MUNHAI BRIEVEN UIT BERLIJN. DE VLUCHT UIT DE P OPPENKAST VAN JAN KLAASEN EN TRIJNTJE. Eurona's grootste Fruit- tentoonstelling. DE ZEEVISSCHERIJl IN SEPTEMBER vig linnendoek, dat lusschen stalen ramen hangt, op de wijze als bij dekstoelen wordt toegepast. Veeren en opvulsels schitteren dus door afwezigheid. Het is natuurlijk gedaan om het wagentje zoo goedkoop mogelijk te houden. Deze zeer oorspronkelijke kleine auto verdient alle belangstelling Het schijnt, dal de carrosserieën van le derdoek of ander sterk weefsel, die eenige jaren hier sterk in de mode zijn geweest en die door het gemakkelijk onderhoud, door afwezigheid van gepiep en geknars naar veler genoegen waren, nu toch weer minder populair worden. Het bezwaar van die koetsen van „fabric" was, dat ze geen fraaien aanblik opleveren. Dat is misschien de voornaamste reden voor het feit, dat ze meer en meer worden vervangen door koet sen van plaatstaal, waarbij het st&al de nieuwe decoratieve behandeling heeft on dergaan, die zulke ongemeen glanzende vlakken te voorschijn toovert. Mijn hoofd, vol indrukken na een bezoek aan Olympia, is nog niet leeggeschreven; ik zou nog kun nen wijzen op het feit, dat auto's lager en lager worden, dat er geen enkele open wagen is te zien, dat de coupé of „saloon* verre in de meerderheid is en klaarblijkelijk de meest gewenschte auto-vorm is. dat die coupé's of „saloons" steeds meer gaan lij ken op kristallen kamertjes, door het groote aantal ruiten Maar laat me besluiten met e'en al- gemeene opmerking De fabrikanten van auto's hier hebben den laatsten tijd nog al eens het verlangen uitgesproken, dat aan dien jaarlijkschen en duren regelmaat van deze shows een einde zou worden gemaakt. Zij achten, behoudens kleine verbeteringen, de auto in haar huidigen vorm vrijwel ge stabiliseerd, en vinden in het algemeen de ontwikkeling in constructie in het tijdsver loop van een jaar niet voldoende om een jaarlijksche tentoonstelling te rechtvaardi gen. Zij ontmoeten echter grooten tegen stand bij de menschen, die auo's aan den man moeten brengen en die in deze show elk jaar terecht een machtigen prikkel zren voor verhooging van den omzet, omdat de show de begeerte naar auto-bezit krachtig aanwakkert. In dit verband kan nog wor den gezegd, dat auto's in Engeland van de hand gaan (de laatste jaren) met ongeveer 200.000 per jaar. De blijmoedige gedachte van de fabrikan- tenvereeniging is. dat het er 500.000 per jaar kunnen zijn. Als dat kan. dan mogen de fabrikanten hun helpers, de handelaars, ook niet den prikkel van de jaarlijksche show ontnemen De verwachting der fabrikanten- veTeeniging. dat de omzet in hel land met 150 percent kan worden opgejaagd, wordt intusschen niet door de handelaars gedeeld, die onder de menschen verkeerend allicht beter tot oordeelen bevoegd zijn dan de fabrikanten, die in hun fabriekskantoren vrome wenschen over hoogeren omzet zit ten uit te1 broeden en daarbij uitgaan van de veronderstelling, dat elke burger, die 400 p. st. per jaar verdient, een potenlieele auto bezitter is. Menschen met zulke salarissen zouden echter alleen autobezitters kunnen wonden, indien zij alle financiee-le omzich tigheid zouden prijsgeven, indien men hun het idee kon bijbrengen, dat een auto tot de eerste noodzakelijkheden van het leven be hoorde en indien zij „de faciliteiten" uit gestrekt konden krijgen over een periode van een halven menschenleeftijd. Reeds nu bezwijken veel te veel menschen voor de verlokkingen. (Van onzen correspondent). Berlijn, 2 November. Veertien dagen geleden schreef ik U over de toenemende corruptie-verschijnselen in Duitschland Het is nood-ig, dat ik daar nog even op terugkom! Ofschoon ik ten opzichte van deze toestanden in het Duitsche Rijk nu eenmaal niet tot de optimisten behoor, inoet ik toch toegeven, dat ik zulk een uitgebreid net van omkooperijen, oplichtingen en andere misstanden als sinds dien weer aan het licht gekomen is, werkelijk niet ver wacht had. Een en ander versterkt mij in mijn op vatting, die ik hier en elders steeds duide lijk genoeg verkondigd heb. dat naast hei reëele, het eerlijke Duitschland met zijn groote kwaliteiten een ander Duitschland voortwoekert, dat men goed doet in ons, den hemel zij dank solide, Nederland met het uiterste wantrouwen tc behandelen. Daar mee is niets ten nadeele van de meerder heid der Duitsche ondernemingen, ambte naren, stadsbesturen, banken e d gezegd, die de eersten zullen zijn óm zich aan te sluiten bij waarschuwende woorden, die der minderheid gelden. Maar gewezen moet wor den op het feit, dat oorlog, inflatie en alle andere ellende op zekere Duitsche kringen blijkbaar altijd nog doorwerken en in hoogst ongunstigen zin. De rubriek der zelfmoorden, faillissemen ten, corrupties onder ambtenaren is den laatsten tijd zoo groot geworden, dat het geen doel meer heeft, voorbeelden aan te halen. Ze zijn verouderd en overtroffen, voordat ze in de Nederlandsche pers ver schenen zijn. Voor de corruptie te Berlijn echter moet ik een uitzondering maken De eerste bur gemeester is eergisteren van zijn reis door de Vereenigde Staten van Noord-Amerika naaf zijn stad teruggekeerd. Een deel van de bevolking, dat wil zeggen eenige duizen den opgestookte rechts-radicale schreeuw- leelijkers. heeft hem en zijn echtgenoote ont vangen op een wijze, die eiken fatsoenlijken Duitscher zeker van schaamte over de eigen landgenoolen heeft doen blozen. Het staat wel vast. dat de heer Boess, die in sommige opzichten zich voor zijn stad van 4 millioen inwoners stellig in de 10 jaren van zijn be stuur zeer groote verdiensten verworven heeft, toch niet de juiste burgervader ge bleken is. Ofschoon hij, in tegenstelling met vele andere autoriteiten van het nieuwe Duitschland, wel degelijk als vakman op zijn terrein moet beschouwd worden Hij heeft zich te veel geconcentreerd op dat deel van zijn laak, dal hem blijkbaar bijzonder sympathiek was: representeeren, hooge gas ten ontvangen, sportterreinen inwijden en zijn stedelijke opera op peil brengen. Daar mee ging zooveel tijd verloren, dat hij niet in de gelegenheid was vast te stellen, dat bij groote stedelijke ondernemingen en in zijn eigen bureaux de corruptie afmetingen aannam, die ten slotte wel tot een schan daal van dreigend karakter voeren moest. Berlijn zit nu midden in dil schandaal. De burgemeester en zijn vrouw zijn op straat uitgejouwd en bedreigd op een wijze, die met politieke oppositie niet het minste meer gemeen heeft. Men kon vaststellen, dat het geen Janhagel was, dat aan deze openbare relletjes meedeed, maar dat wel degelijk dames en heeren uit de betere klassen hun begrip van goede manieren volkomen schijnen verloren te hebben. Men kan hun verontwaardiging deelen over het feit, dat millioenen, die door ge meentelijke belastingen opgebracht zijn, ten slotte weggegooid blijken aan oplichters, die de kunst van omkoopen beheeTschen en zich op deze wijze ten koste van de groote stad jarenlang boven water gehouden en zelfs een groote rol in de uitgaande wereld gespeeld hebben Maar dat wettigt nog geen straat schandalen. Vooral niet ten opzichte van den eersten burgemeester, van wien alleen vaststaat, dat hij zijn ondergeschikten on voldoende gecontroleerd heeft, maar nog vol strekt niet eenige persoonlijke overtreding, hoogstens een onvoorzichtigheid. De corruptie in het stadsbestuur echter heeft zich blijkbaar uitgebreid als een vet vlek op een blad vloeipapier. Eiken dag ont dekt men weer stedelijke commissies en sub-commissies, d'ie zich hebben laten „slop pen" En Berlijn heeft het recht niet meer smalend te lachen als van soortgelijke cor rupties in het vroegere Rusland, in Frankrijk of in Amerika sprake is. Burgemeester Boess is van heden af voor- loopig geen burgemeester meer Hij heeft tegen zichzelf een disciplinair onderzoek aangevraagd en is van hedenmiddag ai tijdelijk buiten dienst gesteld. Nu zullen de rechters, die den Raad van discipline vor men, moeten uitmaken, in hoeverre de heer Boess als hoofd van ruim vier milioen men schen in zijn plichten te kort geschoten is. Ik neem aan, dat hoe dit onderzoek ook moge afloopen, zijn positie door een en ander reeds thans zoo ondermijnd is, dat hij zelf er niet eens prijs op zal stellen nog langer als burgervader gehandhaafd te worden. Het is wel tragisch voor een man, die van zichzelven zeer overtuigd was en d-ie zich voor zijn Metropolis ook heusch wel de noo- dige moeite gegeven heeft. Hij had zich ik weet het uit persoonlijke gesprekken met hem van zijn reis naar Amerika zooveel voorgesteld. Duitschland is de laat ste jaren door de successen der luchtvaart (Ko'ehl-IIünefeld en de „Graf Zeppelin") en door de recordreizen van het snelste stoom schip ter wereld, de „Bremen", bijzonder populair geworden. Onder zulke omstandig heden kwam Boess, die in Berlijn eigenlijk nooit bijzonder bemind geworden is, als een soort triumphalor naar de Nieuwe Wereld. Hij was er op voorhereid, daar bijzonder ge fêteerd te zullen worden. En van die gele genheid wilde hij gebruik maken om in het algemeen voor het Duitsche volk reclame te maken en in het bijzon-der voor zijn eigen stad -een nieuwe groote en voordeclige leaning mee naar huis te nemen. Zijn aankomst in New-York begon echter al dadelijk met pech. Door een misverstand legde zijn boot op een andere plaats aan De feestelijke com missie van ontvangst kon hem niet ont dekken, de honderden reporters en fotogra fen waren reeds wanhopig Toen op het laatste oogenblik bekend werd, dat Boess en zijn reisgezelschap zich reed9 bij de douane bevonden (die men hun had willen be sparen!) en daar op allesbehalve coulante wijze aan een minutieus onderzoek naar den inhoud van hun talrijke koffers onderwor pen werden. Dat werd natuurlijk weer goed gemaakt. Maar de eerste indrukken plegen altijd te overwegen en de heer Boess zal wellicht den eersten dag reeds eenigszins teleurge steld geweest zijn Vooral, omdat zijn ver wachtingen zoo hoog gespannen waren. Geen week was hij in de Vereenigde Staten of de regen van telegrammen en telefoongesprekken uit de geliefde Duitsche hoofdstad brak over hem los. En sindsdien is het uit geweest met zijn goede humeur. Hij moest middelpunt blijven, maar zijn lach zal wel comedie geweest zijn. Hij wist reeds ofschoon hij onbegrijpelijkerwijze dén ernst van de situatie eerst in Berlijn ingezien heeft dat hem bij thuiskomst groote ongedacht-groote moeilijkheden te wachten stonden. Nu is hij ten slotte onder de indrukken van zijn „onthaal" bijna licha melijk bezweken. En de gebroeders Sklarek, die ten slotte aan alles schuld zijn, zullen in zijn verder leven stellig geen eereplaats meer innemen. Nemen we aan, dat burgemeester Boess, die voor 12 jaren benoemd was en dus nog twee jaren voor den boeg had (met de kans, herkozen le worden 1) niet meer op zijn hooge plaats zal terugkeeren dan denken we natuurlijk al dadelijk aan zijn opvolger. En ik meen te weten dat de tegenwoordige „Regierungsprasident" (zooiets als Commis saris der Koningin) dr. Friedensburg. die kort geleden nog vice-president van politie in Berlijn was en die een opvallend-snelle carrière gemaakt heeft de meeste kans heeft, tot eerste-burgemeesler van Berlijn gekozen te worden. Ook een democraat, gelijk Boess. Maar een heel ander type. Niet zoo'n harde kop; een man, die de kunst verstaat in alle partijen vrienden te krijgen een uitnemend spreker en iemand van zeer groote alge- meene ontwikkeling. Mocht Berlijn hem bereid vinden, dan kan het er op rekenen dat het vertrouwen van binnen- en buitenland snel genoeg terug keeren zal. Maar types als de Sklareks zullen dan ook geen schijn van kans meer krijgen! ROLAND. 67. Voor den dikken koning trad de bode. De vorst zit tend op 'n bamboetroon. droeg aan handen en aan voeten ringen en vogelsprieten tot een kroon. „Wat voert je hierheen." zoo vroeg de koning, „zoo onge vraagd. zoo ongenood?" „Sire," zeide de bode. „we haal den vreemde lieden uil 'n vreemde boot." 68. „Breng ze hier," beval hierop de koning, „breng in mijn tegenwoordigheid, toon mij dadelijk die vreemde 1 wezens, ik brand bijna van nieuwsgierigheid. Laat de p-1 vangenen voor mij komen, die vreemde vrouw, dien vreem-1 den man. misschien, dat de eene, goed gebraden, voor mija I middagmaal dienen kan." II. (Slot). In welke opzichten de soiteering van appelen en peren is verbeterd. De invloed van een nationaal merk. Wat de Britsche dominions en koloniën tentoonstellen Een goede raad aan bezoekers. De voornaamste vrucht op de „Imperia! Fruit Show" is de appel. Haar fijne geur vervult het geheele gebouw, zelfs al be vinden zich daar 'eenige duizenden men schen! De appelen zijn model (d.i. diagonaals- gewijze) verpakt in standaard-kisten. Deze wijze van verpakking heeft het groote voor deel dat de kist geheel gevuld wordt en alsdan levens het juiste netto-gewicht hetft. Alle bekende Britsche appelsoorten zijn vertegenwoordigd, zooals Cox's Orange Pippin met haar oranjegele en bro®sroode tinten, de donkerroode Worcester Pearmain. Een uitstekende moesappel is de Bram ley's Seedling. Vermeldenswaard is vooral het gunstige verschijnsel, dat het aantal variëteiten in den loop der jaren sterk is verminderd en de Engelschen zich meeT zijn gaan beperken tot de teelt van enkele door den handel ge wenschte soorten. Toen het eerste „Appel congres" in 1883 gehouden werd, waren niet minder dan 15-45 verschillende Engelsche soorten tentoongesteld, terwijl thans niet meer dan een gdóJ^honderd rassen worden geteeld, waarvan dan nog slechts een twin tigtal behoorlijke handelswaarde heeft. Ten aanzien vah de peren geldt ongeveer hetzelfde. Het gezicht van de vele kisten eerste klas peren zonder vlekje of beschadi ging doet menigeen watertanden en slechts schoorvoetend verder gaan. Van de enkele soorten noemen wij de ook in ons land wel bekende Doyenne du Cornice, misschien wel de fijnste handpeer, welke in onze streken voorkomt. Deze beide vruchten worden meer en meer onder het sedert ongeveer twee jaren bestaande Britsche nationale merk verhan deld, dat voor drie klassen appelen en peren wordt toegekend, n.l. „Extra Fancy", „Fancy" en „C-grade". Evenals in ons land het geval is, wordt nog niet meer dan een bescheiden 8 pCt. eerste klas appelen en peren geteeld Het groote verschil met Ne derland is evenwel; dat thnns reeds in Groot- Brittannië 70 pCt. van het goede fruit onder het genoemde werk in den handel wordt ge bracht, terwijl onder het nationale merk van ons Uitvoer-Contróle-Bureau (leeuw met vlag) in het geheel geen peren en slechts een hoogst onbeteekenende hoeveelheid appe len worden uitgevoerd. Ook voor tomaten e-n komkommers blijkt het Britsche contrölemerk een succes. Het geen wij op de tentoonstelling van de toma ten zagen, behoeft zeker voor de onze niet onder te doen en ook de komkommers onder het merk zagen er uitstekend uit. Eveneens komt Engeland met druiven, voornamelijk met de soort Gros Cclmar, uitstekend voor den dag Wat ons Uitvoer-Contróle-Bureau betreft, dit heeft nog weinig invloed op komkom mers. Daarentegen wordejj de vroege aard appelen en augurken grootendeels, late bloemkool en uien voor een belangrijk per centage en tomaten in weliswaar nog geringe. maar in steeds toenemende mate van het leeuvvtjesmeTk voorzien. Maar om tot de tentoonstelling terug te keeren, een groote attractie vormen er de vanwege het Ministerie van Landbouw en Visscherii gegeven demonstraties met een moderne sorteermachine (merk „Ideal"), waarbij een aantal jongedames de gesor teerde vruchten in een oogenblik in vloei papier wikkelt en verpakt in de standaard- kisten. Op deze officieele afdeeling is ook een model van een verpakkingsstation te zien, waarvan Engeland tot voor enkele jaren nog slechts een 10-tal bezat en thans reeds niet minder dan 50, wel een bewijs dus dat het belang van een goede sorteering en verpakking van het fruit veel meor wordt ingezien. Op niet mindere wijze komen de domi nions en koloniën voor den dag. met name Zuid-Afrika. Australië, Nieuw-Zeeland. Ca nada. West-Indie en Malaya, alle onder de auspiciën van de reeds in ons voric artikel genoemde „Empire Marketing Board", welk lichaam er blijkbaar voor gezorgd herft, voor deze deelen van het Rijk een bijzonder smaakvolle afdeeling in te richten. Al deze „nieuwe" landen zijn op het ge bied van de verpakking en 9orteering van fruit Europa tot voorbeeld geweest. Dé' om standigheden hebben daartoe gedwongen. Immers deze dun bevolkte staten waren £e_ noodzaakt de geteelde vruchten over groote afstanden te vervoeren en de daaraan ver bonden kosten bedragen evenveel voor een eerste klas product als voor het uilschot. Alleen brengt dit laatste nogal wat minder op. Geen wonder dus, dal de fruitkweekers in genoemde landen zich reeds vroeg op het verzenden van goed gesorteerde en ver pakte producten hebben toegelegd. Dat feit is ook ons. Nederlanders, maar al te goed bekend. In onze fruitwinkels kan men tegenwoordig appelen en peren te kust en te keur krijgen. Alleen,... ze zijn op Arnerikaanschon, Australischen, Nieuw- Zeelandschen bodem gegroeid, terwijl ons eigen product geheel op den achtergrond is gedrongen. En vooral met het oog op dit verschijnsel is het zoo noodig, dat ons na tionale controle-instituut zich ontwikkelt. Wat door goede teeltzorgen, sorteering en verpakking te bereiken valt, toonen de bovengenoemde dominions en koloniën op duidelijke en overtuigende wijze aan. Zij stellen een keur van de fijnste vruchten ten toon, zooals perziken, pruimen, alsmede citrusvruchten (pompelmoezen, sinaasappe len en citroenen) en ananas uit de meer tropische gewesten. Daarnaast Jjebben ge droogde vruchten (krenten, rozijnen, drui ven), alsmede de gesteriliseerde of op andere wijze ingemaakte en verwerkte vruchten een belangrijke plaats. Van belang is ook de afdeeling van ge koeld fruit. Men denkt er niet altijd aan. dat een geplukte appel of peer geenszins dood is. De levensfuncties gaan langzaam door. ter wijl de temperatuur van de omgeving er grooten invloed op uitoefent. Koel bewaren verlengt den levensduur en houdt bederf tegen. Zoo zagen wij appelen die er als pas geplukt uitzagen, maar die reeds een vol jaar oud warenI Uit den aard der zaak ontbreekt ook de wetenschappelijke afdeeling niet. Zij omvat waardevolle gegevens en nuttige wenken op het gebied van de teelt van fruit, vooral van de bestrijding van ziekten en insecten-be schadigingen, zooals men die op iedere ten toonstelling op dit gebied vindt. In het bij zonder echter verdient de aandacht de demonstratie, aan de hand van werkelijke vruchtboomen, van de groote beteekenis van een uitgebreid wortelgestel. Wanneer de boom op een goeden onderstam is geënt, heeft de kweeker reeds veel bereikt. Hetgeen wij over do tentoonstelling heb ben medegedeeld zijn slechts enkele grepen uit het vele, dat er te zien is. Meer dan van vele kolommen theorie kan men leeren van hel in werkelijkheid zien. Op één ding moet de bezoekeT evenwel voorbereid zijn, en dat is het tentoonstellingsgebouw. Het is het eenige groote gebouw dat de stad voor der gelijke doeleinden bezit, maar zelden zagen wij een onooglijker gebouw. Het is een stad van bijna 1 millioen inwoners, zooals Bir mingham heeft, beslist onwaardig. Boven dien ligt het in een smerig, smal zijstraatje. En naar men ons meedeelde, is het in andere groote Engelsche steden, als Liverpool, Manchester enz. niet beter. Eveneens moeten deze steden niet zeer op vreemdelingenbezoek ingesteld zijn. Birmingham heeft ons daarvan in ieder ge val een bewijs geleverdI Toen wij den eer sten middag het tentoonstellingsgebouw tegen half zes verlieten om onderdak in een der ons opgegeven 7 hotels le „zoeken", waren we om kwart over zeven nog niet geslaagd Alles vol, met uitzondering van een der eerste hotels, waar nog een enkele kamer tegen fabelachttgen prijs te krijgen was De teleurstelling hierover was des te grooter, daar we den nacht tevoren tenge volge van het stormweer op de Noordzee weinig geslapen hadden en den heelen dag vrijwel niets gegeten of gerust We besloten eerst den inwendigen mensch eens te gaan versterken, wat het zij ter loops opgemerkt in verband met de Engelsche kookkunst ook al niet in alle op zichten meeviel en ons daarna lot het ten toonstel lin gscomi té te wenden. Dit bracht uitkomst! Dank zij de bijzon dere medewerking van de heeren van dit comité en van het persbureau, die zich ook in ander opzicht in hooge mate verdienste lijk maakten, hadden wij om 9 uur 's avonds de zekerheid, een dak. gedurende den nacht boven het hoofd te hebben. Aan deze heeren betu igen wij hier gaarne onzen harbei ijken dank. Intusschen deelen wij deze bijzonderheden niet mede om landgenooten van een bezoek aan de „Imperial Fruit Show" een volgend jaar af te schrikken, maar alleen om hen te waarschuwen, met het zoeken naar logies niet te wachten tot een uur of zes, maar dit te doen onmiddellijk bij aankomst of. indien mogelijk, het van te voren te bespreken. RECLAME. tabletten OVER HET ALGEMEEN BEVREDIG RESULTATEN. Naar de afdeeling Visscherijen i Departement van Binnenlandsche Z Landbouw ons mededeelt namen i tember 1929 in totaal 661 vaartuig de zeevisscherij deel tegen 651 in September 1928. Hoeveelheid en waarde der door landsohe en vreemde visschers? hier te lande aangevoerde zeen*] droegen volgens voorloopige opgarej tievelijk 17.490.850 K.G. en 1.1 (17 829 200 K.G. en f. 3.955 050 ia fi ber 1928). Door eenige dagen stormwewj tweede helft van de maand wei schade toegebracht aan de schepsi vischtuig en zijn twee opvarendeij trawlvloot door overboordslaan veü terwijl ook eenigen werden ver* Door onze stoomtrawlers werd i;J in 438 reizen (waaronder 1 IJsIai 17 reizen van haringstoomts] 4.655.275 K.G. visch aangevoerd, gende f 1.092.900 tegen 4.037 950 1% een opbrengst van f. 1.080.050 in (waaronder 2 IJslandreizen er 12f van haringstoomtrawlers) in Septet In bedrijf waren 16S stoomtrawler? van er vier gedeeltelijk in Engeland f ten; in September 1928 waren 16M trawlers in bedrijf, waarvan er l« gedeeltelijk de vangst in Engeland e gedeeltelijk de vangst te Altona int land aanvoerden. Gemiddeld per reisdag vingen en - den onze hier te lande aanvoerende R trawlers, in zooverre zij de ^°°^1 vischlen. (haringstoomtrawlers a#1 grepen) respectievelijk 1118 KG e*| (1055 K.G. en f.302 in September De vangsten der stoomtrawler^ voornamelijk tengevolge van ove; makreelvangsten, gemiddeld eenip® mer dan in September 1928. J1 zen waren daarentegen in verban warmteperiode in de eerste be" maand, lager dan in September vorige jaar. De besommingen ^ar door, over het geheel lager dan m eenkomslige maand van 1928. 10*» gem een waren zij echter loch m digend. Aan de haringtrawlvisscherij stoomtrawlers deel, die zeer be - resultaten bereikten. Zij braöbten lijk in 17 reizen 678.100 KG v (waarvan 653.875 K.G, verscbe waarde van f. 72.550. ff.. Van de visscherij bij U?,aD door één Nederlandsche stoomtr>,- reis 40.475 K.G. visch. ter t. 6.875 aangevoerd. Van de sleepboottrawlers war^-j tuigen in bedrijf .die in 33 w* K.G. visch te Zoutkamp aanvoel*- zakelijk kleine schol en puf' Het aantal motorloggers en dat in September j.l voor de tra in bedrijf was. bedroeg 8, !e£c_ *^1 tember 1928. Van de zei,'ogS^| enkel vaartuig meer aan de»* deel (in September 1928 Één Gemiddeld per reisdag vin?*- den de motorloggers en mollor uiloefening van de trawlviWC en f 108 (244 K.G. en f 1928). In totaal brachten zi) w^l 39 250 K.G. visch aan lor f. 17.275 (in September 192» 8 800 K G visch ter waarde Aan de trawlvisscherij roe ^jsl tuisen langs de Noordieekys temtier j.l. biina dp ïe'1'ele rejeld deel. Van de ®0'0

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 10