RAADSELS.
CORRESPONDENTIE.
de braafste van alle kinderen is. Maar dal
is hij lang niet. Neen. hij heeft een leelijk
karakter en een even leelijk hart. Van
middag hoorde ik nog, hoe hij twee arme
kinderen, die een boterham vroegen, met
boo ze woorden en zonder boterham weg
joeg, en dat nog wel op OudejaarI En als
hij iets lekkers uit de kast heeft genomen,
stil weggenomen, weet jullie, dan zegt hij
aiiets, maar laat kalm toe, dat een ander
daarvan de schuld krijgt. Het vorige dienst
meisje moest ook al heengaan, omdat Rob's
moeder dacht, dat zij overal van snoepte,
e»n dat deed zij echt niet, dat deed Rob. En
als zijn moeder straks uit de kerk komt, zal
hij weer liegen en met een heel onschuldig
gezicht beweren, dat hij niets weet van de
doo9, die op den grond ligt, nóch van het
lekkers, dat hij straks heeft opgesnoept. Dan
krijgt Mien daarvan natuurlijk de schuld
Ja, de jongen heeft een leelijk harll"
«Laten we hem een nieuw hart geven",
stelde één der harten voor. „Kom, laten we
dat leelijke hart dan eer9t uit den jongen
nomen!"
„Ja, ja, laten we dit dan maai dadelijk
doen!" riepen alle harten Iegelijk en ze
drongen allen om Rob heen en begonnen
met hun scherpgepunten wijsvinger den
jongen zóó te pijnigen, en ze maakten hem
zóó ziek en zóó akelig, dat hij met een
schreeuw wakker werd. WeJ begreep hij
toen, dal alles maar een vreeselijke droom
was geweest. Maar hij voelde zich zóó ziek,
en zijn hart klopte zóó akelig hard, dal hij
er nog ellendiger van werd. Geen raad meer
wetende van akeligheid, liep Rob naar zijn
kamertje. Dd&r kon niemand hem hooien
kreunen en kermen, dacht hij. O, wat voel
de hij zich toch ziekl Wat was hij akeligl
Kwam dat nu door al dat lekkers, of door
dien akeligen droom? Rob wist het zelf niet
terwijl hij al kreunende op zijn bed neer
viel Maar nu dacht hij er toch wèl aan, hoe
slecht hij weer was geweest op dezen
Oudejaarsavond, en hoe Mien wel weer de
schuld zou krijgen, als moeder zag, hoe
veel er van al het lekkers was opgesnoept.
En dan nog die doos En Mien, die
altijd zoo aardig voor hem was. zou nu
weggejaagd worden 1 Moest hij zóó hel
nieuwe jaar ingaan?
„Vertel het, vertel alles eerlijk aan je
moederI" hoorde hij zijn eigen hart heel
luid zeggen, „Vertel het en beloof, dat jij
je zult beteren in het Nieuwejaar. Rob!"
„Ja, ja. dal zal ik doen!" kreunde de jon
gen. „Alles. alle9 zal ik vertellen ook van
de doos.
Met dit voornemen bezield, was hel alsof
Rob zich wat minder ziek begon te voelen.
Toch bleef hij in zijn kamertje. Naar be
neden durfde hij nog niet gaan. Moeder zou,
öls ze straks thuiskwam, wel boven komen.
Dan zou hij haar dadelijk alles vertellen,
ook van die twee arme kinderen, die hij
vandaag zoo wreed had weggezonden. Zoo
deed ook Rob. Want zoodra moeder uit de
kerk kwam en Rob niet beneden vond, liep
ze haastig naar zijn kamertje en vroeg
vriendelijk:
„Maar, jongen, waarom zit je hier in de
kou? Waarom niet beneden gebleven, waar
bet zoo heerlijk warm is?"
Bij deze woorden barstte op eens de an
ders zoo ruwe en hartelooze Rob in tranen
Hit en onder luid gesnik begon hij haar al
bet kwaad, dal hij in hel afgeloopen jaar
deed, te vertellen.
Moeder schreide óók bij Rob's bekentenis;
ze was heel verdrietig over wal ze hoorde.
Maar geen boos woord zei ze.
„Wil ik nu maar naar bed gaan. moe
dei?" vroeg daarna Rob
„Neen jongen", sprak moeder, „we gaan
nu afscheid nemen van het Oudejaar. En
we vragen het Oudejaar onze gebreken te
willen meenemen, opdat we vroolijk en vrij
van zonden, het Nieuwejaar kunnen ingaan.
En wij moeten dan beloven en ons beslist
voornemen, in het Nieuwejaar ons be9t te
doen en zóó goed, eerlijk en liefdevol te
blijven. al9 we ons dit bij het scheiden van
bet Oudejaar hebben voorgenomen. Vindt
je dat niet véél beter, dan naar bed gaan,
Rob?"
Rob knikte snikkende en ging daarna met
moeder naar beneden. Maar zoo vroolijk als
de anderen, kon Rob dien Oudejaarsavond
niet zijn Ook kon hij bijna niets eten van
het lekkers, dat op tafel kwam. Hij be
waarde dan ook alles wat hij kreeg voor
de kinderen van de werkster, die altijd met
hun moeder mee kwamen om Nieuwjhar te
wenschen. En hij vroeg, of hij het hart
mocht hebben, dat met de doos, op den
grond was gevallen en natuurlijk gebroken
was. Toen hij het kreeg, verdeelde hij het
prachtige, groole hart óók nog onder de
kinderen van de werkster, die niets konden
zeggen, zóó dankbaar waren zij en tege
lijk zóó verbaasd, dat Rob, die anders zoo
onaardig en zoo wreed voor arme kinderen
kon zijn, nu op eens zoo vriendelijk legen
hen was.
En goed en vriendelijk bleef Rob in het
Nieuwejaar. Als hij soms bij ongeluk ergens
van snoepte, vertelde hij het eerlijk aan
moeder, die dan niet boos was, doch alléén
waarschuwend tot hem sprak: „Rob, denk
om je voornemen, mijn jongen 1 Denk om
het oude hart, dat hel Oudejaar meenam
en laat je nieuwe hart mooi zijn en rein en
vrij van zonden blijven! Toe, doe je best,
jongen!"
„Ja, moeder," klonk Rob's belofte. En hij
bleef zijn best doen zijn snoeplust, één zij
ner grootste gebreken, te overwinnen. En...
hij overwon dien weldra werkelijk Hij
snoepte niet meerl
TANTE JOH.
RAADSELS VOOR ALLEN OKI UIT TE
KIEZEN DE GROOTEREN 4,
DE KLEINEREN 3
I.
Ingezonden door Reinier en Annie den
Hertog. -
Het geheel van 3 woorden is iemand die
jullie allen kennen, bet zijn 21 lettere.
1, 2, 14 een gewichtje. 3, 4, 7 een getal.
6, 6, 13 iets waar men in slaapt. 3, -11,
18, 13 wordt geplant. 21, 16 een lengte
maat, 15, 16, 12, 19, 13 een soort hert.
20. 9, 9, 10 een zwarte vloeistof. 2, 15,
14, 17 maken de vogels. 7, 8, 9, 10 een
hemellichaam.
II.
Ingezonden door Chris Burg.
Mijn eerste zit in mrjn tweede, m'gn tweede
zit om mijn eerste, mijn eerste is een her
kauwend dier, mijn tweede hebben men-
schen en dieren.
III.
Ingezonden door Neeltje en Marietje
Haasnoot.
Iemand zei„Dag boertje met je 100
schapen". Het boertje antwoordde: „Had ik
er eens zooveel en nog eens half zooveel
als ik nu heb en dan nog één en negen,
dan zou ik er pas 100 nebben." Hoeveel
had da! boertje.
IV.
Ingezonden door Jannie Verboon.
Wie leven er hoofdzakelijk van ingeven?
V.
Ingezonden door Gerard en Dorus de Geus.
Maak uit deze 21 letters een spreekwoord
van 5 woorden, het begint met een H en
eindig' op een k.:
htndkrntbtwrkeeieooèe.
VI
Ingezonden door N.N.
Ik ben in een mijn geboren, ik zit in een
houten gevangenis, waaruit ik nooit word
bevrjjd. en toch ben ik velen tot nut bijl
schrijven en teekenen.
VII.
Ingezonden door Karei West.
Ik ben een sappige vracht, ik word dik
wijls in mgn omgekeerd (en daar het meer
voud van) gesneden om opgegeten te worden.
VIII.
Ingezonden door Marietje Laterveer.
Mgn geheel van 3 lettergrepen is een
dier, mijn le en 2e samen zijn een groot
getal, mijn 3e is een lichaamsdeel van een
dier.
Kijkt vooraf wat er onder de correspon
dentie staat, wanneer of de brieven er
moeten zijn.
Dank, hartelijk dank. Zoo begon ik verle
den week mijn correspondentie, en doe ik
het weer. Ik ontving daarna nog zóóveel
gelukwenschen en bloemen, leekeningen,
handwerkjes, brieven van oud-raadsel
nichtjes, gelukwenschen van ouders, aller
hartelijkst, die waardeering en vriendschap
hebben mij veel goed gedaan. Nogmaals
dank Dit i9 de laatste kindercourant in
1930. dus bierbij wensch ik allen veel heil
en zegen in het Nieuwe jaar, moge hel voor
allen, jong en oud, veel geluk en voorspoed
brengen. Viert allen prettige feestdagen en
vroolijke vacantiedagen.
Het waren weer een massa brieven, dus
begin ik gauw aan de aparte antwoorden.
Agnes Louise Planje, vriendelijk dank
voor je aardige handwerkje, dat je voor mij
maakte, heel aardig van je.
Frans Schouten, dank weer voor alle
extra feestelijke en toepasselijke leekeningen
en hcilwenschen, je had er weer veel werk
van gemaakt.
Willy de Neys, nu kom ik je nog eens
heel hartelijk bedanken voor je alleraardigst
handwerkje, hel is echt een papegaai, het
1 ijkI goed In vind het heel lief dat je wat
voor mij werkte Wil je ouders ook wel be
danken voor hunne gelukwonschen.
Celia en Nico Kref. wal een beeldig
mandje tulpen, hel staal zoo vroolijk op
mijn tafel. Nu moeten jullie mij eens ver
tellen, heb je het zelf gebracht? Vlak
voordat het mandje bij mij werd binnenge
bracht, zag ik 'n auto v.'t huis ik zal voor
hel raam en zag ik een jongen en een meisje
met een ingepakt bloemenmandje naar
b'cr komen Waren jullie dal? Wat vreese-
lijk jammer dat je dan niet even hebt ge
vraagd of je mij mocht bezoeken. En waren
je ouders er ook bij? dan had ik allen lege-
lijk kunnen bedanken en we hadden mei
elkaar kunnen kennis maken.
Arie de Graaff. wel bedankt voor je
mooie kerstkaart.
Nietje en Anje de Gelder, dank voor bei
der brieven en feestelijke leekeningen, Anjes
brief zag er zóó gezellig vroolijk uit. Niesje
hoe hartelijk van je om mij zoo'n langen
brief te schrijven. Zeker herinner ik mij
nog hoe jij en Gel. v. V. mij eens kwamen
bezoeken toen ik op den Hoogen Rijndijk
logeerde Ik kreeg meerdere brieven van
meisjes die vroeger meededen, ik weet dat
jij de kindercourant-correspondentie nog
wel leest, daarom bedank ik langs dezen
weg. Ik vind het aardig dat je mij zoo uit
voerig schreef over je werk en allerlei meer.
Dank voor jullie goede wenschen.
Gcrli en Chrisliaan Eggink, hoe vriende
lijk wat je schreef, wal je moeder nu stellig
voor mij zou hebben gedaan als ik in Leiden
woonde, is je moeder zoo knap in het bak
ken van lekkere cake?
Jannie en Frans de Water, dank voor de
gelukwenschen. Ik hoop dat het een mooi
kerstfeest was in do kerk.
Koosje Nieboer, ben je zóó blij, met je
prijs. Welja dat ia veel aardiger om den
prijs zelf te gaan halen.
Marie en Leo van Veen, neen er is hier
geen kerstboom, ik ben tijdelijk bij een
pleegzuster in huis, er zijn hier meerdere
patiënten. Dien datum waar je naar vraagt
i9 10 Maart.
Tonia de Jaeger, je hebt toen niet gezegd,
hoe zij heette, dus ik weet of ik een brief
van haar heb.
Annie Zaalberg, ik had die vreugdedans
van jou wel eens willen zien Heb je op
het bureau L. D. toen je den prijs kreeg,
ook gedanst, dat zou wel grappig zijn ge
weest.
A Schoondenvoerd, heel best dal je mee
doet aan de raadsels, maar stuur mij alsje
blieft nooit opstellen of verbalen,' daar
zorg ik nooit voor en daar heb ik niets over
te zeggen.
Jannie Verboon, de raadsels, die er nog
niet hebben ingestaan, zal ik later eens
plaatsen, dat beloof ik je
Jony van Tol, ja hoor je hebt alleraar
digste plaatjes op je postpapier.
Aartje van Tol, voor je brief werd 12V*
ct. strafport gevraagd, heusch brieven met
strafport kan ik niet aannemen.