m BEIDER WEG.
71»fc Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 6 Augustus 1930
Derde Blad
No. 21591
UIT DE RAADZAAL.
KERK- EN SCHOOLNIEUWS.
DE VLUCHT UIT DE POPPENKAST VAN JAN KLAASEN EN TRIJNTJE.
FEUILLETON.
De gemeente hoofdaandeelhondster dei
Lddsche Duinwater Hij.
I Slecht één punt van beteekenis prijkte er
i de jongste raadsagenda, doch dit punt
it er dan ook wezen! In de eerste
5 was er eventjes een bedrag van 1V>
»--r: gulden mede gemoeid en in de
plaats betrof het een zaaJk van
jewidhtig gemeentebelang. Onwil-
is men geneigd op het zoo hooge
[oraj" allereerst de aandacht te vestigen
j'drarom noemden wij dat ook het eerst
ch als puntje bij paaltje koml, is het
meentebelang lodh verreweg dommeerend
IMen zal zeker reeds begrepen hebben,
,1 rae; bovenstaande het voorstel inzake de
Cidsche Duinwatermaatschappij wordt be
eld.
wethouder Gtwlmga werd een waar
gesproken, toen hij opmerkte, dat het
van B. en W. zich verplicht had
met dit voorstel in den Raad te
jen zelfs dan. wanneer het college ge-
:nd had, het voorstel te moeten ont-
L Hier deed zich namelijk een gelegen-
voor om, praotisch gesproken, in het
van de waterleiding te komen, die zich
-er eerder had voorgedaan en vermoe-
l binnen afzienibaren tijd niet weer zou
loen, zoodat het college een afwijzing
alleen voor zijn verantwoordelijkheid
willen nemen. Hetgeen alleszins be-
iipelijk is, gelet op de belangen, die op het
el stonden! Volkomen duidelijk is toch
[1 geworden, dat een naasting der maat-
ïij volgens de bepalingen van de con-
tot de onmogelijkheden moet woTden
tend, daar absoluut niet is te bepalen,
een som daarmede zou zijn gemoeid,
u.t dit slechts een sprong in het duister
zijn, die geen verantwoordelijk lichaam
zijn rekening zou willen nemen.
bezitters der Duinwatermaatschappij
liroen nu met een voorstel, dat de ge
uite in staat stelde, vrijwel eigenares te
:den van een bedrijf, dat men mag nu
ian tegenover particulier initiatief of over-
lidsbedrijf zooals men wil in handen
overheid behoort te zijn, daar het de
pui en omega is van hygiëne en alles,
it daarmede annex is; zelfs een der eerste
grootste levensbehoeften moet worden ge-
ernd. Dit den aard der zaak wordt hier-
ice niets kwaads bedoeld ten opzichte van
Leidsche Duinwatermaafschappij, die, wij
men dat gaarne en met veel genoegen,
lusver zich op uitmuntende wijze van
verplichtingen heeft gekweten en op
en dank verdient voor haar geleverde
staties. Zelfs zoodanig, dat zij te goed
moeten worden geacht om tegen eigen
onder dwang of pressie het veld te moe-
ruimen!
zien het feit, hoe van 'dit laatste geen
;e kon zijn, daar de maatschappij zelf
het voorstel kwam en ook overigens
in onderling overleg en met onderling
inden was geregeld, mocht het voorstel
ir en alleen bezien worden uit het oog
van het gemeentebelang, zonder meer!
i vraag was derhalve, of het voorstel uit
iwnte-oogpunt bekeken, te accepteeren
ja dan neen! Het college van B. en W.
Jilwoordde met de grootst mogelijke
irderheid deze vraag bevestigend en ook
rud deed tenslotte na ampele beraadsla-
igen, met groote meerderheid hetzelfde,
bazen behoeft dat zeker niet, want het
een groot waagstuk zijn geweest, deze
r'S te laten glippen.
Ongetwijfeld zijn er enkele bedenkingen,
1 tegenstanders hebben die naar behooren
twikkeld, doch zij waren o.i. niet van
ree! gewicht, dat hel aanging de moge-
heid om de waterleiding te brengen aan
gemeente voorbij te laten gaan. Direct
lancieel bezwaar was er allerminst, daar
Jandeelen werden aangeboden legen een
Ijs. d!e in ieder geval verre blijft beneden
i laagst denkbaren naastingsprijs. Dat den
.«ieelhouders de volle prijs wordt be-
ald.kan moeilijk anders dan billijk worden
inoemd. Tegen den prijs was dientenge-
Ize ook geen oppositie als zoodanig. Ook
trachtte de heer Donders te becijferen.
0 hel accres der winstberekening van B.
en W. niet in verhouding stond tot het geld,
dat in de zaak werd gestoken, hetgeen B.
en W. evenwel voldoende weerlegden.
De bezwaren waren meer van bijkomsti-
gen aard: gewezen werd op onzekerheid
ten aanzien van den toestand van het 'bui
zennet en wat betreft de mogelijkheid van
voldoende waterwinning in de toekomst!
Wat het buizennet betreft, leken ons de
bezwaren na het rapport van Ir. Krul
de poging van den heer Donders om in
dit opzicht dezen in tegenspraak te brengen
met zich zelf was al bjjzonder weinig steek
houdend! hee! weinig zeggend, in tegen
stelling met die inzake de waterwinning
in 'd'e toekomst en de heer Donders, wel
de meest principieele en best uitgeruste
tegenstander, slaagde er o.i. in, deze be
zwaren duidelijk naar voren te brengen,
a! vergiste hij zich dan ook in het moment
van intreden van gevaar in deze materie.
Dat gevaar is eehter heusch niet denk
beeldig en dat moet ernstig worden bestu
deerd; we zouden bijkans willen zeggen:
vanaf den huidigen dag! Doch juist uit
dit gezichtspunt beschouwd, moest het voor
stel mede worden aanvaard, al tast dit ge
vaar finantieel de regeling inderdaad eenigs-
zina aan, daar de gemeente geacht mag
worden scherper en zorgvuldiger te zullen
waken voor een goede watervoorziening dan
welke particuliere maatschappij ook! Tot
uiting komend in het beleid vanaf de over
neming.
Eindigen willen tvij met te wijzen op
de wenschelrjkheid, dat. nu de gemeente
baas wordt als voornaamste aandeelboudster,
zij wordt niet geheel en alleen baas,
krijgende een 430 van de 450 aandeelen
het bedrijf zal worden voortgezet op de
zelfde wijze als totdusver; m.a.w. dat niet
door meer personeel en meer van dat alles,
wat een gemeente-dienst duur maakt, de
kosten worden opgedreven. Uit den raad
werd daarvoor eveneens gewaarschuwd en
met recht, doch wethouder Goslinga sloeg
den spijker op zijn kop, toen hjj in dit
verband er op wees, hoe de raad dit in
hoofdzaak in eigen hand heeft!
Een gewichtig besluit is gevallen! Moge
het inderdaad in de toekomst blijken te
zifn geweest in het gemeentebelang.
In verhouding tot bovenstaande was ai
het andere slechte klein gedoe en wij
meenen daarvoor naar het verslag te mogen
verwijzen.
PREDIKBEURT
BODEGRAVEN.
CEr. Geref. Evangelisatie (Willemsir.)":
Hedenavond halfacht, de heer O. B. Zpker
van Rotterdam.
NED. HERV. KERK.
BeroepenNaa-r Giesendam Neder-Har-
dinxveld ds. J. Haring, te Benthuizen;
naar Groenlo m<r. C. J. Bartels, te Lathum.
Aangenomen: Naar Doeveren (toez.): W.
A. van Bruggen te Helenaveen.
Bedankt: Yoor Meppel: J. Th. Meyer te
Gendt; voor Witmarsum, J. G. Fischer te
Jukwerd.
GEREF. KERK.
Tweetal: Te Achlum: T. de Boer, cand.
te 's-Gravenhage en M. Norg, cand. te
Zwolle.
CHR. GEREF KERK.
Bedankt: Voor Harlingen; W. Kremcr
te Kornhorn; voor Opperdoes: A. Gruppen
te Zwaagwesteinde.
ALGEMEENE SYNODE DER
NED. HERV. KERK.
XVÜIT.
De eind-redactie van de in de zitting van
gisteren voorloopig aangenomen wijzigingen
van art. 11 regl. ketkeraden en art. 23
regl. vacatures wordt goedgekeurd. (In art.
516. Daar hing de dief. Hij was gevangen, werd mee
gesleurd over den grond. Hij wist hel, hij kon niet ont
komen. hij keek wanhopig in 't rond. Nu was 't gedaan.
Hij moest boelen, voor alles wat hij eens misdreef „Ik zal
't niet weer doen", riep hij huilend, „dat beloof ik, zoolang
ik leef."
510. Daar hing de autodief te spartelen en te trappen
in de lucht. Wanhopig bewoog hij zijn handen en
schreeuwde, kermde geducht. „Het is hem aan te zien, dat
hij bang" is. men het van zijn gezicht atleest. „Het is je
eigen schuld", riep Katrijntje, „waarom ben je ook slecht
geweest".
U al. 1 kericeraden worden de woorden:
„zij gaat gepaard enz." vervangen door:
„zij blijven hun ambt waarnemen tot de
bevestiging der nieuwbenoemden, tenzij
deze niet binnen twee maanden na den
dag der aftreding plaats vindt." In art. 423
al. 1 regl. vacaturen: aan het slot toe te
voegen: „ter plaatse waar deze gewoonlijk
gehouden worden" en al. 4 te lezen: „De
ring bepaall, rekening houdende zoowel met
het belang der vacante als der overige ge
meenten, onder goedkeuring van het clas
sicaal bestuur, ot de beurlen des voormid
dags, des namiddags of op andere uren
zullen worden gehouden."
De president stelt voor een brief van prof.
dr. Bdhl, begeleidende een resolutie van
het executief-comité van het centraal bu
reau voor kerkelijke hulpacties over een
op te richten internationale „Kreditgenos-
sensohaft", aan de commissie voor do bui-
tenlandsche kerken in overweging te geven
Alzoo wordt besloten.
Een brief van leden der Hervormde ge
meente te Ddkkum over nietdoelating van
een ringpredihamt tot het vervullen van
een predikdienst in die gemeente, zal aan
het cl. bestuur van Dokkum worden ge
zonden.
In behandeling komt een rapport van
den heer van der Meene over een voorstel
van de heeren dr. Niemeijer, prof. dr. Brou
wer en den rapporteur zeiven, tot het be
noemen van een commissie van 5 leden „le
om te onderzoeken, of door wettelijke maat
regelen kan worden bevorderd, dat de ver
schillende richtingen in de kerk in vrede
samenwonen, en de godsdienstige belangen
van haar aanhangers kunnen behartigen;
2e, om, indien dat onderzoek leidt lot een
bevestigend antwoord, bepaalde voorstellen
daartoe te formuleeren.
Het voorstel tot benoeming van een
commissie wordt aangenomen met 13 tegen
6 stemmen. Tegen hebben zich verklaard
de heeren te Winkel, Barbas, van Loo,
Sneep. Bloem en de president.
De benoeming van de leden der com
missie wordt aan de alg. synodale com
missie opgedragen.
Thans is aan de orde een rapport van
prof. Knappert over een voorstel van den
heer van der Veen tot herziening van de
liturgische geschriften. Vier leden der rip-
porteerende commissie vinden het voorstel
ontijdig. Zij wijzen er op dat de predfkantm
in het gebruik dier geschriften vrij zijn.
Maar de 4 andere leden zijn van oordeel,
dat vooral het doop- en trouwfo-mulier wij
ziging behoeven. Wel erkennen zij, dat de
herziening zeer moeilijk zal zijn, maar
„reeds de poging zal van groote beteekenis
wezen." Zij stellen derhalve voor, een com
missie te benoemen, met opdracht, om de
bedoelde formulieren naar inhoud en vorm
te besludeeren, rapport van hare bevindin
gen uit te brengen en, zoo mogelijk, een
ontwerp van gewijzigde formulieren bij de
synode in te dienen.
Prof. Brouwer wijst op de Gereformeerde
en ook op de Indische keuken, waar men
inderdaad herziene formulieren bezit. Doch
versohillende leden verheffen hunne stem
tegen het voorstel. Zij vreezen ook, dat er
nog maar weer een nieuw shibboleth bij
komen zal. Er is zoo straks van „vredig
samengaan" gesproken. Hier zal de vrede
weder worden verstoord Ook wordt er op
gewezen, dat de synode niet bevoegd zou
zijn, de liturgische geschriften, waarin de
belijdenis der kerk tot uitdrukking komt, te
wijzigen. De boven vermelde conclusie van
het rapport (tot benoeming van een com
missie van revisie) wordt in stemming ge
bracht en aangenomen met 14 tegen 8
stemmen, (Tegen stemden de heeren te Win
kel, Bartbas, van Loo, van Oeveren, van
der Meene, Bloem, Boonstra en de president
terwijl ook de secretaris tegen adviseerde.)
Aan de orde is nu het rapport van den
heer Boonstra over verschillende stukken,
welke betrekking hebben op de verwerping
van het reorganisatie-ontwerp door de bui
tengewone Synode van Januari 1930. Aan
het hoofd van die stukken gaat het verzoek
van het voorloopig moderamen van het
„Nederlandsch Hervormd Verbond."
Het rapport wijst er op, dat de indiening
van het verzoek om het reorganisatie-ont
werp opnieuw ter hand te nemen moet wor
den aangemerkt als een daad van ongepas-
ten ijver, al moge tot verontschuldiging
dienen de groote liefde van hen die het in
dienden voor bun keikideaal. De verwer
ping van het reorganisatie-voorstel is geen
lichtvaardige daad geweest. En de indieners
van het verzoek leggen een te 6terk accent
op het raadplegen van het oordeel der kerk
Bovendien heeft het verzoek niet veel
weerklank gevonden in de kerk. Slechts 25
van de 45 classikale vergaderingen hebben
haar oordeel uitgesproken. En van die 25
hebben 6 ongunstig geoordeeld.
Het rapport wijst er verder op dat het
plan van een Groote Synode in het reorga
nisatie-ontwerp minutieus was uitgewerkt
en dat het inslantelijk moet blijven rusten.
De meerdeiheid der commissie adviseert,
niet in te gaan op het verzoek van het
Ned. Hervormd verbond.
Een lid stelt voor, overeenkomstig dit ver
zoek te handelen.
Ook dit rapport geeft aanleiding tot ge-
dachtenwi99eling, of juister, tot het uitspre
ken van de overtuiging van hen, die met
het eene lid der commissie meegaan. Zoo
wel de heer Te Winkel als de heeren Van
Loo e<n Bloem voeren in dien geest het
woord -Het voorstel van de meerderheid
wordt echter aangenomen met 15 tegen 4
stemmen. (Tegen hebben gestemd de heeren
Te Winkel, Van Loo, Sneep en Bloem.)
De president bespreekt vervolgens het
belangrijke verslag van de Commissie voor
diaconale armenzorg. Hij ridhrt tot den
voorzitler dier commissie, den heer Eilerts
de Haan, het verzoek den dank der Synode
aan de commissie te willen betuigen •voor
haar vruchtbaren arbeid.
0
LEERAARSBENOEMINGEN.
Bij Kon. Besluit is:
met ingang van 1 September 1930. be
noemd tot leeraar aan de R-H.B S. te Co»t-
burg, P. N. Kruithof, tbans tijdelijk lee
raar- aan die school;
is wederom tijdelijk benoomd tót leeraar
aan de R.H.B.S. te Oud-Beijerland, M. M
Bartelse;
is, met ingang van September J930
benoemd tot leeraar aafi de R.H.B.S. te
Purmerend, P. Hildering, thans tijdelijk
leeraar aan die school;
zijn benoemd aan de R.H.B.8. te Wa-
geningen, met ingang van I September
1930, tot leeraar O. A. Verhey, thans tij
delijk leeraar aan die school, en is we
derom tijdelijk benoemd tot leeraar B. J.
Timmer;
is, met ingang van T September 1930 aan
G. Lottering, wegens Opheffing van zijn
betrekking eervol ontslag verleend als
leeraar aan do R.H.B.S. le Bergen op
Zoom.
O
Dr. P. T. E(NK.
Bij K. B. is benoemd tot gewoon hoog
leeraar in de faculteit der letteren en
wijsbegeerte aan do Rijksuniversiteit te
Groningen, om onderwijs te geven in de
Latijnsche taal Sn letterkunde, de heer dr.-
P. J. Enk, rector aan het gemeentelijk
gymnasium te Leeuwarden.
De nieuwbenoemde hooglceraar, die de
Opvolger is vsd den naar Utrecht benoem
den prof. dr. H. Wagenvoort, is Ongeveer
'45 jaar oud. Hij is lesraar geweest aan
de gymnasia le Dordrecht, Assen en Lei
den en werd daarna benoemd tot rector
aan het gemeentelijke gymnasium te
Zwolle. Hij promoveerde in Mei 1911 met
lof aan de Rijksuniversiteit te Loiden op
een proefschrift, getiteldAd Propertn
carmina commentaries criticus. Hij stelde
enkele bloemlezingen samen voor do
hoogste klas der gymnasia en een weten
schappelijke editie over den dichter Grat-
tius. In 1923 verscheen er van zijn hand
ben handboek ever de Latijnsche letter
kunde. dat in het buitenland alom werd
geroemd. Hij is thans, behalve rector aan
het stedelijke gymnasium te Leeuwarden,
ook de bibliothecaris van de B. U. M. A.-
bibliotheek aldaar. Sinds 25 November
1929 is dr. Enk privaat-docent in de ge
schiedenis der Romeinsche letteren aan de
Groningsche universiteit.
pi naar het Engelsch' - H. AATONSEN
(Nadruk verboden).
I De magere stak een van zijn lange armen
I' en haalde uit een hokje van zijn bureau
lei gedrukt formulier. Daarna doopte hij een
F1 in den inktpot en wendde zich tot den
pren.
I ~.In de smelterij hebben ze nog iemand
l'teig, zei hij.
Ah zoo, antwoordde de dikke, alsof dat
3 geheel nieuws voor hem was.
Zegt u eens, zei hij tegen Dick, bent
I rï). n eer'iik en betrouwbaar.
I Dick keek hem verontwaardigd aan.
Ia ziet u, vervolgde de dikke, er ligt
heel wat edel metaal zoo maar voor
grijpen, goud, zilver en platina. Zoudt u
'ra tegen hebben 's avonds, voodat u
huis gaat, gefouilleerd te worden?
Heelemaal niet, zei Dick.
rZiet u, zei de dikke bij wijze van uit-
moeten hier wel erg precies zijn, niet
nar Bentham?
- Wanneer kunt u beginnen, mijnheer
Manners? vroeg de magere, op-
pwe.
I,he' werk? Morgen. Vandaag, als
magere glimlachte.
I*- p, u dan Maandagmorgen. Mijn-
j[t, "^nlham zal verder wel voor u zorgen,
aanvangsalaiis is hier vijf en twintig
Per week en als uw werk voldoet,
krijgt u op het eind van het jaar een ver
hooging van tien pond. Des middags moet u
boven lunchen. En theedrinken kan ook, niet
waar Bentham?
Bentham knikte.
Nu dandat is alles.
U wordt wel bedankt, zei Dick uit den
grond van zijn hart
O, maar zeg eens, kwam de dikke tus-
schenbeide. in de smelterij werken ze des
nachts immers door? Is het zoo niet?
U krijgt tien shilling extra voor nacht
werk, zei de magere, en den volgenden dag
vrij.
Dank U. dat is uitstekend, zei Dick.
Goeien dag! zei de magere.
In orde mijnheerl zei Dick.
Mijnheer Bentham bracht hem het kan
toor uit en zei, met een knikje tot afscheid-
Dus Maandag om negen uur.
In ord,e mijnheerl zei Dick.
Hij groette den portier met een slralend
gezicht en ging de straat op. Hij liep bijna te
dansen. Londen zag er in eens zoo heel an
ders uit. Het geraas om hem heen
k'onk hem zoo heel anders in de ooren. Hij
had nogmaals een kans gekregen en hij zou
er met den moed der wanhoop aan vast
houden.
XXIII.
Een magere, ingevallen vrouw met plat
voeten en ongekamd haar. die op pantof
fels liep, die bij het. trappenloopen uitstof
ten, zoodat de groote gaten in haar kousen
zichtbaar werden, zette een klein kannetje
heet water neer, richtte zich morrend weer
op en klopte op de deur.
Zeven uurl riep ze.
Er kwam geen antwoord.
Hemel, wat een slaapkop.... Zeven
uur!
In zich zelf mopperend, klopte ze nog
maals, totdat er antwoord.
Heet water staat buiten, mijnheer, zei
ze en liep stoffend weg.
De kamer waar ze had aangeklopt, lag
r.og in het donker. De gordijnen waren
dicht. Uit het bed klonk een diepe zucht.
Op het kussen, boven de dekens was niets
anders te zien dan een verwarden haardos
van een jongen man.
Er ging een minuut voorbij, waar in hij
weer scheen in te slapen. Maar op eens
klonk er een verschrikte kreet uit het bed
dekens en lakens werden haastig opzij ge
worpen on Dick sprong le voorschijn en
ging jachtorig naar het raam om de gordij
nen open te trekken. Het was zijn eerste
morgen in de kleine slaapkamer in Little
James Street, dicht bij Piccadilly.
Lieve hemel I Zeven uur!
Hij gaapte geweldig. Zou hij er nog vijf
minuten inkruipen? Groote goedheid, dat
hij nu aj moest opstaan! Hij had nog zoo'n
slaap! Hij gaapte nog eens met een mond
als een hooischuur zoo wijd.
Het kamertje, waarvoor hij twaalf schil
ling betaalde, was zoowat drie bij vier
meter. Het ijzeren bed stond bij de deur.
Er hingen een paar portretten v. den koning
en van de koningin. Een kleerkast stond
tegen den anderen wand. een waschtafel
met een groote waterldt in een hoek, met
een gebarsten spiegeltje er boven. Op den
vloeT lag eerr veel te klein karpet. Verder
stonden er drie stoelen, waaronder één ge
makkelijke, één bruikbare en één erg wan
kele.
Dick's bezittingen lagen in wanorde ver
spreid. Hij had nog geen tijd gehad om ze
op te bergen en door dien warboel zag het
vertrek er nog Iroosteloozer uit, dan bet al
wa9.
Hij keek naar het waschkommetje, dat
de plaats van een badkuip moest innemen
en liep naar de deur, om te kijken of er soms
scheerwater gebracht was. Hij stak er zijn
vinger in en vond het akelig lauw. Hij
schoor zich zoo vlug mogelijk om het water
niet heelemaal koud te laten worden. Toen
hij zich na het wasschen afdroogde met
een klein- versleten handdoekje, dacht hij
er met een plotselinge schrik aan, dat hij
nog voor zijn ontbijt zou moeten zorgen.
Thuis had het ontbijt altijd klaar gestaan.
Hij had niets te doen dan te eten. Maar
hier in Londen had hij niet alleen het voor
uitzicht van dagelijks om zeven uur te
moeten opstaan, maar bovendien van zelf
voor zijn ontbijt te moeten zorgen.
Toen hij zijn das omdeed, moest hij al
weer lachen. Wat kwam het er ook op aan?
Als hij naaT Afrika was gegaan, dan had hij
er 's morgens eerst op uit moeten gaan om
een ontbijt te krijgen en had hij zich daarna
eerst kunnen wasschen. En nu was het in elk
geval zijn eigen ontbijt en betaalde hij het
zelf. Om tien minuten voor achten liep hij
fluitend naar beneden en begaf zich naar
het dichts bijzijnde restaurant. Hij had Lon
den nog nooit zoo in de vroegte gezien. Tot
zijn groote verwondering liêp Regent Street
al vol met meisjes, die naar haar werk gin
gen en er over het algemeen veel opgeruim
der uitzagen dan de mannen en toen hij in
hel restaurant kwam op den hoek van
Shaftsbury Avenue, waren ook daar reeds
vrouwen reeds druk aan het werk. Dick
begon na te denken. Toen een der meisjes
hem gebakken eieren met spek en koffie
bracht, vroeg hij haar:
Hoe laat 6taat u op?
Om half zes, antwoordde ze.
Winter en zomer?
Ze knikte van ja.
Hebt u nog Iets anders nood;g?
vroeg ze.
Needank u.
Hij keek haar peinzend na toen ze vroo-
lijk wegtrippelde. Om tien minuten voor half
negen stond hij weer op straat met een pijp
in den mond en liep Shafsbury Avenue vlug
af. Overal werden de luiken afgenomen en
toen hij Oxford Street bereikte, stroomden
de winkel- en kantoorbedienden overal
reeds binnen. Alle bussen zaten vol. Troepen
fietsers schoten hem voorbij en iedere twee
minuten golfde er een menschenstroom uit
de slatsons van den ondergrondschen spoor
weg. Hoe dichter Dick bij zijn kantoor kwam
hoe zenuwachtiger hij werd. Hij gevoelde,
dat de anderen hem zouden uitlachen om
zijn gebrek aan routine en den spot zouden
drijven met zijn universitaire opleiding. Hij
was er benieuwd naar wat ze hem te doen
zouden geven en of hij er toe in staat zou zijn
Toen hij den hoek van Hatton Garden om
sloeg, sloeg hij zijn pijp uit, trok zijn das nog
eens recht en keek naar de andere menschen
die in de straat liepen, zich afvragend wie
van hen allen ook naar Thomson en Taf-
fery gingen.
Hij was er om vijf minuten voor negenen.
Er leek nog niemand te zijn. Buiten ston
den een paar portiers in uniform le praten
Ze verleiden hem, dat mijnheer Bentham er
nog niet was. Ieder oogenblik ging ds deur
open en kwamen er klerken binnen van
allerlei leeftijd.
OTorüt vervolgd).