche kringen de verklaringen der Fransche vliegers niet geheel geloofwaardig acht. Het Rijksweer ministerie stelt een verder onderzoek in.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 1