Het Laboratorium
voor Bloembollen-onderzoek te Lisse.
BODEGRAVEI
De Feestelijke Heropening.
UIT DE RIJNSTREEI
HET AUTO-ONGELUK AAN DE ZUIDKADE TE BOS
x
Talrijke genoodigden uit het geheele land.
Hedenmiddag le circa half drie vond in de
Concertzaal van Hotel „de Witte Zwaan" de
feestelijke heropening plaats van het Labo
ratorium voor Bloembollenonderzoek, waar
aan wij reeds eenige artikelen wijdden. Van
de talrijke genoodigden (ongeveer 80 invita
ties waren rondgezonden) noemen wij aller
eerst jhr S. van Citters, president-curator
van de Landbouwhoogeschool te Wagenin-
gen, Lr. N. v. Poeteren. Hoofd v. d. Planten-,
kundigen dienst; den heer E, H. Krelage,
voorz. van het Centr. Bloembollencomité, den
voorz. der wetenschappelijke comm., de he-r
J. M. van Til, den rector-magnificus der
Landbouwhoogeschool prof. Grijns, de direc
teuren der diverse wetenschappelijke insti
tuten, prof Quanjer en prof. Roepke, den
vertegenwoordiger van den Minister van
Binnenlandsche Zaken mr. WiHermans, als
mede van het ministerie van Financiën,
voorts de directie van den Rijksgebouwen
dienst. de leden van het Centraal Bloembol-
lencomité en de wetenschappelijke com
missie, B. en W. van Lisse en vele anderen.
De zaal bood een feestelijken aanblik.
In de eerste plaats werd het woord gevoerd
door den president-curator, jhr. S. van Cit
ters uit Brummen.
Rede Jhi Van Citters.
Jhr. S. van Citters.
Hij heette de aanwezigen welkom, in het
bijzonder de vertegenwoordigers van de de
partementen van binnenlandsche zaken en
landbouw en van financiën.
Spr. herinnerde er vervolgens aan. dal
bet nu twee jaar geleden is, dat het labo
ratorium door brand werd verwoest. Hij
wees op de groote medewerking, welke bij
den wederopbouw verkregen werd, zoowel
van den Rijksgebouwendienst als van de
betrokken Departementen van Algemeen
Bestuur en van de Comissie voor het weten
schappelijk onderzoek uit de Vereeniging
voor de bloembollenteelt. Door deze samen
werking kon de materiëele schade niet al
leen spoedig worden hersteld, maar kon een
nieuw laboratorium verrijzen dat meer nog
dan het oude aan de hooge eischen der we
renschap voldoet.
Opnieuw kwam hierbij tot uiting de zoo
gelukkige samenwerking van praktijk en
wetenschap, een samenwerking voor den
landbouw in ons vaderland van zoo groote
beteekenis.
Voor de Landbouwhoogeschool is het eene
groote voldoening, dat dit laboratorium deel
uitmaakt van haar Phyto-pathologisch In
stituut en dat door middel van dit laborato
rium wordt medegewerkt om de Landbouw
hoogeschool aan bare groote beslemming te
doen beantwoorden, welke onder meer die is,
om naasl de beoefening der zuivere welen-
schap zich in hel bijzonder toe te leggen op
het oplossen van die problemen, welke de
praktijk haar voorlegt In de bloembollen
cultuur is het zoo duidelijk aan den dag ge
treden, hoe wetenschappelijk naspeuren van
lal van problemen en het oplossen der daar
mede samenhangende vraagstukken direct
dienstbaar kunnen worden gemaakt aan den
dikwijls zoo moeilijken strijd in dit zoo echt
nationaal tuinbouwbedrijf te voeren.
Leven uit de praktijk, samenwerking met
de praktijk en het wetenschappelijk streven
en kunnen ten dienste stellen voor de prak
tijk, ziedaar de grondslagen voor vruchtba
ren wetenschappelijken arbeid op landbouw
gebied in het algemeen en van dit labora
torium in het bijzonder.
Dal die arbeid gewaardeerd werd. het ver
leden heeft dit bewezen: dat die ook voor de
toekomst begeerd wordt, de hulp van en de
samenwerking met hel Comité voor het we
tenschappelijk onderzoek ui! het Centraal
Comité voor de Bloembollenteelt heeft het
na den brand bewezen.
Moeilijke tijden heeft de leider van het
laboratorium, prof Van Slogteren moeten
doormaken niet alleen door het verlies van
materiëele hulpmiddelen, maar niet minder
door het te loor gaan van lal van weten
schappelijke gegevens Door groote inspan
ning van hem en zijne mede-arbeiders is het
gelukt al deze bezwaren te hoven te komen
en zijn arbeid met succes voort te zetten.
Een nieuw laboratorium staat nu in ?e-
bruik le worden genomen, het moge de ba-
teekenis van deze schoone gemeente a^s
centrum der bloembollenteelt verhoogen.
maar niet minder is de he'epkeriis van dat
gebouw als zichtbaar teeken als monument,
van hetgeen wetenschap en praktijk in on
derlinge samenwerking vermogen
Moge het herboren Instituut een sieraad
blijven van de Landbouwhoogeschool, in
ruime mate voldoen aan de verwachtingen,
welke belanghebbenden bij de bloembollen
teelt daarvan koesteren en zijn arbeid mid
delen verschaffen om den strijd voor het be
staan met succes te kunnen voeren.
Maar laten wij ten slotte ook bescheiden
zijn in onze verwachtingen Wij menschen
beheerschen de natuur niet. God. de Heer,
regeert Wij kunnen niet anders dan het ge
beuren der dingen in de natuur naspeuren en
de wetten en regelen trachten uit te vor-
scben. waarnaar dat gebeuren geschiedt, om
op die wijze de natuur-krachten dienstbaar
ie maken aan hetgeen menschelijk slTeven
en kunnen beoogt. Moge bij het lezen in en
bij het bestudeeren van dat groote boek der
natuur Gods onmisbare zegen niet ont
breken
Hel moet heden, aldus besloot spreker,
voor prof Van Slogteren een blijde dag zijn,
nu hij officieel zijn verstoorden arbe:d
weder ononderbroken kan opvatten Moge
Jiet hem een voldoening zijn te weten, dat
zijn onvermoeid streven om op te bouwen,
wat verstoord was. in ruimen kring is ge
waardeerd en met belangstelling gevolgd
(Applaus).
Hierna kreeg piof. Van Slogteren hc?
woord, om de inrichting en werkwijze van
zijn laboratorium toe te lichten in den geest,
zcoals wij gisteren publiceerden.
Hierna was het woord aan den heer E. H.
Krelago, voorzitter van het Centraal Bloem
bollen-comité.
Rede de heer E. H. Krelage.
Mijnheer de President Curator der Land-
houwhoogeschool.
Uit naam van het Centraal Bloembollen
comité en de daarin vertegenwoordigende
vereenigingen zeg ik U dank voor de uit-
noodiging om heden getuige te zijn van de
officieele ingebruikneming van het laborato
rium voor bloembollenonderzoek.
Ofschoon het laboratorium pas acht jaar
geleden is gesticht heeft het toch reeds een
tamelijk veel bewogen bestaan gehad. De
eerste slap, die geleid heeft tot die stichting,
werd reeds eenige jaren vroeger gezet, in
1916.
In het voorjaar van dal jaar was in ver
ontrustende mate het aaltjes2iek in de Nar
cissen geconstateerd, nadat men het ook het
jaar te voren reeds had waargenomen. Op
26 Juni 1916 hield de heer K Volkersz, di
recteur der Rijkstuinbouwwinterschool ie
Lisse voor de leden der Algemeene Vereeni
ging voor Bloembollencultuur een voordracht
over dit onderwerp, waarin hij o. a. te ken
nen gaf dat er voor het hoofdbestuur dier
vereeniging voldoende motieven aanwezig
waren om aan den betrokken Minister de
detacheering van een phylopatholoog in 5e
bloembollenstreek te verzoeken, speciaal be
last met de bestudeering der talrijke zeer
ernstige ziekten, die de bolgewassen aan
tasten. en vooral ter verkrijging van afdoen
de bestrijdings- en voorkomingsmiddelen.
De heer Krelage.
De gelukkige wenk van den heer Volkersz
is door genoemd hoofdbestuur ter harte ge
nomen. In zijn openingsrede van de op 18
Dec. 1916 gehouden algemeene vergadering
kon de voorzitter der Algemeene Vereeniging
voor Bloembollencultuur mededeelen, dat op
aandrang van het hoofdbestuur de Direc
teur-generaal van den Landbouw den Di
recteur van het Instituut voor Phytopatho-
logie te Wageningen had verzocht om na
overleg met het hoofdbestuur en den heer
Volkersz voorstellen te doen tot aanstelling
van een wetenschappelijke werkkracht, in
het bijzonder met het oog op de bollenziek-
ten aan het Instituut te verbinden.
En op 2 Februari 1917 werd van den Mi
nister het officieele bericht ontvangen dat ;n
den heer E van Slogteren te Groningen een
plantkundige was gevonden, die voor het
wetenschappelijk onderzoek der bloembo--
tenziekten zou kunnen worden aangesteld.
Met ingang van 12 April van dat jaar werd
hij, inmiddels cum laude tot Doctor gepro
moveerd aanvankelijk voor één jaar be
noemd. Als standplaats werd hem Lisse aan
gewezen waar hij terstond zijn functie aan
vaardde.
Op de Staatsbegrooting voor 1920 kwam
een post voor betreffende den bouw van een
proefstation voor de bloembollenstreek tc-
Lisse Dit gaf het hoofdbestuur der Alg. Ver
eeniging voor Bloembollencultuur aanlei
ding, behalve aan groote ingenomenheid met
dezen stap, uiting te geven aan de meening
dat aan den directeur van het proefstation
de grootst mogelijke zelfstandigheid van po
sitie behoorde te worden gegeven. „Daar het
onderzoek in de toekomst zich niet zal heb
ben te bepalen tot vraagstukken van phyto-
pathologisch^n aard, maar ook onderwerpen
van physiologische beteekenis. die dringend
om een oplossing vragen, tot den werkkring
van het proefstation zullen behooren" drong
het hoofdbestuur aan op verbreking van den
band met het Instituut van Phytopathologie
te Wageningen. terwijl het proefstation even
min een onderdeel van de Rijksbloembollen-
school te Lisse behoorde te zijn.
Hef heeft verscheidene jaren geduurd, voor
de juiste positie zoowel van het Laborato
rium als van zijn Directeur blijvend geregeld
wa? Het denkbeeld van een zelfstandige 'n-
slelling van het karakter van een Rijksland-
bouw proefstation heeft moeten wijken voor
inschakeling in het kader der Landbouw
hoogeschool. Daarmede gepaard ging de in
de bloembollenstreek algemeen toegejuichte
benoeming van Dr van Slogteren lot hoog
leeraar aan^ die instelling
De ervaring heeft reeds overtuigend be
wezen, dat deze oplossing juist is geweest,
althans geen aanleiding geeft tot bezwaren
van beteekenis, dank zij het gewaardeerde
beleid van het college van curatoren van
onze landbouw-universiteit.
Er is wel eens gesprokeD van overneming
van de geheele instelling door het georga
niseerde bloembollenbedrijf, maar dit laat
ste geeft verre de voorkeur aan een rijks
instelling, en acht den bestaanden toestand
het meest gewenscht.
De praktijk is trotsch op dit eigen labo
ratorium dat zich uitsluitend kan wiiden
aan het wetenschappelijk onderzoek van
één enkele cultuur; met groot dankbaar
heid zijn de bloembollenkweekers vervuld
voor het zegenrijke werk, dat hier in wei
nige jaren is tot stand gebracht, waarvaff
ik slechts herinneren wil aan de bevrijding
van de narcissenteelt van het aaltjesziek
cn het vinden van afdoende bestrijdings
middelen tearen het geelziek der hyacinfchen
De prakrijk stelt het op hoogen prijs, dat
geregeld overleg wordt gepleegd omtrent
te nemen maatregelen en over het uit te
voeren werkprogram tussehen den leider
van het laboratorium en de kweekers Op
deze wijze ontstaat inderdaad een ideale
samenwerking, die waarborg is voor resul
taten, waarvan werenschap en nraktiik in
geliike mate de vruchten plukken.
De praktiik heeft zich daü ook caarne
reeds gedurende vier iaren aanzienlijke
offers trefiroost om het laboratorium in staat
te stellen ten volle aan de eischen van de
bloembollenteelt te kunnen voldoen, en
beeft daardoor haar invloed op den pang
van zaken niet onbelangrijk kur.uen ver-
eterken.
Er behoort echter te zvn en te blijven
een juiste verhoudine tussehen hetgeen van
Rïiksweee en van de ziide der praktijk
aan het T aborat-orium wordt ten koste rn-
leedde Overheid zal nimmer die uitvaven
voor het laboratorium, welke kenneliik tof.
de Rijkstaak behooren, achterwege mogen
laten of drukken, in de meening dat de
praktiik ze op zich zal nemen.
Terecht is het laboratorium niet beperkt
gebleven tot de oorsorongelijks bestemming
van phytopa-thologisch instituut, maar
heeft het zich ontwikkeld tot een labora
torium voor bloembollenonderzoek in den
ruimsten zin
De voorspelling, die het hoofdbestuur der
Algemeene Vereeniging voor Bloembollen
cultuur in 1920 deed, dat er in de toekomst
ook problemen van psysiogischen aard om
oplossing zouden vragen is reeds lang be
vestigd, en de inrichting van het herbouw
de laboratorium is daarvan het bewijs.
Inderdaad kunnen al dergelijke onderzoe
kingen slechts dan ten volle tot haar recht
komen en vruchtdragend zijn, wanneer zij
gedaan worden te midden der cultuur zelve,
waar voortdurend rechtstreeksch contact
met de kweekers mogelijk is. Het stelsel, in
de bollenstreek het eerst toegepast, van een
eigen speciaal laboratorium, verdient aan
beveling voor elk belangrijk cultuurcentrum.
Bij belangrijke vraagstukken van cultuur-
technischen aard is het meestal de praktijk,
die de eerste nieuwe vondst doet en haar,
aanvankelijk zeer geheimzinnig, toepast
voor eigen gebruik Lekt de vondst uit, dan
zoekt de geleerde haren wetenschappelijken
basis en daarbij komt de wetenschap, vóór;
zij verbetert de empirisch gevonden metho
den. Zóó is het gegaan met het „praeparee-
ren" der bollen voor den vroegen broei, en
zoo zal het nog menigmaal gaan Het is
deze wisselwerking tussehen wetenschap en
praktijk, waarvan beiden zoo bijzonder veel
voordeel kunnen trekken en die gelukkig de
wederkeerige geringschatting van een vroe
ger tijdvak vervangen heeft
Wij ziin hier heden voor 't eerst bijeen,
om de officieele ingebruikneming van het
laboratorium, waarvan de bouw in 1920 be
gonnen werd, bij te wonen. Hoewel het
sinds 1922 in gebruik was, kan men eigen
lijk eerst thans zeggen, dat het voltooid is.
Want nog vóórdat de oorspronkelijke bouw
voltooid was, deed de Rijksversobering haar
intrede: de voltooiing van den bouw bleef
achterwege. Ik behoef u niet te herinneren
aan den brand van 1928 en de verslagen
heid over dezen ramp, die zoo gelukkig ver
keerde in de apotheose van het herbouwde,
vergroote en verbeterde laboratorium, dat
wel is waar niet zonder tegenspoed en ver
traging, als een waarlijk unieke, schitterend
geoutilleerde instelling voor bloembollenon
derzoek uit ^zijn asch herrezen is.
Het is vooral voor U, Professor Van Slog
teren en uwe trouwe medewerkers, heden
een dag van voldoening Dank zij uw we
tenschappelijke kennis, uw juist inzicht in
de eischen van het bloembollenvak en uwe
onvermoeid^-' toewijding hebt gij U, van uw
komst in deze streek af, nu ruim 127a jaar
geleden, het vertrouwen der kweekers we
ten te verwerven. Zij waardeeren U en heb
ben U dat bij menige gelegenheid getoond;
ook gij hebt hen leeren kennen in hun
kracht en in hun zwakheid, en wederzijds
is die samenwerking op prijs gesteld.
Namens het Centraal Bloembollen Comité
en al de daartoe behoorende vereenigingen
wensch ik U geluk met het bereikte resul
taat, waarvan deze dag de bekroning is, en
ik verbind daaraan den wensch, dat het U
nog jarenlang gegeven moge zijn met onver
zwakte energie en wetenschappelijke
scherpzinnigheid de U geschonken gaven te
wijden aan Uw schoone taak, tot heil van
de wetenschap en het bloembollenbedrijf.
Daarna was het woord aan den heer J.
M. van Til. voorzitter der Wetenschappe
lijke Commissie.
Rede de heer J. M. van Til.
Het zij mij vergund, als voorzitter van ae
Wetenschappelijk Commissie, ook eenige
woorden te zeggen.
Namens onze commissie wil ik allereerst
dank brengen aan allen, die medegewerkt
hebben aan de totstandkoming van de
heden geopends gebouwen. De aanwezigen
zullen straks, bij den rondgang, kunnen
zien, hoe doordacht en wel overwogen alies
daargesteld is, zoodat dit laboratorium
staat aan de spits van alle laboratoria in
on6 land.
Dit is wel in hoofdzaak te danken aan
prof. Van Slogteren, zijn medewerkers cn
zijn technischen ambtenaar, den heer Bak
ker, die, naast hun talrijke en veel omvat
tende werkzaamheden, al sedert jaren hu
volle energie en aandacht aan de inrichting
van dit gebouw hebben gegeven.
De samenwerking tussehen prof. Van
Slogteren en de Commissie van het Weten
schappelijk onderzoek is van zeer v-riemi-
schappelijken aard. De diverse problemen
worden in de volledige commissie bespro
ken en behandeld, doch prof. Van Slogtw-
ren en zijn staf worden volkomen vrijgela
ten in de wijze van uitvoering van het on
derzoek. Onze commissie meent dit, na
practische voorlichting, geheel aan hen ie
kunnen overlaten.
De neer J. M. van Til.
Voor ongeveer 13 jaar, toen prof. Van
Slogteren hier in onze streek kwam, stond
j men in het algemeen wat. sceptisch tegen-
j over het wetenschappelijk onderzoek. Nu
j men gezien heeft wat er bereikt is, en zeer
vele vakgenooten vaak adviezen komen vra
gen, en men belangstellend de raadgevin
gen volgt van ons 'aboratorium, is de ver
houding geheel anders geworden.
Ook tegenover het buitenland is deze in
stelling onmisbaar en worden diverse klacn-
ten en problemen op buitengewoon zakelijke
en wetenschappelijke wijze behandeld en
beantwoord. De talrijke bezoeken van voor
aanstaande wetenschappelijke menschen en
buitenlandsche professoren bewijzen w
hoe hoog dit instituut, zoowel h:er, als over
de grenzen, staat aangeschreven.
Het is niet in woorden uit fe drukken, wat
er door wetenschappelijk onderzoek al be
reikt is.
Eén van de vele moeilijke problemen,
waarvan wij de oplossing aan den profes
sor en zijn staf le danken hebben, was de
afdoende behandeling van het zoogenaamde
„oud ziek" der hyacinthen, hetwelk, in ver
houding tot vroeger jaren nu dan ook bijna
niet meer voorkomt
Met het vinden van de middelen echter
om het zoozeer gevreesde narcissen-aaltje"
te verdelgen, heeft de professor wel z'n
meest tastbare succes geboekt. Wat dit
onzen kweekers, ja ons seheele land t «t
voordeel werd. is niet in millioenen te taxe.1-
ren, en de kweekerspaleizen, die een journa
list in zijn verslag memoreerde, zouden zeer
gewone buisjes geweest zijn als prof. van
Slogteren aan dit aaltje niet zijne voortdu
rende aandacht gewijd had.
Ik heb mij in hoofdzaak beperkt tot een
paaT voor de hand liggende feiten uit onze
„bollenwereld". daarnaast echter zijn nog
talrijke problemen ter hand genomen, te veel
om op deze plaats te memoreeren.
Hel mèesle is U, door diverse publij
wel bekend.
Ik wil alleen nog even naar voren
gen het voor eenige jaren opgetreden
of „nieuw ziek" der hyacinthen h
onze hyacinthenkramen ernstig bedre
Door voorlichting van het'labora
benevens door opvolging van het geg$
vies ter bestrijding van genoemd ziek,
dit tijdig, voor een groot percentage,
drukt.
Groote bedraigen worden door de
kers, op advies van het Centraal Blo
len-comité, geofferd om het werk di
tenschap te doen slagen.
Veel geld blijft hier echter voor
en ik verzoek den vertegenwoordig!
zer regeering dan ook beleefd, om
zooveel mogelijk, moreel, maar ook j
eel, te steunen.
Wanneer en de regeering en de pi
hand in hand samenwerken, zullen
staat zjjn, onze oude reputatie in h<
tenland te blgven handhaven en ona
baar te maken, tot heil en voorspoed i
mooie vak en ons geheele land.
Dat mevr. van Slogteren straks met
matigen trots den rondgang door het
torium mee zal maken ,is zeer begi
Haar interesse in de studie en het
haren man. heeft dezen zeer zeke
vele moeilijkheden heen geholpen en
en ons vak mede ten zegen gewees
Ten slotte werden ververschingen
boden, waarna het gezelschap ziel
het laboratorium begaf, teneinde
ander met eigen oogen te beÊchtig
Voor prof. dr. van Slogteren en
was het een schoone en gedenkw
dag!
ALPHEN.
Christiaan Blaanw f.
Na een ongesteldheid van slechts
dagen overleed gisternacht op pl.m.
gen leeftijd in het Ned. Herv. Tehu
alom bekende plaatsgenoot, Cm
Bïaaw\. De heer Blaauw was een de
bekende straattypen onzer gemeen
van kind tot bg groot bekend was.
die bijna geheel blind was, kon me
niettegenstaande zijn blindheid, dagel
zijn wandelstok langs den weg zien fla
Al tastende vist hij op gevoel af nog
te komen. Br was geen stoepje, gee
of poort, of hg wist precies den weg
c^n, en te vertellen waar hij zich
1 laauw was bovendien vooral geëerc
schooljeugd, geen kip-zou hem kwaa
Mcchl een of ander trachten hem
plagen, dan nam de schooljeugd h<
voor hem op. Bovendien werd de n
klein tot groot geholpen bij het ov(
van den weg of bg het passeeren
brug. Door het drukste verkeer wist
nog zijn weg te vinden, zonder dat
maaT onder den voet geraakte. Di
ledene was een der eersten verpleeg
het Ned. Herv. Tehuis na de opriciiti
dit Tehuis, waar hij thans bgna 12 jai
verpleegd. Ook was Blaauw een groot
en dierenliefhebber. Het best was hij
element, als hfj in de vrge natuur rij
lingovogel de „koekoek" hoorde, die
natuurgetrouw kon nabootsen. Bij vt
d man dan ook de bijnaam van
koek".
Abonnementen en Advert
kunnen worden opgegeven
P. BUITELAAR, Prinsenstr.,
BOSKOOP.
Bond van Jonge Liberalen.
Naar aanleiding van een lezing
dr. F. Hollander, voorzitter van den
Bond van „Jonge Liberalen", is
plaatse een afdeeling opgericht met
kelgk 30 leden.
Gevonden Voorwerpen.
Omtrent onderstaande verloren
pen zgn aan het politiebureau inli
te bekomen:
2 huissleutels, redicule met inhoi
bid-rgwi-eliantaarn3 portemonnaies
en nummerplaat van een auto.
Hierinjvci» ut- omgevallen bananet aan den kant van de WpTp in? -
ongeluk zelve publiceerden wij gisteren reeds de bijzonderheden