71sle Jaaivaiw
ZATERDAG 1 NOVEMBER 1930
No. 21665
TER OVERDENKING.
STADSNIEUWS.
Het voornaamste nieuws
van heden. 1
LEIDSCS-ü
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN .OMSTREKEN.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
30 Cis per regel voor advertenliên uil Leiden en plaatsen waar
agentschappen van ons Blad gevestigd rijn. Voot alle andere
adverlentiên 35 Cts. pel regel. Kleine Adverlentiên uitsluitend
bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 60 Cts. bij een
maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens poslrecht Voor eventueele opzending van brieven
10 Cis. porto te betalen Bewijsnummer 6 Cts.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PRIJS DEZER COURANT:: T;
Voor Leiden per 3 maanden 2.35, per week.*."777.'f 0.18
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week 0.18
Franco pct post f. 2.35 '4- portokosten.
Dit nummer bestaat uit VIER Bladen
EERSTE BLAD.
Goed en Kwaad.
Tien ons aller eerste moeder de hana
uitstrekte naar de verboden vrucht, heeft
zij vermoedelijk niet beseft, welke moei-
Üijknbden zij daarmee zou doen rijzen,
durend tot in het verste nageslacht. Of het
dt verleidelijke stem van e?n glibberig
wezen is geweest, die haar deed vallen,
of vel haar eigen innerlijke begeerte
geen hooge kerkvergaderingen hebben dit
tot op dezen dag definitief kunnen beslissen
Is de gluiperige verleiding van buiten, of
de eigen verborgen aandrift de eerste oor-<
zaai van het kwaad?
Ji, waar vandaan komt bet kwaad?
Ie boom der kennis van goed en kwaad,
Evd zou er dan van hebben gegeten, en
na haar Adam. De vrouw was dus de eerste
zordares! Maar waar kwam dat kwaad dan
vaidaan? De slang, de satan, de duivel,
de begeerte in den mensch?
In elk geval: sindsdien weet de mensch
er van, heeft de kennis, kent het onder
scheid tusschen goed en kwaad. Zoodat er
dar ook geen volk ter wereld, en geen volk
in de geschiedenis bekend is. waar dit ze-
del jk oordeel, dat een scheidslijn trekt tus
schan het goede en het kwade, niet wordt
aaigelroffen. En ook in onze eigen tegen
woordige wereld; daar is geen normaal vol
wassen mensch, hoe misdadig ook, of hij
markt innerlijk bij zich zelf onderscheid
tusschen goed en kwaad. Hij houdt daar die
weegschaal zuiver; al volgt hij misschien
nooit de wijzing die zij geeft.
Doch wat is eigenlijk dat zedelijk oor-
ded, dat in on9 binnenste uitspraak doqt
ova* goed en kwaad?
Afgezien van de meer directe onaange
name gevolgen van hun struikeling, voor
Evi, Adam, en hun beider kroost lot op
vaidaag, heeft de ontmoeting met dien on-
zaïgen „derde" tot resultaat gehad, dat de
mmschheid sindsdien er over filosofeert,
wd dit oordeel „goed" tegenover „kwaad"
toch eigenlijk zou kunnen zijn.
3e „kennis" van goed en kwaad hebben
wij sinds het eten van den paradijsappel
vel allen. Maar wat is het, in den grond,
dit zedelijk oordeel dat zegt:* „dit is goed",
en „dat is kwaad"?
Zonder te meenen dat ik dit wereldom
vattende vraagstuk ook maar één schrede
rader tot de oplossing zou kunnen brengen,
vil ik trachlen even kort en duidjbjk ie
;eggen wat het zedelijk oordeel, dlr uit
braak doet over goed of kwaad, zeker niet
3. En dan stel ik aan het slot. in vragenden
rorm, wat dit zedelijk oordeel misschien
wel zou kunnen zijn.
Een onjuist inzicht in de kwestie had
zeker die Boschjesman, door professor De
Bussy eens sprekende ingevoerd. Hij zeide:
„slecht is als mijn vrouw ontstolen wordt.
Goed is als ik een ander zijn vrouw ont
steel". Nietwaar, wij zien allen duidelijk,
dat deze man zich vergist. Wat hij goed of
felecht noemt, is slechts wat hij aangenaam,
vooideelig, begeerlijk acht voor zichzelf, of
omgekeerd En deze keuze legt zijn zedelijk
oordeel het zwijgen op, stel dat dit laatste
bij hen bestaat. Toch geloof ik. dat er zulke
Boschjesmannen ook nog wel onder ons
worden gevonden!
Evenmin kan men zeggen, dat de tegen
stelling goed tegenover kwaad volkomen
gedekt woidt door de tegenstelling mooi
•contra leelijk, of waar contra onwaar. Alle
deze drie oordeelvellingen hebben onder-
ling verwantschap. Maar bij innerlijke zelf
controle beseffen wij, dat wij waarheid van
onwaarheid scheiden volgens een verslan
delijken maatstaf; schoon en leelijk onder
scheiden wij volgens, wat wij met een
vreemd woord noemen, on<> aesthelisch ge
voel. Wij aanschouwen het opeens, en zeg
gen „dat-is schoon." Wij hóóren hel. wij
zien het in onze verbeelding: „prachtig!"
zeggen we.
Maar als we iels goed of kwaad noemen,
dan kunnen we dat tegelijk soms wel een
waarheid of een leugen, een mooie daad of
een leelijke daad noemen, doch de maat
staf wordt ergens anders aangelegd; wij
vergelijken met iels in ons zelf. met een
beeld, een voorstelling in ons zelf.
Is dan goed: wat nutlig is voor het
grootsle aantal? En kwaad- wat schadelijk
is voor de meerderheid der mcnscheri? Och
wip zal dat uitmaken? Zeker is. dat geen
onzer dit volkomen kan overzien Zóó ver
rekenen wij hel geen van all^j uit. Maar
het is integendeel dood-eenvoudig. Wij
zeggen, of liever, innerlijk wordt in ons
gezegd, ook al willen wij het zelf liever'
niet: „dit is goed" en „dat is kwaad."
De grootste Grieksche wijsgeer uit de
oudheid, Plato, heeft de meening uitge
sproken, dat al onze kennis omtrent goed
en kwaad herinnering is, herinnering aan
een zalige wereld, waar eens onze ziel die
ideale beelden had aanschouwd. Wij be
waren daaraan een vage gedachtenis. En
op grond daarvan oordeelen wij ook hier op
aarde.
Of Plato hierin juist heeft gezien? Ik
weet het niet. Doch zou niet dit toch eigen
lijk bij ons allen vast staan, ook al zon
digen wij duizendmaal tegen de eigen in
nerlijke slem: dat in dat zedelijke oordeel
in ons binnenste zich openbaart een Hoo-
gere Wereld, wat dan de geloovigen onder
ons zullen vertolken als te zijn de slem
van God-in-ons?
Dan warp het meteen verklaard, hoe al
fijner, al scherper, al preciezer, al genuan
ceerder in de geschiedenis der menschheid
zich ontplooien gaat dit menschelijk „ge
weten." Want als we gelooven aan een
Hoogere Wereld, dan is dat zeker een we
reld, die Qns roept, en die ons tot iels be
stemt
Eva's grijpen naar het verbodene heeft
dan toch ook nog een gunstig resultaat.
ERNST.
VRIJZINNIG CHRISTELIJKE
FEDERATIE.
Kerkelijke Luther-herdenking.
In het vrijwel geheel gevulde kerkgebouw
der Remonslrantsch Gereformeerde Ge
meente aan de Hooglandsche KerkgraCht is
gisteravond de groole hervormer Luther her
dacht. De dienst werd door den voorzitter
der Federatie, den heer Riedel geopend met
de mededeeling. dat de spreekbeurt van prof.
dr. De draal, die ongesteld was, zou worden
vervuld door dr. Boersema.
Spr. hield vervolgens een kort pleidooi
voor de stichting „Het Vrijz. Chr. Federatie-
huis" en sprak daarna den wensch uit, dat
van deze derde Hervormingsherdenking een
•kracht ten goede zou mogen uitgaan.
Het koor zong vervolgens „Lof der God
heid" en de gemeente het Luther lied, waarna
dr. Boersema sprak over „De Hervorming
en wat zij ons- te zeggen heeft".
Spr vergeleek allereerst een katholieke en
een Pfotestantsche kerk met elkaar: de
eerste beheerscht haar omgeving, de tweede
noodigt uit. De strijd van de groote hervor
mers was niet. anders ais een zoeken naar
God, maar Luther stuitte telkens weer op
den mensch. in hoogste instantie op dien
éénen, den Paus. Ook Calvijn, hoewel van
geheel andere structuur, stelde zichzelf
voortdurend de vraag „hoe vind ik God. hoe
moet ik hem naderen?" Daarnaast stond
Zwingli, die de menschelijke persoonlijkheid
met zijn eigen intiem gedachtenleven niet
vermocht te vinden in de Katholieke kerk en
daarom Protestant werd. Terloops behan
delde spr. nog de groep der WederdooperS,
die eveneens in de R.-K. kerk geen bevre-
dinging vonden en Gods rijk op aarde wil
den stichten. Uit die vier groepen werden
nieuwe kerken geboren, gegroeid uit de per
soonlijkheid zelve naar gelang van lands-
en levens-aard. Het Katholicisme kent geen
heil buiten de Kerk; do Hervormers streef
den volgens eigen inzicht naar den Eeuwige
en stichtten zio'h een kerk, zooals zij dachten
dat zij Hem het dichtst benaderden.
Toch is de tijd gelukkig voorbij, dat de
Protestanten vijandig staan tegenover de
Katholieke kerk; werkt ook zij niel op haar
wijze mede tot den bloei van het Christen
dom? Een Katholieke kerk beheerscht, een
Protestanlsche noodt uit heeft spr. ge
zegd, hoe klein ze ook is. Zoo Tnoet ieder in
zich een kerkje stichten, juist groot genoeg
voor de eigen ziel, maar vervuld van de
blijvende geluksstralen van het eeuwige
Christendom, aldus eindigde spr.
Nadat het koor andermaal twee liederen
ten gehoore had gebracht, was het woord
aan prof. dr. G. J. Heering, die zeide. dat
hij de beantwoording der vraag „wat heeft
de Hervorming ons te zeggen, wanneer wij
al9 christenen op aarde willen leven", drie
groote beginselen op den voorgrond treden:
lo. de leuze van Luther, welke ook de leuze
der Reformatie is geworden „Door het ge
loof alleen", 2o. de hoofdgedachte van Cal
vijn: G-od is souverein en 3o. het recht der
persoonlijkheid en der persoonlijke overtui
ging, bij Zwingli. doch niet minder bij Luther
sterk ontwikkeld.
Elke leuze, afzonderlijk beschouwd, heeft
haar bezwaren. De eerste dit. dat de mensch
zichzelf niet langer beschouwt als Gods
mede-arbeider, doch alles aan Hem over
laat; de tweede, dat men zich God voorstelt
als eüfh despotische m-aCht en de laatste, dat
zij de kans beloopt te ontaarden in over
dreven nationalisme en in militarisme Het
vrijzinnig-protestantisme heeft naast gebre
ken aan toewijding, eeredienst en offervaar
digheid het groote voordeel, dat hel een
humanistische worlel heeft.
Daarom zijn wij aan ons beginsel ver
plicht „neen" te zeggen, overal waar het
echt-menschelijke wordt geschonden, omdat
wij „ja" hebben gezegd tot het Christendom.
Maar niet protesteeren alleen is voldoende;
er rust op ons ook de taak der hervorming.
Doch dan dient ons eigen hart en leven
het uitgangspunt te zijn; dan moeten we
eerst onze eigen verhouding tot God bepalen.
Eerst dan kunnen" we in gemeente en huis
gezin Gods hervormingswerk helpen verrich
ten, om ons daarna te gaan bewegen op het
terrein der groole wereld.
Meer en meer dringt in de Kerk het besef
door. dat het de bedoeling is van het
Christendom de verdorven wereld in de
kracht Gods en met Zijn hulp aan te vatten
en omhoog te voeren tot de Heilige Orde.
Van het Christendom verwacht men her
vorming van de wereld; van de kerk ver
nieuwing van het innerlijk leven.
Overal leeft het bewustzijn van saamhoo-
righeid op de Federatie uit de diverse vrij-
zinnig-protestantsche groepen hier ter stede
is het bewijs van het streven naar samen
werking, welke noodig is om gezamenlijk
den Antichrist, de samenvatting van alle
demonische machten op deze wereld, te
kunnen bestrijden.
De ware hervorming gaat altijd uit van
God; de beweging is van Hem; wij, nietige
menschjes mogen Hem slechts helpen. En
we kunnen in dien strijd slechts overwin
nen. wanneer we, evenals Luther, ons sterk
welen door ons geloof; wanneer we, midden
in de wereld slaande, ons voelen niet van
die wereld, maar van God.
Dat is het geloof, dat ons doet bidden
„Vader Uw wil geschiede, gelijk in de
hemelen alzoo ook op aarde, want Uwer is
de kracht en de heerlijkheid tot in eeuwig
heid. Amen."
Na zang van koor en gemeen Ie werd de
bijeenkomst met gebed van prof. Heering
gesloten.
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Nieuwe inschrijving.
P. Nederlof v.h. D. Nederlof en Zonen,
Leiden, Janvossensteeg 35-37-39 en Clara-
sleeg 4-3. Winkelier en grossier en galan
terieën en aanverwante artikelen. Eigenaar
P. Nederlof, Leiden
Wijzigingen.
W. Tom, Tramstraat 67, Katwijk aan
Zee. Prepareeren van netten. Overleden.
Eigenaar: W. Tom, Katwijk aan Zee, d.d.
21 October 1930.
Eerste Nederlandsche Verzekerings-Maat-
sehappij op het Leven en tegen Invaliditeit
(f.), Leiden, Breestraat 10a. Hoofdz.: Den
Haag, Prinses9egracht 13. De statuten zijn
gewijzigd. Wijz. handelsnaam thans: Eer
ste. Nederlandsche Verzekering-Maatschap
pij op het Leven en tegen Invaliditeit N.V.
VERBEN I GIN G „HORA"
AFD. LEIDEN EN OMSTREKEN
Gisteravond vergaderde de afdeeling Lei
den en Omstreken van de vereeniging „H.O.
R A." in hotel „den Burcht".
Po opkomst der leden was matig.
Nadat de voorzitter om SVi uur de ver
gadering had geopend met eenige hartelijke
woorden van welkom kreeg de secretaris
gelegenheid tot voorlezing der notulen, welke
onder dankzegging werden goedgekeurd.
Daarna besprak de voorzitter de propa-
ganda-actie.
In de eerste plaats zullen door middel
van de pers zoo veel mogelijk de ambtenaren
worden aangespoord om lid van de vereeni
ging lot Ondersteuning van Burgerlijke Amb
tenaren en Beambten te worden. Verder
werd besproken een eventueel bezoek door
de leden en niet-leden aan het Herstellings
oord „Hora" te Ede in den voorzomer van
1931. Hierover ontspon zich een uitvoerige
discussie, waarna tot slot een commissie
werd benoemd om deze zaak in orde te
brengen.
Bij alle gesprekken wees de voorzitter er
steeds op dat de actie om nieuwe leden
te werven niet alleen van het bestuur
moest "uitgaan, doch dat alle leden zedelijk
verplicht zgn in hun omgeving werkzaam
zijnde personen te bewerken.
Daarna werd behandeld een voorstel van
een der leden, om in begin 1931 een pro
paganda feestavond te organiseeren, huis
bezoek te doen bij ambtenaren die nog geen
lid zijn enz., waarvoor bovenstaande com
missie verdere stappen zal verrichten.
Na behandeling van de bestuurs-agenda
volgde de rondvraag welke weinig belang
rijks opleverde.
Omstreeks 11 uur sloot de voorzitter met
dank voor de opkomst de vergadering.
ACADEMISCHE EXAMENS.
Geslaagd voor het doctoraal-examen
indiscli recht de heeren E. Brunsvelt van
Hulten. (Den Haag) en P. E. v. d. Kam,
(Oegstgeest)dcctoraal-examen Romaansche
taal en letteren de heer F. J. C. Gerritsen,
(Den Haag).
VEREEN. TOT BEVORDERING
DER BOUWKUNST.
De eerste wintervergadering.
Aan de 230ste vergadering ging vooraf een
kunstbeschouwing van tal van foto's uit het
"Vlaanderenland.
De voorzitter, de heer J. A. Verhoog, open
de met een woord van welkom tot de aan
wezige leden en in.trodiucée's, deze eerste der
serie wintervergaderingen.
Wegens den beperkten tijd van den spre
ker, zoo schrijft ons de heer Fred. A. Wempe
werd het huishoudelijk gedeelte der agenda
tot het laatst der vergadering bewaard en
was dus direct het woord aan den heer Lode
van Gent (Oscar Tijdgat), letterkundige uit
Vlaanderen, die tot onderwerp had gekozen-
„De drie zustersteden", Gent, Antwerpen
Brugge.
Op 19 Maart 1847 ontsliep op 41-jarigen
leeftijd Karei Lodewijk Ledeganck, eén
dichter bij de gratie Gods, geëerd door
gansch Vlaandererj, waarvan zijn standbeeld
en grafzerk met opschrift te Eeclo getuigen.
Onze tijd, onze generatie, kent hem nie't
meer; immers, romantiek en sentimentaliteit
vindt men thans te ouderwetsch, doch zoo
lang Vlaanderen Vlaanderen is, zoolang zal
het gedicht van Ledeganck „De drie zuster
steden" blijven bestaan.
Uit dit gedicht citeert spreker een frag
ment. waarin Gent „de trotsche", Brugge
„de doode" en Antwerpen „de zwoegende"
worden genoemd. Die drie zustersteden zijn
de ziel vari Vlaanderen, zijn Vlaanderen zelf.
Alvorens tot de Vlaamsche kunst uit de
middeleeuwen zelf te komen, verklaarde
spreker dat in hem brandt de liefde voor
zijn geboorteland. Over Vlaanderen te spre
ken is voor hem apostolisch werk. Niet de
geschiedenis van Vlaanderen uit de boeken
zal nagegaan worden, want deze is vaalk
maatwerk en geeft slechts romantiek te
hooren, doch wel de geschiedenis van het
Vlaanderen dat groot is geworden door zijn
democratie; door zijn volk; door den derden
stand, die hun burch ten, bel forts en gilde-
huizen stelde tegenover de burchten der
edelen.
Toen Vlaanderen bloeide, bloeide de demo
cratie en toen het zijn glans verloor, ver
brokkelde de derde stand. Deze strijd tus
schen het volk en de edelen werd uitge
vochten in bloed, toen in de rest van
Europa, de gewone man nog lijfeigene was.
De strijd van 1302 was een van de grootste
momenten uit de geschiedenis, evenals de
strijd tegen Alva ook was een strijd om de
vrijheid, om de democratie. De bloeitijd van
de democratie was ook de bloeitijd van de
kunsten. In dien tijd is Vlaanderen dan ook
met tatlooze kunstwerken verrijkt. Omdat
spreker Antwerpenaar van geboorte is, heeft
Antwerpen, de woelige rijke Scheldestad, bij
hem de voorrang. Het verval van Brugge is
Antwerpen ten goede gekomen, doch in de
16de eeuw v^erd Antwerpen verdrukt door
de sluiting der Schelde.
Maar daarom was de Vlaanm9che geest
•nog niet gestorven, o neen, want in de 17de
eeuw heeft Antwerpen zijn bloeitijd medege
maakt, die zich vooral openbaarde in de
religieuze kunsten.
Langs den Rijn vindt men de burchten;
in Frankrijk de kasteelen, doch in Vlaan
deren de Kathedralen. De Vlaamsche kunst
is onafscheidelijk van de kerkelijke kunst
en hierbij viert juist de schilderkunst
hoogtij. Dit als inleiding beschouwende,
volgden de aanwezigen den spreker dan
allereerst door het mooie Antwerpen. Een
70-tal schitterende lichtbeelden gaf zoowel
in- als uitwendig al die kunstschatten der
Kathedralen, Bel'forts, Gildenhuizen, Musea
enz. te aanschouwen, zooals die gewrocht
zijn door de grootmeesters uit dien tijd:
Rubens, v. Dijk en Guinters Matsys en zoo
vele anderen. Het zou hier te ver voeren alles
te releveeren wat de projectielamp van de
fraaie Scheldestad te aanschouwen ga'f.
Na Antwerpen werd even gepauzeerd, om
de reis te vervolgen, thans naar Gent. Gent
„de trotsche"; Gent, de stad der bloemen;
Gent, de stad der oude gebouwen; Gent. de
stad der beroemde gebroeders Van Eycken.
't Was als een sprookje wat ook hier we
derom geprojecteerd werd. Stil was het in
de Nulszaal, even stil als in het hofke bij
de Begijnkens, die wij witgekapt in hun
tuintjes en voor hun huiskens zagen rond-
flaneeren. O ja! zeer zeker is Antwerpen
mooi, doch Gent is toch, vooral voor bouw
kundigen, mooier, veel mooier. Doch ver
derop moeten wij wederom en ten slotte zijn
wij dan in Brugge, „de doode". Maar Brugge
i s niet dood. Heelemaal niet. Ja, voor een
zeventig jaar misschien, maar nu? Brugge
was schijndood en men mag nu wel spreken
van Brugge „la belle".
Brugge, 'twas als een bekroning, als een
bouquet van het vuurwerk. Brugge, dal bidt
in heilig zwijgen boelend in rouw over haar
droomen van wellust en roem.
't Was ook een tooverbeeld, toen sprekeT
een poosje zweeg en toch zoo stillekens al
die oude grachtjes en poortjes en brugge-
kens aan de aanwezigen liet passeeren. En
toen werd er nog een hooggelegen idyllisch
plekje opgezocht, vanwaar het oog kon gaan
over het gansche land van Vlaanderen, met
BINNENLAND. r
Verschenen is het voorloopig verslag der
Tweede Kamer over de begrooting van
financiën. (Binnenland, 4e Blad).
De Nederlandsche Spoorwegen krijgen de
grootste tenderlocomotieven ter wereld.
(Binnenland, 4e Blad).
Ons parlementair overzicht (3e Blad).
Zal op 1 December de Belgische grens
weer voor het Nederlandsche vee open-
gesteld worden? (Land- en Tuinbouw, le BI.)
De ketelontploffing te Andel; het lijk van
den machinist is thans gevonden. (Gemengd,
2e Blad).
BUITENLAND.
Het antwoord der Stahlhelm aan Hervé.
(Buitenl., le Blad).
De geredden der R. 101 voor de Commissie
van Onderzoek. (Buitenl. Gem., 2e Blad).
De intocht van het Bnlgaarsche konings
paar te Sofia. (Buitenl., le Blad).
Ook Pangalos thans gearresteerd. (Bui-»
tenl., le Blad).
al zijn heerlijke Kathedralen, Belforts en
verdere pradhitgebouwen en liet was aan
het einde, der onder ademlooze stilte aange
hoorde voordracht, dat de spreker als het
ware smeekte:
„Komt gij Hollanders wien het reizen zoo
„in het bloed zit, komt naar ons 9clioone
„Vlaanderen. Uw eigen landgenooten Bus
sen Iluet, mej. KuiperRutte hebben met
„geestdrift gesproken en geschreven over
„dit mooie land. Komt, gaat en bezoekt die
„steden, 't Is uw volk, doch spreek dan
„ook u w eigen taal bij ons. Dan is 't goed
„en dit zal zeer zeker den band versterken
„tusschen Holland en BelgiëI"
En toen wa9 't einde daar en de voorzitter
zeer zeker de tolk van alle aanwezigen
toen hij enkele vriendelijke woorden van
dank sprak en een tot weerziens toeriep aan
den spreker.
Na het vertrek van den spreker werden
de notulen nog goedgekeurd en deelde d©
voorzitter mede, wie er in de komende win
termaanden als spreker voor „Bouwkunst"
zullen optreden, waarna, deze welgeslaagde
.bijeenkomst werd gesloten.
LEIDSCHE SPAARBANK.
Bij do Leidsche Spaarbank is in de vorige
maand (October 1930) ingelegd f. 619.071.50
en terugbetaald f 380.263.27; 201 nieuwe
inleggers zijn ingeschreven en 85 boekjes
werden geheel uitbetaald.
Het tegoed der 19.220 inleggers, inclu
sief 1426 deelnemers aan den afhaa'.dienst,
bedroeg einde October f. S.652.582.21.
In 4.S39 posten is in deze maand door
den Afhaaldienst f. 11.132.25 ontvangen.
TENTOONSTELLING
LEIDSCHE VOLKSHUIS
Van Dinsdag 4 Nov. tot en met Vrijdag
7 Nov. zal in het Leidsche Volkshuis een
tentoonstelling gehouden worden: „School'
en Leven in de Sovjet-Unie."
Deze collectie die ook in Rotterdam, Den
Haag, Utrecht en A'dam geëxposeerd werd
en wordt en zeer de aandacht trok, zal zeker
hier ook in Leiden de belangstelling van
velen hebben. Vele platen en prentenboeken
spreken voor zich zelf, terwijl verder de
Russische opschriften verklaard zullen wor
den, zoodat de bezoekers zich goed op de
hoogte zullen kunnen stellen, van wat op
het gebied van onderwijs in Rusland ge
schiedt.
Zie voor toegang de advertentie.
DE BIOSCOPEN.
Lnxor-Theater „Maskers". Een detec
tive-verhaal der U. F. A. naar het genre
van Wallace. Ivans en Middendorp, doch
één, hetwelk door zijn voortreffelijke verfil
ming in kwaliteit aanzienlijk uitgaat boven
de gewone middelmaat! Boeken, als deze.
hebben door de jaren heen hun interesse
behouden en het vastleggen der feiten op
het witte doek heeft die belangstelling te
recht meer dan ooit doen leven. „Te-