„STAR"
GEZONDHEIDS-SCHOENEN
DE KANG-HE VAAS.
PAANAKKER Co. - MAARSMANSSIEEG 3
Dokters advies luidt: draagt
70ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 11 Januari 1930
Vierde Blad
No. 21418
BOUWKUNSTIG SCHOON.
FEUILLETON.
FINANCIEEL OVERZICHT.
SPREEKCEL.
ALLEEN-VERKOOP:
DE VOORMALIGE LATIJNSCHE SCHOOL.
I.
Het stadsgedeelte bewesten de Pieters
kerk is uit historisch oogpunt wel een der
belangrijkste van Leiden. Aan het Pieters
kerkhof grenst, zooals men weet. het oude
Gravenstein, oorspronkelijk de gevangenis
van de Graven van Holland. Dit complex
van gebouwen, waarvan het oudste nog uit
de 13de eeuw dagteekent en waarvan diver
se verbouwingen en aanbouwingen zijn tot
stand gebracht in 1463. 1604, 1654 en 1672.
zullen we thans niet bespreken, doch eerst
na de volledige bespreking van de Holland-
sche Renaissance.
Oorspronkelijk was Gravenstein met de
Gerechtsplaats er vóór. die Middeleeuwse he
humor den naam Schoonverdriet had gege
ven. omringd van een gracht Een brug aan
de Westzijde voerde naar 's-Gravenhof of
hef kasteel Lookhorst. Zooals de kronieken
melden, zagen hier graaf Willem II en zijn
zoon Floris V het eerste levenslicht Men
weet ook dat Willem II als Roomscb-Koning
de Ridderzaal bouwde in ..Die Haghe" en
dat het hoofdverblijf der Hollandsche graven
daarheen werd verlegd
Van het Leidsche gravenkasteel is geen
spoor meer over, tenzij misschien diep in
den bodem. Alleen de naam Lockhorststraat
wekt nog een flauwe herinnering aan het
verre verleden.
Aan de Lockhorststraat werd in 1600 de
alweer voormalige Latijnsche School
gebouwd. De gevelarchitectuur doet dit ge
bouw kennen als een typeerend voorbeeld
van Oud-Hollandsche Renaissance. We zien
boven grond- en eerste verdieping een hoo-
gen topgevel met 7 trappen.
Herinneren we ons eerst het architecto
nisch geraamte van den gevel. Dit geeft een
levendig aspect. De gevel is minder vlak be
handeld dan die van het Rijnlandshuis. Op
regelmatige afstanden wisselt de baksteen
af met banden van bergsteen. Zonderen we
de ingangspoort uit. dan zijn geen klassieke
motieven als pilasters aan den gevelop
stand gebezigd. Dit ontbreken van klassiek*»
pilasters is kenmerkend voor de gevelarchi
tectuur der zuiver Hollandsche renaissance.
De vensterdammen zijn geheel vlak be
handeld Geheel overeenkomlig de Gothi-
sche gedachte wordt de gevelwand opgelost
in functioneerende factoren. De horizontale
lijnen in den gevel zijn van geen actieve
beteekeni3: zij dragen niets. Zij dienen én
ter verlevendiging én ter aanduiding van
de balklagen der verschillende verdiepingen.
Zoo ziet U boven de grondverdieping een
cordonband. die de scheiding met de eerste
verdieping accentueert. Op dezelfde wijze
wordt in den topgevel de afscheiding tus
schen tweede en derde verdieping en
vliering aangegeven. Maar deze cordonban-
dec dragen niets. Zij zijn zooals we op
merkten de uiterlijke kenmerken van de
ligging der balklagen.
kunt verder opmerken, dat grond- en
eerste verdieping een raam breeder zijn dan
de trap.
Boven de grondverdieping ziet U een
friesband van metselmozaiek uit baksteen
en zandsteen samengesteld. Juist boven de
vensterdammen zijn vijf fantastische leeu
wenkoppen aangebracht, zoogenaamde mas_
carons. Men weet dat bij den laat-Golische
kerkbouw deze mascarons, vooral als be
kroning van gootlijslen. allerlei groteske
vormen aannamen. Van deze mascarons
dragen er drie een ring in den bek.
Ook onder de trap loopt een breede. een
voudiger behandelde friesband met vijf
gebeeldhouwde steenen.
Nu iets over den eigelijken topgevel, dien
we reeds bij het Rijnlandshuis kenschetsten
als de logische afsluiting van het zadeldak.
De topgevel is zooals reeds meermalen door
kenners onzer oilde bouwkunst is opge
merkt, de raseigen schepping der Noordelijk
Gotische architectuur. Bij voorkeur plaatste
men den voornaamslen topgevel naar
cischen van proportie boven den hoofdin
gang van hel gebctuw (Voormalig Raadhuis,
GemeenlandschhuisV Bij de Latijnsche
school is van dit principe afgeweken, zoodat
de ingangspoort niet onder den topgevel valt
Uit hel Engelsch door J. S. FLITSCllER
Geautoriseerde vertaling door v. d. W.
„Het is zeer interessant. Ik denk, dat je
veel gevoelt voor moordzaken en dergelijke,
niet waar? Die zijn belangwekkend
Toen ging de deur open en juffrouw El-
lingham's neef, Bryce, trad binnen in hoogst
opgewonden toestand, gevolgd door Pepita
Marigold Bryc-e was oen strijdlustige, ge
zonde jongen, van mijn leeftijd, dien ik in
stille haatte, omdat hij sinds zijn komst op
het landgoed. Pepita steeds wist over te ha
len om mede te gaan roeien of visschen of
nestjes uilhalen, zoodat hij daardoor meer
in haar gezelschap doorbracht dan mij lief
was. Hij dacht op dit cogenblik niet aan Pe
pita. De gloed zijner oogen had een bijzon
dere oorzaak.
..Tante Kittie! tante Kittie!" schreeuwde
hij. ..Heeft u dat gehoord weet u wat er
is gebeurd? Werkelijk een verschrikkelijke
moord, heel dicht bij vannacht een man!
Kapitein Marigold...."
Hij hield op toen hij mij zag. zijn oogen
sprongen bijna uit zijn kassen en zijn mond
,3ing hoe langer hoe wijder open. Toen
wees hij naar mij.
..Maar! maarl riep hij uit. ..Hij
zag het jij zag het. Ben, niet waar? Pe-
Pila zegt
Pepita keek mij ook hoogst verbaasd aan
en ik begreep, dat ik op dat oogenblik een
voorsprong had op jongeheer Bryce. Ik
maar terzijde. Het is eigenlijk wel jammer
dat we te Leiden geen enkel profaan ge
bouw hebben, dagteekenend uit de vroegere
Gothiek, b.v. van omstreeks 1500. We zou
den dan uit eigen aanschouwing kunnen op
merken. hoe de trappen oorspronkelijk
analytisch werden behandeld. In de 15de
eeuw plaatste men pinakels waar thans de
uithoeken van de trappen zijn en als vul
ling tusschen de pinakels kwam metselwerk
kunt dat b.v. opmerken aan het z g..
Paushuis te Utrecht. Ook metselde men
wel tafeltjes.
was op de hoogte' de voornaamste ge
tuige! Ik speelde die rol met groote onver
schilligheid.
..O. ja!"' zeide ik. terwijl ik een paar
kruimeltjes van de tafel nam ..O, ja ik
heb het gezien."
..Waar?" vroeg juffrouw Ellingham, met
een blik van den een naar den ander. „Wat
beteekent dat? Een man vermoord? Welke
man? Wanneer? En waarom heb jij me
dat niet verteld, Ben? Wij hebben er öog
niets van gehoord!"
„Ik dacht, dat u er alles van af wist, me
vrouw. De heele buurt weet het, zou ik
denken."
..Niemand van ons is vanmorgen uit ge
weest", zei ze vlug, „behalve Bryce. Maar
vertel dan toch. Ben! begrijp ik goed. dat
jij er bij geweest oat jij gezien hebt
wat gebeurd was jij? Vertel ons toch.
„Ja, vertel, vertel", riep Bryce. springende
•\an nieuwsgierigheid.
Ik voelde mij na het glas port veel beter
en ik zag mijzelf voor het gerecht om als
getuige op te treden. En terwijl ik het
woord richtte tot juffrouw Ellingham. was
ik er mij van bewust, dat Bryce aan den
eenen kant en Pepita aan den anderen kant
met de begeerte der jeugd naar het hooren
van griezeligheden opgingen in al de bij
zonderheden van mijn verhaal Maar zoo
jong als ik was, begreep ik. dal het niet het
griezelige, maar het geheimzinnige van de
zaak was. dat op mijn voornaamste toehoor
ster indruk maakte. Juffrouw Ellingham
luisterde met gespannen aandacht. Toen
ik eindigde met te vertellen, wat Veller
hedenmorgen aan Keziah en mij had gezegd,
namelijk, dat er waarschijnlijk een detec
tive van Scotland Yard zou gezonden wor
den. schudde zij het hoofd.
Eenige opleving in den Beurshandel, doch
geen wijziging in de grondstemming -
Stijging van winslen en snrplns der
Amerikaansche ondernemingen - De
invloed van geldrente en beurs
speculatie op bet koersverloop
van obligatiën Toenemende
vraag naar vaste rentedra
gende fondsen - Stijging der
productie v. d. Koninklijke
Petroleum Maatschappij.
„Ik zie volstrekt geen enkele aanwijzing,
geen enkel houvast voor hem", merkte zij
op. „Maar dit is iets voor jou om je te
oefenen in de crimineele practijk, Ben! Een
vreemde, duistere zaak! En zoo dicht bij!
Het lijkt wel
Toen hield zij op, er was iemand binnen
gekomen; een man. die eenige zilveren din
gen op een schaal droeg en ze rustig op het
buffet zette. Ik kende hem niet. Juffrouw
Ellingham met haar bedienden waren tij
dens mijn afwezigheid op het landgoed ge-
komeD. Hij moest volgens mij de butler
zijn. Het was een klein, rustig mannetje,
stijf, netjes, precies, met een zeer inne
mend, peinzend gelaat met donkere bakke
baardjes. Terwijl hij zich van de eene naar
de andere zijde van het buffet bewoog, wa
ren zijn bewegingen even rustig en zacht
als zijn gezicht.
Juffrouw Ellingham draaide zich naar
hem toe.
„Garsie!" zeide zij. „heb je van den
moord gehoord?"
„Ik hoorde het zoo even, mevrouw", ant
woordde hij. op rustigen, gelijkmatigen toon,
„van een koopman, die juist aan de deur
kwam alleen de hoofdzaken."
„En heb je er anders niets van gehoord?
Heeft men vermoedens?"
„Voor zoover ik weet. niet. mevrouw.
Mijn zegsman is van oordeel, dat het onge
lukkige slachtoffer van uit zee aan wal is
gebracht."
„Dat denk ik ook", antwoordde juffrouw
Ellingham.
„Mijn zegsman, mevrouw", merkte Carsie
op, nog steeds bezig met het zilver op het
buffet, „zeide mij. dat hij had gehoord, dat
op den bewusten avond tegen donker een
vreemd schip buiten de bank wa9 gezien.
milliard doll, beloopt. Dank zij het hooge
bedrag van het in de hausse-jaren gevorm
de surplus en het feit, dat daarnaast ruime
bedragen voor afschrijvingen zijn aange
wend zullen vele maatschappijen, indien
hun winst in het nieuwe jaar inderdaad
aanzienlijk mocht teruggaan, voor de uit-
keering van een dividend uit hun surplus
kunnen putten. Ie^s dergelijks is vroeger
herhaaldelijk geschied, zoo b.v. in het min
der gunstige jaar 1927, toen uit het geac
cumuleerde surplus een dividend in con
tanten van 637 millioen doll, werd betaald
door maatschappijen, wier balans voor ge
noemd jaar een verlies aanwees.
Nu blijft intusschen af te wachten, of de
depressie in 1930 niet van ernstiger aard
zal blijken te zijn dan in 1927, toen de
economische toestand slechts voorbijgaand
ongunstig is geweest en de daling op de
fondsenmarkt ook veel minder ernstige af
metingen had dan thans. Juist in dit opzicht,
zweeft men op de New-Yorksche beurs
thans tusschen hoop en vreeze, wat wel
duidelijk blijkt uit het weifelende koers
verloop. Op een dag van willigto en toe
nemende levendigheid volgt vrijwel zon
der uitzondering een dag, waarop het aan
bod weder de overhand heeft en de koers-
sen terugloopen. Per saldo zun de meeste
Araerlbaansohe fondsen dan ook nog slecïitf
weinig veranderd tegenover het peil, dat
na de groote daling bereikt was.
De onzekerheid, die ten opzichte van de
toekomstige economische ontwikkeling blijft
heerschen, heeft tot gevolg, dat de beurs
nog steeds weinig oog heeft voor de wij
zigingen ten goede, die op ander gebied
zijn ingetreden. Zoo heeft de waarsohiinliik-
heid. dat de netelige kwestie der Duitsche
schadevergoeding en der hievmede in nauw
verband staande vraagstukken van inter
nationale politiek thans spoedig een defi
nitieve oplossing zullen vinden, slechts wei
nig invloed uitgeoefend op de beurs, die
anders voor dergelijke politieke factoren
zoo zeer gevoelig is. Ook de verdere ver
ruiming van de internationale geldmarkt
heeft nog niet tot een ingrijpende wijziging
van de stemming ter beurze geleid, ten
minste voor zoover de aandeelenmarkt be
treft. Wel is de vraag naar obligatiën er
door gestimuleerd, nadat reeds in de laat
Men gelooft in het dorp, dat de vermoorde
van dat schip aan wal werd gebracht."
„Er zal een onderzoek plaats hebben",
zeide juffrouw Ellingham. „Misschien komt
dan alles tot klaarheid."
„Het onderzoek, mevrouw, is bepaald op
morgen na middag om drie uur", antwoordde
de butler. „In de dorpsschool, mevrouw
„Laten wij daarheen gaan! Daar moe
ten we heen!" riep Bryce uit. „Gaat u mee,
tante Kittie?"
Juffrouw Ellingham gaf geen beslist ant
woord toch zag ik haar met Bryce onder
het publiek, toen Keziah en ik den volgen
den namiddag in het schoolgebouw kwa
men. Zij stonden bescheiden in een hoekje.
Keziah en ik, die verzocht waren aanwezig
te zijn, kregen een plaats voor in de zaa!.
Er .waren onder de aanwezigen velen, die ik
niet kende rechters, niet uit Kingshaven,
want die kende ik allen van aanzien en
politie-autorifeiten en nog vele anderen, die
ernstig en geheimzinnig keken. Er was een
jongmensch, keurig gekleed, met een aange
naam gezicht, die naast den plaatselijken
inspecteur van politie zat en zoo nu en
dan met hem op fluisterenden toon sprak.
Ik hield hem voor een klerk van een der
hooge oomes, vooral, omdat hij van tijd tot
tijd aanteekeningen zat te maken. De offi
cier van justitie, de oude heer Voules, wien
iedereen in het district kende, zeide hij h.et
begin dat dit een zaak was. die niet in een
oogenblik tot klaarheid was te brengen, zoo
dat vandaag alleen getuigen zouden wor
den gehoord, om daarna het onderzoek te
verdagen voor een of twee weken, totdat
meer inlichtingen waren verkregen. Ik be
greep daaruit, dat Keziah en ik niets meer
zouden hooren, dan hetgeen wij reeds wis
ten, maar ik oordeelde verkeerd. Veller en
ste weken vao het oude jaar op de obliga
tie-markt een verbetering te constateeren
was geweest.
Naar men weet, hebben de geldkoersen
zich gedurende het grootste deel van 1930
op een buitengewoon hoog peil bewogen.
Op de Arasterdamsche markt is de pro
longatie-koers tijdelijk tot 6^ pCt. geste
gen; maanden achter elkaar was bij uit
zetting van geld tegen onderpand van ef
fecten een rente van 5 pCt. of meer te
maken. Dit heeft tot gevolg gehad, dat
velen, die geld beschikbaar hadden, er dc
voorkeur aan geven, deze middelen op kor
ten termijn uit te leenen, in plaats van ze
te beleggen in binnenlandsche obligatiën of
pandbrieven, waarvoor het rendement
slechts c.a. 4\/2 pCt. bedraagt. Hierbij
kwam nog, dat velen, die hun middelen
onder gewone omstandigheden in vaste
dragende fondsen plegen te beleggen, aan
gelokt door de voortdurende koersstijging
van versohillende aandeelen, in plaats van
obligatiën aandeelen kochten. De hieruit
voortvloeiende verminderde vraag naar be
leggingsfondsen heeft voorbijgaand tot een
vrij scherpe koersdaling van staats- en ge-
fn^enteleeningen enz. geleid. 2Vf> pCt. N.W.
S. liepen b.v. van 65 tot. 60 DCt. terug, 4
pCt. Ned. Staatsschuld van 98M> tot 43t4
pCt.de 41/n pCt. Nederlandsche staats- en
gemcenteleeningen boekten een koersverlies
van 2 tot 4 pCt.
In den jongsten tijd hebben wij een ont
wikkeling meegemaakt juist tegenoverge
steld aan de hierboven geschetste. Tenge
volge van de beursdebacle te New-York
en de daarmede gepaard gaande sterke da
ling van de geldrente is weder een groot
deel van de vroeger in Amerika uitgezette
gelden naar ons land teruggevloeid. De
koersen voor geld op korten termijn zijn.
ook hier aanzienlijk gedaald; prolongatie
noteert thans slechts 3 A 3*4 pCt. en de
attractie van het uitzetten van geld op de
prolongatiemarkt is daardoor voor velen
verdwenen, zoodat zij zich weder in toene
mende mate tot de beleggingsmarkt wen
den, evenals een deel dergenen, die met hun
aandeelenbezit zulke teleurstellende erva
ringen hebben opgedaan. De gevolgen hier
van beginnen zich reeds op duidelijke wijze
in het koersverloop der obligatiën af te
kapiUvji Marigold somden de bijzonderhe
den op van het vinden van den vermoorde
en dr. Bellairs gaf een verklaring betref
fende de oorzaak van den dood. Daarna
kwam in de getuigenbank iemand, die ik
niet kende, iemand, die zich John Watson
noemde, de directeur van het Collingwood
Hotel in Kingshaven. Hij was een man van
middelbaren leeftijd met een norsch uiter
lijk. Toen de officier hem vroeg of hij do
doode kende, antwoordde hij bevestigend,
doch op een toon, die te kennen gaf. dat hij
het minder aangenaam vond om daar te
moeten komen getuigen.
„Herkende u hem als de man, die u on
langs heeft gezien?" vroeg mijnheer Voules.
„Jat Het is dezelfde, die eenige dagen ge
leden in mijn hotel kwam
„Op welken dag?"
„Maandag, jongstleden Maandag, des na
middags."
„Maandag! Laat eens zien de man
werd gevonden juist, Dinsdagnacht.
Goed Du9 hij kwam in uw hotel Maandag
namiddag. Hoe laat?"
„Tegen theetijd, omstreeks vijf uur."
„Heeft u hem vroeger gekend."
„Voor zoover ik weet niet."
„Dus een vreemdeling Wat wenschte hij?"
„Hij verlangde een kamer en zeide, dat
hij een of twee nachten zou blijven. Daar
hij geen bagage had, vroeg ik hem vooruit
een bedrag te storten. Hij gaf mij een paar
bankbiljetten van een poüd. Ik zag, dat hij
vrij veel geld bij zich had."
„Is uw hotel goedkoop?"
„Middelmatige prijzen. Het is een hotel
voor handelsreizigers, maar er komen ook
wel andere gasten."
(Wordt vervolgd).
Als voorbeeld van de laatste den top van
een gevel te Edam.
Een aardig voorbeeld in dien geest vindt
U ook aan het hui9 op het bekende
„Straatje" van Vermeer, dat natuurlijk aan
ieder in reproductie bekend is. Later werden
die tafeltjes synthetisch bewerkt tot trap
treden.
De geheele gevel is zooals we reeds op
merken, versierd met zandsteenb^nden, z.g.
speklagen. Onder de benedendorpels zijn
deze als geprofileerde cordonbanden geheel
doorgetrokken om tevens dienst te doen als
waterlijsten. De boventop van den gevel is
versierd met een blinde nis, die waarschijn
lijk een vroeger vlieringraam vervangt. En
met aan zekerheid grenzende waarschijn
lijkheid heeft vroeger op de bovenste trap
nog een console gestaan met een leeuw, een
figuur, of zoo Een dergelijk beeldhouwwerk,
waarin, zooals we reeds vroeger opmerkten,
do verticale dwang zich uitvierde en die
tevens diende tot verzwaring van den druk
op de nokbalk, was een karakteristiek ele
ment der Oud-Hollandsche Renaissance. U
kunt heel goed zien, dat het bovenste deel
van den gevel vroeger eens is hersteld en
toen heeft men de oude bekroning wegge
laten. Aan verschillende trapgevels zijn nog
de sporen op te merken, dat er vroeger een
eindafsluiting is geweest. Als U de Latijn
sche 9cbooI voorbijkomt ziet U dicht er bij
een heel smal oud geveltje, uit de 17de
eeuw, dat er schorem en verwaarloosd Uit
ziet. maar waaraan boveiUi&g een voorui!-
gemetselde topconsole valt op te merken,
die in vroege ren tijd e?n of ander beeld
houwwerk heeft gedragen.
ROOKEN IN DE BIOSCOPEN.
Iemand, die' vreeselijk bang voor brand is,
vraagt, of het niet mogelijk is een rookver
bod uit te vaardigen voor de bioscopen met
het oog op brandgevaar.
TE VEEL VAN HET GOEDE.
Een ander abonné vindt, dat juist het con
cours der Ohr. Zangvereeniging het eerst
in aanmerking komt om niet door te gaan,
daar do deelneming daaraan niet vrij staat
voor alle vereeaigingen. Dal concours kan
z.i. best in een der dorpen worden georgani
seerd.
In de eerste week van het nieuwe jaar
heeft de beurs Dog weinig aanwijzingen ge
geven van de richting, waarin zij zich
schijnt te zullen gaan ontwikkelen. Wel is
op de Amsterdamsche beurs de handel in
bepaalde fondsen levendiger geworden en
vooral aandeelen Margarine Unie hebben
een vaste stemming aan den dag gelegd.
Het zou echter onjuist zijn, hieruit ai te
leiden, dat de stemming ter beurze in het
algemeen een definitieve wijziging ten
goede heeft ondergaan en dat een nieuwe
hausse-periode te wachten zou zijn. De fac
toren van onzekerheid, die in de laatste
maanden van het oude jaar zulk een rem-
menden invloed op den beurshandel hebben
uitgeoefend, bestaan immers ook thans
voor een groot deel nog.
In de eerste en voornaamste plaats heeft
de vraag, in hoeverre de beurscvisis een
algemeenen terugslag van het economisch,
leven zal veroorzaken, nog geen afdoende
beantwoording gevonden. Wel is hier en
daar een vermindering der bedrijvigheid
te constateeren, doch deze kan even goed
toe te schrijven zijn aan seizoen-invloeden
en toevallige omstandigheden dan aan e-n
beperking der koopkracht als gevolg van
de koersdaling ter beurze.
Een uitzondering moet intusschen ge
maakt worden voor de luxe-industrieën,
waaronder voornamelijk de automobielin
dustrie. waar de afzet inderdaad ernstig
onder de beurskrach heeft geleden, en de
productie sterk is ingekrompen. In de Ame
rikaansche automobielindustrie wordt voor
1930 rekening gehouden met een verminde
ring der productie van circa 10 pCt., en
wel van ruim o1/* millioen stuks tot 4.9 a 5
millioen stuks. Op zich zelf is deze terug
gang niet zoo belangrijk Men dient echter
in het oog te houden, dat de meeste maat
schappijen tijdens de periode van groote
vraag Lud productie-capaciteit sterk heb
ben uitgebreid, zoodat reeds een onver
anderde afzet zou beteekenen, dat een ge
deelte der nieuwe installaties buiten bedrijf
zou zijn, hetgeen de productie-kosten on
gunstig zou moeten beïnvloeden.
'n het algemeen is de positie der Ame
rikaansche ondernemingen echter na de
langdurige periode van voorspoed, welke
zii achter zich hebben, zoo krachtig, dat
zij oen tijdperk van een minder bevredi-
cenden gang vah zaken zonder moeilijk
heden zouden kunnen doorkomen. In het
Amerikaansche ..Bankers' Magazine" vin
den wij de onderstaande tabel van de win
sten, welke in de laatste acht jaren door
alle maatschappijen in de Vereenigde Sta
ten werden gemaakt en van de bedragen
der uitgekeerde dividenden: (alles in mil-
lioenen dollar).
bruto ontv. netto ontv. dividend
1922 101.314 5.183 3.436
1923 119.019 6.697 4.169
1924 119.746 5 913 4.338
1925 130 710 8.146 5.198
1926 142.629 8.280 5.945
1927 144 Q99 7.538 6.423
1928 155.000 8.500 6.900
1929 170.000* 9.900* 8.000*
geraamd.
Naar uit dezen staat blijkt, hebben de
maatschappijen, alle bijeengenomen, elk
jaar een aanmerkelijk deel der winsten in
het bedrijf gelaten Geraamd wordt, dat
in de laatste aclit jaar jn totaal een be
drag van IS milliard dollar aan het sur
plus werd toegevoegd, en dat surplus en
onverdeelde winst van alle Amerikaansche
maatschappijen aan het eind van 1929. na
aftrek van het deficit, dat sommige onder
nemingen op hun balans hebben staan, 44
RECLAME.
1251