XXIIISTE UTRECHTSCHE JAARBEURS.
Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 9 September 1930
Derde Blad
No. 21620
UITEINDELIJK EEN OPTIMISTISCH GELUID!
WEER UITBREIDING. - OP ZOEK NAAR HERSTEL DER WERELD-CRISIS.
H. P. H. KEEREWEciri
KERK- EN SCH00LNIEUWS.
FEUILLETON.
DE PIRANHAS.
[leicr zal menig journalist gisteren
gevoel van bezorgde onzekerheid
lijn naar de persconferentie, die tel
les den voordag van de opening der
te Utrecht gehouden wordt,
na vele vette jaren, keerde het getij
iifn tot ebben. Het attentiesein was
laaanden geheschen: het liep van
■rlijk" naar „Weest op uw hoede"
vde met den stormbal in topt
peek, alsof de magere seizoenen hun
iJidden gedaan: vandaar de vele
bedrukte gezichten met het sinistere
j „crisistijd"!
iou secretaris-generaal Graadt van
ions hierop hebben mede te deelen?
sfen we deze, van energie blakende,
lite persoonlijkheid ditmaal in een
itische stemming aantreffen, zou ook
j stem verheffen in het koor der klu-
b. dat nu reeds zoo lang in de gansche
rereld wordt gehoord?
gelukkig neenl Hetgeen de heer
Ivan Roggen ons mede te deelen had,
woorden van „niet bij de pakken
tien"; hij heeft ons aangetoond, dat
Immer den moed dient te laten zinken,
lil zakenleven nimmer stil staat, ai
|let tempo van voorwaarts gaan lang-
zijn,- dan in dagen van welvaart,
[en aanbod blijven bestaan, aan maat-
hüjke behoeften moet worden vol-
|ie techniek brengt telkens verbete-
en nieuwe vindingen,
rbij zijn de toestanden stabieler dan
vorige crisis, de valuta's geslabi-
het groote bankwezen staat krachtig
zd, het aantal onopgeloste politieke en
l-aische waagstukken is aanmerkelijk
er in een overdreven optimisme te
kien, is het ons duidelijk gemaakt, dat
j.erminst noodig is de wolken zwarter
s, dan zij waarlijk zijn en hoe de Jaar-
juist in tijden als deze, den handel kan
wat men te doen heeft om uit de
van heden tot betere tijden te komen,
liet er nog niet zóó ellendig uitziet, als
heelal gelieft rond ',e bazuinen, blijkt
pil het feit, dat de beurs weer geheel
het deelnemersaantal wijst zelfs
nmerkelijke stijging met de herfstbeurs
tl vorige jaar aan: 890 in het jaar 1929
1012 in 1930. De beurs zal binnenkort
Jreede uitbreiding moeten ondergaan.
ïht toonde gisteren dan ook weer de
life internationale drukte van ieder
|iisof er geen wolkje aan de luoht wasl
pt het er in het binnenste van menig
nan niet opgewekt uitzien, naar buiten
liaarvan, althans gisteren, niet veel te
fn. Men laat de hoop niet zakken, dat
lig anders worden zal; hoop doet
j vooral wanneer zij gebaseerd is op
Ite feiten, die vertrouwen verwekken!
geven hieronder eenige gedachten en
|ee!ingen uit de rede van den heer
van Roggen, die zonder twijfel
gen voor de toekomst bemoedigen zul-
het koninklijk woord „Ik zal hand-
l'doen zegevierenl
eter dan. wees er op, hoe wij ons
om bevinden in een dichten economi-
nevel. De uitkijk is buitengemeen
fcjt. Het melancholiek geluid van den
|i«rn wordt van alle zijden gehoord,
piste plaatsbepaling van de positie der
nark; is niet wel mogelijk. Beluistert
jee publieke opinie, dan is men geneigd
nemen, dat handel en industrie en
ïw en ook de scheepvaart niet te ver-
i— zich dichter bij het eiland Onrust
pi de Kaap de Goede Hoop bevinden!
De wereldcrisis.
f zomer van 1929 was nog een econo-
„hoog-seizoen". De „Gold Rush"
is inmiddels van richting veranderd,
cisis begon op de fondsenmarkt. Aan
kijk maakte het den indruk, dat zij
slechts in beperkte mate op de goede-
"tkt zou doen gelden en voor ons land
ie depressie veel later in dan in andere
ee- Dat bewijst de statistiek van in- en
(Van onzen eigen verslaggever).
uitvoer, die, wat het gewicht aangaat, zelfs
in Maart 1930 voor ons land nog topcijfers
vertoonde; dat verklaart tevens het destijds
niet aanstonds definieerbare verschijnsel,
dat de Voorjaarsbeurs 1930 nog een opge
wekt beeld van levendigen handel ver
toonde, terwijl verschillende buitenlandsche
jaarbeurzen, omstreeks denzelfden tijd ge
houden, een flauwe stemming, gebrek aan
kooplust en moedeloosheid in zaken signa
leerden. In April kwam ook voor ons land
een merkbare omslag Ons Hollandsche
zakenleven volgde snel de algemeene ver
zwakking van de wereldmarkt. Zoo er nog
vraag bleef bestaan, betrof deze voorname
lijk de woorden crisis, depressie, malaise,
misère, debacle, contramine en liquidatie, in
welke woordenkeus het Nederlandsche pu
bliek zijn vroegere voorliefde voor buiten-
landsch fabrikaat nog eens kon uitleven.
Vreemdsoortige verschijnselen.
Vreemdsoortige verschijnselen vertoonden
zich aan het economische uitspansel, spe
ciaal in de sferen van de handelspolitiek:
Amerika ging zeer drastisch te werk met een
beschermend recht zonder weerga; Engeland
kwam met beveiligingsrechten voor den dag,
Nederland wierp in den vorm van een Sui
kerwetje den bietenbouwers een zwem
gordel toe. Verhoogingen van invoerrechten
waren schering en inslag en tóch waren,
heel kort te voren, de meeste staatslieden,
zoo geen Poolsche Landdag ware tusschen-
beide gekomen, het over de vrijhandels-
gedachte in theorie eens geworden. De prak
tijk echter ging lijnrecht tegen de theorie
van Genève in. Tot welk soort van maat
regelen landen zich genoopt voelden hun
toevlucht te nemen, heeft de jongste geschie
denis van de Finsch-Duitsche boter- en kaas
overeenkomst geleerd. Hoe zelfs de nuchtere
Hollander daarop reageerde, bewijst de
boycotbeweging van den Algemeenen Neder-
landschen Zuivelbond.
Spr. toont dan aan, hoe overdreven pes
simisme juist die krachten ondermijnt, die
noodig zijn voor het herstel.
Niet uit het oog verloren mag worden, dat
liet medewerken aan het aankweeken van
een overdreven pessimisme voor een deel
bewust in de hand gewerkt wordt door hen,
die meenen uit do ruïne van anderen voor
deeion voor zichzelf te kunnen halen: ook
het sloopeTSvak kan gewin brengen. Het
klakkeloos of moedwillig aankweeken van
pessimisme is óók een vorm van economi
sche depressie, waartegen vooral do pu
blieke opinie in staat is krachtig stelling te
Een optimistisch geluid!
Indien het Jaarbeursbostuur, tegenover de
sombere klanken, die de lucht vervullen een
meer optimistisch geluid doet hooTen, dan
ligt daaraan onder meer ten grondslag: de
deelneming aan de XXIIIe Nederlandsche
Jaarbeurs. Wel heeft ook het Jaarbeurs-
instituut in het algemeen te kampen gehad
met moeilijkheden, maar zooals zij heden
hare poorten zal openen, maakt zij geens
zins den indruk van een „lijdend voor
werp". Integendeel; zelfs wanneer de ont
wikkelingslijn van den algemeenen econo-
mischen toestand zich in opgaande lijn was
blijven bewegen in plaats van naar beneden
omgebogen te zijn. zou de bezetting van
deze Najaars/beurs een goed figuur, een be
vredigend resultaat zijn geweest. De beide
Jaarbeursgebouwen en semi-permanente
hal zijn geheel gevuld èn nog een Vreden-
burgterrein in den omvang van dat der vo
rige Najaarsbeurs. Het aantal deelnemers,
vergeleken bij dat der vorige Najaarsbeurs
toen de zakenwereld nog van welstand
blaakte is geslegen van 890 deelnemers
tot 1012; het aantal M2. verhuurde expo
sitieruimte steeg van 9800 M2 tot
12.800 M2.
Er zijn zakenmenschen, die oen drukke
deelneming aan de Jaarbeurs juist als een
teeken van diepe depressie beschouwen: om
dat men geen orders krijgt, wil men het ten
einde raad dan nog maar eens op do Jaar
beurs probeeren. Het Jaarbeursbostuur
heeft indertijd deze beschouwing ook ge
deeld. Maar deze opvatting is niet juist ge
bleken. De Jaarbeurs verricht geen wonde
ren; in tijden van voorspoed niet en in tij
den van crisis en terugval nog minder. Wie
buiten de Jaarbeurs niet mee kan, kan het
ook niet op de Jaarbeurs.
ft
Goed-voorbereida inzendingen.
De deelnemers aan deze beurs hebben
zich over het algemeen niet door de
depressie laten beinvloeden om aan hun,
reeds vroeger geopperde wenschen naar
grootere expositieruimte, te voldoen, zich
door de crisis niet van hun 9tuk laten bren
gen om zich voor geregelde deelneming in
de toekomst meer permanent te installee-
ren en zich evenmin door de moeilijke
tijdsomstandigheden laten influenceeren om
aan de inzendingen van deze beura hunne
beste krachten te wijden en met goed-voor-
bereide inzendingen voor den dag te komen.
De tijden zijn wel zwaar, maar er zijn tal
rijke factoren, die een vasten grond vormen
voor een regelmatig herstel,
De houdiap van de handel.
Hoe zal de handel staan tegenover deze
XXUIe Nederlandsche Jaarbeurs? Dat valt
vooruit niet te zeggen. Men zat voorzichtig
zijn met koopen. De koopkracht van het pu
bliek is gedaald; verbniik echter blijft be
staan en zoodra de abnormale omstandighe
den zijn uitgewerkt, stijgt onmiddellijk <3o
kooplust. Lage prijzen zijn bovendien voor
den koopman een niveau, waarop hij pleegt
in te koopen om stock te maken. De
hausse-periode, welke in het najaar van het
vorige jaar een einde nam, was van dusda-
nigen aard en van zoo korten duur, dat de
tusschenhandel ook al bij gebrek aan
kapitaal na den oorlog toen betrekkelijk
weinig op speculatie heeR gekocht; met
enorme en dure voorraden zat, over het
algemeen, de tusschenhandel niet opge
scheept. Voor aanvulling van bestaande be
hoefte zal op de aanstaande Najaarsbeurs
ongetwijfeld gekocht worden, zij het dan ook
met mondjesmaat en beperkt tot het nood
zakelijkste. Of de handel tevens, gebTUik
makende van de lage prijzen, grootere voor
raden zal aandurven met het oog op prijs
stijging, zoodra het dieptepunt der malaise
zal zijn overschreden, moet worden afge
wacht. Een feit is het, dat de Beurzen in cri
sistijd dikwijls wat den directen omzet
aangaat de verwachtingen hebben over
troffen. Maar de ervaring der 22 gehouden
beurzen heeft wel geleerd, dat directe omzet
ter beurze voor de meeste deelnemers en
voor de meesle bezoekers slechls voor oen
gering deel het antwoord beheerscht op do
vraag, of oen beurs een gunstig dan wel een
ongunstig verloop had. Het maken van rela
ties en het verstevigen van het persoonlijk
contact tusschen producent en wederver-
kooper spelen een vee! gewichtiger rol. De
nawerking eener beurs is voor menigen
deelnemer en bezoeker waardevoller dan de
werking zelve. En nu kan juist in crisis
tijden, d w. z. in tijden van onzekerheid, in
tijden van zich-herzien een jaarbeurs goede
diensten bewijzen, doordat de twee paTtijen,
die den handel beheerschen, de partij van
het ..aanbod" en de partij van de „vraag",
zich met elkander zeer nauw, op éénzelfde
oogenblik en op éénzelfde plaat? kunnen
verstaan en daardoor wederzijds peiling
kunnen nemen wat betreft moeilijkheden,
maar ook wat betreft.de mogelijkheden
om voor vraag en aanbod hot evenwicht te
hervinden.
Een bevredigend druk bezoek aan deze
Jaarbeurs wordt dan ook verwacht; de cij
fers van den voorverkoop der aangevraagde
foegangsbewijzen zijn gunstig; van verschil
lende plaalsen zijn collectieve bezoeken van
handels- en middenslandsvereenigingen aan
gekondigd. Natuurlijk zal een Jaarbeurs In
lijd van depressie met levendigen omzet, wat
handel en vertier aangaal. een vergelijking
met „iop"-beurzen moeilijk kunnen door
staan. In crisistijd komt een andere taak
van het Jaarbeursinstiluut meer naar voren.
De vooruitzichten zijn voor het Jaarbeurs
instituut niet ongunstig om steun te vinden
voor bet vertrouwen in die taak.
De greepen.
Over de XXUIe Nederlandsche Jaarbeurs
in engeren zin nog eenige mededeelingen.
De gebouwen zijn vol, een gedeelte van het
terrein Vrcdenburg wederom mede in ge
bruik genomen. Hel aantal deelnemers be
draagt 1012. De Oostenrijksche groep is
weer present en speciaal zij in dit verband
genoemd do deelneming van de Oostenrijk
sche Tabak-Regie; een kleine Hongaarsche
groep te r plaatse, waar tijdens de Voorjaars
beurs een groep Zwitsersche industrieën
(dio alleen aan de voorjaarsbeurzen deel- I
nemen) was samengebracht, is tevens, als
nieuwe verschijning' voor de eerste maat ter
Jaarbeurs aanwezig. De plaatsing der groe
pen is dezelfde gebleven. De groep Bouw
materialen. die alleen aan de voorjaars
beurzen deelneemt, is in de nieuwe zalen
beganegronds vervangen door inzendingen
op automobielgebied en in de semi-per
manente hal door de groep Werktuigen
en Machineriën voor de Zuivelindustrie.
Voor inkrimping van het aantal beursdagen
zooals te Leipzig Sn verband met de eco
nomische omstandigheden heeft plaats ge
had achtte het Jaarbeursbestuur geen
reden aanwezig. De beurs zal, als gewoon
lijk, tot en met Donderdag over acht dagen
duren. De gemeente Utrecht heeft haar
Lichtweek met onze Najaarsbeurs doen
samenvallen, zoodat de avonduren ongetwij
feld menigen bezoeker in Utrecht zullen
welen vast te houden.
De indeeling.
Wat de indeeling van het nieuwe gebou-
wen-comaplex betreft, bevindt het Jaar
beursinstiluut zich nog eenigermate .,m de
verhuizing". Hiermede in verband staat de
afwezigheid ditmaal van de Koloniale Af-
deeling. Het Handelsmuseum van het Kolo
niaal Instituut te Amsterdam, dat van de
ecr9te Jaarbeurs at op elke beurs iets
nieuws op het gebied der Koloniën wist te
brengen' is dit jaar en het volgende jaar
buitengewoon bezet met werkzaamheden
voor de Koloniale Tentoonstelling te Parijs,
hetgeen in gemeen overleg met het Jaar
beursbestuur geleid heeft tot een tijdelijke
opheffing van de Koloniale Afdeeling met
behoud echter van het Inlichtingenbureau.
De bedoeling is echler, dat do Koloniale
Afdeeling aan de Voorjaarsbeurs 1932
wederom zal deelnemen. Tn de aldus vrij
gekomen ruimte zal tijdelijk do Jaarbeurs-
administratie worden gevestigd. In verband
met het ook op deze Najaarsbeurs gebleken
gebrek aan expositieruimte, heeft het Jaar
beursbestuur onderhandelingen aangeknoopt
voor een tweede uitbreiding van het Jaar
beursgebouw met de bedoeling, dat deze voor
1 Januari 1932 met het oog op den. terug
keer der Koloniale Afdeeling op de Voor
jaarsbeurs 1932 zal kunnen worden tot
stand gebracht.
De Zuivelbondkwestis.
Men heeft getracht het Jaarbeursinstiluut
te betrekken in de boycotbeweging tegen,
Duitsche waren. Het bestuur van den Alge
meenen Nederlandschen Zuivelbond richtte
een brief tot het Jaarbeursbestuur, waarin
hot, in verband met da ingezette boycot
beweging tegen Duitsche goederen, verzocht
de actie van den Bond te willen steunen
door geen 9tandruimte voor Duilsche goe
deren te verhuren en aan do contractanten
der eventueel reeds voor Duitsche goederen
verhuurde ruimten te verzoeken, ditmaal, in
verband met de boycotbeweging, geen deel
aan de zuivclbeurs te nemen.
Het Jaarbeursbestuur heeft het bestuur
van den F.N.Z. laten weten, dat het zulks
prinoipieel in strijd acht met het, door de
Nederlandsche Regeering erkende, inter
nationaal karakter van het Nederlandsche
Jaarbeursinstituut om buitenlandsche goe
deren te weren.
Deze beslissing bad een principieel ka
rakter. Een ander standpunt is nu en
later voor een internationaal Jaarbeurs
instituut niet mogelijk. Open voor allo deel
nemers, onder welke omstandigheden ook,
is onafwijsbaar parool voor een Jaarbeurs,
die zich internationaal noemt. Het buitenland
moet daarop kunnen vertrouwen 1
Elke poging in anderen zin zal bij het
Jaarbeursbestuur nul, maar dan ook een
groote nul op het request krijgen!
De koloniale aideeling.
De „Koloniale Jaarbeurs". Het Jaarbeurs
bestuur heeft eenige tijd geleden het initiatief
genomen om bij de Regeering aan te dringen
op eene demonstratie, ten einde den Neder
landschen uitvoer naar Nederlandsch-Indië
te bevorderen. Dit initiatief heeft geleid
tot do instelling van eene Commissie tot
Bevordering van den Nederlandschen Uit
voer naar Ned. Indië, onder voorzitterschap
van den voorzitter der Jaarbeurs, den heer
Fentener van Vlissingen en bestaande o.m.
uit verschillende Indische specialiteiten op
het gebied van industrie en handel. Deze
commissie heelt einde van het vorige jaar
reeds haar taak aangevangen door het uit
zenden van den heer van Goor naar Indië
met de opdracht aldaar zooveel mogelijk
monters te verzamelen van buitenlandsche
goederen in Indië gangbaar, benevens van
gegevens op die goederen betrekking heb;
bende. Eenige weken geleden is de beer
van Goor met een belangrijke oollectie thuis-
gevaren. De demonstratie, waaromtrent
binnen zeer korten tijd nadere bijzonder
heden gepubliceerd zullen worden, zal in
October of November, in het Jrai beurs
gebouw alhier worden gehouden.
De 23ste Jaarbeursklok, zal door den
nevei heen zijn geluid doen weerklinken,
om de zakenmenschen te zarnen te roepen
tot werkzaamheid en waakzaamheid. Aan
Schiller zjj ontleend de klokkespreuk „Vivos
voce", want ook de Jaarbeurs roept tot
zich: „de levenden!"
ft
Na afloop van deze, als steeds belang
wekkende rede van den heer Graadt van
Roggen, vond een korte voorbezichtiging
plaats. Het was nog de bekende chaos,
die op den openingsdag echter onverbiddelijk
tot do grootste orde herschapen moet zijn.
Aan het persdiner werden hartelijke woorden
gesproken o.a. door Jhr. Op ten Noort, namens
den Raad van Beheer en de hoeren Rade-
maker en H. Hanteliffe resp. namens
de Nederlandsche en buitenlandsche journa
listen. Er heerschte naar aanleiding van
de woorden van den secretaris-generaal een
opgewekte stemming.
RECLAME.
BEGRAFENISSEN T«l. B61
AUTO-TRANSPORT
Aalmarkt 16. CREMATIE
4762
NED. HERV. KERK.
Drietal; Te Breda: C. D. Israël Jr. Ie
Hattem; G. do Vries te Hoerde en J. F. L. A.
de Jagher te Delden.
Beroepen: Te Nes en Wierum. J H.
F. Engel, cand. te Groningen. Te Hol-
landscheveld, J. F. Th. v. d. Linde, te Heeg.
Aangen o m e n; Naar Koekange, H.
G. Mooi, cand te Hallum (Fr.) Naar
Oost'huizen, E. B. Meijer, te Gasselte (Dr.).
naar Nieuw Beerla H. Bax te Akersloot.
Bedankt: Voor Abbenbroek, J. W,
Roobol, te Winterswijk. Voor Groenlo,
Mr. C. J. Bartels, to Lathum c.s. (Geld.)
Voor IJlst, C. D. Israël, te Hallem.
REM. GEBET. GEM.
Tweetal: Te Meppel, J. H Grosnê-
wegen, te Arnhem; en W. N. v. Nooten, té
Boskoop.
GEBET. GEMEENTEN.
D riet al; Te Grijpskerk (Gr), H J.
Jager, te Jutrijp-Hommerts; L van Urk, te
Scxbierum; en J. Velsink, te Muaselkanaal
Beroepen: Te Urk, S. Wouters, te
Dronrijp, Te Oudega-Smallingerland, J.
C. J. Kuvper, cand. te Haarlem.
TE VEEL SCHOLEN.
Men schrijft aan het H'bld.
To Haulerwijk (Fr.) zal het aanlal scholen
met een Hervormd Chr. onderwijs vermeer
derd worden.
In dat dorp met 2434 zielen zullen dan
zes soholen zijn, twee openbare en vier
Christelijke. Dal is voor elke 406 inwoners
een school!
zaten in hotel „Chiquilo" beliagelijk.
Makkelijke rieten stoelen, bij elkaar en
al en toe aan onze cocktails, die in
jlazen vóór ons op een tafeltje ston-
a genoten van onze vrijheid en ons
- mijn vriend Astrugo en ik.
•te heeren, zeer speciale typen, die vol-
het karakteristieke vertoonden van
■Wrikaanschen detective, kwamen het
jj? binnen en boeiden mij onmiddellijk,
'even een oogenblik staan vóór de door
kende aquariums, die de wanden vorm
en de hotelhal, alvorens een tafeltje
"trveeren. De een was iemand van de
l,'t, kloek-mannelijke soort: de andere
'ten nadere studie waard.
daarginds heb je Rex Coxwell",
''ale Astrugo.
■Jt» je hem: je meent toch den grootste?"
dien bedoel ik".
ik dier persnon nader opnam, zag
"heen hoe ook andere gasten in hem
;{>e9sperd waren Zij r» gezicht vertoonde
lapitalen adelaarsneus, tevens een
Ij®, vóórnaam-gesneden, energieken
zijn oogen echter waren heel bijzon-
dor, van merkwaardig-fa9cineerende kracht,
niet groot, van een niet te omschrijven
glans, van een zeldzame, staai-harde uit
drukking.
Hij zag de zaal rond. Toen zijn blik mij
Irof, kreeg ik een onbehagelijk gevoel, alsof
een al te sterke, electrische stroom door mijn
leden was gegaan. Hij herkende Asfrugo en
wenkte hem met de hand ten groet. Daarop
ging hij ergens zitten' met den rug naar ons
toe. wat mij zeer welkom was.
„Deze Coxwelt vervult mij met angst",
fluisterde ik tegen mijn Braziliaanschen
vriend.
,-Hij is alleen gevaarlijk voor booswichten,
die dat verdienen. Verder is hij de beste
kerel, dien je je kunt voorstellen en die zich
ook wit graag eens wil amuseeren
„Wat voor broep heelt die Amerikaan van
jou eigenlijk?"
„Hij is bij de politie.
.•Dat dacht ik al; daar had ik van alles
op willen wedden. Die Coxwell heeft zeker
een merkwaardigen speurneus. Is hij een
meester in de kunst van detective-spelen?"
„Dat zou ik denkenI" beaamde Astrugo.
„Hij vereenigt in zich alle eigenschappen
van een 1ste klasse detective, die bii ande
ren alleen maar in détail aanwezig zijn. Heb
je zijn oogen gezien? Hij houdt er misda
digers mee in toom. Wanneer er ook maar
van de geringste verdenking sprake is. is het
voor Coxwell voldoende den verdachte
slechts aan te zien. De onschuldige zal zijn
blik kunnen weerstaan, de schuldige nim
mer."
„Je kent hem uit Brazilië?"
„Ja. ik leerde hem in San Paulo kennen.
Hij was epn aangename kerel en reisde in
gezelschap van een anderen detective' die
zijn leerling was: Archibald Johnson De
Noord-Amerikanen hebben in Brazilië de
meest ingewikkelde belangen te bescher
men. Daarom was het heelemaal niet ver
wonderlijk. dat Coxwell. die daarbij vol
maakt Portugeesch spreekt, zich in het land
bevond".
Astrugo's blik rustte minutenlang op de
j opaliseerende aquariums, waarin lallooze
visschen in sierlijke lijnen zich bewogen.
Zij hebben de groolle van forellen", zei hij
I plotseling. „Bij de heilige moeder Gods van
1 Penha men zou zo. van dezen aisland ge-
zien. voor Piranha's kunnen houden".
Deze plotselinge wending in 't gesprek
verraste mij ten zeerste.
„Wat heelt dit met elkaar te maken",
vroeg ik. „Hoe breng je deze visschen in
verband roet de politie?"
„Omdat alles in het leven mot elkaar
samenhangt".
„Ik weel altijd nog niet wat een Piranha
is.
Eon heele mooie vi9ch, mijn waarde. Niet
grooter dan de visschen in dit aquarium,
maar even fijn, even haastig. Doch, beoor
deeld uit 't oogpunt van den Braziliaan,
bezit deze genoemde visch twee fouten.
'Allereerst een dubbele rij van dicht aan-
ééngedrongen spitse en soherpo tandjes,
die daarbij dusdanig sterk zijn, dat één
-dnkele beet voldoende is om een bot of zelfs
een dunne metalon stang door en door te
bijten. Ten tweede stort zich deze roof-
visch op alles, wat in het bereik komt van
zijn blik. De eenmaal beloerdo buit wordt
op honderd plaatsen tegelijk aangevallen.
Deze visch strijdt niet. Hij bijt een stuk
vleosch weg en schiet meteen weg. Een
verdediging is absoluut uitgesloten. Eén
bloeddruppel is er maar noodig om hem
aan te trekken. Met een krokodil zijn de
Piranhas binnen eenige minuten klaar. Een
mensch is binnen een kwartier een keurig-
geprepareerd skelet. Op do Araguaya, de
Tocantin of in de bijrivieren van de Ama
zone zou geen mensch het wagen bij een
roeipartij de hand in den stroom onder te
dompelen. Enkele oogenblikken later zou
hij dit met eemigo vingers ingeboet heb
ben."
Ik wendde mijn blik van de aquariums
af en zei kort:
Vertel nog eens wat van Ooxwell."
Jij zoudt er ook do man niet naar zijn,
om öp onze stTOomen uneo uit gondelen te
gaan," merkte Astrugo spottend op.
,,Ik moet bekennen, dat ik onze rivierén
prefereer, waar men zonder gevaar baden
kan. Maar vertel toch van Coxwell in ver
band met jouw vraatzuchtige Piranhas."
.Welnu, vooruit dan maar, luister goed:
Ooxwell en Johnson waren werkzaam
voor een Bostonsoh consortium, dat in Bra
zilië door een goed georganiseerde bende
stelselmatig word gedwarsboomd io zijn
handelingen. Coxwell had maling Aan de
hulp der Braziliaansche politie en beweor-
do het er zonder te kunnen stellen en inder
daad een maand later zaten de hoofdschul.
digen achter slot en grendel. Jammer ge
noeg beging Coxwell de groote fout van
in het land te blijven. Hij bezat een schaar
van goede vrienden, zoodat hij de op wraak
beluste elementen geheel uitschakelde. On
gelukkigerwijze werd zijn leerling hiervan
het offer. Johnson werd in een hinderlaag
gelokt en gedood. De politie vond geea
spoor van den moordenaar, die natuurlijk
er vandoor was gegaan; schijnbaar had