Din Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 14 November 1929
Derde Blad
No. 21371
BINNENLAND.
DE VLUCHT UIT DE POPPENKAST VAN JAN KLAASEN EN TRIJNTJE.
FEUILLETON.
geheimzinnige voetstappen
Jk J, i haar stem:
NINKLIJK bezoek aan de
hoofdstad.
Ofllhiillinfl van twee gedenkramen in
de Engelsche Kerk.
gemeld wordt, heeft H. M de
jngin het voornemen zich op 28 Nov.
naar Amsterdam te begeven, teneinde
-]. [e geven aan de uitnoodiging van
Britschen gezant, om in de Engelsche
l ie Amsterdam twee gebrandschilderde
nkramen te onthullen,
et eene raam, voorstellende den ko-
-?tadhouder Willem den Derden en
gemalin, koningin Maria, is door
rlanders aangeboden; het andere raam
-ngeboden door twee Britsche regimen-
Northhumberland Fusiliers en het
,aj Warwickshire Regiment ter herinne-
aan den door lien in de 17e eeuw
<jp Nederlanden gedanen dienst,
a afloop van deze plechtigheid zal H M.
eizen naar de residentie, ten einde
r het winterverblijf te betrekken
ONTDEKKING VAN DEN
CEPHALITIS-VER WEKKER
Een mededeelig van prof. Aldershoff.
W prof. dr. H. Aldershoff, directeur
tel Rijksserologisch Instituut te Utrecht
buitengewoon hoogleeraar in de serologie
1 de universiteit aldaar, gisteren mee-
'jde. heeft hij het spoor gevonden, dat tot
kking kan leiden van den encephalitis-
ekker Bij het inenten van tal van per-
i is hem nl. gebleken, dat encephalitis
J dan optrad, wanneer de bewuste pa
cten tevens dragers waren van een in de
voorkomend micro-organisme.
:er den aard van dat organisme, welke
ezigheid bij inenting dus een soort van
9positie voor ontsteking in het hersen-
fsel zou vormen, kon prof. Aldershoff
nog niet uitlaten. Hij heeft uit de door
geconstateerde feiten zelf voorloopig
geen andere slotsom gelrokken, dan
ce mogelijkhed bestaat, dat door verder
üoek de juistheid van zijn inzichten
blijken. Opmerkelijk is intussehen. dat
bij verschillende soorten van entstor
ilitis voorkwam, wanneer tevens
meergenoemd micro-organisme kon
i geconstateerd.
pt zou men geneigd zijn af te lei-
kt inderdaad de aard der pokricf
loed heeft op het al of niet ont-
ziekle Onderzoekingen op apen
a den Utrechtschen hoogleeraar in
vermoeden gesterkt.
'ins zal men moeten nagaan, of hel
^-organisme ook wordt aangetroffen in
wenen van personen, die aan enre-
itif# zijn overleden. En eerst wanneer
reeksen onderzoekingen de bovenbe
en theorie hebben bevestigd, zal men
phtigd zijn tot het trekken van con-
•f?. die voorloopig nog met reserve
en worden aanvaard.
ONOMISCHE
VOORLICHTING.
H*t rapport van de commissie
Posthuma geieed.
-zer dagen heeft de minister van buiten-
-^he zaken medegedeeld, dat het eind-
rt van de commissie-Posthuma inzake
reorganisatie1 van den economisehen
khtingsdienst nog niet bij de regee-
^39 ingekomen, maar toch wel zeer
"enkort verwacht kon worden.
;'j kunnen thans, zoo schrijft de N. R.
mededeelen dat de commissie-Pos-
Dinsdag j.l. haar arbeid beëindigd
en dat de commissie de resultaten van
onderzoek belichaamd heeft in een
rt aan de ministers van buitenland-
sche zaken, arbeid, handel, nijverheid, bin-
nenlandsche zaken en landbouw, koloniën
en financiën. Hel rapport is onderteekend
door alle leden van de commissie, behalve
door den heer F. K. J. Heringa, hoofd van de
afde'eling handel en nijverheid van het
departement van arbeid, handel en nijver
heid, en door ir. Th. J. Mansholt, inspecteur
van den landbouw, hoofd van den buiten-
landschen voorlichtingsdienst, die zich bei
den met de strekking van het rapport niet
hebben kunnen vereenigen. Alleen de heer
Mansholt heeft zijn van de strekking van
het rapport afwijkende meening kenbaar ge
maakt in een afzonderlijke nota.
Er moge aan herinnerd worden dat op
11 Januari 1927 de installatie der commis
sie-Posthuma heeft plaats ge'had, aan welke
de opdracht werd gegeven een onderzoek in
te stellen naar de meest wenschelijke orga
nisatie van den economisehen voorlichtings
dienst. Gedurende het najaar 1927 hadden
verschillende „hearings" van belangheb
benden en deskundigen plaats, zoowel uit
ambtelijke kringen als uit het particuliere
bedrijfsleven. In April 1928 werd door de
commissie een voorloopig plan eencT orga
nisatie van den economisehen voorlichtings
dienst aan de ministers, die de commissie-
Posthuma hadden ingesteld, ingediend. Op
17 October 1928 heeft de minister-president
aan de commissie' bericht, dat de regeering
zich in beginsel ten gunste van het door de
commissie uitgewerkte plan had uitgespro
ken, behoudens nadere beslissing dat ook
de economische voorlichtingsdienst op het
gebied van den landbouw in het concen-
tratieplan zou worden opgenomen. Hierop is
in begin Januari van dit jaar een nader on
derzoek ingesteld naar de werkzaamheden
welke op het gebied van economische voor
lichting van de verschillende ministeries
naar een centraal lichaam zouden kunnen
worden overgebracht Het daaromtrent op
gestelde rapport waarmede in April 1929 een
overgroote meerderheid der commissie zicii
vereenigde, heeft daarna tot grondslag ge
strekt voor het thans aan de betrokken mi
nisters uitgebrachte rapport. Dat de ver
tegenwoordiger van het departement van
landbouw in de commissie van voorberei
ding een afzonderlijke nota aan het rapport
Ihecfl toegevoegd, doet vermoeden, dat van
deze zijde bezwaren beslaan in verband met
den landbouwvoorlichtingsdienst.
Naar ons Ier oore kwam, beoogt het voor
stel der commissie een concentratie der
thans over verschillende departementen ver
spreide economische voorlichtingsdiensten,
en dus ook van den landbouwvoorlichtings
dienst in één bij de wet in te stellen en door
het rijk te subsidieeren centraal orgaan, dat
laler samenwerking zal hebben te zoeken
met de economische voorlichtingsdiensten
van semi-officieele en particuliere organisa
ties. Het voorstel beoogt verder het bestuur
van deze centrale instelling le doen bestaan
uit 9 leden, waarvan 5 vertegenwoordigers
der betrokken departementen en -4 vertegen
woordigers van het particuliere bedrijfs
leven. De commissie bespreekt verder de
noodzakelijkheid dat aan het in te stellen
orgaan de bevoegdheid worde verleend om
met cle diplomatieke en consulaire ambte
naren ter zake van economische voorlich-
tings-werkzaamheden rechtstreeks te mogen
correspondeeren. Het voorstel geeft tenslotte
den weg aan om met een kleine kern om
vattende de concentratie der thans aan de
departementen verbonden voorlichtings
diensten te beginnen en in nauw contact
met het particuliere leven aan de samen
werking ook met andere voorlichtingsorga
nen.
ONTSLAGEN BIJ PHILIPS.
Eenige honderden Maandag ontslag
aangezegd.
De aangekondigde ontslagen bij de Phi-
lips-fabrieken te Eindhoven zijn begonnen.
Gedurende enkele weken reeds doken er
geruchten op, dat Velen zouden zijn ont
slagen. Thans verneemt de „Morgen" ui:
goede bron, dat Maandag aan eenige hon
derden personen ontslag is aangezegd.
75. „Genade", riep daarop de koning, viel toen knielend
voor hen neer, „och wil toch alles mij vergeven, wees mijn
voorspraak bij Uw heer, zeg hem, dat ik niets heb mis
dreven, dat 'k niet ondeugend ben geweest, 'k was altijd
een zoete jongen, o, zeg het toch den grooten geest."
76. ,,'t Komt in orde beste koning" zei Piero en bood
hem toen de hand, „Trijn en ik zijn niet haatdragend, zet
Uw zorgen dus aan kant. Zich vergissen kan toch een ieder,
wie niets doet vergist zich niet, de groote geest zal U ver
geven, nu hij ons nog levend ziet."
BEGROOTING VOOR BINNENL.
ZAKEN EN LANDBOUW.
De bnrgemecsters-benoemingen.
In de memorie van antwoord op het
voorloopig verslag der Tweede Kamer over
de begrooting van binnenlandsche zaken en
landbouw merkt de minister op dat hij
aangaande de benoeming van burgemees
ters niet als algemeene regel kan aanvaar
den dat geen personen tot burgemeester
zullen worden benoemd, die een bedrijf uit
oefenen. Bij het beoordeelen van de stel
ling, dat teveel roomsch-katholieken tot
burgemeester worden benoemd wijst de
minister er op, dat terwijl de roomsch-ka
tholieken ruim een derde van de bevolking
uitmaken, het aantal roomsch-katholieke
burgemeesters ongeveer dezelfde verhou
ding vertoont. Den eiscb te stellen, dat
slechts in gemeenten met een roomsch-ka
tholieke meerderheid een roomsch-katholiek
tot burgemeester zou worden benoemd,
ware onbillijk, indien men' dezen zelfden
maatregel niet aannam ten aanzien van de
andere politieke partijen.
De minister van arbeid, handel en nij
verheid is van oordeel, dat de Drankwet,
zich niet leent voor een regeling van dans-
verloven. Met de min. van justitie zal
nader worden overlegd of en in hoeverre
wettelijke voorziening geboden is.
Voor wac'»tgeldvervangend pensioen aan
personen, die ten gevolge van vercenigirg
of uitbreiding van gemeenten op wachtg°Id
worden gesteld en wier wachtgeld heeft op
gehouden vóórdat zij den pensioengerech
tigden leeftijd bereikt hebben, bestaan geen
voldoende termen.
De invoering van het persoonskaarten-
stelsel zal niet, zooals de commissie voor de
bevolkingsboekhouding heeft voorgesteld,
tegelijk met de volkstelling 1931, raaa- op
een later tijdstip moeten plaats hebben.
Het ligt in het aanvankelijk voornemen
van den minister te bevorderen, dat dit
tijdstip zal zijn 1 Januari 1933.
In dit stelsel zal door raadpleging vnn
de persoonskaart van het hoofd van het ge
zin, dus van één kaart, over bijna alle ge
gevens betreffende de gezinsleden worden
beschikt, welke thans vermelding kunnen
vinden op de gezinskaart. Uit de ontvan
gen adviezen blijkt, dat zich in net alge
meen vóór het persoonskaartenstelsel uit
spreken de meerderheid van de colleges
van Ged. Staten, terwijl van de 36 geraad
pleegde gemeentebesturen zich 22 in gelij
ken zin uitspreken. De gemeenten, vcite-
genwoordigd in de commissie roedegere-
kend, verklaarden zich mitsdien in totaal
vóór invoering 31 gemeenten, er tegen 10
gemeenten, terwijl 4 gemeenten zich van
een bepaald advies onthielden.
Het verhuisbiljet in zijn tegenwoordigen
vorm zal bij het nieuwe stelsel niet worden
gehandhaafd.
Het ligt in het voornemen van den mi
nister de commissie voor de bevolkingboek
houding te verzoeken haar voorstellen tot
invoering van het stelsel in een ontwerp
algemeen en maatregel van bestuur to be
lichamen.
Het ligt. in het voornemen van ut., minis
ter te bevorderen, dat binnenkort een ont
werp van wet tot het houden voor eenmaal
van een bedrijf stelling in 1930 wordt inge
diend. Wordt dit ontwerp tot wet verhe
ven, dan zullen bij gelegenheid van de op
31 December 1930 te houden volkstelling
door «middel van adreskaarten de namen
en adressen van alle in ons land bestaande
bedrijven worden verzameld. De kosten
worden geraamd op f. 430.000, te verdeelen
over verschillende begTootingsjaren.
De instelling van een landbouwraad is
door 's ministers voorganger na ernstig
beraad verworpen.
Omtrent vrijstelling van de leerplicht
voor het zevende leerjaar der lagere school
voor het bezoeken van de eerste klasse
een er lagere land- of tuinbouwschool zal
de minister nog overieg plegen met zijn
ambtgenoot van onderwijs.
Omtrent de vraag of er aanleiding is te
gemoetkomend op te treden tegenover de
landarbeiders, welker plaatsjes in tijden
van hoogconjuctuur gesticht zijn, waarvan
zij thans de moeilijkheden ondervinden, Is
ambtelijk rapport uitgebracht. Het ;s
uiterst moeilijk, zoo niet onmogelijk om
in dit geval de eventueele wenschelijkheid
te verzoenen met practische uitvoerbaar
heid. Te zijner tijd zal dit rapport bekend
worden gemaakt.
De minister kan de opvatting van de
leden, die een directeur-generaal van den
landbouw onmisbaar achten, niet deelen.
De plannen voor de stichting van een nieuw
laboratorium voor den tropischen landbouw
van de Landbouwhoogeschool zijn in ver
gevorderden staat van voorbereiding.
Stichting eener lagere landbouwschool
in het Land van Maas en Waal in 1930,
wordt overwogen.
In verband met de overbevissching der
Noordzee zijn ook hier te lande proeven
genomen met trawlnetten, die de jonge
visch sparen. De resultaten nullen woran
gepubliceerd.
De minister is bereid te bevorderen, dat
reeds thans een onderzoek wordt ingesteld
met betrekking tot de vraag, welke maat
regelen moeten worden getroffen ten aan
zien van de Zuiderzeevisscherij als, naar
verwacht wordt, in het einde van 1932 de
afsluitdijk gereed zal komen.
Voor de eerstvolgende jaren mag een yer-
betering van de zalmvangsten worden ver
wacht.
TELEFOONVERKEER
TUSSCHEN DE AMSTER-
DAMSCHE BEURS EN INDIë.
Gisteren is zoowel op de Amsterdain-
sche Koopmansbeurs als op de Effecten
beurs een telefooncel in gebruik genomen,
dio speciaal bestemd is voor het voeren van
telefoongesprekken met Indië. Zoo men weet,
bevindt zich tot dat doel een speciale tele
fooncel met vierdraadsverbinding op het
hoofdpostkantoor te Amsterdam, en kan men
sedert eenigen tftd zelfs door elk willekeu
rig huistoestel aangesloten op het Amster-
damsche net, m>et Indië spreken. Eigenlijk
kon men dus ook reeds eerder op de Beurs
door middel van een gewoon 'toestel met
Indië spreken, doch door het Beursrumoer
ging zooveel van het kostbare gesprek ver
loren, dat men thans op Koopmans- en Ef
fectenbeurs speciale geïsoleerde cellen heeft
neergezet, die slechts voor gesprekken met
Indië gebruikt mogen worden en d© beurs
bezoekers in de gelegenheid stellen, in beurs-
tijd op de Beurs zelf en dus zonder noemens
waardig tijdverlies met Indië te spreken.
Van deze gelegenheid werd den eersten dag
gel-ruik gemaakt -door één firma, die uit
Indië op de Effectenbeurs werd opgebeld.
VERSPREIDE BERICHTEN
In een te Amsterdam gehouden ver
gadering geeft mgr. Aengenent de bisschop
van Haarlem medegedeeld, dat binnenkort
l© Amsterdam zal verschijnen een nieuw
groot R.-K. Volksdagblad, met ochtend- en
avond-editie.
UIT NED. OOST-INDIE.
ONVOORZICHTIGHEID.
SOERABAJA, 14 Nov. (Anela) Naar het
„Soer. Handelsblad" mededeelt vond een
Inlandsche Temmer gistermiddag op den
overweg bij het fort Prins Hendrik een voor
werp. dat vermoedelijk een spring-gelatine-
palroon is geweest. Het voorwerp werd ach
teloos door hem in het vuur geworpen bij
een warong, waardoor een geweldige ont
ploffing- ontstond. De remmer en de in
landsche verkoopster werden zeer ernstig
gewond. De herkomst van het voorwerp is
nog niet bekend geworden.
friseerde vertaling uil het Engelsch
van Mevrouw Belloc Lowndes,
^oor Oswaldi.
s(eekt haar arm door den zijne en
even tegen hem aan.
moet niet zoo verschrikkelijk kwaad
^•mannetje! Waarom heb je niet gete-
i je vroeg thuis zou komen?"
JJ doet er allemaal niet toe." zegt nij
„ll*eld.
u bekt zij haar hand van zijn arm le-
®aar hij houdt haar vast. en knijpt
•I1?!** samen.
..Wacht
heid,
even" vervolgt hij met be-
u"^1 ?P een toon. die geen tegenspraak
t sh 'l zeggen. Eva, en
Tw nu maar dadelijk doen."
m. q,f°eri van beiden opgemerkt, is Ade-
fV1;2l»Wt bij hen gekomen. Plotse-
uji i ,een belangrijke boodschap voor
IWJ Pva- 'l Is voor morgen."
i Jh» v j ^aar 9troef in de rede:
Wnschap heeft den tijd nog!"
Blfctiraw,<ip neeIt 'len nogl"
't er op v°lgen: „Neen, ga u niet
tufokr?Uw Strain. Ik stel eT prijs oo.
v' wa* 'h te zeggen heb. Eva,
W 1<? f eens bekijkt." Hij haalt
eittelopp© uit zijn binnenzak te
Alle kleur verdwijnt uit Eva's wangen.
Dus heeft dat volk een aangeleekender.
brief naar hel kantoor gezonden' Ze kon
wel hebben vermoed, dat zij eindelijk zoo
iets zouden doen. Met oen zenuwachtig
lachje zegt zij- „Ik geloof, dat we beier kun
nen wachten, tot we in huis zijn, en alleen,
Birtlev. vóór we over die vervelende reke
ning van die vervelende Madame Domino
gaan praten."
„Neen ik wil er hier. builen, over spre
ken. Mevrouw Strain weet er alles van."
Eva keert zich nu tegen haar man. als
een wilde kat in hel nauw. Zij voelt zich
„beu", opgejaagd, echter nijdig en gemeen
behandeld bovendien, nu haar heerlijk
dagje zóó akelig moet eindigen.
„Hoe kom je er bij. mijn particuliere za
ken met Adelaide Strain te bespreken? Dat
is heel gemeen, onmannelijk en minder
waardig!"
Hard schreeuwt zij het uit, en wel zóó,
dat Raydon plotseling bang wordt, dat de
een of ander voorbijganger op den straatweg
haar hooren kan. Vlug pakt hij haar bij den
arm; maar zij schudt hem af en. in tranen
uitbarstend, snelt zij het grin!pad af, naar
de deur. Eén oogenblik staat hij als ver
bluft. dan gaat hij haar na
Nog een geruimen lijd blijft de huis
houdster staan, waar zij haar verlaten heb
ben. en als zij zich eindelijk omkeert en
naar het huis terugloopt, treffen haar de ge
luiden van een hevigen twist Blijkbaar zijn
de twee in de hal of in den salon.
Eindelijk hoort zij Raydon schreeuwen:
„Ga nu maar naar boven en leg je goed af.
dan kunnen we later over die dringende
zaak wel praten."
De salondeur wordt met een smak dicht
geslagen. Dan. door de open voordeur, is het
getrippel van Eva's hooge hakjes hoorbaar
op de breede lage treden van de trap.
Langzaam ging mevrouw Strain naar
haar eigen vertrek, de heeriijke tuinkamer,
waarvan zij echter zoo schoon genoeg had,
zoo méér dan genoeg.
Wat een belachelijke, kinderachtige ma
nier van doen. voor twee volwassen men-
schen! Zij voelde een sterken hekel, zoowel
aan den man als aan de vrouw, in zich
groeien.
Zij ging aan haar schrijftafel zitten, om
den brief aan Gilly's onderwijzer af te ma
ken. dien zij in den morgen begonnen was
en gaarne 's middags klaar wilde hebben.
Maar hoewel hij natuurlijk goed gezien had,
dat zij oen brief zat le schrijven, had Ray
don gedurig in- en uitgeloopen en haar al
lerlei vragen gedaan, die zij moeilijk kon
beantwoorden, terwijl hij hairiop. kwaad en
aehterdoohtig, had geprobeerd uil te vor-
schen, waar Eva kon zijn.
Eensklaps keek zij op. haar pen hield stil,
want zij hoorde den zwaren 9tap van den
heer des huizes op de krakende treden van
het oude trappenhuis, dat als een van de
mooiste onderdeelen van The Mill House
werd beschouwd.
Zij schoof het blad papier, dat zij voor
zich had. weg en luisterde.
Volkomen stille. in en builen het
huis.
De deur van de tuinkamer naar de hal,
stond aan en eindelijk werd de stilte
verbroken door een geluid. Het raam van
Eva's slaapkamer werd gesloten. Daarna het
gekners van een sleutel, die in het slot werd
omgedraaid.
Een spottende, bijna onheilspellende glim
lach kwam op Adelaide Strain'9 afgetobde
gelaat. Wat een misselijk, bespottelijk, on
waardig ding was het menschelijk karakter
toch, zooals Birtley Raydon het toonde! Hij
verbeeldde zich o, zoo'n goed mensch te
zijn, zoo'n volmaakt voorbeeld van een be
schaafden, beheerschten man van de wereld,
met zoo'n nobel gevoel van eigenwaarde.
Maar wat was hij feitelijk?
Onrustig liep zij heen en weer in haar
kamer en werd zich steeds duidelijker be
wust. dat een langere samenleving met die
menschen voor haar ondragelijk zou zijn.
Plotseling hoorde zij den sleutel in het
slot, boven, opnieuw omdraaien, en daarna
het geluid van een deur, die geopend werd,
gevolgd door de voetstappen van Raydon op
de trappen.
Haastig ging zij weer aan haar schrijftafel
zitten en zij zat over haar papier gebogen,
toen haar patroon de kamer binnenkwam.
Zij keerde zich zwijgénd om, in afwach
ting. dat hij het eerst begon te spreken. Ver
beeldde zij het zich. dat hij een beetje mal,
zelfs wat verlegen deed?
„Wil u alstublieft Diggle even telefonee-
ren, dat hij vóór moet komen, mevrouw
Strain? En als het u niet te veel moeite is,
wil u dan ook even Ritz opbellen en een
tafel voor twee personen bestellen, voor
vanavond half negen?"
Zij stond op en ging naar den hoek de:
kamer, waar de telefoon stond. Birtley Ray
don volgde haar daarheen, en vóór zij den
hoorn nog kon opnemen, sprak hij luid: ..lk
heb een ernstig onderhoud met Eva gehad!
Wij hadden een klein meeningsverschil, zoo
als u misschien gehoord heeft. Maar het
heeft de lucht gezuiverd, en ik geloof stel
lig, dat zij een beteren weg zal inslaan..."
„Is het dan in orde gekomen, dat het geid
door tusschenkomst van Busk en Hanson
zal worden opgenomen?" vroeg zij
koeltjes.
Hij keek haar onbehagelijk aan. Daarna
legde hij met horten en 9tooten uit: „Zoo
ver ben ik niet gegaan.Om u de waar
heid te zeggen, wilde ik graag aan u over
laten, haar duidelijk te maken, dat het geld
door die ellendelingen, die zaakwaarne
mers van haar. moet worden opgenomen.
Zou u misschien morgenochtend met haar
over de zaak willen spreken?... Ik heb
haar enkel verteld, wat ook waar is, dat ik
het geld niet kan verschaffen."
Toen zij zich omwendde, om den hoorn
op te nemen, speelde weer een spottend
glimlachje op Adelaide's bleek gezicht. Rav^
don ontging dat niet en het bloed steeg hem
naar het hoofd. Wat was dat toch een on
aangenaam. ondankbaar mensch, die me
vrouw Strain!
Schijnbaar kalm stond hij te wachten,
totdat zij zijn boodschappen telefonisch
had overgebracht. Daarop sprak hij lang
zaam:
„Natuurlijk zou ik liever zelf met Eva
praten. Maar ik heb morgenochtend geen
minuut, om de zaak rustig met haar te be
handelen want ik moet buitengewoon vroeg
naar kantoor, nu ik dezen middag tolaal
verknoeid heb
„Het is jammer, dat u allebei vanavond
naar de stad gaat. Ik vond. dat Eva er daar
strak? erg vermoeid uitzag", merkte zij
zakelijk op.
Een luidruchtige lach leidde zijn ant
woord in.
(Wordt vervolgd).