18
Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 18 Februari 1931
Derde Blad
No. 21755
^[OE raadzaal.
BONICOT
PARLEMENTAIR OVERZICHT
KUNST EN LETTEREN.
DE STERRENHEMEL IN NEDERLAND IN DE WEEK VAN
18-25 FEBR.. 20 UUR M. T.
Dierste
KERK- EN SCHOOLNIEÜWS.
FEUILLETON.
I ZEVEN PRESENTJES.
,ht van het verhandelde in de
Maandag kan ditmaal kort zijn;
IranJ. raad, bij wijze van uitzon
de voorbeeld gaf. Het belangrijkste
I I„nwd de mededeeling van den
Kr namens de meerderheid van
Éi dat het, ondanks de bij de be-
«ancenome'n motie inzake de toe-
de Zondagswet, niet voorne-
I vooralsnog wijziging te hrengen in
I fiiisverre gevolgde gedragslijn. Die
LL heeft in de kringen der voor-
van de motie eenige ver-
tal l«'ekl en het ,zou °,ns
i/"n wanneer zij zich zonder
h die' uitspraak zouden neerleggen,
ivritter wees trouwens den heer
Hen eenigen weg, welke hem open-
I d,eper op deze zaak in te gaan,
houden van een interpellatie.
Lh resultaat zal dit echter wel niet
Lw hebben, daar het college for
ti recht aan haar zijde heeft. Al ach-
lbet niet verstandig van de meerder-
1 jich daarop ten deze te beroepen.
;ies ontsponnen zich verder eigen
ten nog over de voorstellen van B.
■rm alsnog medewerking te verleenen
Lichting van een school voor ge-
onderwijs, nadat de raad in
Vjlanlie zijn medewerking had ge
en over de huurnivelleenngs-
tetrekking tot het eerste voorstel
L heeren Zitman en Verwey een
L bu de Kroon beroep aan te tee-
Len de beslissing van Ged. Staten,
l rechterzijde ging nu geheel met
Le mee, zoodat dit toch zijn zin
het voorstel van de genoemde op-
mct 16—13 stemmen werd ver-
de huurnivelleeringsplannen is
(nog uitvoerig gesproken; de voor-
In de Federatie der Woningbouw-
Ingen, de heer Kooistra, verdedigde
bdnekking. doch moest na het juri-
letoog van den heer Donders en de
tg van wethouder Goslinga voorde
|ht zwichten.
Braggaarde Does bepleitte voor
ielste maal haar voorstellen inzake
^kindervoeding- en kleeding en te-
instelling eener gemeentelijke
Iü, doch moest toegeven, dat op de
be der bestaande particuliere com-
zoodanig niet veel valt aan te
Waarna, zooals te voorzien was,
foorstellen met groote meerderheid
I verworpen. Juist wilde zij aan de
g van haar vierde voorstel inzake
Idehzorg beginnen, toen de hurge-
I de verrassende mededeeling deed,
I met in de bedoeling lag 's avonds
1 |J vergaderen. Zoodoende werden
ie punten van de agenda afgedaan,
ca aanleiding tot discussie gaven,
overige werden aangehouden lot
ede zitting.
alfzes stonden we op straat
i dat durven voorspellen?
RECLAME.
ANTI-NICOTINE MIDDEL
GEVONDEN.
li ls het middel gevonden waardoor
n voor Iedereen volkomen onschade-
„Bonlcot", door middel van bet
spuitje ln sigaar, sigaret of pijp
ld. onttrekt aan den rook 77
t Attesten der Universiteiten van Am-
Groningen, Parijs, Madrid, Weenen,
-Q dit.
n de Gem. Universiteit te Amsterdam.
t onderzoek blijkt, dat het nlcotine-
'ii den rook van sigaar of sigaret door
met „Bonlcot" verminderd kan
Voor de maximale vermindering werd
wtten 70 en bij sigaren 80 90
pcompleet (met spuitje en vulling), 1 95.
r reserve-vulling 0.85. Verkr^gbaar b(J
pre sigarenwinkeliers, apothekers en drog.
Bonlcot. Amsterdam-C. Tel. 34090.
96L9
TWEEDE KAMER.
CRISIS-INTERPELLATIES.
Men moet ons gelooven, wanneer wij
verklaren, dat hot ten eenenmale ondoen
lijk is, om hier een overzicht te geven van
wat zij, die nog aan het debat over de cri
sis- en werkloosheids-interpellaties deelna
men, hebben gezegd.
Immers-
zelfs na het twee-daagsche debat van de
vorige week zag de sprekers-lijst nog zwart
van de namen. Spreker na spreker achtte
zich geroepen van zijn belangstelling voor
deze dingen te getuigen, en nu zouden we
wol van ieder zoo'n spreker een paar zin
nen kunnen geven, maar, tenslotte kon
niemand iets nieuws zeggen en de volgen
de sprekers herhaalden, wal de vorigen al
herhaaldelijk herhaald hadden. Ook de
overzicht-schrijver moet als een Kamer
lid op tijd kunnen zwijgen.
De Voorzitter, die de parlementaire wel
sprekendheid bij dit onderwerp tot een cri
sis zag stijgen, nam z'n toevlucht tot een
nieuwtje en deelde mede, dat hij, zoo noo-
dig, om ongeveer half 5 zou pauzeeren.
Tableau!
Zoo maakten de heeren Kapers, Loerak
ker, Schaper, van Poll, de Boer, Wijnkoop,
Weitkamp en mej. Groeneweg zich op, om
alsnog het woord te voeren, hoewel na
de toezegging der Regeering in eersten ter
mijn hel resultaat van het debat al
vaststond. Niet onaardig in deze discussie
was overigens, dat de heer Knpers in een
scherpe bestrijding van de communisten
deed zien, hoe de werkelijke toestand in
Rusland is. Overigens werd nogmaals in
allerlei toonaarden aangedrongen op ver
dere verruiming en verbetering van den
werkloozensteun, als hoogere uitkeering,
geen aftrek van gezinS-inkomslen, verval
len van den leeftijdsgrens enz.
Dat enkele vrouwelijke afgevaardigden
hel meer speciaal voor de vrouwelijke ar
beiders opnamen, lag voorde hand.
Er werd een derde motie ingediend. De
vorige week was er een motie-Van den
Tempel en een motie-Vos gekomen, nu
kwam er een motie-Loerakker bij: ook hier
in werden verschillende verbeteringen van
de bestaande regeling gevraagd. Over de
moties wordt Woensdag gestemd: mocht er
dan aanleiding voor bestaan, dan komen
wij op den .tekst der moties nog terug.
De heer Schaper heeft geklaagd over
tewerkstelling van werkloozen tvóóf d©
steunperiode verloopen is, terwijl de heer
Van Poll als zijn oordeel kenbaar maakte
dal vele middelen, die tegen de werkloos
heid worden aanbevolen, alleen interna
tionaal uitvoerbaar zijn. Na den heer De
Boer. die het belang van vermelde uit
voering van werken van openbaar nut be
pleitte, heeft de heer Wijnkoop den lijd voor
de pauze volgepraat. Twintig minuten kre
gen de dames en heeren om van de ver
moeiende debatten te bekomen! Daarna
heeft o m. de heer Weitkamp opgemerkt,
dat het voor den steun benoodigde geld zoo
economisch mogelijk moet worden besteed
en hij betwijfelde of dit het geval is met die
milliocncn, welke men in de Zuiderzee
werpt. Aan den eenen kant wordt daar een
lonnend bedrijf vernietigd en een nieuw be
drijf geschapen, dat niet loonend is.
AVONDVERGADERING.
Om halfnegen begon de avondvergadering
en hel woord was thans aan den Minister
van Binnenlandsche Zaken en Landhonw.
Deze begon met te erkennen, dal geen enkel
menschenwerk volmaak; kan zijn: dit geldt
ook de regeering bij het treffen van maat
regelen tegen het euvel der werkloosheid.
Wat de regeering heeft toegezegd zal zij ook
ten uitvoer kunnen brengen. Niets zal nage
laten worden wat noodig en mogelijk blijkt.
De regeering zoekt produclieven arbeid, wil
komen lot verruiming en verschaffing van
werkgelegenheid. Het is onbillijk en onge-
wenscht om Ie veronderstellen, dat het aan
vallen van belangrijke openbare werken te
langzaam geschied). Er wordt gedaan wat
financieel en technisch gedaan kan worden.
Versnelling van het tempo is niet mogelijk
en ook ongewenschi. Voor wering van bui-
tenlandschc werkkrachten is de Minister
wat huiverig. Het zou tot gevolg kunnen
hebben, dat vele Nederlanders, die in het
buitenland arbeiden, daar evenzeer uit- en
teruggewezen zouden worden.
De molie-v d. Tempel, belreffende de
werkloosheidsverzekering, zal de regeering,
ook al zal deze worden aangenomen, toch
niel van gedachte doen veranderen. Dat de
werkloozenondersleuning 't karakter draagt
van bedeeling, ontkent de Minister ten stel
ligste. De plicht tot ondersteuning rust in de
eersle plaats op de leden van het gezin,
daarna op den Staat.
De heer Van de Tempel hierna het woord
verkrijgende, verklaarde de moties te zullen
handhaven Hij diende een derde molie in,
vragend dat aan iedere gemeente 50 pCi.
voor wcrkloozenuitkeering zal worden ver
goed. Aan het slot der vergadering is deze
motie door den minisler ontraden.
30 TAAR „OP HOOP VAN ZEGEN"
Zondag a s, geelt het Schouwtooneel in
den Leidschen Schouwburg wederom een
opvoering van Heyermans' ,,0p Hoop van
Zegen." Het zal dan bijkans 30 jaren zijn ge
leden, dat dit spel van de zee hier voor de
eerste maal werd opgevoerd. De eerste op
voering Ie Leiden had toch plaats 25 Fe
bruari 1901 door de toenmalige Ned. Too-
neelvereeniging, leiders Adr. van der Horst,
Ternooy Apel en Homeyer.
Naar aanleiding van dit 30-jarig jubileum
heeft de huidige directeur van het Schouw-
tooneol een boekske het licht doen zien,
waarin veel lezenswaardigs is bijeengebracht
over het derde tooneelstuk van onzen groo-
len tooneelschrijver, dat al zijn voor- en na-
komers in succes verre zou overtreffen. We
zijn zoo vrij daaraan het een en ander te
ontleenen. Den dag voor Kerstmis 1900 zou
de Ned. Tooneelvereen. een nieuw stuk van
Heyermans opvoeren: het bleek „Op Hoop
van Zegen" te zijn. Op St. Nikolaas werden
de eerste drie bedrijven ontvangen en in
sludic genomen, het vierde kwam pas een
week voor de première! Henri van Kuyk
had de regie. De eersle opvoering na een
generale repetitie van plm. 15 uren! werd
een succes en meer dan 1000 opvoeringen
hebben er sindsdien plaats gevonden in ons
land, waar het stuk geregeld repertoire
hield en het nog steeds doet. En volkomen
terecht, want er mag veel veranderd zijn, de
figuren zijn aldus geteekend, dat het stuk
is uitgegroeid (ot een tragedie van alle
lijden.
Vanuit ons land heeft dit spel van de zee
vrijwel over de geheele beschaafde wereld
zijn weg gevonden.: Eerst naar Duitschland,
aanvankelijk in niet geautoriseerde verta
ling, dan naar Praag in het Tsjechisch, ver
volgens naar Weenen: dan volgde Brussel,
Parijs, Londen, Riga. Stockholm, Kopenha
gen, Moskou en zelis New-York, waar ook
een opvoering in 't Jiddisch werd gegeven.
Moskou haalde over de 500 voorstellingen.
Ook ons eigen gezelschap ging er meer
over de grenzen o.a. naar Berlijn
Ook een muziekdrama en een lilm zijn
nog van dit treurspel gemaakt.
Van de oorspronkelijke vertolkers zijn in-
lusschen velen overleden, anderen hebben
van gezelschap gewisseld, doch de rol van
Kniertje is bijna altijd in handen gebleven
van Eslher de BoerVan Rijk. Ook Adr. v.
d Horst zal Zondag zijn oude rol van Cobus
weer vervullen; hoevelen overigens niet in
dit sluk hebben gespeeld.
Ook de Rolterdammers hebben het op
het repertoire gehad met Alida Tartaud
Klein in de rol van Kniertje!
En nog houdt het volle zalen bezig
Tal van aardige anecdoten en andere bij
zonderheden kan men nog vinden in dil her-
drnkingsboekske van den heer v, d. Horst.
S) VOLLE MAAN
3 LAATSTE KWARTIER
©NIEUWE MAAN
ZUID
VENUS
MARS
JUPITER
SATURNUS
De nieuwe maan staat nu laag in hel
Wesien; den 21en om 8 uur vindt men haar
op dit kaartje in de Visechen.
Men dient er rekening mede te houden,
dat in werkelijkheid het Oosten rechts en
Westen links van den toeschouwer is, wan
neer deze met den rug naar 't Zuiden en
het gelaat naar 't Noorden gewend staat;
men pleegt echter bij sterrekaarten dit om
te keeren, om geen spiegelbeeld van den
hemel te krjjgen. Wil men nu b.v. de
sterrebeelden aan den Oosthemel opzoeken,
dan neme men dat deel van den kaarthorizon,
waar OOST staat, voor zich, zoo, dat de
Poolster (aan het einde van den Kleinen Beer)
van den beschouwer is afgewend: men zal
dan voor het NO-lijke vierdepart van de
kaart de sterrenbeelden zien, juist zoo, ais
zjj aan den hemel staan.
De sterren in bovenstaand kaartje, die
een gekartelden rand hebben, zijn van de
le grootte of helderder; de dikke ronde
stippen zijn sterren van de 2e grootte en al
de andere, kleinere, stippen zjjn sterren
van de 3e of van een lagere grootteklasse.
PREDIKBEURTEN.
VOOR DONDERDAG.
ALPBEN AAN DEN RIJN.
Chr. Geref. Kerk (van Reedestr.): Nam.
7 uur, ds. P. Zwier.
WADDINXVEEN.
Chr. Afg. Gem.: Nam. 7 uur, ds. Toes
van IJsselmonde.
ZWAMMERDAM.
Rehoboth (Tempel)r Nam. 7 uur, de heer
de Jonge van Boskoop.
o
CBR. GEREF. KERK.
Beroepen: Te Arnhem, A H. Hïl'bers, le
Enschedé.
EVANG. LUTB. KERK.
Drietal: Te Haarlem: G. J. Duijvendak, te
Bussum; mej. I. A. Haumersen, te Bodegra
ven-Woerden, en G. Munter, te Kampen.
.KERKGENOOTSCHAP"
OF „KERK".
De kwestie op de telkaarten.
Ten vervolge op de beantwoording van
vragen van den heer Lingbeek betreffende
de op de gele telkaarten voor de volkstel
ling voorkomende aanduiding „Neder-
landsch of Nederduitsch Kerkgenootschap"
antwoordt Minister Ruys de Beerenbrouck:
1. De term „Kerkgenootschap", ook waar
hij wordt gebruikt in het verband „Neder-
landsch Hervormd Kerkgenootschap", be
doelt uitsluitend uit te drukken, dat men
hier te doen heett met een rechtspersoon,
die, naar de terminologie van de Grondwet
en van de wet van 10 September 1853
(Staatsblad No. 102) tot regeling' van het
toezicht op de onderscheidene kerkgenoot
schappen, in het Nederlandsche recht al3
kerkgenootschap wordt aangeduid. Die wet
telijke term nu is een algemeene, geldend
voor alle kerken.
In overeenstemming met dit wettelijk
standpunt is dan ook door de Algemeene
Synodale Commissie der Nederlandsen
Hervormde Kerk,, toen haar advies werd
ingewonnen over de telkaarien voor de elfde
algemeene lienjaarlijksche volkstelling, tegen
de benaming „Nederlandsch Hervormd
Kerkgenootschap" in de toelichting op die
telkaarien geen bezwaar gemaakt. Evenmin
is dit het geval geweest bij de tiende alge
meene volkstelling.
2. Ontvalt reeds hiermede alle grond aan
de gedachte, dat de term „Kerkgenootschap"
en niet „Kerk" zou zijn gebezigd met de
tendenz in de tweede vraag onderstellender-
wijs naar voren gebracht, gewezen kan
bovendien nog worden op de omstandigheid,
dat het ook reeds vóór de in deze vraag be
doelde gebeurtenissen gebruikelijk was, de
Nederlandsch Hervormde Kerk als „Neder
landsch Hervormd Kerkgenootschap" aan te
duiden. Overigens moge er de aandacht op
worden gevestigd, dat op de volkstellings-
kaarten nevens het Nederlandsch Hervormd
Kerkgenootschap o.m. zijn genoemd: „Evan
gelisch Lutherseh Kerkgenootschap, Hersleld
Evangelisch Lulersch Kerkgenootschap,
Roomsch-Katholiek Kerkgenootschap."
Het bovenstaande Iaat geen andere con
clusie toe, dan dat het gebruik van den
term „Kerkgenootschap" niet bedenkelijk
behoeft te worden geacht.
3. Het antwoord op deze vraag moet in
verband met het bovenstaande ontkennend
luiden.
kinder-stndie, uit het Duitsch).
fortuin bedroeg vijf-en-zestig
f Hij had het geld bij kleine porties
Fafd, want hij had het voorrecht
herflesschen naar den kruideniers-
I tenig te mogen brengen en het uit-
p flesschengeld te mogen opstrijken
I |evolg was hij vol belangstelling
bierconsumptie der familie en
i ook wel eens bij het avondbrood,
p]n neus:
voelt u niet voor een glaasje
Indaag?"
pader Bollen gebruikte liever korfie,
TDenei wijze de diplomatieke bedoe-
1 de vraag doorziende.
3 geurde 't, dat Kareltje, ondanks
Bleken en gekras in het kasboekje,
f-er^Kon boeken aan bezit dan vijf-
Fij P'tfinig, toen de verjaardag zijner
f Pijnig. En toch, in zijn kleine
l Hareltje's oogen waren even
Lu e §leu^ van zÜn spaarpot be-
rCn vijf-en-zestig pfennig een niet
kapitaal.
j d zich den morgen van den
slapende totdat zijn moeder
?egaan om inkoopen te doen. Hij
feliciteer en, vóór dat hij
n Je gekocht had Toen de deur
P^ren^0116 bed. schoot ijlingi
het geld uit den
P rir vaT1 Zondagsche pak
irna het huis uit. Onnoodig om
d*ftn€r 16 07.®r^e8&enhij wist het
bj hij wou geven. Bij den
tJ hleef hij staan voor een
Z1lde en band, telde nog eens
weer zijn geld, klom de vijf treden naar
de winkeldeur op en trad ernstig en plech
tig binnen.
De eigenaar, meneer Kühne, las zijn
morgenblad, legde dat echter direct ter
zijde, terwijl hij de bril naar zijn voor
hoofd opschoof, vroeg hij
,,En wat moet jij hebben, kleine Bollen?"
,,Ik wou graag een rolletje witte zij en
een rolletje zwarte naai-zij."
Meneer Kühne trok een laatje open en
legde de beide rolletjes op de toonbank.
„Ik wil ook nog wel hebben een brief
met spelden en een pakje naalden... maar
niet met te kleine oogen."
Karei probeerde tevergeefs de gewensch-
tc grootte der oogen met zijn vingers aan
te duiden.
„Deze dan maar", vond meneer Kühne
en legde twee pakjes naalden, blauw met
zilveren opschrift naast de zwarte en de
witte zij.
„Misschien ook nog een kaartje wit
garen en een kaartje zwart garen."
„Misschien V' vroeg meneer streng.
„Neen, neen, echt", antwoordde Karei
«nel en meneer Kühne haalde uit een ander
laatje het garen.
..Zes stuks," telde Karei mee, ,,wat icosfc
dat met elkaar
„Tien. vijftien, vijf en-twintig", meneer
mompelde enkele cijfers, schoof de bril van
het voorhoofd weer naar zijn neus, schijn
baar om juistar te kunnen uitrekenen en
zei ten slotte
„Met elkaar vijftig pfennig."
„Dan heb ik nog vijftien over... geeft u
me dan nog maar enkele drukknoopjes."
Meneer schoof drukkoopjes naderbij cn
legde deze bij het overige
„Dat wordt dan vijf-en-zestig pfennig.
Ziezoo, nu ben je het kwijt, dat geld!"
Karei keek verheerlijkt naar de rolletjes
cn de kaartjes en telde het geld het
kwam bijna heet uit zijn zak uit op do
toonbank, terwijl bij zei:
„Ik wou u nog om iet9 vragen, meneer.
Zou u me voor dezo dingen een doosje
willen geven om alles er in te kunnen
leggen, weet u, omdat... het is een pre
sentje..."
„Zóó, zóó, dat is zeker een practisch
present, hoor!"
Meneer Kühne boog onder de toonbank,
vanwaar hij verschillende leege doosjes te
voorschijn haalde. Eén er van leek zeer
geschikt: hij legde de zeven voorwerpjes
eerst op een bed van vloeipapier en daar
na alles tezamen in het doosje.
Karei nam het pakje in ontvangst, tipte
aan zijn pet en stapte gewichtig de
deur uit.
Meneer Kühne hoestte; eigenlijk had hij
willen lachen, maar zijn lach was toevallig
in hot verkeerde keelgat geschoten, dus
hoestte hij en hervatte zijn lectuur.
„Waar men jij toch geweest?" vroeg zijn
moeder, toen zij hem a-an zag komen.
Karei hield zijn pakje omhoog en zei!
„Voor u! En wel gefeliciteerd!"
„Dank je wel, mijn jongen. Als we maar
gezond blijven, dat is het voornaamste."
„Ja, ja, maak nu maar eens gauw het
pakketje los."
„Kóm dan eerst binnen."
Zij liepen de kamer in. Terwijl de moeder
het presentje uit het papier wikkelde, zei hij:
„Eigenlijk had ik u weer anjelieren willen
geven, maar bloemen krijgt u altijd van
tante Lien en van meneer Ewald. Daarom
dacht ik zoo, dit was beteralleen heb
ik wat angst, of u het wel leuk vinden
zultmeneer Kühne meende.
„Maar dat is heusch geweldig!" riep zijn
moeder uit en sloeg de handen inéén, terwijl
zij verrast naar de voorwerpjes keek. Zij
nam' toen alles uit het doosje, zeer voor
zichtig, alsof drukknoopen, garen, zijde en
naalden minstens kostbaar porselein was.
sJk vind het reuze-practisch", vond Karei,
aangemoedigd; toen iets aarzelender, vroeg
hij: „Bent u er heusch zoo blij mee? Precies
zóó. als wanneer ik u anjelieren meege
bracht had?"
De moeder knuffelde met beide handen
zijn beide oortjes, gaf hem een kus en zei
zacht: „Ik ben er nog veel blijder mee, mijn
lief kereltje."
In den middag kwamen tante en vrouw
van den bakker. Deze schonken bloemen.
De bakkersjuffrouw bracht buitendien nog
een mooie, ronde appeltaart mee. Meneer
Ewald, de commensaal, feliciteerde even
eens. Hij bood een flesch malaga aan, dronk
met de vrouwen een kop koffie en ging toen
weer heen. Hij moest les geven in het lokaal
voor herhalingsonderwijs. Tante Lien vond,
toen hij weg was, dat het een heel aardige
man was. Juffrouw Wirth spotte wat met
den geweldigen kotfie-dorst dien zij had.
Juffrouw Bollen liep naar de keuken om
frissche koffie te zetten; Kareltje trok met
haar mee.
Toen hij na korten tijd, met de groote
koffiekan vóór zich uitbalanceerend, bij de
gesloten kamerdeur stond, hoorde hij de beide
Juffrouwen met elkaar babbelen.
„Wat een malle inval van dien jongen
om zijn moeder garen en drukknoopjes
cadeau te doen," zei tante Lien.
„Ik vind het ook nog al gek!" gaf juffrouw
Wirth ten antwoord.
„Als wij indertijd met iets dergelijks bij
onze moeder waren aangekomen, hadden wij
ook wat beleefd 1"
„Het lijkt zoo onlief."
„Ja, zoo is he. Ik begrijp mijn zuster niet,
dat zij daar nog blij mee is."
„Hemel, wat moest ze doen? 't Is de vraag
óf zij er werkelijk blij mee is.
De kleine vent stond in de donkere gang.
De koffiekan beefde in zijn handen. Juist
kwam de moeder uit de keuken, was bijna
tegen hem aangeloopen en vroeg verwon
derd:
„Wat doe jij hier nog?"
„Och," zei hij, „ik kan de deur zoo moei
lijk open krijgen, dc kan is wat zwaar."
Samen stapten ze het vertrek binnen en
werden met een luid hoera begroet.
Des avonds, toen de moeder Kareltje naar
bed had gebracht, zei hij:
„Bent u boos, dat Vader uw verjaardag
vergeten heeft?"
„Och watklonk moeder's stem,
terwijl ze met een lgimlach het laken glad
streek. „Och, wat.dat is heelemaal
niet erg, hoor; 'tis nu eenmaal zóó...."
„Maar als hij anders was, zou 't beter
zijn, niet?" zei hij wijs terug.
Moeder zette zich op den Tand van zijn
bedje, nam zijn handen en zei:
„Ik heb immers jou, mijn jongen."
„Ja, ja. zeker...." klonk het antwoord.
Toen zwegen beiden. Zij meende reeds,
dat hij sliep en 9tond voorzichtig op. Hij
greep haar hand:
,,U bent toch echt blij met het garen...,
en dc naalden en drukknoopjes, moes?"
„Eoht blij!"
„Op uw eerewoord?"
„Op mijn eerewoord."
„En meer nog dan dat ik anjelieren ge
kocht had?"
„Veel meer.zevenmaal méér."
Hij lachte: „Omdat het zeven presentjes
zijn gewordenen het is geen mal en
gek cadeau?
„Maar Karei; hoe kom je daarbij, kind?"
„Och, zoo maar.iik dacht even,.
Zij streelde zijn hand.
„Nu ga ik slapen, besloot hij, goeden
nacht moékie."
„Goeden nacht kind." En voordat zij de
deur bereikt had, nog middenin de donkere
kamer, voegde zij zacht er aan toe:
„Ik dank je innig, vent."
Hij hoorde het. gaf zijn kussen opgewon
den een por ensliep in.
-ë-