7Iite Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 20 December 1930 Vierde Blad No. 21707 WAT ETEN WIJ NIET KERSTMIS? FEUILLETON. De verloren Injectienaald. Inleiding tot Kapitein Wagevier's aanteekeningen nver Napoleon's krijgstocht tegen Rnsland in 1812 Merkwaardiger dan eenige andere krijgstocht van vroeger of latere eeuwen, was die, welken Napoleon in den ïare 1812 tegen Rusland ondernam..." Napoleon, geboren te Ajaccio op het eiland Corsica, als kind opgegroeid tc mid den der hartstochtelijke beweging, door de vernietiging van de Corsicaansohe vrijheid ontstaan, is ongetwijfeld een der meest merkwaardige figuren, die de geschiedenis gekend heeft. Krijgsman met bewonderens waardige talenten was hij een persoonlijk heid wiens wil wet was. raensch, die voor geweld geenszins terugdeinsde. Roewei zijn beleid als staatsman in de verste verte niet kon evenaren met zijn bijzondere strategi sche eigenschappen, was hij van oordeel dat de staat een werktuig moest zijn, dat sleohts door handgrepen in beweging ge bracht en bestuurd kon worden, een oor deel. dat door Napoleon's ongemeene geest kracht tot een stelsel werd, dat heden ten dage in Frankrijk nog door velen gehul digd wordt Napoleon was de zelfzuchtige berekenaar, zijn karakter was behept met kleingeestige afgunst, Corsicaansohe wraak zucht, hij was een tyrannieke geweldenaar in zijn strijd voor vrijheid en gelijkheid. Het was in het jaar 1811, dat deze on vergetelijke krijgsheld die zichzelf in die dagen, dat zijn macht haar hoogtepunt be reikt had naar het scheen, de onoverwin nelijke noemde zijn groote plan be raamde het geheele vaste land aan zijn wil te onderwerpen en 22 Juli 1812 werd te Wilkowiszki de dagorder uitgevaardigd, waarin het- uitbarsten van den tweeden Poolschen oorlog werd aangekondigd, dat later bleek het eerste bedrijf te zijn van het geweldige treurspel, waarvan Napoleon, de onweerstaanbare, eerzuchtige heerscher. de auteur was, een treurspel, waarin hijzelf de hoofdrol vervulde, groot historisch drama, dat eindigde in een verschrikkelijk ontwaken uit een ijdelen overwinnings- droom... Dank zij de aanteekeningen van den N>- derlandschen kapitein der Infanterie C. J. Wagevier, die als huurling dienst heeft ge daan in het ruim 450.000 man sterke leger waarmede Napoleon op den 24slcn Juni 1812 over de Niemen optrok tegen Rusland, om zijn vermetele plannen ten uitvoer te brengen, zijn wij in de gelegenheid onze lezers verschillende interessante bijzon derheden uit dit groote historische treur spel aan te bieden i-n feuilletonvorm. Het verhaal, dat wij hier publiceeren is volle dig ontleend aan de origineele aanteeke ningen, die kapitein WagevieT na den krijgstocht te boek heeft gesteld en, die tot op heden, niet werden uitgegeven. Onze lezers zullen in dit dagverhaal van den Ne- derlandschen auteur Wagevier, tal van merkwaardige details vinden, die tot hedën ten dage onbekend waren. Wij twijfelen er dan ook niet aan of de publicatie van dit dagverhaal van den kapitein Wagevier, die Napoleon's groote krijgstocht tegen Rusland in al zijn wreede en dikwijls diep tragische verschrikking heeft medegemaakt zal men weten te waardeeren. Wij hebben de typische oud-Nederlandsche schrijfwijze van den auteur zooveel mogelijk bewaard. Men leze daarom met interesse de aantee keningen van onzen landgenoot, die een be langrijke historische waarde hebben, die ook in haar finesses een volkomen zuivere onopeesmukte weergave zijn van het vree. selijke treurspel, dat zioh in de woeste uit gestrektheid van Rusland voltrokken heeft, het treurspel van den machtigen Rranschen Keizer Napoleon, die zich in den storm- a-chtigen avond van den 5en Mei 1812, na zijn nederlaag tegen het Russische Rijk, ten tweede male overwonnen zag... thans door dien onzichtbaren vijand, waarvoor ieder mensch eenmfia! te huigen heeft., den dood. In de prachtige kapel van h'efc Hotel des Invalides te Parijs rust than9 Napoleon'* stoffelijk overschot... Na deze korte inleiding onzerzijds waarin wij nog vergaten aan te stippen dat de teekenaar Hugo Polderman op de hem eigen kunstzinnige wijze het illustratieve gedeelte heeft verzorgd tot kapitein Wagevier's verhaal, volgt thans het begin zijner aanteekeningen. Inleiding van den schrijver tot zijn dagverhaal. Merkwaardiger dan eenige andere krijgs togt, van vroegere of latere eeuwen, was die, welken Napoleon, in den jare 1812, tegen Rusland ondernam. Na dat de Fran- sche vanen op de torens van Weenen, Ber lijn. Madrid, Rome en Napels gewapperd hadden, moesten zij ook van die van Mos kou en Petersburg waaien. Rusland moest zoowel als Spanje, Italië, Oostenrijk, Duitschland en de Nederlanden, den groo- ten alleenheerscher huldigen; Ruslands Keizer, zoowel als alle deze voTsten en koningen, een leenman van het Fransche keizerrijk wordeQ. Om dit reusachtig ontwerp ten uitvoer te brengen worden de geduchtste toebereid selen gemaakt. Geheel Europa, Pruisen, Hollanders, Italianen, Duitsohers van alle gewesten, moesten zicih. als huurlingen, on der de Fransche vanen scharen, en hun dierbaar bloed en hunne zuur verworven schatten, voor den ijdelen roem dezer, door haren voorspoed dronken gewordene, natie, en voor de grootheid van haren trotschen opperheer storten. Meer dan viermaal hon derd duizend soldaten, meestal zeer goed in den krijgsdienst geoefend, door de be kwaamste generaals aangevoerd, en door hef veel omvattend genie van den grooten krijgsman bestuurd, van een on telbaren trein van geschut en ammunitie voorzien, rukten op. 'n onmetelijke linie, die zich van de Aziatische Golf tot de Oostzee uitstrekte, tegen de grenzen van Rusland aan en weldra werd de gordijn opgehaald voor het verschrikkelijke treurspel waarvan de ontknooping voor eenen der hoofdak- teurs zoo noodlottig was. Nimmer toch (werd een krijgstogt onder gunstiger voor teeken aangevangen, maar ook nimmer lo genstrafte een ongelukkige uitkomst een zoo gelukkig begin. De onoverwinneüj'ke moed der Fransche legerbenden en de on verzettelijke halstarrigheid, van derzelver rerraetelen aanvoerder leden schipbreuk op de, door een edele vaderlandsliefde aange vuurde dapperheid der Russen en de woede der elementen. Eene hogere magt stelde hunnen overmoed perk. en riep hun op de geduoht-ste wijze toe: tot hier toe en niet verder! Verschikkelijke teleurstelling! vree- selijk ontwaken uit den ijdelen droom van overwinning der wereldToen zij het top punt hunner wenschen, het doel hunner onvermoeide pogingen en ongehoorde zelf opofferingen meenden bereikt te hebben, werden zij eensklaps in hunne opwaarts strevende vaart gestuit, en in den diepsten afgrond van jammer en ellende ternederge- sfcort. Nadat duizenden door vermoeidheid en gebrek bezweken, nog meerdere dui zenden, in de bloedigste gevechten geval len waren, het overschot de prooi van de verschrikkelijke barheid eens Noordschen winters; en honderdduizenden lagen leven loos uitgestrekt op Ruslands sneeuw- en ijsvelden. Geen tiende gedeelte van die zoo geduchte legermagt mogfc de grenzen va.n zijn vaderland weerzien! O! wanneer wij bedenken, welk eenen rouw deze ongeluk kige katasfcrophe, niet sleohts over Frank rijk, maar over geheel Europa verbreid heeft, hoevele vaders en moeders hunne zonen, de hoop en troost huns ouderdoms hoe vele echtgenooten hunne mannenho© vele kinders hunne vaders, hunne eenige hulp en steun, verloren, dan moet ons het hart van weedom wegkrimpen. En ol zoo eenmaal alle deze 'zuchten en tranen in den dag des oordeels, door den grooten Wereldregter opgeteld worden, hoe zult gij dan voor zijnen regterstoel staan, gij, wiens onverzadelijke heerschzuciht. de eenige oor zaak van al die jammeren was! Welk eene geduchte les voor koningen en vorstenEn toch was dezelve voor de wufte Franschen en hunnen dolzinnigen aanvoerder verlo ren. Nog waren zij niet genoeg vernederd; nog tarteden zij de Voorzienigheid in het aangezigt. en zij moesten nog meer dan ééne tuchtisring ondergaan, eer de rust der volkeren, door hen zoo lang, zoo baldadig verstoord, hersteld werd. En welke gewaarwordingen verwekt niet de herdenking aan dat merkwaardig tijd stip bij geheele volken, zoowel als bij bij zondere personen op Hun eerst© gevoel, voorzeker, is dankbaarheid aan het Eenwig Opperwezen, hetwelk hen van de onder drukking bevrijdde en uit duizenden geva ren redde. Maar ook voorzeker moet bij hun de zucht ontwaken, om de gebeurte nissen van die merkwaardige dagen, door geschiedverhalen, te vereeuwigen, en tot de late nakomelingschap over te brengen; ten einde dus aan den eenen kant dank baarheid aan God en liefde voor het. vader land. en aan den anderen kant onuifcwiach- bare ha-at tegen de onderdrukkers van alle volkeren, van vader op zoon, tot op den laatsten naneef worden voortgeplant. Ook mij. waarde lezers! bezielen deze gevoelens, ook ik erken, nu en tem allen tijde, mijne oneindige dank; aan de Godde lijke Voorzienigheid. Die mij zoo wonder dadig uit duizende gevaren gered en be houden in mijn vaderland en in den schoot der mijnen heeft terug gebragt. Ook mij bekroop de lust. om uit de aanteekeningen, die ik onderweg gehouden en gelukkig be waard had, een verhaal van mijnen togt naar Rusland, en van mijne lotgevallen en mijne gevangenschap en op mijne terugreis op t" stellen. En schoon er vele 'en omstandige be schrijvingen van dezen beruchten veïdtogt, door bekwame pennen geboekt, voorhanden ziin. zoo geloof ik flooh, dat deze klijne bijdrage mijnen landgenooten niet onaan genaam zal ziin, daar zij door eenen Ne derlander geschreven is, en men daar uif dus kan opmaken, hoe het onze landge noten. die met den schrijver in het zelfde lot deelden, gegaan is. Men verwachte hiër slechts een eenvoudig, onopgesmukt, ver haal. en boude zioh van de waarheid, van elke daadzaak, volkomen verzekerd. Ik zal trachten het drooge en eentoönige van ^en Dagverhaal, door tu6schen inge- vlochtene verhalen van merkwaardigheden en aanmerkingen, door mij hier en daar gemaakt, zoo veel mogelijk te verlevendi gen. En indien de lezer zoo veel vermaak vindt, in het doorbladeren van dit mijn Dagboek, als ik bijehet bewerken daarvan, uit de herinnering aan het gebeurde ge noot, zal mijne moeite dubbel beloond zijn. Ik ga dus over tot mijn dagverhaal. (Wordt vervolgd). (Nadruk verboden). DE BEREIDING VAN CAKES. Op een uitgebreid diner is een mooie cake evenzeer op zijn plaats als bij een eenvoudige theevisite en het voordeel is, dat een zelfgemaakte cake volstrekt niet minder cachet heeft, dan een gekochte. Men kan dan ook alle ingrediënten van de beste kwaliteit nemen. Het is het beste van te voren het recept nog eens door te lezen en de benoodigde hoeveelheden af te wegen. De cake i9 gaar, als men er een stukje hout (een schoonen lucifer 1. in kan steken; deze mag na het uithalen niet meer kleverig zijn. Ziehier het recept: Ingrediënten: 3/4 pond boter; 3/4 pond bruine suiker; een geraspte citroenschil; 1 pond meel; 6 eieren: een snufje zout; 2 theelepels reuzel; 1/2 pond sucade; 1 pond rozijnen zonder pitten; 3/4 pond krenten; een halve notemuscaat; een half theelepeltje kaneelpoeder; 1 glas sherry; 1 theelepeltje zelfrijzend bakmeel. Toeberèiding: Een groote kom wordt met heet water verwarmd; het water wordt uit gegoten, waarna men de boter in den war men kom tot room roert. Dan worden de suiker en de citroenschil er doorheen ge klopt: Nu zeeft men het meel, waarvan men een theekopje vol apart laat staan. Nu laat men 1 ei in de boter vallen, voegt er ongeveer 1/6 van het overblijvende meel bij en roert het goed dooreen. Dit herhaalt men totdat de eieren en het overblijvende meel op zijn. Men voegt er een snufje zout en de reuzel bij. Nu wordt de fijngesneden sucade met de rozijnen, de krenten, de geraspte notenmus- caat, 't kaneelpoeder en de rest van het meel vermengd en vervolgens door de rest van het mengsel geroerd. Daarna wordt de sherry eraan toegevoegd en het laatste van alles het zelfrijzend bakmeel; het mengsel wordt in een of twee met papier bekleede bakblikken gegoten en al naar de grootte van de cake gedurende 2 A 4 uur gebakken in een matig warmen oven. Deze cake i9 na eenige dagen nog lekkender dan ver9ch en heeft dus het voordeel dat zij vooruit ge maakt kan worden. Men kan nu de cake bedekken of garneeren met gemalen aman delen of witte suiker. KERSTMAAL EN TAFELVERSIERING. Wanneer men een echt ouderwetsch En- gelsch kerstfeest wjl vieren, is het aan te raden, zoo spoedig mogelijk met de voor bereidingen te beginnen, omdat er anders op het laatste oogenblik onvoorziene moei lijkheden opduiken. Het ia niet ge noeg, het huis met groen en roode bésjes te versieren, de dikste kalkoen en de grootste ham te koopen, die wij kunnen krijgen en Engelsche mince-Pies te maken. Elke maaltijd gedurende de feestdagen en elk amusement, dat men zijn gasten wil aanbieden, moeten van tevoren in onze ge dachten uitgewerkt zijn, want alleen zoo i9 succes mogelijk. Een van de voornaamste punten is het vaststellen van het aantal gasten voor eiken maaltijd, vooral wanneer men op de Kerstdagen aan een groot aantal verplich tingen wil voldoen. Het samenstellen der verschillende gezelschappen en het schik ken der plaatsen aan tafel op zoodanige wijze, dat ieder zich amuseert, kost meer tijd dan U denkt. En daarna kan men pas de inkoopen doen. Het is ook mogelijk, op Eersten Kerstdag een meer officieele avond te geven en Tweeden Kerstdag met familie leden of in intiemen kring te vieren, waarbij men een wandelend souper kan geven van wat er overgebleven is van het overvloe dige maal op den vorigen dag. zoo noodig aangevuld met een paar koude schotels. Hiervoor kieze men vooral licht verteer baar voedsel, omdat de menschen daaraan het meest behoefte hebben na de meestal zware spijzen van den vorigen dag. Wil men op Tweeden Kerstdag een meer formeel diner geven, dan geldt deze eisch evenzeer. Zoo kan men een zeer smakelijke soep maken van de gelatine, die men van den kalkoen overhoudt, wanneer men er wat vermicelli, wat ingemaakte doperwtjes en een klein scheutje sherry bijvoegt. Koude gekookte ham met tomatensaus met warm opgediende witte boonen (of doperwtjes) met gebakken aardappeltjes is een smakelijk voorgerecht. Een koude pudding, die reeds op 24 December kan worden klaargemaakt, of een schotel met eenige soorten kaas, ge volgd door vruchten besluiten het diner, dat misschien meer zal worden gewaardeerd dan een zware maaltijd of dan het opeten: van de restanten van den vorigen dag. Men kan ook koude kalkoen of gans met ham geven, of gelatine van kip met aard appelsla, terwijl ook tong zeer geschikt is. Zoolang de menschen smakelijk eten heb ben in voldoende hoeveelheid, behoeft men werkelijk niet angstvallig aan een bepaald gerecht vast te houden. Hierop maakt alleen de kalkoen voor Eersten Kerstdag een uit zondering. Behalve een kalkoen zouden wij ook aanraden, een jonge kip te koopen en een ham. Deze kan smakelijk worden ge maakt door hem te villen, met doorgesneden kruidnagelen te wrijven en vervolgens met een dun laagje bruine suiker te bedekken. Het vet wordt dan volgestoken met kruid nagelen op onderlinge afstanden van onge veer 4 c.M., waarna men den ham in een oven gedurende een halfuur lichtbruin laat worden. Deze ham kan koud of warm worden op gediend met een goede aardappelsla en zuur van meloen en ananas. Tenslotte moet de huisvrouw met de va- cantiedagen altijd rekenen op onverwacht bezoek of een grooter aantal ga9ten aan het diner, dan men eerst van plan was. Het ia dan niet noodig, de hoeveelheden te ver-, grooten, als dit moeilijk gaat, breidt men het diner eenvoudig met een of meer gan-. gen uit. Hiervoor zijn blikjes met soep, visch, tong en groenten of vruchten op wa ter zeer geschikt, want op de feestdagen zijn de winkels gesloten. Men kan ook een paar flesschen met gevulde olijven, een paar blikken chocolade-poeder en wat Hag-koffie in huis hebben, terwijl hardgebakken schijf jes aardappel met wat zout bestrooid gaarne gegeten worden bij port e.d.. doch ook bij de thee. Verder de gewone dranken en be- noodigdheden voor cock-tails, als u gewoon is, die te serveeren. Men kan beter te veel dan te weinig be stellen, als het gaat om sigaretten, ver9cha en geconfijte vruchten en bonbons. De be diening moet royaal zijn en vlot verloopen, ook al zorgt men er zelf voor. Zoo is het ver keert, te weinig glazen in huis te hebben en de menschen te laten wachten op het af- wasschen. De boven beschreven gebakken schijfjes aardappel of zoute amandelen gen ven voldoende afwisseling in de zoetigheid. Verder is het tijdig rondzenden der invita ties gewenscht, omdat men daardoor voor komt, dat een groot aantal uitnoodigingea wordt afgeslagen wegens een vroeger ge maakte afspraak. Het papier is mooi van kwaliteit en voorzien van een taJcje hulst of ander toe passelijk motief. Men kan ook de enve loppen met roode en groene lak verzegelen. Onverschillig of u vier, zes of meer men schen aan tafel verwacht, onverschillig of het een traditioneel kerstmaal is of een menue, dat op eiken anderen dag van het jaar ook kan worden aangeboden, in ieder, geval moet de tafelversiering aan het feest herinneren. De kleuren zijn rood, groen en zilver of goud; men kan ook zilver of een combinatie van goud en zilver laten domi- neeren en slechts hier en daar wat rood en groen aanbrengen. Als er kinderen aan tafel komen, zijn roode en groene kerstboom kaarsjes de meest geschikte verlichting; an ders staan lange, witte waskaarsen meer de coratief, vooral als men mooie kandelaars heeft. Verder kan men bij elke plaats een witte kerstroos met een takje chevelure neerleg gen als boutonnière; de vruchten worden al dadelijk op tafel gezet, want vooral drui ven zijn een versiering op zichzelf. Men kan ook hier en daar op de tafel een vaas met witte lelies of andere bloemen neerzetten, terwijl tegenwoordig moderne menuhou ders met poppetjes te krijgen zijn. Er staan op de tafel ook bonbonnières, die bestaan Van ALICE CAMPBELL. Geautoriseerde vertaling uit het Engelsch dooT J. E. DE B. K. G4) „Heb je het huis doorgezocht?" „Gedeeltelijk, mijnheer." „En de achtertrap?" „Ik geloof niet dat ze uit haar kamer kon komen mijnheer, zonder dat ik het merkte. Maar gisteravond heb ik de achterdeur gesloten en de sleutel in mijn zak gestoken." Roger dacht even na wat te doen stond. ..Blijf even hier tot ik mijn tante geroepen heb en wat er ook gebeure. ga hier niet van daan. ik durf miss Rowe geen oogenblik alleen laten." Binnen een paar minuten kwam hij terug met miss Clifford, die juist haar peignoir had aangetrokken om hem af te lossen. Hij ver telde haar niet van het verdwijnen van Thérè9e, maar waarschuwde haar nadruk kelijk Esther niet alleen te laten. „Dat moet u goed begrijpen, Dido". zeide hij ernstig, haar recht in de oogen ziende „Esther is net zoo goed bij haar positieven als u en ik Er *teekt iet? heel ernstigs achter deze zaak en die Sarlorius is een bedreiging voor haar veiligheid. Ik kan u dat nu niet uitleggen, maar u zult het gauw genoeg hooren." Geschokt en in verwarring gebracht liet hij haar achter en ging naar den ouden kneciht. Bij de deur van het boudoir stond Aline, met gefronsde wenkbrauwen en een angstigen trek op haar gezicht. „Mijnheer, mijnheer, wat hebt u gedaan?" „Niets Aline", antwoordde hij koel. „Ik weet van niets." Verbaasd keek ze hem aan. Niettegen staande haar vrijpostig optreden was zij geheel onkundig van de vreeselijke geschie denis die was voorgevallen. Ze had een ge voel van loyaliteit tegenover haar meesteres en beschouwde hem uit dien hoofde als een vijand. „Ik ook niet, mijnheer, maar gisteravond was u zoo boos. Ik dacht. „Dal doe er niet toe", viel hij haar onge duldig in do rede en hij liep door. Zich dof en slaperig voelende opende hij zijn kamerdeur en ging naar de badkamer, waar hij zijn hoofd met koud water waschte. Onder het afdrogen nam hij vlug de kamer ir oogenschouw en zag dat alles nog precies zoo was als den vorigen avond. Het raam stond half open en boven op de plank stond de flesch mineraalwater; du? daar had Thérèse niet bij kunnen komen, dank zij zijn voorzorgen. De kamer uitkomende kwam Chalmers naar hem toe en vroeg fluisterend- „Vindt u het goed mijnheer dat Aline naar den dok. ter gaat om te vragen of hij iets van lady Clifford afweet?" De richting van Chalmers' oogen vol gend, zag Roger de kamenier voor de deur van dr Sartorius staan en hij hoorde haar hoog opgewonden geluid en de basstem van den dokter. „Laat ze maar dat kan geen kwaad. Weet je zeker dat hij niet met lady Clifford ge sproken heeft?" „Absoluut zeker mijnheer, hij 19 niet uit zijn kamer geweest." „We moeten zien of ze niet ergens in huis i9 en zoo niet dan. „Wat dan mijnheer?" „Dan moeten we de politie waarschuwen" „Ik begrijp het mijnheer. U hebt met miss Rowe gesproken. „Ja Chalmers, ik heb genoeg gehoord." Toen hij dit zeide raliseerde hij het op-een9, hoe sensationeel de heele toestand was. Over een paar uur zou over de heele wereld het bericht verspreid worden en in heel Cannes in heel Frankrijk zou gezocht wor den naar de mooie lady Clifford, beschul digd van moord op haar echtgenoot. „Aline", zeide hij, „wat had mevrouw aan, heb je daarnaar gekeken?" „Neen mijnheer, ik zal het u dadelijk zeggen." Ze ging in Thérèse's kamer en kwam zeer verbaasd terug. Niets ontbrak aan de garde robe van mevrouw, behalve de zwarte chif fon japon, die mevrouw den vorigen dag droeg. Om elf uur, toen mevrouw zeide al leen gelaten te willen worden, was ze nog niet uitgekleed." „Is er geen mantel of hoed of shawltje weg?" „U kunt zien dat het is zooals ik zeide." Het drietal staarde elkaar verwon derd aan. „Du9 ze kan hier of daar in huis zijn. We moeten dat onderzoeken." Ze doorzochten het geheele huis, alle deu ren waren gesloten. De kamer van den dok ter was er nog. maar Aline, die er juist ge weest was, was overtuigd dat ze zich daar niet bevond. Roger keek Aline onderzoekend aanze waren op de bovenste verdieping bij de kamers van de bedienden en de koffer- bergplaatsen. Als Aline hen eens naar boven had gelokt om het terrein vrij te laten, „Luistert u eens mijnheer. Ging daar een auto weg?" Allen stonden stil te luisteren naar het geluid beneden. Roger keek uit het kleine venster; hij hoorde de auto snorren en zag haar om den hoek verdwijnen. „Goede God, ze zijn samen weggereden „Was het de auto van den dokter? Ik meende het aan het geluid te hooren, mijn heer." Tobben hielp niets, maar Roger had het land dat men hem te slim af was geweest. De slordige toestand van de kamer van den dokter verraadde zijn overhaast vertrek. „Ze zal wel al den tijd in de kamer zijn geweest en nu zijn ze samen weggegaan. Maar die domheid verbaast me niet, het is een verzwarende omstandigheid." „Hoe kan zij onopgemerkt uit haar ka mer zijn gekomen, zonder dat ik het zag?" zeide Chalmers. „Het is toch zoo en deze vrouw heeft ons allebei om den tuin geleid." „Zouden ze samen ontsnappen mijnheer?" „Dat denk ik niet,, ze zullen wel 9amen naar de politie zijn met een verzonnen ver haal over miss Rowe en mij, denkend mij zoo aan te klagen voor ik mijn aanklacht tegen hen heb ingebracht." Hij zag de zwarte oogen van Aline hem verbaasd aanstaren. Hoeveel zou ze van het Engelsch verstaan? dacht hij. „Het zou heel moeilijk zijn geweest oin hen te beletten het huis te verlaten, maar ik kan ze voor zijn Ik ga eerst naaT den apo theker over wien miss Rowe me gesproken heeft en dan ga ik naar het hoofdbureau van politie. Breng me het telefoonboek en een kop koffie terwijl ik me verkleed." Onder zijn spreken hoorde het drietal Thérèse's kleine Aberdeen temer droevig janken, terwijl het dier hen met droevige, vragende oogen aankeek. „Hij huilt voortdurend," zeide Aline. „Afi Tony, Tony. Wat scheelt er aan stumper?" „Kom Tony, oude jongen," zeide Roger, zich bukkend om den hond te streelen. „Wat scheelt er aan? Breng hem naar buiten Chalmers, hij moet misschien uitgelaten worden." De knecht gehoorzaamde en Roger ging zich verkleeden. Hij zag zeer op tegen den onaangenamen plicht dien hij moest vervut- len en een vreemde opwinding had zich van hem meester gemaakt. Hij voelde, dat er niet mocht worden gedraald met het inbrengen van een aanklacht tegen de vrouw, die zes jaar met zijn vader gehuwd was geweest, en tegen een zeer geacht lid van de medische faculteit. Hij zou veel tegenwerking onder vinden. dit ontveinsde hij zich geen oogen blik, het zou heel moeilijk zijn. Hij zag zichzelf, zijn tante. Chalmers en Esther, en dat was het moeilijkste, in den bank der ge tuigen zitten. Esther, wier zenuwen zoo ge schokt waren door haar ontzettende onder vinding. Had Thérèse haar uit den weg wil len hebben? Ze wist zeker van het plan en kenide het goed. Het hondje bleef janken in den tuin. Wat had het diertje toch? In de stilte van den vroegen morgen klonk zijn gehuil zoo troos teloos. Hij moesl tot stilte gebracht worden, hij zou Esther wakker maken Het huilen hield op en Chalmers kwam binnen met broodjes en koffie, Te hond bevend en zacht klagend achter hem aan. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1930 | | pagina 13