Oe/iAacbó CïmmüvobcAeAA ZIJN LAATSTE WENSCH 71,te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 17 Maart 1930 Derde Blad No. 21473 BINNENLAND. DE VLUCHT UIT DE POPPENKAST VAN JAN KLAASEN EN TRIJNTJE. SCHEEPSTIJDINGEN. FAILLISSEMENTEN. FEUILLETON. NA HET DRAMA OP CURACAO. Zullen de officieren gestraft worden? Xaar wij vernemen, aldus de N. R. Crt., 0 kapitein Borren en luitenant Berger, de jlficieren die hij de gebeurtenissen van 8 (j 9 Juni te Willemstad betrokken zijn ge- reest, voor een militaire commissie van nderzoek gedaagd. „Hoewel ons de redenen, die daartoe heb- len geleid, onbekend zijn, moet hierbij wel Vt vermoeden rijzen, dat dit geschied is ngens het gedrag dier officieren in ver laad met den aanslag van Urbina. Zou dit •jut zijn, dan moet ons een woord van ver vaardiging van het hart. Het culmina- tepunt in de de ergerlijke partijdige hou tig der regeering met betrekking tot de be ramende handelingen van het Nederland- rhe gezag op Curasao tegenover de Vene- vlaansche bende zou dan met de besluiten Ier regeering, ten aanzien van den ex-gou- reraeur, tegenover welke besluiten in de yeide takken der Staten-Generaal tot dus- rer zoo pijnlijk lankmoedig is opgetreden, y,l niet zijn bereikt. „De heer Fruytier, de hoogste gezagdra- jer, krijgt den 9den November bij zijn eer- tol ontslag op verzoek een dankbetuiging mor de aan den lande bewezen diensten. Twaalf dagen daarna blijkt inmiddels ont- fctt te zijn, dat er een nieuw hoofdinspec- kurschap bij de centrale arbeidsinspectie Bodig is voor diensten, die reeds bij de in- iiemng van de begrooting van arbeid in September bekend konden zijn geweest, en ei-gouverneur zal door middel van een untal overplaatsingen worden benoemd in io plaats van den Haagschen hoofdinspec teur, die naar Maastricht moet verhuizen, h tegenstelling tot die uittarting van de publieke opinie zouden nu twee van zijn Ouagaosche subalternen, wat er ook op ton beleid moge zijn aan te merken ge west (voor zoover de gebeurtenissen ons (etend zijn is er ongetwijfeld reden van ernstige kritiek op de handelingen van den hepen-commandant), als zondebokken aan sa militair onderzoek worden onderworpen ia wellicht terecht staan? „Het lijkt ons hoogst gewenscht, dat om- kal het bericht van dit disciplinair onder eet, waarvoor de ex-gouverneur werd ge gaard, zekerheid wordt verschaft. ,01 is het de bedoeling, om met dit on- sizoek ook die officieren te rehabilïteeren n krijgen zij ook nog een bedankje?" BEHOUD VAN NATUURMONUMENTEN. In de groote aula van het Koloniaal In laut te Amsterdam is de jaarlijksche alge- sne vergadering gehouden van de „Ver- oiging tot behoud van Natuurmonumenten Nederland", onder leiding van mr. P. G. nn Tienhoven. Prins Hendrik en de heer P. Visser, hoofd nu de afdeeling Kunsten en Wetenschap- ten van het departement van Onderwijs, en W., woonden de zeer druk bezochte tergadering bij. De aftredende bestuursleden werden her ren. Tot nieuwe leden van het algemeene testuur werden gekozen de heeren H. P. J. fomers, burgemeester van Rheden, dr. W. de Leeuw, geoloog te Bilthoven, J. Drij ver te Santpoort, prof. dr. Th. Weevers, te lmersfoort en mr. A. C. baron van Voorst 'ri Voorst, commissaris der Koningin in Overijsel. _De oud-minister van koloniën, dr. J. C. ï'iningsberger, sprak hierna over interna- Sonale natuurbescherming en haar beteeke- tis voor tropisch Nederland. DE CRISIS IN DE NEDERL. REISVEREENIGING. De commissie is haar werkzaamheden begonnen. Naar wij vernemen is de commissie onder voorzitterschap van Dr de Visser haar werkzaamheden reeds begonnen. Tegen morgen (Dinsdag! avond zijn de eerste per sonen opgeroepen, die gehoord zullen worden Allereerst zijn geconvoceerd verschillende hoofdbestuursleden van de oppositie-zijde en leden van de commissie voor de zee reizen Vergaderd wordt op het hoofdkantoor der N. R V. te 's-Gravenhage. Intusschen duurt de onderlinge oneenig- heid tusschen bestuurders en leden dapper voort. Er bestaat in den boezem der ver- eeniging verontwaardiging over het feit, dat in het officieel orgaan de geheele zaak wordt doodgezwegen Het schijnt dat in de laatste hoofdbe- sluursvergadering, de voorzitter, mr. v. d. Flier heeft medegedeeld, dat hij aan het Centraal Bureau opdracht heeft gegeven, hangende het onderzoek, behalve het dage- lijksch bestuur geen andere hoofdbestuurs leden toe te laten. Bovendien moet na de beruchte vergade ring te Utrecht en een hoofdbesluursverga- dering alsnog een motie van vertrouwen in den penningmeester zijn aangenomen, on danks het protest van sommige aanwezigen, die zulks niet oirbaar achtten, nu de zaak in onderzoek is. Het schijnt dat de oppositie overweegt een nieuwe vereeniging te slichten. Reeds is daarover huishoudelijk vergaderd zegt het „Dagblad van Rotterdam." NACHTVERLICHTING ROUTE AMSTERDAM-HANNOVER. Naar men aan het „Hbl." mededeelt, zul len op het traject van het luchtvaartterrein Schiphol bij de Nederlandsch-Duitsche grens bij Ootmarsum van de route Amster dam-Hannover voor het luchtverkeer bij duisternis vier luchvaartverkenningslichlen worden geplaatst van aanzienlijke sterkte, n.l. van ongeveer 200 millioen Hettnerkaar- sen. Wegens de aan een rechtlijnige route voor het vliegen bij duisternis verbonden voordeelen, is het traject van het verken- ningslicht op Schiphol naar het Duitsche verkenningslicht, dat bij Heitel, nabij onze Oostelijke grens is ontworpen, geheel als een rechte lijn uitgezet. Op die lijn zullen de lichten worden ge plaatst als volgt: 1. het luchtvaartlicht Muiderberg op den kerktoren aldaar (52 gr. 19 min. 5 sec. NB- 5 gr. 6 min. 5 sec OL. van Greenwich); 2. het luchtvaartlicht Oldebroek, bij de buurtschap Tongeren, gemeente Epe, ten Z. van de legerplaats bij Oldebroek (52 gr. 22 min. N.B.5 gr. 55 min. 5 sec. O L. van Greenwich) 3. het luchtvaarlicht Hellendoorn op plus minus 1,5 K M. ten Z.W. van het dorp Hel lendoorn (52 gr. 53 min. N.B.6 gr. 26 min. O.L. van Greenwich); 4. het luchtvaartlicht Groot Agelo in de gemeente Denekamp bij de buurtschap Groot Agelo op pl.m. 1.75 K.M. ten Z.W. van Ootmarsum (52 gr. 24 min. N.B.6 gr. 53 min. O.L. van Greenwich). Indien zich geen onvoorziene moeilijkhe den voordoen, zullen de lichten omstreeks Mei in bedrijf worden gesteld. Voorts is in beginsel besloten in Harder wijk. dat juist op de route ligt, bij wijze van proef een draailicht van geringere sterkte te plaatsen (52 gr, 21 min. N.B 5 gr. 37 279. Ook Katrijnlje was aan het gooien „Natuurlijk," zei ze, „doe ik mee. 'k Zal de borden laten rammelen, als bij een (linken storm op zee." „Schei toch uit, lieve beste menschen", bad de man overluid. En zijn wanhopig schreeuwend klagen, klonk boven alles uit. 280. Na die schoone heldendaden van de ballengooierij, gingen de lui kermishouden, met hun vijven in een rij. En zesprongen en ze zongen het schoone welbekende lied: „We gaan nog niet naar huis, nog lange niet, nog lange niet." min. 5 sec. O.L. van Greenwich). Deze ver lichting van het genoemde traject zal die nen te worden beschouwd als voorloopig, de practijk zal moeten uitwijzen, in hoeverre met deze verlichting kan worden volstaan, dan wel of het nog noodig zal zijn, op dat traject meer luchlvaartverkenningslichten op te stellen, en zoo ja, van welke capaciteit die lichten dan zullen dienen te zijn. HET LANDGOED „SORGHVLIET". In een nota naar aanleiding van het ver slag der Tweede Kamer over het wetsont werp, houdende machtiging tot het aangaan van een overeenkomst van schenking (be treffende het landgoed „Sorghvliet" te 's Gravenhage) zegt minister De Geer, dat ook de regeering het voorbarig acht thans reeds van gedachten te wisselen over de bestemming van het te stichten gebouw. Wel kan zij mededeelen, dat de stichting van een gebouw voor één van de beide Kamers der Staten-Generaal of voor den ge meenteraad van 's Gravenhage, naar haar gebleken is, niet in den geest van de schen kers zou zijn. Om dezelfde reden moet uit gesloten worden geacht de stichting op het landgoed van een gemeentelijk museum of van een paleis van Justitie. Daarentegen zal de inrichting in het te stichten gebouw van een aantal receptieza len, inzonderheid te gebruiken bij interna tionale conferenties door vele leden ge wenscht geacht met de bedoeling der schenking niet in strijd zijn. De wensch, zoodra dit mogelijk is, tot een beslissing omtrent de beslemming te komen, wordt uiteraard door de regeering gedeeld. Zij wijst er echter op, dat de te nemen beslissing haars inziens onder volkomen instemming van de schenkers zal moeten genomen wor den en dat zulks allicht eenigen tijd van beraad en overleg zal vorderen. Aan den wensch tot openstelling van het park voor vrije wandeling, zoolang een be slissing omtrent de defnitieve bestemming nog niet is gevallen, kan onder zeker voor behoud worden voldaan. De bedoeling is, dat het karakter van gesloten park worde ge handhaafd, maar dat de hekken tot zons ondergang worden opengezet, opdat, onder voldoende toezicht van de gemeente, ieder tot het landgoed toegang hebbe. RECLAME. 4740 VERGOEDING EERSTE KAMERLEDEN. De minister van Financiën heeft thans uitvoering gegeven aan zijn voornemen om het wetsontwerp inzake regeling der reis kosten van de leden der Staten-Generaal en der verblijfkosten van de leden der Eerste Kamer in te trekken. VERSPREIDE BERICHTEN. Aan dr. R. N. de Haas is op zijn ver zoek met ingang van 1 September a.s. eer vol ontslag verleend als leeraar aan de Rijks H. B. S. te Wageningen. Met ingang van 1 September a.s. is tot leeraar aan de Rijks H. B. S. te Den Helder benoemd J. de Vries, thans tijdelijk; is tij delijk benoemd tot leeraar aan de Rijks H. B. S. te Warffum S. S. Mensonides te Baarn. B. en W. van Nijmegen hebben op ad vies van de Commissie tot verzekering eener goede bewaring van gedenkstukken van ge schiedenis en kunst besloten geen voorstel len tot inrichting van een raadhuiskelder aan den raad te doen of zulk een inrichting te bevorderen. Hierbij overwegen B. en W., dat de behoede aan een dergelijke inrich ting zich niet doet gevoelen, terwijl zij ove rigens van meening zijn, dat de oudheid kundige en architectonische waarde van het stadhuis door de inrichting van een raad huiskelder geschaad zal kunnen worden. STOOMVAART-MIJ. „NEDERLAND". P. C. HOOFT, uitr., p. 15 Mrt. Perim. KON. DER NED„ uitr., 18 Mrt. te Al giers verwacht. CHR. HUYGENS, thr., 19 Mrt. bij Perim verwacht. FOELAU LAUT, 15 Mrt. v. Amst. n.Java. KON. HOLL. LLOYD. .ORANIA, uitr., 17 Mrt. te Rio Janeiro verwacht. ZEELANDIA, thr., 15 Mrt. v. Pernambuzo. SALLAND, thr, 14 Mrt. v. Montevideo. MAASLAND, 13 Mrt, v. B. Aires n. Amst. HOLLAND—O.-AZIE LIJN. GEMMA, uitr., 13 Mrt. te Kobe. HOLLAND—AMERIKA LIJN. BILDERDIJK, 14 Mrt. v. R'dam te Balti more. EDAM, 15 Mrt. v. Havana n. R'dam. HOLLAND—BRITSCH-INDlfi LIJN. VEENDIJK. uitr., 15 Mrt. v. Colombo. STREEFKERK, thr„ p. 15 Mrt. Gibraltar. ROTTERDAM—Z.-AFRIKA LIJN. ALPHARD, thr., p. 14 Mrt. de Can. Eil. ALCYONE, 14 Mrt. v. B. Aires n. R'dam1. ALWAKI, 14 Mrt. v. R'dam te B. Aires. JAVA—NEW YORK LIJN. BOSCHDIJK, N.-York n. Java, p. 15 Mrt. Gibraltar. BEEMSTERDIJK, 15 Mrt. v. Bat. n. New- York. KON. PAKETV.-MIJ. MAROS, R'dam n. Bat., p. 14 Mrt. Kaap Tenes. TOMORI, 15 Mrt. v. R'dam n. Batavia. TOEOALI, R'dam n. Bat., p. 14 Mrt. Be- vezier. KON NED. STOOMB. MIJ. NICKERIE, 14 Mrt, v. Paramaribo n. Anv-t. PRINS FKED. HENDRIK, 14 Mrt. v. Ma deira naar Paramaribo. TITUS, 14 Mrt. v. Madeira n. San Juan, DIVERSE STOOMVAARTBERICHTEN. ALELASSERDAM, R'dam n. Riga, pass. 19 Maart Brunsbuttet. ALGENIB, 14 Mrt. v. Diamante n. Dieppe. ALCOR, 13 Mrt. v. Roeario n. Londen. COLYTTO, arr. 13 Mrt. te Sau Nicolas. JONGE MARIA, arr. 14 Mrt. te Candia. JONGE ELISABETH, 14 Mrt. v. Alicante naar Burriana. MAAS, Dakar n. Antw., p. 14 Mrt. St. Vincent. NOORDWIJK, 14 Mrt. v. Bouceau n. Bil bao. RIJN, arr. 15 Mrt te Cardiff. ROZENBURG, 14 Mrt. v. Rivadeo n. Im- mingham. SCHIE, R'dam n. Algiers, p. 14 Mrt. FT- nisterra. STAD ZAANDAM, 13 Mrt. v. Vigo n. San Joan. TELA. 15 Mrt. v. R'dam te Oran. ■WASSENAER, Caen n. Lubeck, pass. 15 Mrt. Brnnsbuttel. ZAAN, 14 Mrt. v. Sevilla n. Valencia. Uitgesproken: Abr. Teljeur, Leiden. Ge- rard Doustraat 69. R.-c. jhr. mr. Th. W. G. Calkoen, cur. mr. J. J. L. Temminck. Voor- scholen. Opgeheven wegens gebrek aan actief het faill. van P. van Kreuningen, Alphen aan den Rijn. In de week van 1015 Matert 1930 wer den in Nederland uitgesproken 67 faillis sementen. („Ueber den Tod hinans"). Roman van ANNY VON PANHUYS. CU het Duitsch door W. H. C. BOULLAARD, (Nadruk verboden.) 21) "Hooge koorts", fluisterde hij Walter toe, mevrouw Berner in de kamer van den Prolessor had gelaten. De zieke zag er toeierig en opgewonden uit, terwijl hij Potstukken van zinnen fluisterde. Met onnatuurlijke schitterende oogen ®0terde hij alle aanwezigen aan. zonder teaiaud te herkennen, want hij ontwoordde teen hunner vragen. 'n den blik, waarmede mevrouw Berner ringen ingenieur aankeek, lag iets wan- pon oaimi.cn, ru0 ix-vc? uau ^uwends, wat deze instinctief voelde en kt hem pijnlijk aandeed. .Aannacht heeft Maurer mij weer geroe te3'. vertelde de dokter, „en sindsdien ben u ^et naar huis gegaan. Hij en ik konden ^en een paar uur geleden den professor gelijks in bed houden hij schreeuwde, f oude Thomas hem kwam halen en ^ora wilde hij zich vlug verstoppen Dat bepaald een griezelige scène." En toon iller zweeg, vervolgde hij: „er bestaat na- :')k pen sage in Schneiditz. die ken ik", onderbrak de ander hem, jj® professor vertelde mij die, toen hij mij -ren naar het hotel bracht. „Zoo! Nu wordt mij de zaak veel duide lijker. Hij heeft zich waarschijnlijk erg opge wonden over het verhaal." „Juist". Walter voerde een strijd mot zichzelf zou hij den dokter vertellen wat hij van den professor had gehoord en ten deele zelf bijgewoond had, of zou het beter zijn te zwijgen. Voorloopig besloot hij het laatste te doen Toevallig ontmoetten zijn oogen, toen hij „juist" zei, die van mevrouw Berner en weer meende hij daarin wantrou wen te zien. Walter begreep, waarom zij hem zou kun nen wantrouwen. Hij was de laatste per soon geweest, met wien de professor, voor dat de aanval van onmacht hem had ge troffen. had gesproken; zij kon denken, dat een meeningsver3chil tusschen haar man en hem de oorzaak was geweest van d^n toestand waarin de professor zich thans bevond. De zieke was langzamerhand rustiger ge worden en lag nu tamelijk stil. slechs af en toe sprak hij een enkel woord De dokter schoof zijn stoel op zij en wenkte den juist binnentredenden huis knecht zijn plaats in te nemen, daar hij i.u naar huis moest om zijn speekuur te houden. Mevrouw Berner verzocht met bevende, zenuwachtige stem haar te zeggen of de toe stand van haar man bedenkelijk was. De dokter antwoordde niet dadelijk, maar zei na eenigen tijd dat hij hoopte, dat dit niet het geval was Wel achtte hij het echter in het belang van den zieke, dat er niet zoo veel personen tegelijk in de ziekenkamer waren, omdat dit den professor, als hij he.- derder mocht worden, zou kunnen doen schrikken en dat zou nadeelige gevolgen kunnen hebben Het beste zou zijn, dat voor loopig alleen Maurer bij den zieke bleef. Toen verlieten allen, behalve Maurer, de kamer. Met de belofte zoodra mogelijk weer terug te komen ging de dokter heen. Me vrouw Berner ging wat rusten, want ze kon van vermoeidheid nauwelijks meer staan. Vluchtig reikte zij Walter de hand en ver dween. Walter en Else gingen nu in de anders zoo gezellige woonkamer tegenover elkaar zit ten. Beiden waren stil, een gesprek wilde niet vlotten en het wa9 hun alsof er iets duisters tusschen hen lag, iets dat hen de lippen sloot. Al dat heerlijk stralende, bezie lende. dat hen had omhuld als met een man tel van louter geluk, waar niets doorheen kon dringen, dien mantel had een booze windvlaag, dien het noodlot zond, hun van de schouders gerukt, en thans stonden zij blootgesteld aan zorg en kommer. „O, Walter, ik heb zoo'n angst", kwam het plotseling met bevende stem over Else's bleeke lippen. „Waarvoor ben je bang, mijn lieveling?" vroeg Walter op zachten, teederen loon. „Dat vader zou kunnen ster ven". bracht Else er slootend uit en haar behuilde oogen vulden zich weer met tranen. Walter stond op en met zijn hand over Else's haar strijkend, zei hij troostend: „Huil niet. Elsje, het is immers nog zoover niet. Je vader zal wel weer beter worden en, naar wij hopen, nog lang voor ons gespaard blijven." Else schudde het hoofd: „Neen Waller, ik voel het. vader wordt niet, meer beter." Rij kelijker vloeiden haar tranen. „In den laat- sten tijd sprak hij zoo dikwijls van sterven." Zij sloeg haar bedroefde oogen naar Walter op. „Het leek me of vader ook in den laat- sten tijd iets met zich meedroeg dat hem drukte en kwelde, iets, waarover hij niet wilde of kon spreken." Walter wist wel wat den ziekelijken, ner- veuzen man had gedrukt en gekweld, maar het zou geen zin hebben dit aan het arme, zenuwachtige meisje te openbaren. Het zou haar nog meer van streek brengen, dacht hij en zei toen voorzichtig en tastenderwijze: „Je moeder schijnt nog altijd iets tegen mij te hebben, tenminste in haar blik, dien ze mij zooeven toewierp, lag wantrouwen. Maar misschien vergis ik me." Else brak in een hevig snikken uit en het duurde een poos voordat zij weer bedaarder werd. „Neen, je hebt je niet vergist", beken de zij. „Moeder denkt namelijk dat vader's flauw vallen een directe oorzaak moet heb ben gehad. Niemand anders dan jij was bij vader toen hij in elkaar zakte en Else's stem begaf haar bijna, „zij beschul digt jou de schuld te zijn van vader's ziek worden." Walter zuchtte even. Dus had zijn voor gevoel, toen hij zoo iets vermoedde, hem toch niet bedrogen. Nu moest hij dubbel moeite doen den geheimzinnigen ouden Tho mas te vinden, want dat was hij nu ook aan zichzelf verschuldigd. Hij stond op en strekte zijn rijzige, breede gestalte tot in de volle lengte uit terwijl een diepe rimpel zich in zijn voorhoofd groef. „Je moet het mijn moeder maar verge ven", vervolgde zij vriendelijk verzoekend, „zij is heusch goed, alleen dikwijls te vlug in haar oordeel." „Zeker, lieveling, zeker". Nauwelijks gaf hij acht op hetgeen zij nog in het raidden bracht, om haar moeder te ontlasten, hoewel Else onder de beschuldiging, die Walter trof, nog het meest leed. Hij overlegde, hoe en waar hij het spoor van den „ouden Thomas" zou kunnen vinden, maar tot een resultaat kon hij niet komen. Zonder te klopnen kwam haastig de huis knecht binnen eirriep Walter toe om bij den professor te komen, die deed zoo vreemd* Zelf zou hij den dokter gaan roepen. „Ik vrees, dat het spoedig met den professor ge daan zal zijn", fluisterde hij den ingenieur in den gang toe. Op Walter's verzoek was Else voorloopig in de woonkamer gebleven. Hij schrok toen hij den zieke zag; wat was de arme man in dien korten tijd veranderd I De oogen waren gesloten en over het ge zicht lag een starre, akelige rust, het lichaam lag doodstil en alleen in de handen scheen nog leven te zijn. Met haastige bewegingen gingen die over de deken heen en weer, a's om ergens een rustpunt te zoeken. Steeds sneller werd dit znuwachtige spel der handen. Walter stond aan het voeteneind van hek bed en keek naar die arme nerveuze han den, die angstig rondzochten en toch niets konden vinden om vast te houden. Zooals een schipbreukeling in zee naar een reddings plank zoekt om er zich aan vast te klam pen, zoo zochten de schokkende handen van den stervende naar een steunpunt, om zich aan het leven vast te klemmen, zochten en doolden en joegen steed9 tevergeefs. Vervuld van warm medegevoel voor den vader van zijn geliefd meisje, tiad Walter nader en greep, om den zieke (e kalmeeren, naar diens hand, die zich echter onmiddel lijk weer vrij maakte. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1930 | | pagina 9