Ve/ikad&& efjwvge £eM*AuCfye6
HET GESTOLEN LUCHTBALLONNETJE of DE GESCHIEDENIS VAN TWEE DEUGNIETEN
De verloren Injectienaald.
71sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 26 November 1930
Derde Blad
No. 21686
PARLEMENTAIR OVERZICHT
FEUILLETON.
Prov. Staten v. Zuid-Holland
LAND- EN TUINBOUW.
67. Wi«m, nog altijd bang voor den koopman,
Was gevlucht uit Amsterdam,
Toen hij op zijn weg builen de hoofdstad,
'n Boer en dochter tegenkwam.
Het meisje, klein, met een blonde haardot,
En gekleed in boersc'hen tooi,
Keek naar den ludhtbaJMon van Wirapie,
Vond hem blijkbaar heel erg mooi.
66. De arme Pim dreef verder, steeds verder,
•De Noordenwind voerde hem mee.
Hij zag de brug over den Moerdijk,
De watertoren van Zierikzee.
Hij voelde nu hoe dorst hem kweld
Bij dien toren huizen hoog.
Het was den jongen alsof de toren
Vergeefs stralen naar hem schoot.
RECLAME.
4049
TWEEDE KAMER.
ARBEID, NIJVERHEID, HANDEL.
Nog altijd minister Verschuur achter de
rc'geeringstafel ter verdediging van zijn be-
groo'ing.
Afdeeling ..Volksgezondheid",
lal van redevoeringen. We begonnen met
die van den heer Van den Heuvel: steun
voor de Nederl&ndsche Thermo-Chemische
fabrieken te Bergum.
Dan mevr. BakkerNort: beiangen van
bond-technici, het eeuwige onderwerp van
de laatste jaren. Zij stelde een motie voor,
waarin de Kamer als haar meenóng uit
sprak, dat voor de tand-technici, aan wie
Ihet visum is ontnomen omdat zij niet voor
het her-examen zijn geslaagd, de termijn,
waarop zij hun bedrijf moeten nederleggen.
moet worden verlengd tot een la teren dag
den 1 December a.s. Zij pleitte dus uitstel
van executie voor niet-geslaagde land-tech
nici niet geslaagd n.l. voor het examen,
dat zij volgens de wel van 18 Mei 1829
moesten afleggen. De heer Marchaut heeft
er de aandacht op gevestigd, dat de ge
meenten z i. te veel verdienen aan de vleesch-
keurings-loonen. Dr. Vos pleitte voor rijks-
steun aan de gemeen tel ijke schoolartsen-
diensten; voor betere organisatie van den
zorg voor rheumatische ziekten; voor hulp
aan de T'hermo-Cbemische fabrieken-, voor
meer billijkheid tegenover de mei-geslaagde
tand technici, die niet zoo opeens uit hun
•brood mogen worden geslooten.
Na welke woorden van de gereserveerde
tribune, waar vele van de' betrokken perso
nen bleken te zitten, een daverend applaus
klonk, door den Yoorzitter onderdrukt
Hierna heeft mr. Van den Bergh gesproken
over de volkshuisvesting en er krachtig op
aangedrongen, dat er gebouwd zal worden
maar ook gesloten. Er zijn in Nederland
nog te veel krotten en te weinig goede
woningen. Daarom moet er krachtig worden
ingegrepen. Er moet een saneerings-plan
voor 'het geheele land worden opgemaakt.
Mevr. De VriesBruins heeft ook harer
zijds aangedrongen op bevordering van den
6choolarlsendienst en vroeg den Minister
tegen de volgende begrooting over te leggen
een overzicht van den sociaal-'hynisolien
dienst in Nederland. Wat de zaak der land-
techn-iei betreft verklaarde zij het niet eens
te zijn met mevr. BakkerNort en dr. Vos.
De 58 afgewezenen bij het laatste examen
moeien inderdaad als ongeschikt worden be
schouwd. Zij zag dan ook in uitstel geen
heil, want over twee jaar zouden we voor
precies dezelfde moeilijkheden staan. Zij
zou tegen de motie-BakkerNort stemmen,
al zoo zij voor diegene, die na de wet van
1925 financieele verplichtingen op zich heb
ben genomen, wel iels willen doen: b.v. een
geldelijke tegemoetkoming verleenen. In
dien zin stelde zij een motie voor
Tegen regeerings-sleun aan schoolartsen-
diensten sprak de heer Kersten. Hij wensohl
geën opgedrongen medische hulp. Wel pleitte
hij voor de belangen der afgewezen land-
technici en sloot zich aan bij het beloog van
dr. Vos, doch hij Wenschte de betrokken
■menschen gelegenheid tot een nieuw exa
men te geven. Hij protesteerde er tegen, dat
menschen op het plalle-land gedwongen
wórden een waterleiding aan te leggen,
wanneer de waterput voldoende is.
Onderlusschen waren de beide moties ge
typt en werden rondgedeeld.
Zij luidden precies:
MOTIE-BAKKER—NORT.
,.De Kamer van oordeel, dat hel wen-
schelijk is, da* in hel belang van de niet
voor liet examen, bedoeld bij de wet van
18 Mei 1929 (Staatsblad 257) geslaagde
en de niet tot dit examen toegelaten tand-
Van ALICE CAMPBELL.
Geautoriseerde vertaling uit hel Engelsch
door J E. DE B K.
43)
Dit zette de kroon op een opeenhooping
van ongeëvenaarde grofheden. Haar taak
was afgedaan, ze kon zelve een taxi nemen
en verdwijnen. Hevig verontwaardigd was
ze dadelijk naar haar kamer gegaan en mot
zenuwachtige haast pakte ze haar koffer, om
zoo gauw mogelijk weg te komen. Sedert
haar lusschenbeide komen in die scène van
sir Charles met zijn vrouw, was Esther wel
bevreesd geweest voor de wrok van de laat
ste. maar tot nu toe had ze er niets van be
speurd. De laatste tien dagen had lady Clif
ford weinig met haar gesproken, maar dat
weinige was beleefd geweest. Deze verande
ring in haar optreden gaf te kennen, dat
tact niet langer noodig was Er was iels
machtig arrogants in de wijze waarop zij
den band met Esther verbrak en geen lijd
verloren liet gaan om haar uit huis te krij
gen. Hinderde het lady Clifford, dat Roger
haar zoo aardig vond, of wilde ze Esther be
paald uit den weg hebben? Ze voelde de ver
nedering te diep om rustig te kunnen naden
ken. maar toch pakte deze nieuwe gedachte
haar Als lady Clifford eens bang was om
haar in huis te hebben? Terwijl ze op haar
koffer hierover zat le peinzen kwam er een
klop op de deur. Jj(
technici, aan wie hel visum was verleend
ingevolge de wet van 29 Juni 1925 (Staats
blad 282) en aan wie dat visum werd
ontnomen krachtens de wetswijziging van
30 December 1926 (Staatsblad 454) de
datum, waarop zij de tandheelkundige
praktijk niet meer mogen uitoefenen,
wordt gesteld op een lateren dag dan 1
December a.s..
gaal over tot de orde van den dag."
MOTIE-DE VRIES—BRUINS.
„De Kamer, van oordeel, dat de wijze
van uilvoering van de wet van 29 Juni
1925 (S. No. 282) voor sommige personen
andere geldelijke nadeelen heeft gebracht,
dan aan de toepassing van die wet onver
mijdelijk verbonden waren.
verzoekt den Minister te overwegen, of
door een geldelijke tegemoetkoming de
bedoelde nadeelen zooveel mogelijk kun
nen worden te niet gedaan,
en gaat over tot de orde van den dag."
VERDER DEBAT.
Mej. Groeneweg heeft (het afgekeurd dat de
heer Kersten hier komt protesleeren tegen
het opleggen van de waterleiding aan de
menschen van het platteland. De kinder
sterfte ran vroeger is juist voor een groot
deel door slecht water cyiislaan.
De hier boven genoemde onderwer
pen zijn daarna nog door eenige andere
sprekers behandeld, zonder dat er nieuwe
gezichtspunten werden geopend.
De heer Aalberse voelde voor de motie-
de Vries Bruins, doch voelde ook iets voor
een nieuw theoretische en practisch exa
men. een denkbeeld dat door den heer van
der Heide werd ondersteund. Mr. Boom
bestreed inzake dit onderwerp zijn partij
genoot dr. Vos: de heer Slotemaker de
Binine gaf wenken inzake de volkshuisves
ting: de heer Zijlstra kwam ook tegen het
denkbeeld van een rijksschoolarlsen-dienst
en zoo voerden nog enkele andere spre
kers het woord, pro of contra de hier ge
noemde onderwerpen.
AVONDVERGADERING.
Minister Verschuur wij slippen uit zijn
antwoord slechts het voornaamste aan
heeft verklaard, dat hij bij zijn woning-
politiek zich door vaste beginselen zal laten
leiden. Op dit gebied moeten staat en ge
meente aanvullend optreden, voorzoover
do particuliere bouwnijverheid in gebreke
blijft. Maar men kan deze. voor een goede
woning-politiek, niet missen. De Minister
heeft vrij uitvoerige beschouwingen gehou
den over de werking en de heleekenis der
Woningwet. De gemeenten hebben ook op
dit terrein zelfstandigheid: de Regeering
kan haar inzichten niet aan de gemeente
opleggen, kan slechts in zeer bepaalde om
standigheden ingrijpen.
Wat de eigenlijke volksgezondheid be
treft, heeft de Minister betoogd, dat er ge
daan wordt wat mogelijk is en dat er daar
om geen reden is voor. de conclusie, dat er
te weinig gedaan wordt Het aantal con-
sulialie-bureaux voor kinderzorg en luber-
culose-bestrijding neemt geregeld en aan
merkelijk toe, en in hel algemeen wordt ae
zorg voor de volksgezondheid steeds verder
uitgebreid.
De Minister beloofde een overzicht om
trent dit alles schriftelijk aan de Kamer te
zullen overleggen.
Wat de gemeentelijke schoolartsen-dienst
betreft, deze sticht aldus de Minister
een onnoemelijk nut. De dienst streeft er
naar de aandacht der ouders te vestigen
op ziekten bij de kinderen, en welk prin
cipieel bezwaar kan daartegen zijn? Het is
echter jammer dat op dit oogenblik aan
de instelling van een rijks-schoolartsen
dienst niet kan worden gedacht,
maar:
RECLAME.
„Wie is daar?" riep ze onverschillig. Zij
dacht dat hel een van de bedienden was om
de koffer naar beneden le brengen, maar in
de deuropening verscheen de forsche gestalte
van dr. Sartorius. Langzaam keek hij de,
kleine kamer rond en zeide op buitengewoon,
vriendelijken loon: „Ik kom u vragen, zusleij
Rowe. wat voor plannen u hebt; gaat u da-#
delijk terug naar New-York?"
„Ik denk het niet, dokter, maar ik wee£
nog niet precies wat ik doen ga."
Hij knikte en schraapte zijn keel „Ik
meen u medegedeeld le hebben, dal ik mijn
practijk niet weer opvat. Ik ga een korte
vacantie nemen en u begrijpt dat ik uw
diensten niet meer behoef."
„O. uitstekend dokter," antwoordde ze
snel, overtuigd dat haar antwoord ironisch
klonk Alsof het haar schelen kon of hij
haar al dan niet noodig had.
„Dus ik vermoed, dat u hier nog wat in
Cannes blijft. Hebt u hier vrienden?"
Wel, wel, ze had nog nooit gemerkt dai
hij belang stelde in de persoonlijke belangen
van wie ook. Wal mankeerde hem? Ze ant
woordde met een zekere terughoudendheid:
„Volstrekt niet, ik ga een paar dagen naar
een pension waarover miss Clifford spiak.
Ik weet nog niet wat ik daarna doen zal."
Hij scheen over deze inlichting na le
denken, maar ze begreep niet wat het hem
kon schelen. Toen zeide hij. met verstrooi
den blik naar haar koffer ziende: „In dat
geval mag ik u zeker wel naar uw pension
brengen. Wilt u me laten welen wanneer u
klaar bent?"
Geheel verbluft haastte ze zich misschien
wel wat al le veel om dit aanbod af te slaan.
„O neen dokter, dank u wel, ik neem een
taxi, ik wil u geen last veroorzaken."
„'t Is geen last," sprak hij op afdoenden
de Minister verzekerde dat de instelling
daarvan bovenaan zijn verlanglijstje staat,
en wacht op gunstiger tijden.
Tenslotte de land-technici. De Minister
verklaarde in de onnoozele veronderstelling
tp hebben geleefd, dat deze zaak uit zou
zijn. En nu: een groot debat, met twee
moties. Wil men vroeg hij nu weer
van voren af aan beginnen? Hij heeft zelf
nog eens vrij uitvoerig over de zaak ge
sproken. en er op gewezen, dat de Kamer
zelf de slaande wet heeft gemaakt, en zie.
nu schrok ze voor de uitvoering terug. Hem
echter bleef niet anders over dan in het
belang der volksgezondheid de wet uit
le voeren. De niet-geslaagden moeten als
onbevoegd worden beschouwd, te meer,
daar het examen zeer clement was. Daar
om wees de minister de motie van mevr.
Bakker met beslistheid af. en zijn standpunt
was. op den grondslag der wet, inderdaad
sterk. Ook van een nieuw examen wilde
hij niet weten, en evenmin van een scha
devergoeding, warrt waar wel zou het eind
hiervan zijn?
Zoodat de Minister elke wijziging of tege
moetkoming afwees.
Alleen:
hij wilde overwegen, om hen, die vroeger
met een visum de practijk hebben uitge
oefend. toe te laten lot de officieele examens
in de tandheelkunde;-zoodal zij alsnog tand
arts zouden kunnen worden, zonder bewijs
van vooropleiding. Maar vragen wij
hoevelen zullen tot deze krachtproef in
staat zijn?
De Kamer zal Woensdagmiddag over de
moties stemmen.
Zij heeft de begrooling van Arbeid,
zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Alleen de heer Wijnkoop liet aanleekenen
dat hij er legen was.
In het tweede deel van den avond be
gon de Kamer met de behandeling van het
wetsontwerp inzake het verleenen van kas-
voorschotten aan de Koninklijke Holland-
sche Lloyd. Het werd aangenomen, ondanks
de bezwaren van een aantal leden.
HAGENAAR.
2981
loon. „Ik zou u graag veilig op uw bestem
ming brengen en ik ga toch denzelfden
weg."
Ofschoon ze er tegen opzag een half uur
met hem samen te zijn, wist ze niet goed hoe
te weigeren, nu hij zijn onheusch optreden
weer goed wilde maken naar het scheen.
„Als u er geen omweg voor maakt, heel
graag dokter. Over een kwartieT ben ik
klaar."
Toen hij weg was herinnerde ze zich dat
I hij gezegd had ..Ik ga toch denzelfden weg."'
En ze had hem nooit verteld welk pension
I het was Hij had waarschijnlijk spijt over
I zijn vroeger gedrag; ze vond hem raadsel-
f.achtig Toen ze gepakt had deed ze haar
mantei aan over haar crêpe de Chine jum
per, die ze in la Croisette gekocht had en
zette voor den spiegel met zorg haar kleine
vilthoed op. Ze herinnerde zich dat ze op de
blousei na dit zeifde toiletje had aangehad
toen ze den dokter ging spreken, waarna ze
thee had gedronken in de Ambassadeurs.
Ze zuchtte toen ze een schoon zakdoekje in
haar mantelzakje deed en afscheid ging ne
men van miss Clifford. Ze hoopte Roger 19
zien maar wilde niet naar hem vragen. Zo
ontmoette Holliday in de hall. Hij gedroeg
zich met stil decorum en toch voelde ze in
hem een zelfverzekerdheid als was hij reeds
heer en meester. Zij boog even het hoofd en
liep hen toen snel voorbij, toen hij tot haar
verrassing haar bij een arm pakte en snel
omdraaide, zoodat ze tegenover elkaar ston
den.
„O pardon," zeide zij, wat gebelgd haar
arm wegtrekkende.
„Hallo," zeide hij zacht, haar nog bij haar
mouw houdend, „blijft u even zoo slaan;
laat me u even bekijken." Zijn onbeduiden
de oogen n^men haar cosiuums in alle
OBSTRUCTIE VAN DEN
HEER BRAAT.
De Provinciale Staten van Zuid-Holland
kwamen gisteren (gelijk reeds in 't kort werd
gemeld) in tweede gewone zitting bijeen
onder voorzitterschap van den commissaris
der Koningin, jhr. mr. dr. H. A. van Karne-
beek.
Aangevangen wordt met de trekking der
afdeelingen.
De heer Braai (Plattel.) vraagt daarna het
woord voor een persoonlijk feit naar aanlei
ding van de houding van den heer Schaper
bij zijn bezoek als gedeputeerde aan Heke
lingen.
De voorzitter acht dit geen onderwerp
voor een persoonlijk feit.
De heer Braat: Dan vraag ik een inter
pellatie hierover aan. Als deze dan meteen
wordt behandeld is de zaak de wereld uit.
De interpellatie wordt toegestaan met 39
tegen 30 stemmen.
De voorzitter stelt voor de interpellatie te
houden na afloop van de agenda dezer zit
ting (over 3 weken) maar de heer Braat
maakt legen zoodanig uitstel bezwaar. Wat
hem betreft is de zaak binnen enkele minu
ten afgeloopen; spr. voor zich heeft maar
anderhalve minuut noodig.
Het voorstel van den voorzitter wordt aan
genomen met 71 tegen 4 stemmen.
Bij de nu aan de orde komende hamer-
stukken vraagt de heer Braat stemming en
voorlezing van de betreffende stukken.
Daarna legt hij de volgende verklaring af:
Meneer de voorzitter ik zal over de vol
gende punten geen stemming meer vragen
maar heb dit middel te baat genomen, om te
demonstreeren, dat we nu al méér tijd kwijt
zijn dan voor de geheele interpellatie, in
dien zij dadelijk ware gehouden, noodig zou
zijn geweest. (Teekenen van afkeuring).
De punten der agenda worden dan hetzij
voor kennisgeving aangenomen, dan wel
naar de afdeelingen verzonden of in handen
van Ged Staten of van bepaalde commissies
gesteld.
De voorzitter verdaagt le 12.10 de verga
dering tot Dinsdag 16 December te elf uur.
détails op. toen rioeg hij zich op de knieën
en riep: „Wel verduiveld."
„Wat is er?"
„Nu weet ik het."
„Wal?"
„Waar ik u het eerst gezien heb, domkop
die ik was."
Hij bleef haar aanstaren, toen kwam er
een wonderlijke, peinzende uitdrukking en
de glimlach was geheel verdwenen. Ze be
greep dat hij zich meer trachtte te herinne
ren en zich afvroeg hoeveel zij verstaan had
van het gesprek lusschen lady Clifford
en hem.
„Ik heb wel gezegd, dat het u le binnen
zou schieten." zèide zij luchtig. „De hoed
maakte het verschil, ziet u."
Hij bleef onbewegelijk, in gedachten ver
zonken staan. Het kon haar niet schelen
wat of hij zich herinnerde. Wat deed het
er toe?
„Kom binnen, lieve zuster. Ik probeerde
wat brieven le schrijven, het is een lastig
werkje."
De oude dame zat overeind in bed, met
het schrijfgereedschap bij zich. Zij glim
lachte tegen Esther. Haar gezicht zag er oud,
bezorgd en vervallen uit.
„Gaat u uil?"
„Tk ga weg, miss Clifford, ik kom afscheid
nemen."
Miss Clifford ontstelde en legde haar pen
neer.
„Afscheid nemen? Ik dacht
„Ik ook, maar dat i9 een vergissing. Lady
Clifford heeft me niet meer noodig."
De oude dame was even verwonderd als
bedroefd.
„Maar dat begrijp ik niet. Ik dacht dat u
nog wat zou blijven, tot we zekerheid had
den over Roger."-
EEN VARKENSMESTERIT
VOOR SELECTIEPROEVEN.
In een te Amsterdam gehouden vergade
ring van afgevaardigden van de Holl. Mij.
van Landbouw, L.T.B., het Utrechtsch'
Landb. Gen., de slagersvereenigingen Am
sterdam, D.E.L. en St. Petrus, de commis
sie van advies voor selectiemesterijen in
Nederland, de Varkensstamboeken in N.-
Holland, Utrecht en Z.-Holland, Hollands
Noorderkwartier, het Rijkslandbouwproef-
station en de Proefzuivelboerderij te Hoorn
den Nieuwen Bond van Zuivelfabrieken in
Noord-Holland en de Rijksveeteeltconsulen-
ten in Noord-Holland, Utrecht en Zuid-»
Holland is besloten te trachten voor dé
provincies Noord-Holland, Utrecht en Zuid-»
Holland een varkensmesterij voor selectie-
proeven op te richten. Het doel is varkens-
stammen op te sporen, die bij het kleinste
voedergebruik het best groeien en bij slach
ting het beste product zooveel mogelijk
vleesch leveren.
Voor het fokken kan dan vooral uit de
beste stammen fokmateriaal worden verkre
gen. Dit is voor de varkensfokkers èn mes
ters van het grootste belang, omdat daar
door een gunstige verhouding tussoh'êïï
voedergebruik en groei zal worden bereikt.
Bij het groot-e verschil tusschen vet- en
vleeschprijzen zal een iets vleeziger varken
in het algemeen beter betaald worden. Ook'
voor de slagers en grossiers is het van veel
belang, dat zooveel mogelijk die varkens
worden gemest, welke het meest aan dé
eischèn/van de consumenten voldoen.
GEEN SPOORVRACHT-
VERLAGING
VOOR TUINBOUWPRODUCTEN
'De regeering heeft aan de comrmissie-Lo-
vink meegedeeld, dat, mede met hel oog
op de financieele uitkomsten van 't spoor
wegbedrijf, geen maatregelen tot verlaging
van de spoorwegtarieven voor tuhïbouwprs-
ducten in overweging kunnen worden ge
nomen.
Esther was verlegen wat te zeggen.
„Het is in orde, miss Clifford. Uw schoon
zuster vindt het niet goed dat ik blijf heeft
ze mij een half uur geleden gezegd." Tegen
haar wil ontmoetten haar blikken die van de
oude dame, die, daarop het hoofd schuddend,
er verlegen en verdrietig uitzag.
„Was ik maar in mijn eigen huis, mijn
lieve kind. Je weet hoe ik er over denk. Ik
dacht dat hel een besloten zaak was en wo
beschouwden je meer als een vriendin dan
als een verpleegster. Roger zal hevig teleur
gesteld zijn als hij je niet meer vindt."
„Ik hoop u spoedig weer le zien, ik blijf
nog wat in Cannes en ik zal morgen opbel
len om te hooren hoe u allen het maakt."
„O ja, graag," en miss Clifford streek lief
kozend over haar arm. een diepe rimpel in
haar voorhoofd. „Ik wilde dat ik wist wat er
met Roger moet gebeuren. Ik ben er zeker
van dat hij zich zelf op de been houdt door
zijn wil en door zijn koppigheid. Ik vrees,
dat ik weer denzelfden angst zal moeien
hebben als voor dien armen Charles."
„O neen, u moet niet vergeten dat hij een
jonge man is. Het zal best gaan, maar hij
moet in bed blijven."
„Ik heb hem overgehaald*om na de lunch
te gaan liggen en hij slaapt zoo lekker zegt
Chalmers Ik zal hem toch zeggen dat u
weggaat. Anders zal hij zoo boos zijn."
„In geen geval," zeide Esther. „Hij mag
niet gewekt worden."
„Hij is bepaald heel moeilijk," ging de
oude dame vertrouwelijk voort. „Tusschen
ons gezegd, ik weet niet hoe mijn schoon
zuster het vindt dat hij geen dokter wil ne
men. Zij doel voor hem wat ze kan en het
zal haar zeker hinderen. Zij is zoo uiterst
gevoelig.
fflordt vervolgd),