m BEIDER WEG. 71»fc Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 6 Augustus 1930 Derde Blad No. 21591 UIT DE RAADZAAL. KERK- EN SCHOOLNIEUWS. DE VLUCHT UIT DE POPPENKAST VAN JAN KLAASEN EN TRIJNTJE. FEUILLETON. De gemeente hoofdaandeelhondster dei Lddsche Duinwater Hij. I Slecht één punt van beteekenis prijkte er i de jongste raadsagenda, doch dit punt it er dan ook wezen! In de eerste 5 was er eventjes een bedrag van 1V> »--r: gulden mede gemoeid en in de plaats betrof het een zaaJk van jewidhtig gemeentebelang. Onwil- is men geneigd op het zoo hooge [oraj" allereerst de aandacht te vestigen j'drarom noemden wij dat ook het eerst ch als puntje bij paaltje koml, is het meentebelang lodh verreweg dommeerend IMen zal zeker reeds begrepen hebben, ,1 rae; bovenstaande het voorstel inzake de Cidsche Duinwatermaatschappij wordt be eld. wethouder Gtwlmga werd een waar gesproken, toen hij opmerkte, dat het van B. en W. zich verplicht had met dit voorstel in den Raad te jen zelfs dan. wanneer het college ge- :nd had, het voorstel te moeten ont- L Hier deed zich namelijk een gelegen- voor om, praotisch gesproken, in het van de waterleiding te komen, die zich -er eerder had voorgedaan en vermoe- l binnen afzienibaren tijd niet weer zou loen, zoodat het college een afwijzing alleen voor zijn verantwoordelijkheid willen nemen. Hetgeen alleszins be- iipelijk is, gelet op de belangen, die op het el stonden! Volkomen duidelijk is toch [1 geworden, dat een naasting der maat- ïij volgens de bepalingen van de con- tot de onmogelijkheden moet woTden tend, daar absoluut niet is te bepalen, een som daarmede zou zijn gemoeid, u.t dit slechts een sprong in het duister zijn, die geen verantwoordelijk lichaam zijn rekening zou willen nemen. bezitters der Duinwatermaatschappij liroen nu met een voorstel, dat de ge uite in staat stelde, vrijwel eigenares te :den van een bedrijf, dat men mag nu ian tegenover particulier initiatief of over- lidsbedrijf zooals men wil in handen overheid behoort te zijn, daar het de pui en omega is van hygiëne en alles, it daarmede annex is; zelfs een der eerste grootste levensbehoeften moet worden ge- ernd. Dit den aard der zaak wordt hier- ice niets kwaads bedoeld ten opzichte van Leidsche Duinwatermaafschappij, die, wij men dat gaarne en met veel genoegen, lusver zich op uitmuntende wijze van verplichtingen heeft gekweten en op en dank verdient voor haar geleverde staties. Zelfs zoodanig, dat zij te goed moeten worden geacht om tegen eigen onder dwang of pressie het veld te moe- ruimen! zien het feit, hoe van 'dit laatste geen ;e kon zijn, daar de maatschappij zelf het voorstel kwam en ook overigens in onderling overleg en met onderling inden was geregeld, mocht het voorstel ir en alleen bezien worden uit het oog van het gemeentebelang, zonder meer! i vraag was derhalve, of het voorstel uit iwnte-oogpunt bekeken, te accepteeren ja dan neen! Het college van B. en W. Jilwoordde met de grootst mogelijke irderheid deze vraag bevestigend en ook rud deed tenslotte na ampele beraadsla- igen, met groote meerderheid hetzelfde, bazen behoeft dat zeker niet, want het een groot waagstuk zijn geweest, deze r'S te laten glippen. Ongetwijfeld zijn er enkele bedenkingen, 1 tegenstanders hebben die naar behooren twikkeld, doch zij waren o.i. niet van ree! gewicht, dat hel aanging de moge- heid om de waterleiding te brengen aan gemeente voorbij te laten gaan. Direct lancieel bezwaar was er allerminst, daar Jandeelen werden aangeboden legen een Ijs. d!e in ieder geval verre blijft beneden i laagst denkbaren naastingsprijs. Dat den .«ieelhouders de volle prijs wordt be- ald.kan moeilijk anders dan billijk worden inoemd. Tegen den prijs was dientenge- Ize ook geen oppositie als zoodanig. Ook trachtte de heer Donders te becijferen. 0 hel accres der winstberekening van B. en W. niet in verhouding stond tot het geld, dat in de zaak werd gestoken, hetgeen B. en W. evenwel voldoende weerlegden. De bezwaren waren meer van bijkomsti- gen aard: gewezen werd op onzekerheid ten aanzien van den toestand van het 'bui zennet en wat betreft de mogelijkheid van voldoende waterwinning in de toekomst! Wat het buizennet betreft, leken ons de bezwaren na het rapport van Ir. Krul de poging van den heer Donders om in dit opzicht dezen in tegenspraak te brengen met zich zelf was al bjjzonder weinig steek houdend! hee! weinig zeggend, in tegen stelling met die inzake de waterwinning in 'd'e toekomst en de heer Donders, wel de meest principieele en best uitgeruste tegenstander, slaagde er o.i. in, deze be zwaren duidelijk naar voren te brengen, a! vergiste hij zich dan ook in het moment van intreden van gevaar in deze materie. Dat gevaar is eehter heusch niet denk beeldig en dat moet ernstig worden bestu deerd; we zouden bijkans willen zeggen: vanaf den huidigen dag! Doch juist uit dit gezichtspunt beschouwd, moest het voor stel mede worden aanvaard, al tast dit ge vaar finantieel de regeling inderdaad eenigs- zina aan, daar de gemeente geacht mag worden scherper en zorgvuldiger te zullen waken voor een goede watervoorziening dan welke particuliere maatschappij ook! Tot uiting komend in het beleid vanaf de over neming. Eindigen willen tvij met te wijzen op de wenschelrjkheid, dat. nu de gemeente baas wordt als voornaamste aandeelboudster, zij wordt niet geheel en alleen baas, krijgende een 430 van de 450 aandeelen het bedrijf zal worden voortgezet op de zelfde wijze als totdusver; m.a.w. dat niet door meer personeel en meer van dat alles, wat een gemeente-dienst duur maakt, de kosten worden opgedreven. Uit den raad werd daarvoor eveneens gewaarschuwd en met recht, doch wethouder Goslinga sloeg den spijker op zijn kop, toen hjj in dit verband er op wees, hoe de raad dit in hoofdzaak in eigen hand heeft! Een gewichtig besluit is gevallen! Moge het inderdaad in de toekomst blijken te zifn geweest in het gemeentebelang. In verhouding tot bovenstaande was ai het andere slechte klein gedoe en wij meenen daarvoor naar het verslag te mogen verwijzen. PREDIKBEURT BODEGRAVEN. CEr. Geref. Evangelisatie (Willemsir.)": Hedenavond halfacht, de heer O. B. Zpker van Rotterdam. NED. HERV. KERK. BeroepenNaa-r Giesendam Neder-Har- dinxveld ds. J. Haring, te Benthuizen; naar Groenlo m<r. C. J. Bartels, te Lathum. Aangenomen: Naar Doeveren (toez.): W. A. van Bruggen te Helenaveen. Bedankt: Yoor Meppel: J. Th. Meyer te Gendt; voor Witmarsum, J. G. Fischer te Jukwerd. GEREF. KERK. Tweetal: Te Achlum: T. de Boer, cand. te 's-Gravenhage en M. Norg, cand. te Zwolle. CHR. GEREF KERK. Bedankt: Voor Harlingen; W. Kremcr te Kornhorn; voor Opperdoes: A. Gruppen te Zwaagwesteinde. ALGEMEENE SYNODE DER NED. HERV. KERK. XVÜIT. De eind-redactie van de in de zitting van gisteren voorloopig aangenomen wijzigingen van art. 11 regl. ketkeraden en art. 23 regl. vacatures wordt goedgekeurd. (In art. 516. Daar hing de dief. Hij was gevangen, werd mee gesleurd over den grond. Hij wist hel, hij kon niet ont komen. hij keek wanhopig in 't rond. Nu was 't gedaan. Hij moest boelen, voor alles wat hij eens misdreef „Ik zal 't niet weer doen", riep hij huilend, „dat beloof ik, zoolang ik leef." 510. Daar hing de autodief te spartelen en te trappen in de lucht. Wanhopig bewoog hij zijn handen en schreeuwde, kermde geducht. „Het is hem aan te zien, dat hij bang" is. men het van zijn gezicht atleest. „Het is je eigen schuld", riep Katrijntje, „waarom ben je ook slecht geweest". U al. 1 kericeraden worden de woorden: „zij gaat gepaard enz." vervangen door: „zij blijven hun ambt waarnemen tot de bevestiging der nieuwbenoemden, tenzij deze niet binnen twee maanden na den dag der aftreding plaats vindt." In art. 423 al. 1 regl. vacaturen: aan het slot toe te voegen: „ter plaatse waar deze gewoonlijk gehouden worden" en al. 4 te lezen: „De ring bepaall, rekening houdende zoowel met het belang der vacante als der overige ge meenten, onder goedkeuring van het clas sicaal bestuur, ot de beurlen des voormid dags, des namiddags of op andere uren zullen worden gehouden." De president stelt voor een brief van prof. dr. Bdhl, begeleidende een resolutie van het executief-comité van het centraal bu reau voor kerkelijke hulpacties over een op te richten internationale „Kreditgenos- sensohaft", aan de commissie voor do bui- tenlandsche kerken in overweging te geven Alzoo wordt besloten. Een brief van leden der Hervormde ge meente te Ddkkum over nietdoelating van een ringpredihamt tot het vervullen van een predikdienst in die gemeente, zal aan het cl. bestuur van Dokkum worden ge zonden. In behandeling komt een rapport van den heer van der Meene over een voorstel van de heeren dr. Niemeijer, prof. dr. Brou wer en den rapporteur zeiven, tot het be noemen van een commissie van 5 leden „le om te onderzoeken, of door wettelijke maat regelen kan worden bevorderd, dat de ver schillende richtingen in de kerk in vrede samenwonen, en de godsdienstige belangen van haar aanhangers kunnen behartigen; 2e, om, indien dat onderzoek leidt lot een bevestigend antwoord, bepaalde voorstellen daartoe te formuleeren. Het voorstel tot benoeming van een commissie wordt aangenomen met 13 tegen 6 stemmen. Tegen hebben zich verklaard de heeren te Winkel, Barbas, van Loo, Sneep. Bloem en de president. De benoeming van de leden der com missie wordt aan de alg. synodale com missie opgedragen. Thans is aan de orde een rapport van prof. Knappert over een voorstel van den heer van der Veen tot herziening van de liturgische geschriften. Vier leden der rip- porteerende commissie vinden het voorstel ontijdig. Zij wijzen er op dat de predfkantm in het gebruik dier geschriften vrij zijn. Maar de 4 andere leden zijn van oordeel, dat vooral het doop- en trouwfo-mulier wij ziging behoeven. Wel erkennen zij, dat de herziening zeer moeilijk zal zijn, maar „reeds de poging zal van groote beteekenis wezen." Zij stellen derhalve voor, een com missie te benoemen, met opdracht, om de bedoelde formulieren naar inhoud en vorm te besludeeren, rapport van hare bevindin gen uit te brengen en, zoo mogelijk, een ontwerp van gewijzigde formulieren bij de synode in te dienen. Prof. Brouwer wijst op de Gereformeerde en ook op de Indische keuken, waar men inderdaad herziene formulieren bezit. Doch versohillende leden verheffen hunne stem tegen het voorstel. Zij vreezen ook, dat er nog maar weer een nieuw shibboleth bij komen zal. Er is zoo straks van „vredig samengaan" gesproken. Hier zal de vrede weder worden verstoord Ook wordt er op gewezen, dat de synode niet bevoegd zou zijn, de liturgische geschriften, waarin de belijdenis der kerk tot uitdrukking komt, te wijzigen. De boven vermelde conclusie van het rapport (tot benoeming van een com missie van revisie) wordt in stemming ge bracht en aangenomen met 14 tegen 8 stemmen, (Tegen stemden de heeren te Win kel, Bartbas, van Loo, van Oeveren, van der Meene, Bloem, Boonstra en de president terwijl ook de secretaris tegen adviseerde.) Aan de orde is nu het rapport van den heer Boonstra over verschillende stukken, welke betrekking hebben op de verwerping van het reorganisatie-ontwerp door de bui tengewone Synode van Januari 1930. Aan het hoofd van die stukken gaat het verzoek van het voorloopig moderamen van het „Nederlandsch Hervormd Verbond." Het rapport wijst er op, dat de indiening van het verzoek om het reorganisatie-ont werp opnieuw ter hand te nemen moet wor den aangemerkt als een daad van ongepas- ten ijver, al moge tot verontschuldiging dienen de groote liefde van hen die het in dienden voor bun keikideaal. De verwer ping van het reorganisatie-voorstel is geen lichtvaardige daad geweest. En de indieners van het verzoek leggen een te 6terk accent op het raadplegen van het oordeel der kerk Bovendien heeft het verzoek niet veel weerklank gevonden in de kerk. Slechts 25 van de 45 classikale vergaderingen hebben haar oordeel uitgesproken. En van die 25 hebben 6 ongunstig geoordeeld. Het rapport wijst er verder op dat het plan van een Groote Synode in het reorga nisatie-ontwerp minutieus was uitgewerkt en dat het inslantelijk moet blijven rusten. De meerdeiheid der commissie adviseert, niet in te gaan op het verzoek van het Ned. Hervormd verbond. Een lid stelt voor, overeenkomstig dit ver zoek te handelen. Ook dit rapport geeft aanleiding tot ge- dachtenwi99eling, of juister, tot het uitspre ken van de overtuiging van hen, die met het eene lid der commissie meegaan. Zoo wel de heer Te Winkel als de heeren Van Loo e<n Bloem voeren in dien geest het woord -Het voorstel van de meerderheid wordt echter aangenomen met 15 tegen 4 stemmen. (Tegen hebben gestemd de heeren Te Winkel, Van Loo, Sneep en Bloem.) De president bespreekt vervolgens het belangrijke verslag van de Commissie voor diaconale armenzorg. Hij ridhrt tot den voorzitler dier commissie, den heer Eilerts de Haan, het verzoek den dank der Synode aan de commissie te willen betuigen •voor haar vruchtbaren arbeid. 0 LEERAARSBENOEMINGEN. Bij Kon. Besluit is: met ingang van 1 September 1930. be noemd tot leeraar aan de R-H.B S. te Co»t- burg, P. N. Kruithof, tbans tijdelijk lee raar- aan die school; is wederom tijdelijk benoomd tót leeraar aan de R.H.B.S. te Oud-Beijerland, M. M Bartelse; is, met ingang van September J930 benoemd tot leeraar aafi de R.H.B.S. te Purmerend, P. Hildering, thans tijdelijk leeraar aan die school; zijn benoemd aan de R.H.B.8. te Wa- geningen, met ingang van I September 1930, tot leeraar O. A. Verhey, thans tij delijk leeraar aan die school, en is we derom tijdelijk benoemd tot leeraar B. J. Timmer; is, met ingang van T September 1930 aan G. Lottering, wegens Opheffing van zijn betrekking eervol ontslag verleend als leeraar aan do R.H.B.S. le Bergen op Zoom. O Dr. P. T. E(NK. Bij K. B. is benoemd tot gewoon hoog leeraar in de faculteit der letteren en wijsbegeerte aan do Rijksuniversiteit te Groningen, om onderwijs te geven in de Latijnsche taal Sn letterkunde, de heer dr.- P. J. Enk, rector aan het gemeentelijk gymnasium te Leeuwarden. De nieuwbenoemde hooglceraar, die de Opvolger is vsd den naar Utrecht benoem den prof. dr. H. Wagenvoort, is Ongeveer '45 jaar oud. Hij is lesraar geweest aan de gymnasia le Dordrecht, Assen en Lei den en werd daarna benoemd tot rector aan het gemeentelijke gymnasium te Zwolle. Hij promoveerde in Mei 1911 met lof aan de Rijksuniversiteit te Loiden op een proefschrift, getiteldAd Propertn carmina commentaries criticus. Hij stelde enkele bloemlezingen samen voor do hoogste klas der gymnasia en een weten schappelijke editie over den dichter Grat- tius. In 1923 verscheen er van zijn hand ben handboek ever de Latijnsche letter kunde. dat in het buitenland alom werd geroemd. Hij is thans, behalve rector aan het stedelijke gymnasium te Leeuwarden, ook de bibliothecaris van de B. U. M. A.- bibliotheek aldaar. Sinds 25 November 1929 is dr. Enk privaat-docent in de ge schiedenis der Romeinsche letteren aan de Groningsche universiteit. pi naar het Engelsch' - H. AATONSEN (Nadruk verboden). I De magere stak een van zijn lange armen I' en haalde uit een hokje van zijn bureau lei gedrukt formulier. Daarna doopte hij een F1 in den inktpot en wendde zich tot den pren. I ~.In de smelterij hebben ze nog iemand l'teig, zei hij. Ah zoo, antwoordde de dikke, alsof dat 3 geheel nieuws voor hem was. Zegt u eens, zei hij tegen Dick, bent I rï). n eer'iik en betrouwbaar. I Dick keek hem verontwaardigd aan. Ia ziet u, vervolgde de dikke, er ligt heel wat edel metaal zoo maar voor grijpen, goud, zilver en platina. Zoudt u 'ra tegen hebben 's avonds, voodat u huis gaat, gefouilleerd te worden? Heelemaal niet, zei Dick. rZiet u, zei de dikke bij wijze van uit- moeten hier wel erg precies zijn, niet nar Bentham? - Wanneer kunt u beginnen, mijnheer Manners? vroeg de magere, op- pwe. I,he' werk? Morgen. Vandaag, als magere glimlachte. I*- p, u dan Maandagmorgen. Mijn- j[t, "^nlham zal verder wel voor u zorgen, aanvangsalaiis is hier vijf en twintig Per week en als uw werk voldoet, krijgt u op het eind van het jaar een ver hooging van tien pond. Des middags moet u boven lunchen. En theedrinken kan ook, niet waar Bentham? Bentham knikte. Nu dandat is alles. U wordt wel bedankt, zei Dick uit den grond van zijn hart O, maar zeg eens, kwam de dikke tus- schenbeide. in de smelterij werken ze des nachts immers door? Is het zoo niet? U krijgt tien shilling extra voor nacht werk, zei de magere, en den volgenden dag vrij. Dank U. dat is uitstekend, zei Dick. Goeien dag! zei de magere. In orde mijnheerl zei Dick. Mijnheer Bentham bracht hem het kan toor uit en zei, met een knikje tot afscheid- Dus Maandag om negen uur. In ord,e mijnheerl zei Dick. Hij groette den portier met een slralend gezicht en ging de straat op. Hij liep bijna te dansen. Londen zag er in eens zoo heel an ders uit. Het geraas om hem heen k'onk hem zoo heel anders in de ooren. Hij had nogmaals een kans gekregen en hij zou er met den moed der wanhoop aan vast houden. XXIII. Een magere, ingevallen vrouw met plat voeten en ongekamd haar. die op pantof fels liep, die bij het. trappenloopen uitstof ten, zoodat de groote gaten in haar kousen zichtbaar werden, zette een klein kannetje heet water neer, richtte zich morrend weer op en klopte op de deur. Zeven uurl riep ze. Er kwam geen antwoord. Hemel, wat een slaapkop.... Zeven uur! In zich zelf mopperend, klopte ze nog maals, totdat er antwoord. Heet water staat buiten, mijnheer, zei ze en liep stoffend weg. De kamer waar ze had aangeklopt, lag r.og in het donker. De gordijnen waren dicht. Uit het bed klonk een diepe zucht. Op het kussen, boven de dekens was niets anders te zien dan een verwarden haardos van een jongen man. Er ging een minuut voorbij, waar in hij weer scheen in te slapen. Maar op eens klonk er een verschrikte kreet uit het bed dekens en lakens werden haastig opzij ge worpen on Dick sprong le voorschijn en ging jachtorig naar het raam om de gordij nen open te trekken. Het was zijn eerste morgen in de kleine slaapkamer in Little James Street, dicht bij Piccadilly. Lieve hemel I Zeven uur! Hij gaapte geweldig. Zou hij er nog vijf minuten inkruipen? Groote goedheid, dat hij nu aj moest opstaan! Hij had nog zoo'n slaap! Hij gaapte nog eens met een mond als een hooischuur zoo wijd. Het kamertje, waarvoor hij twaalf schil ling betaalde, was zoowat drie bij vier meter. Het ijzeren bed stond bij de deur. Er hingen een paar portretten v. den koning en van de koningin. Een kleerkast stond tegen den anderen wand. een waschtafel met een groote waterldt in een hoek, met een gebarsten spiegeltje er boven. Op den vloeT lag eerr veel te klein karpet. Verder stonden er drie stoelen, waaronder één ge makkelijke, één bruikbare en één erg wan kele. Dick's bezittingen lagen in wanorde ver spreid. Hij had nog geen tijd gehad om ze op te bergen en door dien warboel zag het vertrek er nog Iroosteloozer uit, dan bet al wa9. Hij keek naar het waschkommetje, dat de plaats van een badkuip moest innemen en liep naar de deur, om te kijken of er soms scheerwater gebracht was. Hij stak er zijn vinger in en vond het akelig lauw. Hij schoor zich zoo vlug mogelijk om het water niet heelemaal koud te laten worden. Toen hij zich na het wasschen afdroogde met een klein- versleten handdoekje, dacht hij er met een plotselinge schrik aan, dat hij nog voor zijn ontbijt zou moeten zorgen. Thuis had het ontbijt altijd klaar gestaan. Hij had niets te doen dan te eten. Maar hier in Londen had hij niet alleen het voor uitzicht van dagelijks om zeven uur te moeten opstaan, maar bovendien van zelf voor zijn ontbijt te moeten zorgen. Toen hij zijn das omdeed, moest hij al weer lachen. Wat kwam het er ook op aan? Als hij naaT Afrika was gegaan, dan had hij er 's morgens eerst op uit moeten gaan om een ontbijt te krijgen en had hij zich daarna eerst kunnen wasschen. En nu was het in elk geval zijn eigen ontbijt en betaalde hij het zelf. Om tien minuten voor achten liep hij fluitend naar beneden en begaf zich naar het dichts bijzijnde restaurant. Hij had Lon den nog nooit zoo in de vroegte gezien. Tot zijn groote verwondering liêp Regent Street al vol met meisjes, die naar haar werk gin gen en er over het algemeen veel opgeruim der uitzagen dan de mannen en toen hij in hel restaurant kwam op den hoek van Shaftsbury Avenue, waren ook daar reeds vrouwen reeds druk aan het werk. Dick begon na te denken. Toen een der meisjes hem gebakken eieren met spek en koffie bracht, vroeg hij haar: Hoe laat 6taat u op? Om half zes, antwoordde ze. Winter en zomer? Ze knikte van ja. Hebt u nog Iets anders nood;g? vroeg ze. Needank u. Hij keek haar peinzend na toen ze vroo- lijk wegtrippelde. Om tien minuten voor half negen stond hij weer op straat met een pijp in den mond en liep Shafsbury Avenue vlug af. Overal werden de luiken afgenomen en toen hij Oxford Street bereikte, stroomden de winkel- en kantoorbedienden overal reeds binnen. Alle bussen zaten vol. Troepen fietsers schoten hem voorbij en iedere twee minuten golfde er een menschenstroom uit de slatsons van den ondergrondschen spoor weg. Hoe dichter Dick bij zijn kantoor kwam hoe zenuwachtiger hij werd. Hij gevoelde, dat de anderen hem zouden uitlachen om zijn gebrek aan routine en den spot zouden drijven met zijn universitaire opleiding. Hij was er benieuwd naar wat ze hem te doen zouden geven en of hij er toe in staat zou zijn Toen hij den hoek van Hatton Garden om sloeg, sloeg hij zijn pijp uit, trok zijn das nog eens recht en keek naar de andere menschen die in de straat liepen, zich afvragend wie van hen allen ook naar Thomson en Taf- fery gingen. Hij was er om vijf minuten voor negenen. Er leek nog niemand te zijn. Buiten ston den een paar portiers in uniform le praten Ze verleiden hem, dat mijnheer Bentham er nog niet was. Ieder oogenblik ging ds deur open en kwamen er klerken binnen van allerlei leeftijd. OTorüt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1930 | | pagina 9