„STAR" GEZONDHEIDS-SCHOENEN DE KANG-HE VAAS. PAANAKKER Co. - MAARSMANSSIEEG 3 Dokters advies luidt: draagt 70ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 11 Januari 1930 Vierde Blad No. 21418 BOUWKUNSTIG SCHOON. FEUILLETON. FINANCIEEL OVERZICHT. SPREEKCEL. ALLEEN-VERKOOP: DE VOORMALIGE LATIJNSCHE SCHOOL. I. Het stadsgedeelte bewesten de Pieters kerk is uit historisch oogpunt wel een der belangrijkste van Leiden. Aan het Pieters kerkhof grenst, zooals men weet. het oude Gravenstein, oorspronkelijk de gevangenis van de Graven van Holland. Dit complex van gebouwen, waarvan het oudste nog uit de 13de eeuw dagteekent en waarvan diver se verbouwingen en aanbouwingen zijn tot stand gebracht in 1463. 1604, 1654 en 1672. zullen we thans niet bespreken, doch eerst na de volledige bespreking van de Holland- sche Renaissance. Oorspronkelijk was Gravenstein met de Gerechtsplaats er vóór. die Middeleeuwse he humor den naam Schoonverdriet had gege ven. omringd van een gracht Een brug aan de Westzijde voerde naar 's-Gravenhof of hef kasteel Lookhorst. Zooals de kronieken melden, zagen hier graaf Willem II en zijn zoon Floris V het eerste levenslicht Men weet ook dat Willem II als Roomscb-Koning de Ridderzaal bouwde in ..Die Haghe" en dat het hoofdverblijf der Hollandsche graven daarheen werd verlegd Van het Leidsche gravenkasteel is geen spoor meer over, tenzij misschien diep in den bodem. Alleen de naam Lockhorststraat wekt nog een flauwe herinnering aan het verre verleden. Aan de Lockhorststraat werd in 1600 de alweer voormalige Latijnsche School gebouwd. De gevelarchitectuur doet dit ge bouw kennen als een typeerend voorbeeld van Oud-Hollandsche Renaissance. We zien boven grond- en eerste verdieping een hoo- gen topgevel met 7 trappen. Herinneren we ons eerst het architecto nisch geraamte van den gevel. Dit geeft een levendig aspect. De gevel is minder vlak be handeld dan die van het Rijnlandshuis. Op regelmatige afstanden wisselt de baksteen af met banden van bergsteen. Zonderen we de ingangspoort uit. dan zijn geen klassieke motieven als pilasters aan den gevelop stand gebezigd. Dit ontbreken van klassiek*» pilasters is kenmerkend voor de gevelarchi tectuur der zuiver Hollandsche renaissance. De vensterdammen zijn geheel vlak be handeld Geheel overeenkomlig de Gothi- sche gedachte wordt de gevelwand opgelost in functioneerende factoren. De horizontale lijnen in den gevel zijn van geen actieve beteekeni3: zij dragen niets. Zij dienen én ter verlevendiging én ter aanduiding van de balklagen der verschillende verdiepingen. Zoo ziet U boven de grondverdieping een cordonband. die de scheiding met de eerste verdieping accentueert. Op dezelfde wijze wordt in den topgevel de afscheiding tus schen tweede en derde verdieping en vliering aangegeven. Maar deze cordonban- dec dragen niets. Zij zijn zooals we op merkten de uiterlijke kenmerken van de ligging der balklagen. kunt verder opmerken, dat grond- en eerste verdieping een raam breeder zijn dan de trap. Boven de grondverdieping ziet U een friesband van metselmozaiek uit baksteen en zandsteen samengesteld. Juist boven de vensterdammen zijn vijf fantastische leeu wenkoppen aangebracht, zoogenaamde mas_ carons. Men weet dat bij den laat-Golische kerkbouw deze mascarons, vooral als be kroning van gootlijslen. allerlei groteske vormen aannamen. Van deze mascarons dragen er drie een ring in den bek. Ook onder de trap loopt een breede. een voudiger behandelde friesband met vijf gebeeldhouwde steenen. Nu iets over den eigelijken topgevel, dien we reeds bij het Rijnlandshuis kenschetsten als de logische afsluiting van het zadeldak. De topgevel is zooals reeds meermalen door kenners onzer oilde bouwkunst is opge merkt, de raseigen schepping der Noordelijk Gotische architectuur. Bij voorkeur plaatste men den voornaamslen topgevel naar cischen van proportie boven den hoofdin gang van hel gebctuw (Voormalig Raadhuis, GemeenlandschhuisV Bij de Latijnsche school is van dit principe afgeweken, zoodat de ingangspoort niet onder den topgevel valt Uit hel Engelsch door J. S. FLITSCllER Geautoriseerde vertaling door v. d. W. „Het is zeer interessant. Ik denk, dat je veel gevoelt voor moordzaken en dergelijke, niet waar? Die zijn belangwekkend Toen ging de deur open en juffrouw El- lingham's neef, Bryce, trad binnen in hoogst opgewonden toestand, gevolgd door Pepita Marigold Bryc-e was oen strijdlustige, ge zonde jongen, van mijn leeftijd, dien ik in stille haatte, omdat hij sinds zijn komst op het landgoed. Pepita steeds wist over te ha len om mede te gaan roeien of visschen of nestjes uilhalen, zoodat hij daardoor meer in haar gezelschap doorbracht dan mij lief was. Hij dacht op dit cogenblik niet aan Pe pita. De gloed zijner oogen had een bijzon dere oorzaak. ..Tante Kittie! tante Kittie!" schreeuwde hij. ..Heeft u dat gehoord weet u wat er is gebeurd? Werkelijk een verschrikkelijke moord, heel dicht bij vannacht een man! Kapitein Marigold...." Hij hield op toen hij mij zag. zijn oogen sprongen bijna uit zijn kassen en zijn mond ,3ing hoe langer hoe wijder open. Toen wees hij naar mij. ..Maar! maarl riep hij uit. ..Hij zag het jij zag het. Ben, niet waar? Pe- Pila zegt Pepita keek mij ook hoogst verbaasd aan en ik begreep, dat ik op dat oogenblik een voorsprong had op jongeheer Bryce. Ik maar terzijde. Het is eigenlijk wel jammer dat we te Leiden geen enkel profaan ge bouw hebben, dagteekenend uit de vroegere Gothiek, b.v. van omstreeks 1500. We zou den dan uit eigen aanschouwing kunnen op merken. hoe de trappen oorspronkelijk analytisch werden behandeld. In de 15de eeuw plaatste men pinakels waar thans de uithoeken van de trappen zijn en als vul ling tusschen de pinakels kwam metselwerk kunt dat b.v. opmerken aan het z g.. Paushuis te Utrecht. Ook metselde men wel tafeltjes. was op de hoogte' de voornaamste ge tuige! Ik speelde die rol met groote onver schilligheid. ..O. ja!"' zeide ik. terwijl ik een paar kruimeltjes van de tafel nam ..O, ja ik heb het gezien." ..Waar?" vroeg juffrouw Ellingham, met een blik van den een naar den ander. „Wat beteekent dat? Een man vermoord? Welke man? Wanneer? En waarom heb jij me dat niet verteld, Ben? Wij hebben er öog niets van gehoord!" „Ik dacht, dat u er alles van af wist, me vrouw. De heele buurt weet het, zou ik denken." ..Niemand van ons is vanmorgen uit ge weest", zei ze vlug, „behalve Bryce. Maar vertel dan toch. Ben! begrijp ik goed. dat jij er bij geweest oat jij gezien hebt wat gebeurd was jij? Vertel ons toch. „Ja, vertel, vertel", riep Bryce. springende •\an nieuwsgierigheid. Ik voelde mij na het glas port veel beter en ik zag mijzelf voor het gerecht om als getuige op te treden. En terwijl ik het woord richtte tot juffrouw Ellingham. was ik er mij van bewust, dat Bryce aan den eenen kant en Pepita aan den anderen kant met de begeerte der jeugd naar het hooren van griezeligheden opgingen in al de bij zonderheden van mijn verhaal Maar zoo jong als ik was, begreep ik. dal het niet het griezelige, maar het geheimzinnige van de zaak was. dat op mijn voornaamste toehoor ster indruk maakte. Juffrouw Ellingham luisterde met gespannen aandacht. Toen ik eindigde met te vertellen, wat Veller hedenmorgen aan Keziah en mij had gezegd, namelijk, dat er waarschijnlijk een detec tive van Scotland Yard zou gezonden wor den. schudde zij het hoofd. Eenige opleving in den Beurshandel, doch geen wijziging in de grondstemming - Stijging van winslen en snrplns der Amerikaansche ondernemingen - De invloed van geldrente en beurs speculatie op bet koersverloop van obligatiën Toenemende vraag naar vaste rentedra gende fondsen - Stijging der productie v. d. Koninklijke Petroleum Maatschappij. „Ik zie volstrekt geen enkele aanwijzing, geen enkel houvast voor hem", merkte zij op. „Maar dit is iets voor jou om je te oefenen in de crimineele practijk, Ben! Een vreemde, duistere zaak! En zoo dicht bij! Het lijkt wel Toen hield zij op, er was iemand binnen gekomen; een man. die eenige zilveren din gen op een schaal droeg en ze rustig op het buffet zette. Ik kende hem niet. Juffrouw Ellingham met haar bedienden waren tij dens mijn afwezigheid op het landgoed ge- komeD. Hij moest volgens mij de butler zijn. Het was een klein, rustig mannetje, stijf, netjes, precies, met een zeer inne mend, peinzend gelaat met donkere bakke baardjes. Terwijl hij zich van de eene naar de andere zijde van het buffet bewoog, wa ren zijn bewegingen even rustig en zacht als zijn gezicht. Juffrouw Ellingham draaide zich naar hem toe. „Garsie!" zeide zij. „heb je van den moord gehoord?" „Ik hoorde het zoo even, mevrouw", ant woordde hij. op rustigen, gelijkmatigen toon, „van een koopman, die juist aan de deur kwam alleen de hoofdzaken." „En heb je er anders niets van gehoord? Heeft men vermoedens?" „Voor zoover ik weet. niet. mevrouw. Mijn zegsman is van oordeel, dat het onge lukkige slachtoffer van uit zee aan wal is gebracht." „Dat denk ik ook", antwoordde juffrouw Ellingham. „Mijn zegsman, mevrouw", merkte Carsie op, nog steeds bezig met het zilver op het buffet, „zeide mij. dat hij had gehoord, dat op den bewusten avond tegen donker een vreemd schip buiten de bank wa9 gezien. milliard doll, beloopt. Dank zij het hooge bedrag van het in de hausse-jaren gevorm de surplus en het feit, dat daarnaast ruime bedragen voor afschrijvingen zijn aange wend zullen vele maatschappijen, indien hun winst in het nieuwe jaar inderdaad aanzienlijk mocht teruggaan, voor de uit- keering van een dividend uit hun surplus kunnen putten. Ie^s dergelijks is vroeger herhaaldelijk geschied, zoo b.v. in het min der gunstige jaar 1927, toen uit het geac cumuleerde surplus een dividend in con tanten van 637 millioen doll, werd betaald door maatschappijen, wier balans voor ge noemd jaar een verlies aanwees. Nu blijft intusschen af te wachten, of de depressie in 1930 niet van ernstiger aard zal blijken te zijn dan in 1927, toen de economische toestand slechts voorbijgaand ongunstig is geweest en de daling op de fondsenmarkt ook veel minder ernstige af metingen had dan thans. Juist in dit opzicht, zweeft men op de New-Yorksche beurs thans tusschen hoop en vreeze, wat wel duidelijk blijkt uit het weifelende koers verloop. Op een dag van willigto en toe nemende levendigheid volgt vrijwel zon der uitzondering een dag, waarop het aan bod weder de overhand heeft en de koers- sen terugloopen. Per saldo zun de meeste Araerlbaansohe fondsen dan ook nog slecïitf weinig veranderd tegenover het peil, dat na de groote daling bereikt was. De onzekerheid, die ten opzichte van de toekomstige economische ontwikkeling blijft heerschen, heeft tot gevolg, dat de beurs nog steeds weinig oog heeft voor de wij zigingen ten goede, die op ander gebied zijn ingetreden. Zoo heeft de waarsohiinliik- heid. dat de netelige kwestie der Duitsche schadevergoeding en der hievmede in nauw verband staande vraagstukken van inter nationale politiek thans spoedig een defi nitieve oplossing zullen vinden, slechts wei nig invloed uitgeoefend op de beurs, die anders voor dergelijke politieke factoren zoo zeer gevoelig is. Ook de verdere ver ruiming van de internationale geldmarkt heeft nog niet tot een ingrijpende wijziging van de stemming ter beurze geleid, ten minste voor zoover de aandeelenmarkt be treft. Wel is de vraag naar obligatiën er door gestimuleerd, nadat reeds in de laat Men gelooft in het dorp, dat de vermoorde van dat schip aan wal werd gebracht." „Er zal een onderzoek plaats hebben", zeide juffrouw Ellingham. „Misschien komt dan alles tot klaarheid." „Het onderzoek, mevrouw, is bepaald op morgen na middag om drie uur", antwoordde de butler. „In de dorpsschool, mevrouw „Laten wij daarheen gaan! Daar moe ten we heen!" riep Bryce uit. „Gaat u mee, tante Kittie?" Juffrouw Ellingham gaf geen beslist ant woord toch zag ik haar met Bryce onder het publiek, toen Keziah en ik den volgen den namiddag in het schoolgebouw kwa men. Zij stonden bescheiden in een hoekje. Keziah en ik, die verzocht waren aanwezig te zijn, kregen een plaats voor in de zaa!. Er .waren onder de aanwezigen velen, die ik niet kende rechters, niet uit Kingshaven, want die kende ik allen van aanzien en politie-autorifeiten en nog vele anderen, die ernstig en geheimzinnig keken. Er was een jongmensch, keurig gekleed, met een aange naam gezicht, die naast den plaatselijken inspecteur van politie zat en zoo nu en dan met hem op fluisterenden toon sprak. Ik hield hem voor een klerk van een der hooge oomes, vooral, omdat hij van tijd tot tijd aanteekeningen zat te maken. De offi cier van justitie, de oude heer Voules, wien iedereen in het district kende, zeide hij h.et begin dat dit een zaak was. die niet in een oogenblik tot klaarheid was te brengen, zoo dat vandaag alleen getuigen zouden wor den gehoord, om daarna het onderzoek te verdagen voor een of twee weken, totdat meer inlichtingen waren verkregen. Ik be greep daaruit, dat Keziah en ik niets meer zouden hooren, dan hetgeen wij reeds wis ten, maar ik oordeelde verkeerd. Veller en ste weken vao het oude jaar op de obliga tie-markt een verbetering te constateeren was geweest. Naar men weet, hebben de geldkoersen zich gedurende het grootste deel van 1930 op een buitengewoon hoog peil bewogen. Op de Arasterdamsche markt is de pro longatie-koers tijdelijk tot 6^ pCt. geste gen; maanden achter elkaar was bij uit zetting van geld tegen onderpand van ef fecten een rente van 5 pCt. of meer te maken. Dit heeft tot gevolg gehad, dat velen, die geld beschikbaar hadden, er dc voorkeur aan geven, deze middelen op kor ten termijn uit te leenen, in plaats van ze te beleggen in binnenlandsche obligatiën of pandbrieven, waarvoor het rendement slechts c.a. 4\/2 pCt. bedraagt. Hierbij kwam nog, dat velen, die hun middelen onder gewone omstandigheden in vaste dragende fondsen plegen te beleggen, aan gelokt door de voortdurende koersstijging van versohillende aandeelen, in plaats van obligatiën aandeelen kochten. De hieruit voortvloeiende verminderde vraag naar be leggingsfondsen heeft voorbijgaand tot een vrij scherpe koersdaling van staats- en ge- fn^enteleeningen enz. geleid. 2Vf> pCt. N.W. S. liepen b.v. van 65 tot. 60 DCt. terug, 4 pCt. Ned. Staatsschuld van 98M> tot 43t4 pCt.de 41/n pCt. Nederlandsche staats- en gemcenteleeningen boekten een koersverlies van 2 tot 4 pCt. In den jongsten tijd hebben wij een ont wikkeling meegemaakt juist tegenoverge steld aan de hierboven geschetste. Tenge volge van de beursdebacle te New-York en de daarmede gepaard gaande sterke da ling van de geldrente is weder een groot deel van de vroeger in Amerika uitgezette gelden naar ons land teruggevloeid. De koersen voor geld op korten termijn zijn. ook hier aanzienlijk gedaald; prolongatie noteert thans slechts 3 A 3*4 pCt. en de attractie van het uitzetten van geld op de prolongatiemarkt is daardoor voor velen verdwenen, zoodat zij zich weder in toene mende mate tot de beleggingsmarkt wen den, evenals een deel dergenen, die met hun aandeelenbezit zulke teleurstellende erva ringen hebben opgedaan. De gevolgen hier van beginnen zich reeds op duidelijke wijze in het koersverloop der obligatiën af te kapiUvji Marigold somden de bijzonderhe den op van het vinden van den vermoorde en dr. Bellairs gaf een verklaring betref fende de oorzaak van den dood. Daarna kwam in de getuigenbank iemand, die ik niet kende, iemand, die zich John Watson noemde, de directeur van het Collingwood Hotel in Kingshaven. Hij was een man van middelbaren leeftijd met een norsch uiter lijk. Toen de officier hem vroeg of hij do doode kende, antwoordde hij bevestigend, doch op een toon, die te kennen gaf. dat hij het minder aangenaam vond om daar te moeten komen getuigen. „Herkende u hem als de man, die u on langs heeft gezien?" vroeg mijnheer Voules. „Jat Het is dezelfde, die eenige dagen ge leden in mijn hotel kwam „Op welken dag?" „Maandag, jongstleden Maandag, des na middags." „Maandag! Laat eens zien de man werd gevonden juist, Dinsdagnacht. Goed Du9 hij kwam in uw hotel Maandag namiddag. Hoe laat?" „Tegen theetijd, omstreeks vijf uur." „Heeft u hem vroeger gekend." „Voor zoover ik weet niet." „Dus een vreemdeling Wat wenschte hij?" „Hij verlangde een kamer en zeide, dat hij een of twee nachten zou blijven. Daar hij geen bagage had, vroeg ik hem vooruit een bedrag te storten. Hij gaf mij een paar bankbiljetten van een poüd. Ik zag, dat hij vrij veel geld bij zich had." „Is uw hotel goedkoop?" „Middelmatige prijzen. Het is een hotel voor handelsreizigers, maar er komen ook wel andere gasten." (Wordt vervolgd). Als voorbeeld van de laatste den top van een gevel te Edam. Een aardig voorbeeld in dien geest vindt U ook aan het hui9 op het bekende „Straatje" van Vermeer, dat natuurlijk aan ieder in reproductie bekend is. Later werden die tafeltjes synthetisch bewerkt tot trap treden. De geheele gevel is zooals we reeds op merken, versierd met zandsteenb^nden, z.g. speklagen. Onder de benedendorpels zijn deze als geprofileerde cordonbanden geheel doorgetrokken om tevens dienst te doen als waterlijsten. De boventop van den gevel is versierd met een blinde nis, die waarschijn lijk een vroeger vlieringraam vervangt. En met aan zekerheid grenzende waarschijn lijkheid heeft vroeger op de bovenste trap nog een console gestaan met een leeuw, een figuur, of zoo Een dergelijk beeldhouwwerk, waarin, zooals we reeds vroeger opmerkten, do verticale dwang zich uitvierde en die tevens diende tot verzwaring van den druk op de nokbalk, was een karakteristiek ele ment der Oud-Hollandsche Renaissance. U kunt heel goed zien, dat het bovenste deel van den gevel vroeger eens is hersteld en toen heeft men de oude bekroning wegge laten. Aan verschillende trapgevels zijn nog de sporen op te merken, dat er vroeger een eindafsluiting is geweest. Als U de Latijn sche 9cbooI voorbijkomt ziet U dicht er bij een heel smal oud geveltje, uit de 17de eeuw, dat er schorem en verwaarloosd Uit ziet. maar waaraan boveiUi&g een voorui!- gemetselde topconsole valt op te merken, die in vroege ren tijd e?n of ander beeld houwwerk heeft gedragen. ROOKEN IN DE BIOSCOPEN. Iemand, die' vreeselijk bang voor brand is, vraagt, of het niet mogelijk is een rookver bod uit te vaardigen voor de bioscopen met het oog op brandgevaar. TE VEEL VAN HET GOEDE. Een ander abonné vindt, dat juist het con cours der Ohr. Zangvereeniging het eerst in aanmerking komt om niet door te gaan, daar do deelneming daaraan niet vrij staat voor alle vereeaigingen. Dal concours kan z.i. best in een der dorpen worden georgani seerd. In de eerste week van het nieuwe jaar heeft de beurs Dog weinig aanwijzingen ge geven van de richting, waarin zij zich schijnt te zullen gaan ontwikkelen. Wel is op de Amsterdamsche beurs de handel in bepaalde fondsen levendiger geworden en vooral aandeelen Margarine Unie hebben een vaste stemming aan den dag gelegd. Het zou echter onjuist zijn, hieruit ai te leiden, dat de stemming ter beurze in het algemeen een definitieve wijziging ten goede heeft ondergaan en dat een nieuwe hausse-periode te wachten zou zijn. De fac toren van onzekerheid, die in de laatste maanden van het oude jaar zulk een rem- menden invloed op den beurshandel hebben uitgeoefend, bestaan immers ook thans voor een groot deel nog. In de eerste en voornaamste plaats heeft de vraag, in hoeverre de beurscvisis een algemeenen terugslag van het economisch, leven zal veroorzaken, nog geen afdoende beantwoording gevonden. Wel is hier en daar een vermindering der bedrijvigheid te constateeren, doch deze kan even goed toe te schrijven zijn aan seizoen-invloeden en toevallige omstandigheden dan aan e-n beperking der koopkracht als gevolg van de koersdaling ter beurze. Een uitzondering moet intusschen ge maakt worden voor de luxe-industrieën, waaronder voornamelijk de automobielin dustrie. waar de afzet inderdaad ernstig onder de beurskrach heeft geleden, en de productie sterk is ingekrompen. In de Ame rikaansche automobielindustrie wordt voor 1930 rekening gehouden met een verminde ring der productie van circa 10 pCt., en wel van ruim o1/* millioen stuks tot 4.9 a 5 millioen stuks. Op zich zelf is deze terug gang niet zoo belangrijk Men dient echter in het oog te houden, dat de meeste maat schappijen tijdens de periode van groote vraag Lud productie-capaciteit sterk heb ben uitgebreid, zoodat reeds een onver anderde afzet zou beteekenen, dat een ge deelte der nieuwe installaties buiten bedrijf zou zijn, hetgeen de productie-kosten on gunstig zou moeten beïnvloeden. 'n het algemeen is de positie der Ame rikaansche ondernemingen echter na de langdurige periode van voorspoed, welke zii achter zich hebben, zoo krachtig, dat zij oen tijdperk van een minder bevredi- cenden gang vah zaken zonder moeilijk heden zouden kunnen doorkomen. In het Amerikaansche ..Bankers' Magazine" vin den wij de onderstaande tabel van de win sten, welke in de laatste acht jaren door alle maatschappijen in de Vereenigde Sta ten werden gemaakt en van de bedragen der uitgekeerde dividenden: (alles in mil- lioenen dollar). bruto ontv. netto ontv. dividend 1922 101.314 5.183 3.436 1923 119.019 6.697 4.169 1924 119.746 5 913 4.338 1925 130 710 8.146 5.198 1926 142.629 8.280 5.945 1927 144 Q99 7.538 6.423 1928 155.000 8.500 6.900 1929 170.000* 9.900* 8.000* geraamd. Naar uit dezen staat blijkt, hebben de maatschappijen, alle bijeengenomen, elk jaar een aanmerkelijk deel der winsten in het bedrijf gelaten Geraamd wordt, dat in de laatste aclit jaar jn totaal een be drag van IS milliard dollar aan het sur plus werd toegevoegd, en dat surplus en onverdeelde winst van alle Amerikaansche maatschappijen aan het eind van 1929. na aftrek van het deficit, dat sommige onder nemingen op hun balans hebben staan, 44 RECLAME. 1251

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1930 | | pagina 19