qfficieele kennisgeving
stadsnieuws.
72,le Jaargang
ZATERDAG 28 MAART 1931
No. 21788
Het voornaamste Nieuws
van heden„
LEIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
30 Cts. per regel voor advertentiën uit Lelden en plaatsen
waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle
andere advertentiën 35 Cts. per regel. Kleine Advertentiën
uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts.
bij een maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van
brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PRIJS DEZER COURANT
Voor Leiden per 3 maanden f. 2.35, per weekf. 0.18
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18
Franco per post f. 2.35 4- portokosten.
Dit nummer bestaat uit ZES bladen
EERSTE BLAD.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien het verzoek van a. L. J. Pièrlót
om vergunning tot het oprichten van een
wasch- en strij kinrichting in het perceel
Oude Vest No. 157, kadastraal bekend
Gemeente Leiden, Sectie H. No. 3132;
b. p. H. Eggink om vergunning tot het
oprichten van een koper- en blikslagerij
en loodgieterswerkplaats in het perceel
Pieterskerkkoorsteeg No. 9, kadastraal be
tend Gemeente Leiden, Sectie G. No. 1579.
t A. Kiel om vergunning tot het oprichten
tan een smederij in 't perceel Haarl.straat
Ko. 160, hoek Lange Vrouwenkerksteeg
tadastraal bekend Leiden, Sectie H. No.
195; d. M. C. Schouten om vergunning tot
het oprichten van 'n smederij en draaierij
van metaal in het percee 1 Houtmarkt
Nis. 6 en en 6a, kadastraal bekend Ge
meente Leiden, Sectie B. No. 2642; e. E.
1. J. van der Linden om vergunning tot
het oprichten van een boekdrukkerij en
zetterij in een afzonderlijk gebouw.aan
den Vliet No. 4, behoorende tot het per-
teel Rapenburg No. 127, kadastraal bekend
Gemeente Leiden, Sectie E. No. 725; f. de
lirma Gebrs. Pleij om vergunning tot het
oprichten van een smederij in het per-
teel Haven No. 54. kadastraal bekend
Gemeente Leiden, Sectie C. No. 10; g. A.
van der Goot om vergunning tot het uit
breiden van de zagerij en schaverij van
hout in het perceel Maredijk No. 163,
kadastraal bekend Gemeente Leiden, Sec
tie L. No. 1247.
Gelet op de artikelen 6 en 7 der Hin
derwet;
Geven kennis aan het publiek, dat ge
noemde verzoeken met de bijlagen op de
Setretarie dezer gemeente ter visie ge
legd 4Jn;
aismede dat op Zaterdag, den 11 April
ti. des voormiddags te half elf uren hl
hei perceel Breestraat 125 (Bureau van
Gemeentewerken) gelegenheid zal worden
gegeven om bezwaren tegen deze verzoe
ken in te brengen, terwijl zij er de aan
dacht op vestigen, dat niet tot beroep ge
rechtigd zijn zij, die niet overeenkomstig
art. 7 der Hinderwet voor het gemeente
bestuur of een zijner leden zijn versche
nen, ten einde hun bezwaren mondeling
toe te lichten. 2577
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 28 Maart 1931.
ONZE NIEUWE HORTULANUS.
Afscheid te Rotterdam.
weest. Het is ons een behoefte, daar nu
getuigenis van af te leggen, en wij zijn
ervan overtuigd, dat dit uur van blijvende
waarde voor u zal zijn.
De heer A. Meijer heeft vervolgens
namens de bloemisten een album over
handigd met fraaie foto's uit de serres en
den tuin. Namens de tuinders heeft de
heer B. van Sprang een foto overhandigd
van het gezamenlijke personeel.
Dr. Kuiper heeft daarna een persoon
lijk woord van afscheid gesproken om
uiting te geven aan zijn spijt, dat de heer
Veendorp heengaat. Spreker heeft het in
zijn studententijd steeds als een lacune
gevoeld, dat er zoo weinig contact bestond
tusschen de studenten en den hortulanus.
De opleiding en de geaardheid van den
heer Veendorp zijn een waarborg, dat
straks te Leiden een hechte samenwerking
tot stand kan komen Spreker bood den
heer Veendorp daarop het boek van dr.
Rijnders: de psychologie der biologen aan.
De heer Veendorp heeft tenslotte met
een enkel woord dank gezegd voor de vele
blijken van sympathie, welke hij bij zijn
afscheid van Rotterdam heeft mogen ont
vangen.
DE GROOTE BETEEKENIS VAN HET
BEWAARSCHOOLONDERWIJS.
De heer H. Veendorp.
De heer H. Veendorp, de nieuw be
noemde hortulanus alhier heeft gisteren
afscheid van Rotterdam genomen.
pp den dag waarop hij zijn blikken brui
loft met de Rotterdamsche Diergaarde
vierde hij is daar juist zes en een kwart
jaar in functie geweest werd het huwe
lijk. dat zoo zeer harmonisch was, door
scheiding ontbonden.
De personeelsvereniging Onderlinge
Samenwerking aldaar heeft den heer
veendorp met zijn echtgenoote in het
sociëteitsgebouw ontvangen, in tegenwoor
digheid van den directeur van de Dier
gaarde, dr. K. Kuiper en het kantoorper
soneel. Namens Onderlinge Samenwerking
heeft de voorzitter, de heer B. Kerkkamp,
den heer Veendorp toegesproken. Het per
soneel staat, zoo zeide spreker o.a.. tegen
over uw afscheid zeker niet onverschillig.
™et leede oogen zien wij u. heengaan, om
dat u steeds met ons meeleefde en u zich
altijd bereid toonde, met de daad te hei-
Pen. De verstandhoudingen zijn in deze
6 laar steeds van voortreffelijken aard ge
Lezing mej. H. Bonn.
Voor de vergadering door het „Comité
voor de Openbare School" over dit onder
werp gisteravond in het Nutsgebouw be
legd. bleek groote belangstelling te be
staan. De lokiliteit was eigenlijk te klein
voor de vele bezoekers.
De voorzitter van het Comité, de heer
Waldkötter, opende de vergadering en
heette allen welkom. Tot zijn spijt moest
hij mededeelen dat mevrouw Hartog—
Lansen, die als spreekster aangekondigd
was, wegens ernstige familieomstandig
heden niet kon komen. Gelukkig had deze
mep. H. Bonn, onderwijzeres bij het voor
bereidend onderwijs te Amsterdam, bereid
gevonden haar te vervangen,
mej. H. Bonn, onderwijzeres bij het voor
eerst stil bij de naam bewaarschool. Ze
achtte deze uit den tijd en dus niet juist.
Ook de naam voorbereidend onderwijs be- I
vredigt niet, daar men op de bedoelde
scholen niet voorbereidt voor het lager
onderwijs. De beste aanduiding lijkt haar
de naam kleuterschool. Spreekster wees
er op hoe de paedagogiek zich de laatste
jaren veel bezig houdt met het jonge
kind. In dit verband wees zij op de rede
van prof. dr. Gunning op het jongste pae-
dagogisch congres.. De periode van 3 tot
7 jaar in het kinderleven is van de groot
ste beteekenis. De leiding in dien tijd ge
geven kan beslissend zijn voor het ver
dere leven. Met voorbeelden toont spreek
ster dit aan. Bij de behandeling van de
vraag, of het onderwijs aan kleuters ar
menzorg is, dan wel een noodzakelijk deel
in de opvoeding betoogde mej. B. hoe
voor een 50 jaar de eerste meening vrij
wel algemeen werd gehuldigd.
Langzamerhand is men echter de pae-
dagogische waarde van kleuterscholen
gaan inzien. Zoowel voor het kind van den
arme, als voor dat van den beter gesi
tueerde en van den rijke is het van het
grootste belang, dat het op 3 a 4-jarigen
leeftijd omgang krijgt met kinderen van
denzelfden leeftijd. Dit nu kan nergens
beter geschieden dan op de goed inge
richte kleuterschool. Met de opwekking
toch vooral het voorbeeld van Utrecht
niet te volgen maar overal kleuterscholen
te bouwen, waar daaraan behoefte be
staat, eindigde spreekster haar betoog
Hierop werden eenige serie's lantaarn
platen vertoond, welke een kijk gaven op
het onderwijs, dat te Amsterdam aan
verschillende kleuterscholen wordt gege
ven. Mej. Bonn sprak hierbij zoo noodig
een toelichtend woordje.
Van de gelegenheid om vragen te stel
len werd door een viertal aanwezigen ge
bruik gemaakt. Mej. Bonn antwoordde
uitvoerig. Op de vraag, hoe haar meening
was over den leeftijd, waarop het onder
wijs aan de kleuters, moet aanvangen, be
toogde de spreekster, dat het onderwijs
gegeven moet worden van 4 tot 6 jaar.
Driejarige kinderen zijn nog te jong. Mej.
Bonn besloot den avond met enkele van
haar schetsen over het kleuteronderwijs
in de jodenbuurt, te Amsterdam voor te
lezen. Het hartelijk applaus, dat én na de
rede én na het lezen der schetsen opkla-
terde. bewees hoe het gegeven? in den
smaak was gevallen.
De voorzitter sloot de vergadering met
woorden van hartelijken dank tot de
spreekster en tot de aanwezigen voor hun
belangstelling.
ACADEMISCHE EXAMENS.
I Geslaagd voor het doctoraal examen
1 geschiedenis de heer Ch. v. Isterdael (Den
Haag)voor het doctoraal examen rechts-
geleerdheid de heeren N. J. v. Leeuwen
(Hoofddorp) en J. Verheus (Epe, Geld.);
voor het candidaats-examen Indisch recht
de heer A. K. Bahoewinangoen (Leiden).
DE HALTE LAAN VAN
NIEUW OOST-INDIE.
Naar wij vernemen zullen op de lijn der
H. S. M. tusschen Leiden en Den Haag bij
de invoering van de zomerdienstregeling
aan de halte Laan van Nieuw Oost-Indië
gaan stoppen 15 treinen naar en 11 trei
nen van Leiden.
VROUWENGROEP VAN DE AFD. LEIDEN
VAN DE LIBERALE STAATSPARTIJ
„DE VRIJHEIDSBOND."
Het Wezen en Werken van den
Volkenbond.
Op uitnoodiging van genoemde groep
van de Lcidsche afdeeling van den Vrij
heidsbond hield gisteravond in de Burcht
zaal mej. L. C. A. van Eeghen, presidente
van het Hoofdbestuur van de Vrouwen
groep van den Vrijheidsbond en Hoofd
bestuurslid van de Vereeniging „Volken
bond en Vrede" een lezing met lichtbeel
den over het onderwerp het wezen en
werken van den Volkenbond.
Na allen te hebben welkom geheeteh,
wees de presidente van de Leidsche Vrou
wengroep, mevr. K. MoolenburghHar
mens. op de omstandigheid, dat mej. van
Eeghen door een langdurig verbjijf temid
den van het centrum van het Volken
bondsraderwerk (Geneve) volkomen op de
hoogte is van de werkwijze van den Vol
kenbond.
Nog vestigde mevr. Moolenburgh de aan
dacht op de in Deventer aangenomen mo
tie, waarin de Vrijheidsbond er bij de Ne-
derlandsche regeering op aan dringt met
alle haar ten dienste staande middelen
mede te werken aan het welslagen van de
komende groote, internationale ontwape
ningsconferentie.
Allereerst wees mej. van Eeghen op de
overeenkomstige beginselen van den Vol
kenbond en de Liberale Staatspartij „De
Vrijheidsbond", welke de eenige Neder-
derlandsche politieke partij is in welker
programma de Volkenb. vermeld wordt.
Onmogelijk is het natuurlijk het werk van
den Volkenbond in Geneve en over de ge-
heele wereld in één avond te bespreken,
daarom bepaalde spr. zich er dan ook toe
een aantal lichtbeelden te vertoonen, hier
en daar even het een en ander memoree-
rend en aanvullend.
Gelijk bekend bestaat de Volkenbond uit
5 lichamen: de Volkenbondsraad, de Alge-
meene Vergadering of Asserr.blée, het
Secretariaat, het Internationale Hof van
Justitie en het Internationale Arbeids
bureau, onderverdeeld in of geassisteerd
door een groot aantal permanente en tij
delijke commissies en internationale insti
tuten. Gezien de mentaliteit der mensch-
heid van een twintigtal jaren terug toen
nagenoeg alle geschillen met de wapenen
werden uitgevochten dwingen, aldus spr,,
de prestaties van den Volkenbond in een
betrekkelijk korten tijd zeer zeker aller
bewondering af. Toen toch hield men het
absoluut voor onmogelijk, dat bet trot-
sche Groot-Brittanië b.v. het geschil
met Griekenland door een Internationaal
Hof zou laten beslechten!
Begrijpelijk is 't, dat de Volkenbondsidee
onder het 600 man tellend secretariaats-
personeel eenigszins is verwaterd en velen
slechts het eigen belang in den vorm
van een goede positie voor oogen heb
ben; hoewel zij in hun arbeidscontract
hebben verklaard alleen in dienst te staan
van den Volkenbond en m. a.w. ook alleen
zijn idee te zullen behartigen. In het onder
leiding van Sir Eric Drummond staande
secretariaat zijn nagenoeg alle nationali
teiten vertegenwoordigd en kan men
daarom in bijna alle talen terecht, hoe
wel Engelsch en Fransch de officieele
talen zijn.
Abusievelijk stelt men veelal den Vol
kenbondsraad boven de in September van
elk jaar bijeenkomende Algemeene Ver
gadering Beide instellingen hebben echter
dezelfde rechten en hetzelfde doel, zoo
wel de Volkenbondsraad als de Assemblée
kiezen geheel afzonderlijk van elkaar
de voor 9 jaar zitting hebbende rechters
van het Internationaal Hof van Justitie.
De andere werkzaamheden worden na
voorbereid te zijn door een permanente of
een tijdelijke commissie voor zoover zij
niet behooren tot de terreinen van het
Internationale Hof van Justitie of Ar
beidsbureau door deze beide instellingen
verricht.
Het in 's-Gravenhage gevestigde Inter
nationale Hof van Justitie is volgens mej.
van Eeghen wel het minst onder politieke
invloeden staand onderdeel van den Vol
kenbond. hetgeen in de hand wordt ge
werkt door de wijze van kiezen der rech
ters Een land. dat een geschil laat be
slechten door het Hof en daarin niet ver
tegenwoordigd is. mag bovendien even
als in den Volkenbondsraad voor de be
hartiging zijner belangen nog een rechter
toevoegen.
Toegelicht door lichtbeelden en aange
vuld met allerlei details vormde de hier
boven in grove trekken weergegeven lezing
een zeer interessant geheel. Het applaus
der vergadering en het vriendelijke slot
woord van de presidente waren dan ook
volkomen verdiend. De Vrouwengroep van
de afdeeling Leiden van de Liberale
Staatspartij kan met voldoening op dezen
avond terug zien.
HOOGHEEMRAADSCHAP RIJNLAND.
Een bcmalingsinstallatic.
Het Hoogheemraadschap van Rijnland
heeft aan „Werkspoor" opgedragen het
leveren en opstellen van een bemalings
installatie voor het Dieselgemaal tusschen
IJsel en Gouwe ten W. van Gouda Deze
installatie zal bestaan uit drie Diesel
motoren, elk van 6 cylinders, met een ver
mogen van 460 E.P.K. bij 260 omwentelin
gen per minuut, benevens uit drie centri-
fugaalpompen met 70 omwentelingen per
minuut; deze pompen zullen bij een op-
voerhoogte van 2.15 M. elk 600 M3. water
en bij een opvoerhoogte van 3.20 M. elk
420 M3. water per minuut uitslaan.
MIJ. DER NEDERL. LETTERKUNDE.
Flamingant en Franskiljon en een paar
andere vreemde woorden.
Gisteravond heeft prof. dr W. de Vreese
bibliothecaris van Rotterdam voor de
Maatschappij der Nederlandsche Letter
kunde alhier ggsproken over: de woor
den flamingant en franskiljon en een
paar andere vreemde woorden.
Spreker zette uiteen, dat „flamingant"
geen afleiding is van het woord Vlaming,
zooals gewoonlijk wordt beweerd, maar
kant en klaar is overgenomen uit de
Fransche kanselarijtaal. Reeds in begin
van de 15de eeuw komt men voorbeelden
tegen van Flandre flamingante
Vlaamsch sprekend Vlaanderen, en
Flandre gallicante Fransch sprekend
Vlaanderen. Er waren dus ook: Flamands
flamingants en flamands gallicants. Als
de geleerden uit het begin van de 19de
eeuw zich gaan verdiepen in de geschie
denis van Vlaanderen der Middeleeuwen,
wordt deze terminologie om zoo te zeggen
tot nieuw leven gewekt en gaat ze over
in de taal der Belgische publicisten en po
lemisten. Uit de Fransche kanselarijtaal
gaan de termen Flandre flamingante en
Flandre gallicante in de Nederlandsche
over. Het oudst bekende voorbeeld daar
van dateert uit het jaar 1559. en onmid
dellijk daarna komt men ze tegen in de
verschillende werken van den Gentschen
geschiedschrijver Marcus van- Veerne-
wijek. In de 17de eeuw vindt men ze her
haaldelijk in de kostumen van keizerlijk
Vlaanderen, als uitdrukkelijk een verschil
met die van Vlaanderen flamingant
wordt geconstateerd. Toen het Fransch
flamingant onmiddellijk na 1840 in de
Fransch-Belgische pers van dagelijksch
gebruik werd, en tot een scheldwoord voor
de Vlamingen was geworden, hebben deze
als de Geuzen in de 16de eeuw, 't scheld
woord overgenomen en tot een eerenaam
verheven. Uit de vraag, die in den Gent
schen Volksalmanak voor 1840 gesteld
wordt: „Wat verschil is er tusschen een
Vlaming en een Flamingant", blijkt dui
delijk, dat net woord onder de Vlamingen
zelf toen al in zwang was. Thans zijn fla
mingant en flamingantisme, met de be
teekenis die de Vlamingen er aan geven
opnieuw in het Fransch ingeburgerd.
De geschiedenis van franskiljon loopt
tot op zekere hoogte parallel met die van
flamingant. Het woord franskiljon is voor
het eerst algemeen bekend geworden
door de artikels in de Brusselsche bladen
tegen de zeer talrijke Fransche gelukzoe
kers, die na de omwenteling van het jaar
1830 op België waren neergestreken en
door de Belgen fransquillons werden ge
noemd. Dergelijke berichten werden door
de Vlaamsche pers overgenomen en zoo
werd ook in het Vlaamsche land „Frans
kiljon" een naam voor een slecht exem
plaar Franschman. In die beteekenis is
het door Vlaamsche hekeldichters en po
lemisten nog ver'in de veertiger jaren ge
bruikt. ook nog, toen het woord reeds
werd toegepast op Fransch gezinde Vla
mingen, die Frankrijk en zijn taal boven
eigen land en taal verkozen en deze laat
ste liefst uitgeroeid wilden zien. Deze
nieuwe beteekenis werd algemeen ver
spreid door het hekeldicht van F. A. Du-
viliers, „De Fransquiljonade of dichtproef
op de verbasterde Belgen", in 1842 te Gent
verschenen. Dit woord fransquilion moet
gevormd zijn in het Belgische Fransch,
want van France komt Francillon, niet
Fransquilion. Het kan ook geen woord
zijn, dat pas na 1830 is gesmeed, want
het komt reeds voor in een tooneelstuk
van den Brusselschen rederijker Francois
Godien, in 1658 daar verschenen, waarin
de „Duitsche" poëeten de Fransche, o.a.
Ronsard, tot tweemaal toe smalend frans
quillons noemen, vrijwel in denzelfden zin
als waarin het woord in 1655 en vlgg. werd
gebruikt. De verdienste, dit woord bij Go-
dien het eerst gelezen en bekend gemaakt
te hebben, komt toe aan dr. F. A Snel-
laert, reeds in 1895.
In zijn beschrijvingen van verluchte
handschriften heeft spreker herhaaldelijk
gewag gemaakt van cadellen en daarop is
hem van verschillende zijden naar de be
teekenis van dit woord gevraagd. Cadel
is de naam die rubricatoren en miniatu
risten uit de 15e, tot ver in de 16e eeuw
gaven aan die gekleurde kapitalen waar
van schachten en bogen bestaan uit deels
evenwijdig loopende, deels elkander door
snijdende breede linten. Het is het Fran
sche woord cadel, beter bekend on
der den vorm cadeau, beteekenende:
le hoofdletter: 2e met krullen en arabes
ken versierde hoofdletters; 3e een op
schrift met zulke letters; 4e nesterijen,
beuzelingen en ten slotte 5e een geschenk
bij een bepaalde gelegenheid
Het woord cadel is door het Fransch
ontleend aan het Provencaalsch cabdel,
dat ontstaan is uit het Latijn capitale.
Het is opmerkenswaardig dat de verschil
lende beteekenissen van cadel ook eigen
zijn aan het Vlaamsche woord kateil. dat
door het Fransch héén uit het zelfde La
tijn capitale is voortgekomen Dat ook de
Vlaamsche miniaturisten het woord cadel
kenden en gebruikten, blijkt uit een reke
ning, opgemaakt in 1524, van de kosten
der verluchting van een graduaal voor de
abdij van Tongerloo. In deze rekening
komen voor: flgnetten, dat zijn miniatu
ren, letters daer historiën in sijn en ten
slotte: cadessen ende capitael litteren ge
floreerd zoo is althans deze rekening dooi
den uitgever gelezen. Prof. De Vreese acht
het boven twijfel dat er dient gelezen te
worden cadellen.
Ten slotte behandelde spreker het mid-
delnederlandsche woord solre, in het mo
dern Nederlandsch Zolder. Hij betoogt
BINNENLAND.
Bij den zestigsten verjaardag van prof.
Aalbersc. (Binnenland, 3e Blad).
De Bond van Ned. Haring-exporteurs
over de haringcontróle. (Binnenl. 3e Bi.)
Te Spanga (Fr.) zijn twee boerderijen
afgebrand; 29 stuks vee zijn omgekomen.
(Gemengd, 2e Blad).
Te Amsterdam is een carbidkctel in de
lucht gevlogeneen arbeider werd gedood.
(Gemengd, 2e Blad).
BUITENLAND.
Een tolverdrag gesloten tusschen Zuid-
Slavie en Tsjecho-SIowakije. (Buitenland,
le Blad).
Gandhi's politiek in Indië aanvaard.
(Buitenl. le Blad).
Een verkiezingsnederlaag voor Labour.
(Buitenl. le Blad).
dat op een aantal plaatsen het middel-
nederlandsche solre niet kan beteekenen:
een naar alle zijden bedekte ruimte boven
in een huis, hetzij onmiddellijk onder het
dak, hetzij een verdieping. Uit verschil
lende voorbeelden uit de 15e en 16e eeuw
blijkt duidelijk, dat solre een naam is
voor: stellage, podium, tribune. Dit is
vooral van beteekenis voor de kennis van
het middeleeuwsch tooneel, waarbij her
haaldelijk van solres sprake is. Die solres
zijn tribunes, loges, die op geringe hoogte
boven een amphitheater gebouwd zijn,
wat spreker nader aantoonde aan een be
kend staande miniatuur van Jean Fou-
quet. voorkomende in een getijdenboek in
het midden van de 15e eeuw en voor
stellende de vertooning van het mirakel
van St. Apollonia. Het is op deze minia-.
tuur duidelijk waarneembaar, dat het pu
bliek op den beganen grond op een am
phitheater zit, en dat daar boven vijf
met lijnwaad overdekte solres gebouwd
zijn. Met deze miniatuur komt bijna in
alle punten overeen een beschrijving van
een tooneel, waarop hertog Willem van
Cleve in 1541 te Parijs verschillende spe
len had zien vertoonen.
ACADEMISCHE EXAMENS.
Candidaatsexamen Indisch recht mej.
A. Croll (Den Haag).
PANTOMIMECLÜB „V.O.D.O."
Een geslaagde avond.
Voor een zeer goed gevulde zaal gaf
de Pantomimeclub V.O.D.O. gisteravond
haar tweede uitvoering van dezen winter
in de concertzaal „Concordia."
Deze avond mag voorzeker goed ge
slaagd genoemd worden; de vorderingen,
die de spelers maken zijn verrassend. Op
het programma vonden we eerst een
vroolijke openingsmarsch op de piano ge
speeld door den nog jeugdigen Hans Zier-
fusz, die ons ook voor de pauze nog op
menig nummertje vergastte. Daarna een
hartelijk woord van welkom door de voor
treffelijke leidster van V.O.DO., Mejuffr.
Driessen.
Vervolgens een drietal nummers: „Zijn
vrouw is zoek" een pantomime van den
heer Waisvisz uit Den Haag, die zelf ook
op zeer verdienstelijke wijze meespeelde.
Voorts nog twee nummers „Het betooverde
hoofd" en „Een man hing zich." Deze
drie pantomimes werden vlot gespeeld, de
rollen zaten er goed in, de eene rol is
natuurlijk dankbaarder dan de andere,
doch zonder uitzondering speelden allen
goed. Bewezen is dat V.O.D.O. over goede
krachten beschikt. Dat deze vereeniging
nog in lengte van dagen moge groeien en
bloeien en velen zich nog opgegeven als
werkend lid of als donateur of kunstlie
vend lid!
In de pauze was nog gezorgd voor een
aardige attractie: er waren n.l door een
vriendelijk gever 4 worsten beschikbaar
gesteld ter verloting en voorts waren er
zeer veel prijzen, waarom gehengeld
moest worden. Voor dit alles b'.eek veel
animo te zijn!
Aanwezig was nog Mevr. Jansen uit Den
Haag, bestuurslid van de Vereeniging van
Doofstommen aldaar en van „Adopa" uit
Amsterdam. Dat dit bezoek op zeer hoogen
prijs werd gesteld door de Leidschp ver
eeniging, behoeft geen betoog. De avond
werd te ongeveer elf uur gesloten: do
aanwezigen zullen ongetwijfeld allen z?er
voldaan huiswaarts gekeerd zijn: althans
cr is veel en hartelijk gelachen!
Na de eerste pauze ontving Mej. Dries
sen van I aar leden een groot bouquet
seringen als dank voor haar prettige lei
ding.