MOUSSELINE STOFFE GERZ0N CITY-THEATER i Eet VAN DER STEEN's Rookwois 500 METER Bedrukte Wollen 250 METER Wollen Mantel HISTORISCHE FIGUREN. SPORT. HAARLEMMERSTRAAT 130-132-134-136 Heerenoverhemden, Heerendassen, Heerensokken, Heerenmodes, Heerenhoeden Wordt verwacht: DE VERLOREN ZEPPELIN!!! J. G. v. d. STEEN - Haarl.str. 186 - Tel. 169 OPENING VAN DE NIEUWE ZAAK| IN GOUDEN EN ZILVEREN WERKE MORSCHSTRAAT 9 C. CASTELEIN, Haarl.straat 2SI EEN GEVREESD MAN UIT DE XVIIÏe EEUW. Nog eens neem ik het kleinere kader ter hand om er het beeld in te plaatsen van een man, die in het begin der XVIIIe eeuw de schrik was van zijn land. Toen die eeuw geboren werd, was hij zeven jaar oud. Toen hij stierf, telde de eeuw nog geen een en twintig jaren. In zijn korte leven wist echter hij, over wien ik schrij ven ga, een rol te vervullen, waarvan de herinnering overblijft in den afschrik- wekkenden klank, die verbonden is aan den naam Cartouche. Cartouche gevreesd enpopulair leeft voort in de geschiedenis als een bendehoofd van merkwaardige allure. Reeds bij zijn leven was hij, behalve ge vreesd, populair. Er was in dien tijd een advokaat te Parijs, Barbier heette hij, die in zijn lange leven van 16891771 een dag boek heeft gehouden, en het publiceerde, van allerlei anecdotische en historische bijzonderheden uit den tijd van de regee ring van Lodewljk XV. In dat dagboek staat op datum van 21 October 1721. Dinsdag, 21. In de Comcdie-Francaise is Cartouche gespeeld, een niet on aardig stukje, geschreven door den acteur Legrand. Er was verwonderlijk veel publiek. Overigens zullen menschen met gezond verstand het ten zeerste afkeuren, dat men op het tooneel een man voorstelt, die werkelijk leeft, die eiken dag in verhoor wordt genomen en wiens einde zal zijn, dat hij levend ge radbraakt zal worden. Dat ls niet wel- voegelijk. Met deze opmerking zal thans, twee eeuwen later, wel ieder het eens zijn. Ik geloof dan ook niet, dat men nu zou doen, wat men toen durfde, n.l. misdadi gers, wier proces nog hangende is, door tooneel-spelers in het publiek te laten uit beelden. Men dacht er toen anders over en het Parijsche theater, waar Cartouche gegeven werd, was uitverkocht, toen Legrand's sensatiestukje werd vertoond. Dat Barbier het lot van den persoon, die door den acteur werd voorgesteld, Juist inzag, blijkt wel uit het feit, dat Cartouche den 28sten November, dus ruim een maand na het Inschrijven van de korte aantee- keningen in het Journal, Inderdaad aan het rad zijn leven liet. Ik dacht aan Cartouche en zijn wan daden, toen ik niet lang geleden weer las van een rooversbende, die een geheele streek onveilig maakte en maar niet op gespoord kon worden. Cartouche, wiens naam berucht-beroemd is, heeft jaren lang de Parijsche politie met schrik en met vrees geslagen. Men wist, wie hij was; wist, waar hij zich ophield; kende de namen zijner helpers. Maar zijn slagen waren zóó prompt, zijn verrassingen zóó onverwacht, zijn prestige zóó groot, dat men hem niet kon of niet durfde pakken en soms met veel ijver en drukte rechts zocht, terwijl men wist of niet wist, dat hij links verdwenen was. Buitendien hadden zijn streken hem in zekere kringen zulk een overwicht gegeven, dat men hem veeleer zou beschermen tegen dan over leveren aan de politie. Want hij was geen misdadiger van het gewone soort; hij was op zijn tijd een man van de wereld, ridderlijk en goedhartig; zooals men thans spreekt van den „gentleman-dlef", zou men toen hebben kunnen spreken van den „gentleman-schavult". Ter illustreering van deze opmerking diene de volgende mededeeling, die ik vond in een navorsching van den beken den Funck-Brentano. Deze vertelt, dat Cartouche in alle klassen der maat schappij zijn helpers had. Vele vrouwen behoorden daartoe. Eene van haar was kamenier van de hertogin de Boufflers, Justine, zoo heette zij was hem op een avond behulpzaam bij het binnen klimmen in de slaapkamer van de herto gin. Hij maakte zich bekend, doch stelde de hevig verschrikte gastvrouw gerust. Hij zou haar geen kwaad doen. Hij werd ach tervolgd door de troepen van den koning en hij wilde nu alleen maar soupeeren en dien nacht in het huis slapen. Hij beloofde den volgenden morgen te zullen verdwij nen, zonder iets van de kostbaarheden mede te nemen. De hertogin deed naar zijn wensch en liet 'n goed souper voor hem klaar maken. Hij vond de spijzen voortreffelijk, maar de champagne middelmatig. Een paar dagen later liet hij dan ook eenige manden uit muntende champagne, die hij weer bij een bekende wijnfirma gestolen had, aan het adres van de hertogin bezorgen en bedankte haar voor de haar afgedrongen gastvrijheid.... Er is een portret van Cartouche als knaap, toen hij reeds een berucht bende hoofd was. Men kan zich moeilijk een fijner, vriendelijker gezicht voorstellen. Het is een teer, intelligent gelaat. Ware er niet het Latijnsche onderschrift: „Zoo wordt de jeugd verdorven" en zag men zijn hand niet een wapen omklemmen, zou men hem onvoorwaardelijk alle gaven van hoofd en hart toeschrijven. Over zijn jeugd gaan trouwens ook allerlei legen den. Hij zou een schoolkameraad van de zoons der eerste Fransche famlllën ge weest zijn. Hij zou zljrr opgevoed in het beste Jezuiten-college van Parijs; hij was een Jeugdvriend van Voltaire, enz. enz. Door düt alles kunnen we een streep halen. Cartouche, die van zijn voornamen Louis Dominique heette, had weinig schoolopvoedlng genoten. Zijn vader had een „zinc", een wljnsiyterijtje te Parijs. Hij zelf ontliep zooveel mogelijk de school en was al heel gauw verbonden met een troepje zakkenrollers en bandieten, die de omstreken van Parijs en later Normandië onveilig maakten. Toen de politie hem vandaar verdreven had, komt hij door een toevallige ontmoeting met een oom, die hem te Rouaan oppikte, weer even in het ouderlijk huls terug, waar hij zijn broertjes de dieventaal leert en zijn vader besteelt. Hij verlaat de woning en gaat op eigen houtje „werken". Op een avond, dat hij met groote handigheid in een kerk de zakken der geloovlgen leegt, biedt een oplichter van naam, die ver baast staat over zijn manier van „wer ken", hem aan, zich met hem te associee- ren. Die associatie duurt niet lang, omdat de compagnon spoedig in handen der politie valt. Maar Cartouche neemt zelf de leiding der zaken, verzamelt om zich heen een troep kerels, die geen vrees ken nen. en weldra vaart er door Parijs en zelfs door Frankrijk een schrik voor hun gewelddaden, voor hunne oplichterijen en hunne moorden. Toch was rijn devles.dat hij telkens zijn mannen voorhield: „Mijne heeren, weest zacht. Laten we alleen bij hooge noodzaak wreed zijn." Zooals het bij dergelijke ondernemende voor niets terugdeinzende benden gaat, werkt alles mede om hun naam schrik wekkender te maken. Geen onopgehelder de misdaad of het was het werk van „la bande a Cartouche". De geheimzinnig heid der misdaden verhoogde de vrees. En die vrees maakte hun werk gemakke lijk. ZIJ kregen helpers zonder er om te vragen. Het was maar beter, zoo dachten velen, bij Cartouche en de zijnen in een goed blaadje te staan dan bij de politie. Boven dien zoo vroeg men zich af, over wat voor middelen beschikte toch deze man, dat hij telkens weer ontsnapte aan de netten, door de politie gespannen? Herhaaldelijk gesnapt, wist hij steeds weer te ontkomen. Hij verdween op de onverklaarbaarste wijze; dat hij tot in de rangen der politie kornuiten gehad moet hebben, schijnt vrij zeker te zijn. Maar toch grensden sommige zijner ontsnappingen aan 't wonderbaar lijke. Er is wei eens een vermoeden geuit, dat hij in de volkskroegen, waar hij zijn hoofd kwartieren opsloeg, wijkplaatsen had, ge heime holen of kelders, waar niemand hem kon zoeken. Zoo spreekt men van „La Grand' Pinte" te Bercy, nu behoorend tot Parijs, waar bij wijze van uithangbord 'n groote wijn-maat uithing. Hier moet door middel van een put, die droog was, een ondergrondsche uitgang te bereiken zijn geweest, juist ruim genoeg om één, niet te zwaar gebouwd man in staat te stellen er doorheen te kruipen en het open veld te bereiken. Maar de herhaalde ontsnap pingen van Cartouche, in allerlei hoeken van Parijs, laten toch de vraag onbeant woord, hoe het hem mogelijk was zoo dik wijls aan het lot te ontkomen, dat hem wachtte. Want het wachtte hem en zou de hand op hem leggen. De politie had de toevlucht genomen tot een zeker middel: geld en verraad. Zoo werd hij op een nacht, ter wijl hij meende in veilige omgeving te zijn, in zijn slaap gestoord, overrompeld in 'n kroeg van de Courtille, wijk in Parijs, waar vroeger Belleville was. Stevig ge boeid en scherp bewaakt werd hij naar de gevangenis van de Chatelet gebracht. Toen was wel zijn vrijheid, doch niet zijn beroemdheid ten einde. Het is niet vleiend voor zijn tijd en zijn tijdgenooten, doch de deur van zijn cel werd belegerd door hoog en laag geplaatsten. Men wilde hem zien. den geweldige, den mysterieuze, den wreedaard en den op zijn tijd ridder lijke, van wiens daden zoovele verhalen liepen, en van wiens geestigheid zoovele gevleugelde woorden rondfladderden. Zelfs de hertogin de Boufflers ging hem bezoe ken. Zij was hem nog een beleefdheid schuldig voor de manden champagne, die hij haar gezonden had. En Cartouche, man van de wereld, wanneer hij dat wilde zijn, bood zijn verontschuldigingen aan, dat hij haar niet even weelderig kon ont vangen, als zij het hem gedaan had Bij het heengaan stelde de bezoekster hem twee louls ter hand. De twee louis hebben hem wellicht eeni ge dagen het gevangenisleven minder zwaar doen vallen, doch zij konden hem niet redden van de straf, die de advocaat Barbier voorzien had: het rad. Bij het zien van dit folterwerktuig verklaarde hij het een en ander te willen mededeelen. De namen, die toen bekend werden, moeten zelfs voor de politie, die reeds veel ver moedde, openbaringen geweest zijn. Zij werden voor een deel aangewezen in de hoogste kringen, zoo althans Cartou che's woorden vertrouwen verdienen. Het feit van dit verraad in het aanzien van den dood is lntusschen geen bevestiging van zijn ridderlijkheid, waarover zooveel werd gepraat. Voor de politie was echter 't voornaam ste, dat zij hem, den grooten bandiet, den man met den hypnotiseerenden invloed op anderen, met de koelbloedige wreedheid en met het gezicht van een onschuldigen jongen man van goeden huize, met de al lures van een groot seigneur, in handen had. Zij liet hem niet meer los; geen be kentenis kon zijn leven meer redden. En recht werd gedaan, op de allerwreedaar- digste wijze, aan den man, die zelf zooveel wreedheid had gepleegd, op den 28en No vember van het Jaar 1721, negen en dertig dagen na Barbier's aanteekening over on- welvoegelijke tooneelmanieren. Arlequin Cartouche, Italiaansch blijspel in 5 akten. A. J. BOTHENIUS BROUWER. KORFBAL. DE STEDENWEDSTRIJDEN. De beker opnieuw door Den Haag gewonnen. De Rotterdamsche KorfÈal Bond, die de organisatie der stedenwedstrijden voor zijn rekening had genomen, heeft het wel slagen zijner plannen ernstig bedreigd ge zien door twee onvoorziene omstandig heden. In de eerste plaats werkte de weersge steldheid niet mede en lokte het winde rige weer allerminst bezoekers naar het Goudsche sportpark, anderzijds waren drie der vier deelnemende twaalftallen zóó onvolledig dat zij zeker niet als de werke lijke vertegenwoordigers hunner steden konden gelden. Rotterdam stelde uitsluitend spelers van Rozenburg op, Dordrecht verscheen met een combinatie van zeven spelers van Deetos I en vijf spelers tan Deetos II en tenslotte was bij het Leidsche twaalftal ook nog v. Bommel afwezig, in wiens plaats Key (Fluks) speelde. Slechts Den Haag had al zijn oorspron kelijk gekozen spelers medegebracht en dit overigens niet bijzonder sterke twaalftal bezat dan toch de deugd dat het de zwakkere oppositie wist te verslaan, om zoo den beker voor de tweede maal te winnen. De eerste wedstrijd tusschen Rotterdam en Dordrecht bracht een kleine geflat teerde Dordtsche overwinning. De wind deed aan het spel veel afbreuk en boven dien konden de spelers zich moeilijk staande houden op het droge, harde veld. Dordrecht won tenslotte fortuinlijk met 2—1. Daarna verschenen Den Haag en Leiden binnen de lijnen. De Leidsche combinatie had eenigen tijd noodig om zich in te spe len, maar toen dat eenmaal was geschied, combineerden v. Beeckv. Weesel zoo vlot met de dames Pino Post en Molt, dat de Delftenaars die het Haagsche doel ver dedigden, de handen meer dan vol hadden. In het middenvak had de Haagsche ploeg een overwicht. De Leidsche dames Buys en Montanus deden haar plicht en meer dan dat, doch Tuk moest het vooral in lengte tegen Hebers en Fransse afleggen en Gonggrijp liep zonder succes naar zijn nor malen vorm te zoeken. Gelukkig was de Leidsche verdediging voor haar taak berekend. De Jong had goed vat op van Balen en Key was in let terlijken en figuurlijken zin zoo'n struikel blok voor de aanvallers, dat we ons op nieuw met verbazing afvroegen hoe Fluks' twaalftalcommissie deze speler voor het le twaalftal kan passeeren. Kort voor het eind der eerste helft gaf v. Beeck zijn twaalftal de leiding (10). Door een blunder van den scheidsrechter kon Den Haag door mej. de Bruin gelijk maken (11) en tenslotte maakte Hul- slnga handig het winnende doelpunt (12) Na een korte pauze speelden Leiden en Rotterdam de verliezerswedstrijd. Hoewel Leiden vrijwel steeds sterker was en over alle liniën een beter verband streerde nam Rotterdam door schot van de Goederen de leiding Van Weesel miste daarna een maar tenslotte wist deze speler strar, De eindstrijd tusschen Dordrecht Haag werd een teleurstelling had vrij spoedig de leiding met iS, Dordtsche ploeg bleek niet bij ijj? achterstand in te loopen. DaarentS Den Haag nog een tweetal doeln^a;!;, de score toe te voegen en zoo J- met 40 te winnen. De uitslagen waren: DordrechtRoterdam 2—1; Den Haag 12; Rotterdam—Leid»* DordrechtDen Haag 04. Den Haag wint den Stedenbeker ZILVEREN KORF. Morgen (Zaterdagmiddag) speeltv op het terrein aan den Zoeterwoui Singel van 6—8 uyr tegen H.S.V ,j 2e ronde van den Zilveren Korf. COMPETITIE-UITSLAGEN, Noord I: FrisoW.K. 0—5; Voorwaarts 32. Door deze uitslagen is W. K. Noc kampioen geworden. CRICKET. Uitslagen van gisteren. NEDERLANDSCHE CRICKETBOïïl le klasse: H.C.C. nR. en W.: Het wint met 10 runs op de eerste to V.V.V.—V.R.A.: V.V.V. wint met Jl r op de eerste innings; A.C.C.—HCtl H.C.C. I wint met 159 runs op de i innings. Overgangski.: AjaxH.C.C. HI: H.CC.I wint met 21 runs; R. en W. II—'Vuil V.R.A. II wint met 68 runs op de t, innings; Quick—H.T.C.C.: H.T.CC. met 8 wickets. Overzicht. De eerste klasse heeft gisteren verrassingen gebracht of het zou de L overwinning van H.C.C. II op Rood ea| moeten zijn. Het feit, dat de slechts 86 runs scoorden Rood ral maakte er slechts 76 zou er na P.w| kunnen wijzen, dat De Beus es. s lijk minder sterk zijn dan verleden], H.C.C. I intusschen sloeg er meer g;a dig op los. De Haagsche innings I 202 voor 6 op met Van Manen 71 en& 70. Daarna werd A.C.C. voor 43 ute ten (Koeleman 5—14) en slaagden Amsterdammers er in de tweede I in om met 108 voor 9 den tijd uit te S] Tenslotte werd V.R.A. (100) op wijze geslagen door V.V.V. (191). Stu. berg was bij V.V.V. met 87 topscorer, I V.R.A. Wittebol met 27. Jeuken was a den bal meer goed op dreef (6—4(1. In de overgangklasse begon AJai een kleine nederlaag. Veel vertrouwen! het spel van onze stadgenooten niet I paald; men zie het verslag. H.T.C.C. 15:1 52 voor 2) sloeg Quick (56 en 37) taf wedstrijd met lage totalen en VHA| (105) zorgde voor 'n verrassing door F en Wit II (37 en 21 voor 2) te slaan. WAALS HOE WORDT EEN HEER BEOORDEELD? - Behalve naar den totaalindruk, vooral naar de verzorging der zoogt-1 naamde kleinigheden. Deze kleinigheden zijn echter belangrijk genoeg om een overigens zeer goeden indruk totaal te I bederven. Een mooi, nieuw costuum en een smakeloos overhemd met geheel verkeerd gekozen das heeft juist het ver keerde effect. De meeste heeren gunnen zich niet veel tijd en zorg voor den aanschaf dezer zaken. Wilt U toch 100 pCt. I voldoening van Uwe inkoopen, wendt U dan tot WAALS. Wij hebben een speciale afdeeling, geheel en al erop ingericht I U in den kortst mogelijken tijd te voorzien van het mooiste artikel, juist in den prijs dien U wenscht te besteden. 81,1 Nieuwe Voorjaars dessins, moderne kleuren corabina ties, 78 80 eM. breed, per Meter G137 o.i. Diagonale, Mélangé, Tweed Noppé, enz., in bruin, marine en zwart, uit sluitend prima kwaliteiten, 130-140 cM. br. E X C EP T I 0- NEELE PRIJS, PER METER Vanaf Vrijdag 15 Mei een buitengewoon filmprogramma De Fox-filmcorporation heeft de eer U voor te stellen: Een film, die U de moeilijkheden toont, waarmede een verslag gever vaak te kampen heeft. Een spannende sensatiefilm, die U de strijd weergeeft tusschen een journalist en een bende dranksmokkelaars. In de hoofdrollen PAUL PAGE en DOROTHY BURGESS. NA DE PAUZE: 779a Een Ingewikkelde moordgeschiedenis met een onverwachte ontknooping. Hoe een man zich zelf opofferde om de eer van de vrouw te redden, die hij liefhad. - De Gesluierde Dame LIA TORA de schoonheids koningin van Rio de Janeiro, een uitstekende actrice, die de hoofdrol vervulde in en het scenario schreef voor deze boeiende en prachtige film. f. 0.45 per pond, f. 0.10 per ons - Gekookte Ham f. 0.40 f halfpond en f. 0.1S per ons - Versch en vet gerookt f. 0.20 per pond. Naast ALBERT HEYN «J ZIET ETALAGE! - RECLAMEPRIJZEN - ZIET ETAUB ZATERDAG IA MEI, UUR: Voorradig uitgebreide sorteering gouden en zilveren wert als kettingen, ringeD, tafelzilver, schepwerk, serrieiÊ) theebladen, broodmanden, bonbonmandjes enz. Tevens ruime keuze „Zilva-pleet'' van de Zilverfabr.„Voorschotel als lepels en vorken, messen, diengerei, schotels, sauskommenei| Ook voor de levering van medailles en insignes komenr gaarne in aanmerking. Mr Wij vestigen vooral de aandacht op onze werkplaats en reparatie-inrichting. Als ervaren zilversmeden voeren wij alle voorkomende herstellij kundig en billijk uit. Voor nieuw werk, ook kerkwerk naar teekening bevelen wrik ten zeerste aan. Teekening en prijsopgave krijgt U zonder verplichting uwerzip Wij zijn de nieesters-zilversmeden van Leidt* 6135 Aanbevelend.' HOOGERVORST SCHCÏÏ BROOD- en BANKETBAKKER Bij aankoop van een H p. koek. een H pond Janhagel voor (Winkelwaarde 25 ct.). Geldig tot Vrijdag a.s. Thuisbezorging zonder prijsverbooging. II* i uyi CITROEN CAKE 14 cent per 2-1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 14