18 Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 18 Februari 1931 Derde Blad No. 21755 ^[OE raadzaal. BONICOT PARLEMENTAIR OVERZICHT KUNST EN LETTEREN. DE STERRENHEMEL IN NEDERLAND IN DE WEEK VAN 18-25 FEBR.. 20 UUR M. T. Dierste KERK- EN SCHOOLNIEÜWS. FEUILLETON. I ZEVEN PRESENTJES. ,ht van het verhandelde in de Maandag kan ditmaal kort zijn; IranJ. raad, bij wijze van uitzon de voorbeeld gaf. Het belangrijkste I I„nwd de mededeeling van den Kr namens de meerderheid van Éi dat het, ondanks de bij de be- «ancenome'n motie inzake de toe- de Zondagswet, niet voorne- I vooralsnog wijziging te hrengen in I fiiisverre gevolgde gedragslijn. Die LL heeft in de kringen der voor- van de motie eenige ver- tal l«'ekl en het ,zou °,ns i/"n wanneer zij zich zonder h die' uitspraak zouden neerleggen, ivritter wees trouwens den heer Hen eenigen weg, welke hem open- I d,eper op deze zaak in te gaan, houden van een interpellatie. Lh resultaat zal dit echter wel niet Lw hebben, daar het college for ti recht aan haar zijde heeft. Al ach- lbet niet verstandig van de meerder- 1 jich daarop ten deze te beroepen. ;ies ontsponnen zich verder eigen ten nog over de voorstellen van B. ■rm alsnog medewerking te verleenen Lichting van een school voor ge- onderwijs, nadat de raad in Vjlanlie zijn medewerking had ge en over de huurnivelleenngs- tetrekking tot het eerste voorstel L heeren Zitman en Verwey een L bu de Kroon beroep aan te tee- Len de beslissing van Ged. Staten, l rechterzijde ging nu geheel met Le mee, zoodat dit toch zijn zin het voorstel van de genoemde op- mct 16—13 stemmen werd ver- de huurnivelleeringsplannen is (nog uitvoerig gesproken; de voor- In de Federatie der Woningbouw- Ingen, de heer Kooistra, verdedigde bdnekking. doch moest na het juri- letoog van den heer Donders en de tg van wethouder Goslinga voorde |ht zwichten. Braggaarde Does bepleitte voor ielste maal haar voorstellen inzake ^kindervoeding- en kleeding en te- instelling eener gemeentelijke Iü, doch moest toegeven, dat op de be der bestaande particuliere com- zoodanig niet veel valt aan te Waarna, zooals te voorzien was, foorstellen met groote meerderheid I verworpen. Juist wilde zij aan de g van haar vierde voorstel inzake Idehzorg beginnen, toen de hurge- I de verrassende mededeeling deed, I met in de bedoeling lag 's avonds 1 |J vergaderen. Zoodoende werden ie punten van de agenda afgedaan, ca aanleiding tot discussie gaven, overige werden aangehouden lot ede zitting. alfzes stonden we op straat i dat durven voorspellen? RECLAME. ANTI-NICOTINE MIDDEL GEVONDEN. li ls het middel gevonden waardoor n voor Iedereen volkomen onschade- „Bonlcot", door middel van bet spuitje ln sigaar, sigaret of pijp ld. onttrekt aan den rook 77 t Attesten der Universiteiten van Am- Groningen, Parijs, Madrid, Weenen, -Q dit. n de Gem. Universiteit te Amsterdam. t onderzoek blijkt, dat het nlcotine- 'ii den rook van sigaar of sigaret door met „Bonlcot" verminderd kan Voor de maximale vermindering werd wtten 70 en bij sigaren 80 90 pcompleet (met spuitje en vulling), 1 95. r reserve-vulling 0.85. Verkr^gbaar b(J pre sigarenwinkeliers, apothekers en drog. Bonlcot. Amsterdam-C. Tel. 34090. 96L9 TWEEDE KAMER. CRISIS-INTERPELLATIES. Men moet ons gelooven, wanneer wij verklaren, dat hot ten eenenmale ondoen lijk is, om hier een overzicht te geven van wat zij, die nog aan het debat over de cri sis- en werkloosheids-interpellaties deelna men, hebben gezegd. Immers- zelfs na het twee-daagsche debat van de vorige week zag de sprekers-lijst nog zwart van de namen. Spreker na spreker achtte zich geroepen van zijn belangstelling voor deze dingen te getuigen, en nu zouden we wol van ieder zoo'n spreker een paar zin nen kunnen geven, maar, tenslotte kon niemand iets nieuws zeggen en de volgen de sprekers herhaalden, wal de vorigen al herhaaldelijk herhaald hadden. Ook de overzicht-schrijver moet als een Kamer lid op tijd kunnen zwijgen. De Voorzitter, die de parlementaire wel sprekendheid bij dit onderwerp tot een cri sis zag stijgen, nam z'n toevlucht tot een nieuwtje en deelde mede, dat hij, zoo noo- dig, om ongeveer half 5 zou pauzeeren. Tableau! Zoo maakten de heeren Kapers, Loerak ker, Schaper, van Poll, de Boer, Wijnkoop, Weitkamp en mej. Groeneweg zich op, om alsnog het woord te voeren, hoewel na de toezegging der Regeering in eersten ter mijn hel resultaat van het debat al vaststond. Niet onaardig in deze discussie was overigens, dat de heer Knpers in een scherpe bestrijding van de communisten deed zien, hoe de werkelijke toestand in Rusland is. Overigens werd nogmaals in allerlei toonaarden aangedrongen op ver dere verruiming en verbetering van den werkloozensteun, als hoogere uitkeering, geen aftrek van gezinS-inkomslen, verval len van den leeftijdsgrens enz. Dat enkele vrouwelijke afgevaardigden hel meer speciaal voor de vrouwelijke ar beiders opnamen, lag voorde hand. Er werd een derde motie ingediend. De vorige week was er een motie-Van den Tempel en een motie-Vos gekomen, nu kwam er een motie-Loerakker bij: ook hier in werden verschillende verbeteringen van de bestaande regeling gevraagd. Over de moties wordt Woensdag gestemd: mocht er dan aanleiding voor bestaan, dan komen wij op den .tekst der moties nog terug. De heer Schaper heeft geklaagd over tewerkstelling van werkloozen tvóóf d© steunperiode verloopen is, terwijl de heer Van Poll als zijn oordeel kenbaar maakte dal vele middelen, die tegen de werkloos heid worden aanbevolen, alleen interna tionaal uitvoerbaar zijn. Na den heer De Boer. die het belang van vermelde uit voering van werken van openbaar nut be pleitte, heeft de heer Wijnkoop den lijd voor de pauze volgepraat. Twintig minuten kre gen de dames en heeren om van de ver moeiende debatten te bekomen! Daarna heeft o m. de heer Weitkamp opgemerkt, dat het voor den steun benoodigde geld zoo economisch mogelijk moet worden besteed en hij betwijfelde of dit het geval is met die milliocncn, welke men in de Zuiderzee werpt. Aan den eenen kant wordt daar een lonnend bedrijf vernietigd en een nieuw be drijf geschapen, dat niet loonend is. AVONDVERGADERING. Om halfnegen begon de avondvergadering en hel woord was thans aan den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landhonw. Deze begon met te erkennen, dal geen enkel menschenwerk volmaak; kan zijn: dit geldt ook de regeering bij het treffen van maat regelen tegen het euvel der werkloosheid. Wat de regeering heeft toegezegd zal zij ook ten uitvoer kunnen brengen. Niets zal nage laten worden wat noodig en mogelijk blijkt. De regeering zoekt produclieven arbeid, wil komen lot verruiming en verschaffing van werkgelegenheid. Het is onbillijk en onge- wenscht om Ie veronderstellen, dat het aan vallen van belangrijke openbare werken te langzaam geschied). Er wordt gedaan wat financieel en technisch gedaan kan worden. Versnelling van het tempo is niet mogelijk en ook ongewenschi. Voor wering van bui- tenlandschc werkkrachten is de Minister wat huiverig. Het zou tot gevolg kunnen hebben, dat vele Nederlanders, die in het buitenland arbeiden, daar evenzeer uit- en teruggewezen zouden worden. De molie-v d. Tempel, belreffende de werkloosheidsverzekering, zal de regeering, ook al zal deze worden aangenomen, toch niel van gedachte doen veranderen. Dat de werkloozenondersleuning 't karakter draagt van bedeeling, ontkent de Minister ten stel ligste. De plicht tot ondersteuning rust in de eersle plaats op de leden van het gezin, daarna op den Staat. De heer Van de Tempel hierna het woord verkrijgende, verklaarde de moties te zullen handhaven Hij diende een derde molie in, vragend dat aan iedere gemeente 50 pCi. voor wcrkloozenuitkeering zal worden ver goed. Aan het slot der vergadering is deze motie door den minisler ontraden. 30 TAAR „OP HOOP VAN ZEGEN" Zondag a s, geelt het Schouwtooneel in den Leidschen Schouwburg wederom een opvoering van Heyermans' ,,0p Hoop van Zegen." Het zal dan bijkans 30 jaren zijn ge leden, dat dit spel van de zee hier voor de eerste maal werd opgevoerd. De eerste op voering Ie Leiden had toch plaats 25 Fe bruari 1901 door de toenmalige Ned. Too- neelvereeniging, leiders Adr. van der Horst, Ternooy Apel en Homeyer. Naar aanleiding van dit 30-jarig jubileum heeft de huidige directeur van het Schouw- tooneol een boekske het licht doen zien, waarin veel lezenswaardigs is bijeengebracht over het derde tooneelstuk van onzen groo- len tooneelschrijver, dat al zijn voor- en na- komers in succes verre zou overtreffen. We zijn zoo vrij daaraan het een en ander te ontleenen. Den dag voor Kerstmis 1900 zou de Ned. Tooneelvereen. een nieuw stuk van Heyermans opvoeren: het bleek „Op Hoop van Zegen" te zijn. Op St. Nikolaas werden de eerste drie bedrijven ontvangen en in sludic genomen, het vierde kwam pas een week voor de première! Henri van Kuyk had de regie. De eersle opvoering na een generale repetitie van plm. 15 uren! werd een succes en meer dan 1000 opvoeringen hebben er sindsdien plaats gevonden in ons land, waar het stuk geregeld repertoire hield en het nog steeds doet. En volkomen terecht, want er mag veel veranderd zijn, de figuren zijn aldus geteekend, dat het stuk is uitgegroeid (ot een tragedie van alle lijden. Vanuit ons land heeft dit spel van de zee vrijwel over de geheele beschaafde wereld zijn weg gevonden.: Eerst naar Duitschland, aanvankelijk in niet geautoriseerde verta ling, dan naar Praag in het Tsjechisch, ver volgens naar Weenen: dan volgde Brussel, Parijs, Londen, Riga. Stockholm, Kopenha gen, Moskou en zelis New-York, waar ook een opvoering in 't Jiddisch werd gegeven. Moskou haalde over de 500 voorstellingen. Ook ons eigen gezelschap ging er meer over de grenzen o.a. naar Berlijn Ook een muziekdrama en een lilm zijn nog van dit treurspel gemaakt. Van de oorspronkelijke vertolkers zijn in- lusschen velen overleden, anderen hebben van gezelschap gewisseld, doch de rol van Kniertje is bijna altijd in handen gebleven van Eslher de BoerVan Rijk. Ook Adr. v. d Horst zal Zondag zijn oude rol van Cobus weer vervullen; hoevelen overigens niet in dit sluk hebben gespeeld. Ook de Rolterdammers hebben het op het repertoire gehad met Alida Tartaud Klein in de rol van Kniertje! En nog houdt het volle zalen bezig Tal van aardige anecdoten en andere bij zonderheden kan men nog vinden in dil her- drnkingsboekske van den heer v, d. Horst. S) VOLLE MAAN 3 LAATSTE KWARTIER ©NIEUWE MAAN ZUID VENUS MARS JUPITER SATURNUS De nieuwe maan staat nu laag in hel Wesien; den 21en om 8 uur vindt men haar op dit kaartje in de Visechen. Men dient er rekening mede te houden, dat in werkelijkheid het Oosten rechts en Westen links van den toeschouwer is, wan neer deze met den rug naar 't Zuiden en het gelaat naar 't Noorden gewend staat; men pleegt echter bij sterrekaarten dit om te keeren, om geen spiegelbeeld van den hemel te krjjgen. Wil men nu b.v. de sterrebeelden aan den Oosthemel opzoeken, dan neme men dat deel van den kaarthorizon, waar OOST staat, voor zich, zoo, dat de Poolster (aan het einde van den Kleinen Beer) van den beschouwer is afgewend: men zal dan voor het NO-lijke vierdepart van de kaart de sterrenbeelden zien, juist zoo, ais zjj aan den hemel staan. De sterren in bovenstaand kaartje, die een gekartelden rand hebben, zijn van de le grootte of helderder; de dikke ronde stippen zijn sterren van de 2e grootte en al de andere, kleinere, stippen zjjn sterren van de 3e of van een lagere grootteklasse. PREDIKBEURTEN. VOOR DONDERDAG. ALPBEN AAN DEN RIJN. Chr. Geref. Kerk (van Reedestr.): Nam. 7 uur, ds. P. Zwier. WADDINXVEEN. Chr. Afg. Gem.: Nam. 7 uur, ds. Toes van IJsselmonde. ZWAMMERDAM. Rehoboth (Tempel)r Nam. 7 uur, de heer de Jonge van Boskoop. o CBR. GEREF. KERK. Beroepen: Te Arnhem, A H. Hïl'bers, le Enschedé. EVANG. LUTB. KERK. Drietal: Te Haarlem: G. J. Duijvendak, te Bussum; mej. I. A. Haumersen, te Bodegra ven-Woerden, en G. Munter, te Kampen. .KERKGENOOTSCHAP" OF „KERK". De kwestie op de telkaarten. Ten vervolge op de beantwoording van vragen van den heer Lingbeek betreffende de op de gele telkaarten voor de volkstel ling voorkomende aanduiding „Neder- landsch of Nederduitsch Kerkgenootschap" antwoordt Minister Ruys de Beerenbrouck: 1. De term „Kerkgenootschap", ook waar hij wordt gebruikt in het verband „Neder- landsch Hervormd Kerkgenootschap", be doelt uitsluitend uit te drukken, dat men hier te doen heett met een rechtspersoon, die, naar de terminologie van de Grondwet en van de wet van 10 September 1853 (Staatsblad No. 102) tot regeling' van het toezicht op de onderscheidene kerkgenoot schappen, in het Nederlandsche recht al3 kerkgenootschap wordt aangeduid. Die wet telijke term nu is een algemeene, geldend voor alle kerken. In overeenstemming met dit wettelijk standpunt is dan ook door de Algemeene Synodale Commissie der Nederlandsen Hervormde Kerk,, toen haar advies werd ingewonnen over de telkaarien voor de elfde algemeene lienjaarlijksche volkstelling, tegen de benaming „Nederlandsch Hervormd Kerkgenootschap" in de toelichting op die telkaarien geen bezwaar gemaakt. Evenmin is dit het geval geweest bij de tiende alge meene volkstelling. 2. Ontvalt reeds hiermede alle grond aan de gedachte, dat de term „Kerkgenootschap" en niet „Kerk" zou zijn gebezigd met de tendenz in de tweede vraag onderstellender- wijs naar voren gebracht, gewezen kan bovendien nog worden op de omstandigheid, dat het ook reeds vóór de in deze vraag be doelde gebeurtenissen gebruikelijk was, de Nederlandsch Hervormde Kerk als „Neder landsch Hervormd Kerkgenootschap" aan te duiden. Overigens moge er de aandacht op worden gevestigd, dat op de volkstellings- kaarten nevens het Nederlandsch Hervormd Kerkgenootschap o.m. zijn genoemd: „Evan gelisch Lutherseh Kerkgenootschap, Hersleld Evangelisch Lulersch Kerkgenootschap, Roomsch-Katholiek Kerkgenootschap." Het bovenstaande Iaat geen andere con clusie toe, dan dat het gebruik van den term „Kerkgenootschap" niet bedenkelijk behoeft te worden geacht. 3. Het antwoord op deze vraag moet in verband met het bovenstaande ontkennend luiden. kinder-stndie, uit het Duitsch). fortuin bedroeg vijf-en-zestig f Hij had het geld bij kleine porties Fafd, want hij had het voorrecht herflesschen naar den kruideniers- I tenig te mogen brengen en het uit- p flesschengeld te mogen opstrijken I |evolg was hij vol belangstelling bierconsumptie der familie en i ook wel eens bij het avondbrood, p]n neus: voelt u niet voor een glaasje Indaag?" pader Bollen gebruikte liever korfie, TDenei wijze de diplomatieke bedoe- 1 de vraag doorziende. 3 geurde 't, dat Kareltje, ondanks Bleken en gekras in het kasboekje, f-er^Kon boeken aan bezit dan vijf- Fij P'tfinig, toen de verjaardag zijner f Pijnig. En toch, in zijn kleine l Hareltje's oogen waren even Lu e §leu^ van zÜn spaarpot be- rCn vijf-en-zestig pfennig een niet kapitaal. j d zich den morgen van den slapende totdat zijn moeder ?egaan om inkoopen te doen. Hij feliciteer en, vóór dat hij n Je gekocht had Toen de deur P^ren^0116 bed. schoot ijlingi het geld uit den P rir vaT1 Zondagsche pak irna het huis uit. Onnoodig om d*ftn€r 16 07.®r^e8&enhij wist het bj hij wou geven. Bij den tJ hleef hij staan voor een Z1lde en band, telde nog eens weer zijn geld, klom de vijf treden naar de winkeldeur op en trad ernstig en plech tig binnen. De eigenaar, meneer Kühne, las zijn morgenblad, legde dat echter direct ter zijde, terwijl hij de bril naar zijn voor hoofd opschoof, vroeg hij ,,En wat moet jij hebben, kleine Bollen?" ,,Ik wou graag een rolletje witte zij en een rolletje zwarte naai-zij." Meneer Kühne trok een laatje open en legde de beide rolletjes op de toonbank. „Ik wil ook nog wel hebben een brief met spelden en een pakje naalden... maar niet met te kleine oogen." Karei probeerde tevergeefs de gewensch- tc grootte der oogen met zijn vingers aan te duiden. „Deze dan maar", vond meneer Kühne en legde twee pakjes naalden, blauw met zilveren opschrift naast de zwarte en de witte zij. „Misschien ook nog een kaartje wit garen en een kaartje zwart garen." „Misschien V' vroeg meneer streng. „Neen, neen, echt", antwoordde Karei «nel en meneer Kühne haalde uit een ander laatje het garen. ..Zes stuks," telde Karei mee, ,,wat icosfc dat met elkaar „Tien. vijftien, vijf en-twintig", meneer mompelde enkele cijfers, schoof de bril van het voorhoofd weer naar zijn neus, schijn baar om juistar te kunnen uitrekenen en zei ten slotte „Met elkaar vijftig pfennig." „Dan heb ik nog vijftien over... geeft u me dan nog maar enkele drukknoopjes." Meneer schoof drukkoopjes naderbij cn legde deze bij het overige „Dat wordt dan vijf-en-zestig pfennig. Ziezoo, nu ben je het kwijt, dat geld!" Karei keek verheerlijkt naar de rolletjes cn de kaartjes en telde het geld het kwam bijna heet uit zijn zak uit op do toonbank, terwijl bij zei: „Ik wou u nog om iet9 vragen, meneer. Zou u me voor dezo dingen een doosje willen geven om alles er in te kunnen leggen, weet u, omdat... het is een pre sentje..." „Zóó, zóó, dat is zeker een practisch present, hoor!" Meneer Kühne boog onder de toonbank, vanwaar hij verschillende leege doosjes te voorschijn haalde. Eén er van leek zeer geschikt: hij legde de zeven voorwerpjes eerst op een bed van vloeipapier en daar na alles tezamen in het doosje. Karei nam het pakje in ontvangst, tipte aan zijn pet en stapte gewichtig de deur uit. Meneer Kühne hoestte; eigenlijk had hij willen lachen, maar zijn lach was toevallig in hot verkeerde keelgat geschoten, dus hoestte hij en hervatte zijn lectuur. „Waar men jij toch geweest?" vroeg zijn moeder, toen zij hem a-an zag komen. Karei hield zijn pakje omhoog en zei! „Voor u! En wel gefeliciteerd!" „Dank je wel, mijn jongen. Als we maar gezond blijven, dat is het voornaamste." „Ja, ja, maak nu maar eens gauw het pakketje los." „Kóm dan eerst binnen." Zij liepen de kamer in. Terwijl de moeder het presentje uit het papier wikkelde, zei hij: „Eigenlijk had ik u weer anjelieren willen geven, maar bloemen krijgt u altijd van tante Lien en van meneer Ewald. Daarom dacht ik zoo, dit was beteralleen heb ik wat angst, of u het wel leuk vinden zultmeneer Kühne meende. „Maar dat is heusch geweldig!" riep zijn moeder uit en sloeg de handen inéén, terwijl zij verrast naar de voorwerpjes keek. Zij nam' toen alles uit het doosje, zeer voor zichtig, alsof drukknoopen, garen, zijde en naalden minstens kostbaar porselein was. sJk vind het reuze-practisch", vond Karei, aangemoedigd; toen iets aarzelender, vroeg hij: „Bent u er heusch zoo blij mee? Precies zóó. als wanneer ik u anjelieren meege bracht had?" De moeder knuffelde met beide handen zijn beide oortjes, gaf hem een kus en zei zacht: „Ik ben er nog veel blijder mee, mijn lief kereltje." In den middag kwamen tante en vrouw van den bakker. Deze schonken bloemen. De bakkersjuffrouw bracht buitendien nog een mooie, ronde appeltaart mee. Meneer Ewald, de commensaal, feliciteerde even eens. Hij bood een flesch malaga aan, dronk met de vrouwen een kop koffie en ging toen weer heen. Hij moest les geven in het lokaal voor herhalingsonderwijs. Tante Lien vond, toen hij weg was, dat het een heel aardige man was. Juffrouw Wirth spotte wat met den geweldigen kotfie-dorst dien zij had. Juffrouw Bollen liep naar de keuken om frissche koffie te zetten; Kareltje trok met haar mee. Toen hij na korten tijd, met de groote koffiekan vóór zich uitbalanceerend, bij de gesloten kamerdeur stond, hoorde hij de beide Juffrouwen met elkaar babbelen. „Wat een malle inval van dien jongen om zijn moeder garen en drukknoopjes cadeau te doen," zei tante Lien. „Ik vind het ook nog al gek!" gaf juffrouw Wirth ten antwoord. „Als wij indertijd met iets dergelijks bij onze moeder waren aangekomen, hadden wij ook wat beleefd 1" „Het lijkt zoo onlief." „Ja, zoo is he. Ik begrijp mijn zuster niet, dat zij daar nog blij mee is." „Hemel, wat moest ze doen? 't Is de vraag óf zij er werkelijk blij mee is. De kleine vent stond in de donkere gang. De koffiekan beefde in zijn handen. Juist kwam de moeder uit de keuken, was bijna tegen hem aangeloopen en vroeg verwon derd: „Wat doe jij hier nog?" „Och," zei hij, „ik kan de deur zoo moei lijk open krijgen, dc kan is wat zwaar." Samen stapten ze het vertrek binnen en werden met een luid hoera begroet. Des avonds, toen de moeder Kareltje naar bed had gebracht, zei hij: „Bent u boos, dat Vader uw verjaardag vergeten heeft?" „Och watklonk moeder's stem, terwijl ze met een lgimlach het laken glad streek. „Och, wat.dat is heelemaal niet erg, hoor; 'tis nu eenmaal zóó...." „Maar als hij anders was, zou 't beter zijn, niet?" zei hij wijs terug. Moeder zette zich op den Tand van zijn bedje, nam zijn handen en zei: „Ik heb immers jou, mijn jongen." „Ja, ja. zeker...." klonk het antwoord. Toen zwegen beiden. Zij meende reeds, dat hij sliep en 9tond voorzichtig op. Hij greep haar hand: ,,U bent toch echt blij met het garen..., en dc naalden en drukknoopjes, moes?" „Eoht blij!" „Op uw eerewoord?" „Op mijn eerewoord." „En meer nog dan dat ik anjelieren ge kocht had?" „Veel meer.zevenmaal méér." Hij lachte: „Omdat het zeven presentjes zijn gewordenen het is geen mal en gek cadeau? „Maar Karei; hoe kom je daarbij, kind?" „Och, zoo maar.iik dacht even,. Zij streelde zijn hand. „Nu ga ik slapen, besloot hij, goeden nacht moékie." „Goeden nacht kind." En voordat zij de deur bereikt had, nog middenin de donkere kamer, voegde zij zacht er aan toe: „Ik dank je innig, vent." Hij hoorde het. gaf zijn kussen opgewon den een por ensliep in. -ë-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 9