70sie Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 2 November 1929
Derde Blad
No. 21361
WAT HET BETEEKENT OM
PRESIDENT TE WEZEN.
DE VLUCHT UIT DE POPPENKAST VAN JAN KLAASEN EN TRIJNTJE.
DRAlSIfl
A-vanVALKENB'JRG'S-
Buifenl. Weekoverzicht.
ANECDOTA LEIDENSIA.
Door CALVIN COOLIDGE,
Md-presidenfc van de Vereenigde Staten.
VI. (Slot).
DE POLITIEKE GEEST.
Hoe meer ondervinding ik kreeg bij het
|oen van benoemingen, des te meer werd
vertuigd dat het verkeerd is om te
obeeren het benoemingsrecht te beper-
Het moest mogelijk wezen een alles-
j bekwaam man uit te kiezen waar hij
maar gevonden kan worden. Wanneer
bepalingen worden gemaakt omtrent de
lonplaats, het ambt of het beroep, dan
mt het bijna geregeld voor dat er wel
mand te vinden is die algemeen als de
e€sd geschikte voor het ambt wordt be-
[houwd, maar die wordt dan uitgescha-
Lld wegens kunstmatig opgeworpen be-
faren. Zoolang de Senaat het recht heeft
i voordrachten af te wijzen, bestaat er
weinig gevaar dat een President mis-
fcik zou maken van zijn macht wanneer
i hem slechts de grootst mogelijke vrij-
lid schonk bij zijn keuze. De openbaie
Jienst zou stellig verbeterd worden wat-
alle vacatures werden vervuld dour
Jnvoudig de beste mannen aan te wijzen,
|t bekwaamheid en karakter betreft, die
tar te vinden waren. Dat wordt in parti-
giere zaken gedaan. De toepassing vaii
andere methode belemmert de regee-
in al haar handelingen.
[Bij het beslissen in al dergelijke geval-
i moet de president evenwel bedenken,
|t hij rekenmg moet houden met den wil
i het volk, dat energiek toeziet op zijn
i zaken, maar daardoor de gelegenheid
fst zich ijverig te bemoeien met regee-
(gszaken, maar dat er toch op gesteld is.
t het beleid der regeering gevoerd wordt
I regelmatige en waardige wijze, ter be
kering van het algemeen welzijn. Daar-
i wenschen die mannen dat het land wel
irt, en zij verzetten zich tegen onrecht-
lardige belastingen en publieke buiten-
(origheden. Tevens bezitten zij een pa-
Sottischen trots, welke hen brengt tot een
pot verlangen om de zaken goed behar-
1 te zien, waarvoor zij dan ook gaarne
fers willen brengen. Met genoegen bren-
s zij hun geld op om de Vereenigde Sta
paan de spits der naties te stellen. In
gemeen vertegenwoordigen zulke men-
lea de publieke opinie van het land.
«ar zij zijn niet georganiseerd en kun-
Jd zich niet uiten. Zij schijnen niet opge-
ls:en tegen een aaneengesloten en goed
lrilde minderheid. Niettemin vormen zij
izroote macht bij ons bewind. Herhaal-
lijkheb ik mij tot hen om voorlichting
en zelden hebben zij mij teleurge-
i Zij vormen het hof in laatste instan-
f en hun beslissingen zijn definitief,
jpe onmiddellijke macht waarmee de pre
lect rekening heeft te houden, is de po-
pe geest. Wil hij iets gedaan krijgen,
p moet hij van dit middel gebruik maken
mige presidenten hebben gemeend, dat
I net begrip van dezen politieken geest
kden ontberen. Ofschoon ik het ambt
kcheiden jaren heb bekleed, heb ik deze
patting nooit goed kunnen begrijpen. Die
pst is een vreemd mengsel van ijdelheid
I bedeesdheid, van een onderdanige hou-
pg op zeker oogenblik en een waan van
tttheid op een ander tijdstip, van de
pst zelfzuchtige zelfverheffing met de
t?:t toegewijde vaderlandsliefde. De po-
leke geest is het voortbrengsel van mau-
i in het openbaar leven, die tweemaal
«orven zijn. Zij zijn bedorven door lof en
j zijn ook bedorven door bedrog. Bij hen
piets natuurlijk, alles is kunstmatig. Zeer
migen kunnen ontsnappen aan deze in-
Nen en een volkomen onpartijdig inzicht
I oordeel bewaren. Zij vormen een groot
pak voor ïederen President en zij bewij-
D aaü het land een grooten dienst. Maar
I zijD niet voldoende in aantal om de
knbare zaak te behandelen als een par-
r^re aangelegenheid,
fanneer deze mannen uren van bedeesd-
ddoorleven, wordt het Congres vatbaar
Ne indringerigheid van georganiseerde
P-erheden, zoodat de president er meer
|ffieer toe komt op te treden als de karo-
der rechten van het geheele land.
organiseeren van zulke minderheden
[een welbekende bezigheid geworden in
«bington. Vaak worden zij geleid door
fBsehen van groote bekwaamheid, die t n
Ne vaardigheid ten toon spreiden bij
uitoefenen van invloed op het Congres.
I kennen den weg om zich te verzekeren
1 publiciteit der krantende Sena
ten en Volksvertegenwoordigers te over-
stroomen met verzoekschriften, hen te over
laden met verwenschingen welke vaak be
slissen over het lot van wetsontwerpen. Of
schoon veel vaD dit soort wetgeving niet
volkomen slecht is, is het toch alles bui
tengewoon duur. Wanneer het Huis zien
geen regels had gesteld en het veto-recht
van den president niet bestond, dan zou
de bovengenoemde methode binnen twee
jaar de kosten van den Staat tot het dub
bele opdrijven.
In ons systeem is de President niet al
leen het hoofd van de regeering, hij is ook
het hoofd van de partij. In de laatste twin
tig jaar heeft men een verslapping van den
partij-geest aanschouwd en een duidelijke
verzwakking van trouw aan de partij. Hoe
wel een onafhankelijke houding van de zijde
der burgerij uit een oogpunt van openbaar
belang beschouwd, een zeker voordeel heeft
toch is het bij onzen vorm van bestuur
noodzakelijk om politieke partijen te heb
ben. Al moge iemand geen parfcij-ganger
wezen, geheel onafhankelijk kan hij niet
zijn. De samenstelling van het Congres jg
gebaseerd op partijpolitiek. De partijen
richten zich tot de kiezers door middel van
hun spreekgestoelte. Het volk doet zijn keus
op grond van deze vertoogen. Wanneer de
genen die op het program van dezelfde
partij gekozen zijn zich niet vereenigen om
het program ten uitvoer te leggen, wordt
de verkiezing een bespotting. De onafhan
kelijke kiezer die zich met anderen heeft
vereenigd om een partij te vormen tot het
kiezen van bepaalde personen, ontwaart,
dat al zijn pogingen vergeefs zijn geweest
wanneer de man, dien hij hielp kiezen,
weigert of verzuimt zich te houden aan het
program der wenschen van zijn partij.
In het Congres komen vele gevallen voor
waarbij de lijnen der partij duidelijk wor
den verdoezeld, maar wanneer er een ver
antwoordelijk gouvernement is, werkend in
overeenstemming met het duidelijk man
daat van het volk en niet louter naar de
nukken van hen die toevallig de macht
hebben dan moet er voor het bereiken
van groote en belangrijke doeleinden sol;
dariteit zijn in de partij. Het is de taak
van den president als partij-leider om er
voor te zorgen zoo goed als hij maar kan
dat de op het program uitgesproken wen
schen worden omgezet in wetgevende en
administratieve maatregelen. Vaak verze
kerde ik mij van de hulp van mannen bui
ten mijn partij en ik ondervond dikwijls
tegenwerking van leden van mijn partij bij
de pogingen om de uitvoering van mijn
program te waarborgen.
Dat is een volkomen onnatuurlijke toe
stand. Op die manier wordt de president
de eenige handhaver van de verantwoor
delijkheid der partij. Maar het is een van
de redenen waarom het ambt van president
gerezen is in de achting cn de gunst des
volks, terwijl de invloed van zijn partij in
hel Congres is verminderd. Het volk ge
voelt, wel dat de President begeert de ver
antwoordelijkheid te aanvaarden, wat van
de partij in het Congres zelf niet gezegd
kan worden. Ik heb het nooit als mijn plicht,
gevoeld om te probeeren Senatoren of af
gevaardigden te dwingen of om represa
le-maatregelen te nemen. Het volk had
hen naar Washington gezonden. Ik gevoel
de dat ik mijn plicht had volbracht wan
neer ik het beste gedaan had wat ik mei
hen kon verrichten. In dien gedachtengang
onthield ik mij bijna altijd van een per
soonlijke oppositie wat m.i. beter was
voor het land dan dat ik zou probgeren
door persoonlijke vreesaanjaging de over
hand te krijgen.
Men moet wel bedenken dat onder ons
systeem de bevoegdheid om het initiatie?
te nemen in politieke aangelegenheden
eenigszins gecentraliseerd moet worden.
Alleen wanneer de leider die deze
bevoegdheid uitoefent, kan rekenen op
den loyalen steun van de organisatie,
kan de partij waarbij deze bevoegd
heid feitelijk berust iets uitrichten. Een
partij die niets kan uitrichten zal spoedig
te gronde gaan Wanneer een partij een
nuttig instrument zal wezen voor het be
stuur des lands, moet zij een gezonden geest
van partij loyauteit bezitten en ten toon
spreiden. Als zij zulk een gezindheid aan
den dag legt in het Copgres doet zij meer
dan iets anders om deze instelling te ver
heffen in de achting en het vertrouwen
van het land.
Het streven naar macht is een natuur
lijk verschijnsel in den meilsch. Op grond
van dezen trek der menschelijke natuur
hebben de stichters van onze instellingen
een stelsel van remmen en evenwicht inge
voerd. Zij bonden al hun openbare amb
tenaren aan grondwettelijke beperkingen.
Zij waTen niet bang voor de gerechtshoven
en zij waren geneigd om de wetgever
55. Verlangend keerden zij nu weder, onze Jan zijn
zwaard weer droeg. Hard liepen zij naar de boot toe,
't ging hun nog niet vlug genoeg. Doch bij de boot ge
komen, zagen ze Piero noch Trijn, „waar" vroegen ze elkaar
angstig, „zouden ze gebleven zijn."
56. O. welk 'n schrik, wat moesten ze ontwaren, Piero
noch Tnjn waren in de boot, ze zochten tevergeefs naar
alle kanten, hun schrik en ontsteltenis waren groot. „Waar
zouden ze zijn", dacht de Lange peinzend rondkijkend over
't stille strand. Toen begreep hij, het waren de wilden.
Hun voetstappen zag hij in 't strand.
lichamen te beschouwen als de natuurlijke
kampioenen voor hun vrijheden. Zij waren
zeer beducht, dat het uitvoerend gezag zou
probeeren om willekeurige macht uit te
oefenen. Onder onze grondwet was er
voor zulk een vrees maar zelden reden. Da
president heeft er naar gestreefd, om de
kampioen te wezen van het volk, omdat
hij alleen verantwoordelijk is voor zijn
daden, terwijl ©r in het Congres veel meer
gevaar bestaat voor willekeurige daden,
omdat daar de verantwoordelijkheid ge
deeld wordt door velen.
Daarom is het in toenemende mate nood
zakelijk geweest, dat de President elke
poging om inbreuk te imaken op zijn grond
wettelijke macht voorkomt. Een van zijn
belangrijkste bevoegdheden is zijn benoe
mingsrecht. De Grondwet bepaalt dat hij
zal benoemen, en door en met het advies
en de toestemming van den Senaat wal
aanstellen. Nu wordt door de Senatoren
voortdurend druk geoefend om zelf de be
noemingen te doen. en het Congres moet
zich telkens bezig houden met voorstellen,
welke ten doel hebben den president d»t-
benoemingsrecht te ontnemen. Verscheidene
departementen en bureaux probeeren her-'
haaldelijk maatregelen door te driiven,
welke hun de voortdurende bevoegdheid
zouden geven tot het doen van benoemin
gen. waartoe zij oorspronkelijk niet waren
aangewezen. Daar ik altijd gestreefd heb
naar samenwerking cn raad. heb ik natuur-
liïk altijd weerstand geboden aan derge
lijke pogingen, soms. door te weigeren der
gelijke aanbevelingen, te aanvaarden, en
soms door de toepassing van het veto-rech*
Een van de wetten tot steun van den boe
renstand en een latere maatregel betref
fende de volksgezondheid bevatten derge
lijke duidelijke ongrondwettige bepalingen
over het benoemingsrecht. Ter verdediging
van de rechten en vrijheden van het volk
is het noodzakelijk voor den president om
zich te verzetten tegen inmenging in ziju
wettelijke rechten. Met al zulke nogineea
heeft elke president te maken. Men kan
er onmogelijk een verklaring van geven.
Zelfs nadat ik het presidentieele ambt heb
verlaten, vind ik het nog een mysterie.
Men kan niet zeggen waarom de eene man
wordt benoemd en de anderen worden af
gewezen. Ieder man die in het Witte Hnis
wordt, geplaatst kan niet nagaan of dat nu
het gevolg is van zijn eigen inspanning of
van zijn eigen verdiensten. De een of an
dere macht buiten of boven hem open
baart zich door hem. Wanneer hij het werk
van zijn bureaux aanschouwt, komt hij tot
het besef van een toenemend gevoel van
nederigheid en tot de overtuiging, dat hij
slechts is een werktuig in Gods hand.
RECLAME.
T~- LEEUWARDEN'
1503
Een wereld vol onrust Na Stresemann
von Bnlow.
Een wereld vol onrust, dat is het beeld
der ondermaansche bedrijvigheid! Om te
beginnen zag de beurs te New-York een
debacle, als in decenniën van jaren niet is
voorgekomen. Milliarden zijn verloren aan
de overzijde van den haringvijver en van
der weeromstuit ook overal elders ter we
reld; maar: milliarden worden ook gewon
nen... Hoe zijn de zenuwen op de proef
gesteld van hen, die aan dit kansspel deel
nemen
Een kansspel zou men ook eenigszins
kunnen noemen het vormen van een nieuw
kabinet in Frankrijk. Reeds langer dan
een week duurt daar te lande de crisis,
extra lang voor de gewoonten in ,,la belle
France". De algemeene voorspelling, dat
het niet gemakkelijk zou vallen het zoo
onverwacht onderste boven geworpen ka-
binct-Briand te vervangen, is maar al te
zeer bewaarheid en overduidelijk is geble
ken de lichtzinnigheid, waarmee deze val
tot uitvoering is gebracht. Het bewijs daar
voor is wel. dat alle kabinetsformateuri
zonder uitzondering begonnen zijn met
Briand om steun te verzoeken! Zijn pol-
tiek op buitenl. gebied -wil men dus zien
bestendigdwaarom hem dan daarover te
doen sneven De eerste, die werd aange
zocht. Briand als premier op te volgen
was Daladier, de leider der radicalen, op
wie de grootste verantwoordelijkheid rust
voor het omver werpen van Briand. Dezr-
heeft een ernstige poging gedaan, om het
linksche kartel te doen herleven en is
dicht bij een slagen geweest. Tegen de ver
wachting in, accepteerde toch de socialis
tische Kamerfractie een meedoen aan de
regeering, maar Blum, de leider van het
verzet daartegen in de socialistische partij,
wist op de bijeenkomst van den partijraad
de overwinning te behalen, zij het ook met
de kleinste meerderheid daar in deze ma
terie nog verkregen. Niettemin werd dus
het oude standpunt der partij, het niet
aanvaarden van verantwoordelijkheid voor
de regeering, gehandhaafd
Dat beteokende voor Daladier de misluk
king van zijn poging. Hoe hij er toe geko
men is, toen nog een poging te wagen
zonder de socialisten, is eenigszins een
rebus! Want dat was van te voren tot mis
lukken voorbestemdDaladier en Briand
hebben hierover zelfs nog ongenoegen ge
kregen.
Op Daladier volgde diens partijgenoot
Clementel. Vreemds zit er niet in, dat op
nieuw een radicaal werd aangewezen tot
formateur, als men de verhoudingen ia
het oog houdt tusschen Kamer cn Senaat
in Frankrijk. Ook Clementel is dicht bi)
een slagen geweest; zijn lijst werd reeds
gepubliceerd maar Daladier wierp hem
op het laatste nippertje een stok tusschen
de beenen. Van je vrienden moet je het
maar hebbenEn nu is het woord aan
Tardieu, die van den aanvang der crisis af
reeds gedoodverfd werd voor premier.
Slaagt hij, dan krijgt men ongeveer het af
getreden ministerie terug; misschoen nog
iets meer naar rechts georiënteerd... Met
alle recht zou men dan kunnen zeggen
tant de bruit pour une omelette! Men
blijft dan in dezelfde impasse met een ka
binet, waarvan het einde steeds in 'fc zicht
is. Of Poinraré na zijn herstel opnieuw de
reddende persoon moet worden 1
Frankrijk heeft tenminste dit voor, dat
daar iemand is aan te wijzen, die den
politieken Augiasstal kan reinigen. In dit
opzicht staat het met Rusland heel wat
slechter! We wezen er reeds eerder op, hoe
het. bijkans ondoenlijk is om daar de stem
mingen precies te peilendaarvoor komen
uit het „beloofde land" te weinig betrouw
bare gegevens, doch een zeer ongunstig
teeken vormen wel de heele reeks doodvon
nissen, die bijkans dagelijks afkomen. Het
jchijnt zeer hard noodig om angst en
schrik aan te jagen Op den duur helpen
zulke paardemiddelen echter nooit; ook
Stalin zal dat wel aan den lijve onder
vinden.
Vooral de hernieuwde actie tegen de
boeren kan hem gevaarlijk worden; het is
immers de Russische boer, die tenslotte
den doorslag zal geven
Groote onrust heerscht in Duitschland
als gevolg der talrijke corruptie-gevallen,
waarvan de totaal-omvang nog niet is aan
te duiden. Meer en meer blijkt, d at hoog
geplaatste nersonages er debet aan zijn,
hetgeen het onderzoek niet vergemakke
lijkt. Vooral de stad Berlijn krijgt ruim
schoots haar deel! Toch heerscht er ook
hoop in het Duitsche land, nu blijkt, dat
de republiek er steviger staat, dan gedacht
werd. Dit komt naar voren tengevolge var.
het z.g. Volksbegehren, dat of de benoo-
digde 10 pCt. niet haalt zij het ook, dat
het er niet ver af zal blijven of ternau
wernood, zoodat voor den verderen gang
van zaken niet behoeft te worden gevreesd.
Hugenberg's leiding doet den Duitsch-na-
tionalen geen goed en in eigen boezem be
gint het te gisten. Bij een volledig fiasco
lijkt de positie van Hugenberg zelfs zoo
geschokt, dat aan een aftreden moet wor
den gedacht!
Kort na Strcsemann's verscheiden is nog
een Duitsch staatsman heengegaanvorst
Bernhard von Bülow; een man van het ver
leden, uit het keizerrijk. Na Bismarck wel
licht de meest markante figuur op buitenl.
terrein, doch veel zegt dat nog niet! Eerst
later zal kunnen worden vastgelegd, in
hoever hij den grondslag heeft gelegd voor
de rampen, die zijn zwakke opvolger Beth-
mann-Holhveg niet wist af te wenden, in
tegendeel hielp binnen halen. Von Biilow
zelf meende, dat hij den oorlog zou hebben
gekeerd en onmogelijk is dat niet, doch
dan zou het waarschijnlijk toch maar voor
eenige jaren zijn geweest! Zijn politiek
dreef immers de landen, die zich tegen
Duitschlond keerden, toen de bom barstte,
tot elkaar, alle verschillen ten spijt. Zwaar
heeft hij geleden onder de ongenade van
zijn meester, die hem nooit zijn nederlaag
inzake het interview met de „Daily Tele
graph" heeft kunnen vergeven. Vrijwel ver-
geten is hij te Rome op zijn villa Malta
overleden, nog binnen het jaar zijn.vrou*
volgend in den dood. Met interesse wacht
men de publicaties van zijn memoires at
over drie maanden
Schoonschrijfmeester.
■Schoonschrijven ouderen van dagen
?nnneren zich nog met gemengde gevoe
ld p ?c^on1uren aan schoonschrijven ge-
th ff 2°e^ en duidelijk leesbaar hand-
destijds van groote waarde ge-
De tegenwoordige jeugdmaar
manie van wie
•arom toegegeven aan de
aau uc uiaMic au nic
apje ouder begint te worden" om alles
K'dV S 1e ver^ie^eT1 boven wat is
lu nen schrijven kwam er in vroeger
.-v "v110^ meer °P aan» toen er nog geen
t»r;;r r' waren om de taak van de
rifrvver *e nemen En het verwon
en ii tVvr1 °°k n'e* b* officieele beschei-
in J.e Gn XVIIe eeuw getuigschriften
aan schoonschrijvers uitge-
tG treffenL„W1W.W^0
stadsregeering deed zulks
n vri? zekeren Guil .Tac Bolswerdius
flensn ^Gr bet testimonium in
SÏÏ TUr2erneesteren en Schepenen
t-eyden, des graefschaps van
Hollandt, doen een ygelicken hiermede te
weten, oirconden en getuigen van de waer-
heydt, hoe dat de welervarene schryff-
meester Guilielmus Jacobus Bolswerdius,
nabijeen jaer geleden, binnen der
voirs: stede mitterwoon gecomen is. en mit
voorgaende toelatinge der voornoemde van
de Geregte openbare schryfschole, mits het
aenplecken ende opslaen van syne caerten
en geschriften van verscheyden handen,
opgerecht en gehouden heeft, hebbende
tselve en die syne schole versocht en ge-
bruyekt hebben in de conste van schryven,
sodanige fundamenten gegeven, gewesen,
geleert ende geouffent, dat in corte tyde
hare schriften, van verscheyden handen
verchiert mit stricken, vrije treek-, hooft
ende grove letteren, sonderlinge in het
bizonder) degeene die men nompt
noemt) de „duytsche fractuyer", voir
ende in 't Raedthuy9 deser stede opgehan
gen ende te toon gestelt syn geweest, mit
verclaringe van de namen der leerlingen,
ende hoe langen tyt sy over sulex geleert
mochten hebben, gelyck de caerten en ge
schriften daervan synde, dat medebrengen,
dat oick die voors: van de Gerechte midler
tyt over den voorn: Bolswerdius noeyt de
minste dachten gehoirt, off aen hem yet
anders gesien en hebben, dan een goeden
vromen tuchtigen en zedigen handel en
wandel. Ende so die voirn: Bolswerdius de
voirn: van de Gerechte der stadt Leyden
heeft doen aanzeggen der meninge te syn
van te vertrecken, om andere plaetsen te
besoucken en syne schryffconste andere
personen, diet aen hem versoucken en be-
geeren sullen mede te deelen ende tot dien
eynae heeft doen aonsoucken hem getuyeh-
nisse synre handels en Trsndefz medege-
deelt te werden, en hebben de voirn: van
de Gerechte der stadt Leyden hem tselve
nyet connen weygeren, mer deselve brie
ven hem gaerne medegedeelt, mit vercla
ringe dat sy de voirn: Bolswerdius goeder
leeringen die hy haren Burgeren ende in-
woonderen medegedeelt heeft, hertgronde-
lick bedancken. dat hy mitter minne in
vrede, in rust. met genoegen) ende in aller
vrientschappe vertreckt, ende dat sy ver
soucken dat hy van alle de geene, daer hy
comen sal, voir sulex worde erkent, aenge-
nomen en in waerde ontfangen, hem mits
desen aenbiddende toe-biddende) en
sulex in gelycke en andere saken mit goede
genegenheyt te erkennen, weder te ver
schuldigen. Ten oirconde van alle 'twelck
die voirn: Schout, Burgemeesteren en
Schepenen der voirs. stadt Leyden 't segel
te sake de jegenwoirdige letteren doen aen-
hangen en bij hare Secretaris hebben doen
onderteijkenen den XX July des jaers naer
Christi onses Heeren en Salichmakers ge-
boirt XCV boven vyftienhondert (1595)".
Maar nog vóór Bolswerdius, de schoon-
schryver, vertrokken was had Leyden een
anderen artiest gevonden om in deze
schoone kunst de Leidsche burgers te kun
nen onderwijzen: diens leerling Baemt
Jacobsz. van Bosschuyren, die drie maan
den door Mr. Jacob van Bulswaert oriucr-
wezen was, werd 22 Maart 1595 tot schoon
schrijver te Leiden aangesteld.
Student op stadskosten.
Johannes Ampsinck, in 1581 student te
Leiden, later predikant te Haarlem, had
„zijn huysvrouwre ende kynderen" snood
verlaten, wier lot zich het Haarlemsche
stadsbestuur had aangetrokken. Een der
kinderen, Samuel, werd te Haarlem „ter
schole gehouden ten laste deser stadt".
„Ende alsoo den voorss. Samuel aldus
de Haarlemsche burgemeester in een brief
aan een der Regenten van het Staten-
collegie te Leiden, dato 14 April 1608
zoe verre gecomen is. dat hy tot hooger
schole gesonden moet worden omme syne
studiën te vervolgen, soe hebben wy hem
ende dengheenen die voor hem spreken als
zyne voogden geaccordeerd, omme te mogen
gaen ende besteet worden tot Leyden in
den collegie van Holiant ten costen deser
stadt, waeromme wv UwerE. vruntlicken
met desen versoucken. dat dezelve UwerE.
gelieve den voorn. Samuel Ampsinck in
den voors. collegie t'ontfangen ende traete-
teren laten op de costen deser stadt. die
deselve stadt betaelen zal. provisionelick
soe lange tot dater eene plaetse op <5° byrse
derzelver stadt zal vaceren
Samuel Ampsinck schijnt de deugd der
dankbaarheid bezeten te hebben jegens de
stad Haarlem waar ook hij later predi
kant werd door de geschiedenis dezer
stad „in Rym bearbeyd" te boek te stellen;
jegens de 9tad Leiden door den 2 Sept.
1616, toen hij reeds predikant te Rijsoort
was een Leidsche schoone tot vrouw te
nemen.