70ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 31 October 1929 Tweede Blad No. 21359 D3 SULTAN VAN JOGJA heeft aan het Koloniaal Instituut te Amsterdam ten ge schenke aangeboden een miniatuur model van de Bangsal Kentjono, de vorstelijke ontvangzaal in den Kraton. Dit model heeft een frontbreedte van anderhalve meter en is uitgevoerd in kostbare houtsoorten. Het is, geheel gemonteerd, in 5 groote kisten naar Amsterdam verscheept, om in het Koloniaal Instituut een plaatsje te krijgen. EEN TRAM MET VIER STOFZUIGERS wordt in Breslau gebruikt, om de rails van de 9tadstramlijnen te reinigen. De wagenwanden worden benut om kinderen tegen het spelen op straat te waarschuwen. TE SCHEVENINGEN is de luidklok in de nieuwe bad- kapel aangebracht. Do klok voor de galmgaten. DE MOORDAANSLAG IN DEN HAAG. Tcejtand van den getroffene ernstig. ,e Jowland van den man, die Dinsdag e Kipperdastraat te Den Haag met e*>n buik werd getroffen, en die ten- j*-e ^arvan in het Roode Kruis Zie- 's ,.19 opgenomen, was gisteravond IT ernstig. u O I DEHEIM V. CULEMBORG. ^eetstukken verdwenen en weer ••teruggevonden." gisteren de „onthullin- Iftk voorin Culemborgsche moord- zezet met een publicatie, waaraan VT"l8ende ontleenen: :hê Ver^e(tigers .die in de Culem- .en 5?0T^.zaa^ voor de onschuldig ver- eeris en Vroege, zijn opgetreden, en nir. van der Goes van Naters, zijn op bepaalde oogenblikken tot de ont stellende ontdekking gekomen, dat een aan tal belangrijke processtukken in het dossier ontbraken. Wij achten het in het belang van het on derzoek gewenscht, de processtukken, die op onnaspeurlijke wijze uit het dossier ver dwenen zijn geweest, hier te noemen en op de beteekenis dier stukken de aandacht te vestigen. Wij hebben in ons vorig artikel reeds ge- wezen op het uiterst belangrijke proces verbaal, dat door den rijks-rechercheur, Heyting en den (vroegeren) agent van p-o- ütie De Roode is opgemaakt van een ver hoor, dat deze nohtiemannen hebben afge nomen aan mejuffrouw Hills, een nicht van de Collé's. Dit proces-verbaal bevat na aanvankelijk ontkennen, haar bekentenis, dat zij, na den moord te Culemborg, een geldkistje van de familie Collé in bewaring had gekregen, welk kistje na geruimen tijd weer aan de Collé's was teruggeven. Dit proces-verbaal was bij de stukken van het moord-dossier niet te vinden. Indertijd, toen te Tiel mr. Kortenbout van der Sluis als rechter-commissaris fungeer de, werd door dezen de heer G. Brey bij proces-verbaal gehoord. Het verhoor van den den heer Brey in het kabinet van den rech- ter-commissaris liep over het feit. dat het hem bekend zou zijn, dat zekere Cornelis van der Linden te Culemborg in dronken schap aan Auke Opdam (den intimus der Collé's) heeft verweten dat deze „er" ook bij zou zijn geweest. Dit proces-verbaal der instructie was bij de stukken niet aanwezig. Een hoogst belangrijke verklaring is die welk indertijd gerelateerd is in een door den agent van politie H. J. Vroege opge- maakt proces-verbaal. Dit proces-verbaal be- trof een gesprek dat in tegenwoordigheid van zekeren Willem Kregten en Jelle v. Baayen is gevoerd ,uit welk gesprek zou zijn komen vast te staan, dat Cornelis van der Linden op den avond van den moord op de Van Wiggens, den ex-rechercheur Haveman en Auke Opdam over de rivier de Lek had ge roeid. Dit proces-verbaal van den agent Vroege, is na de inzending aan den officier van justitie, zoek geraakt. Het heeft althans zeer geruimen tijd aan het officieele dossier ont broken Eerst eenigen tijd nadat de moord zaak voor het Arnhomsche hof was behan deld en de verdachten Sweeris en Vroege waren vrijgesproken, is dit proces-verbaal „gevonden", zoodat het zich thans weder in het bezit der justitie bevindt Er is nog een ander waardevol proces stuk spoorloos verdwenen. Door mr. M. S. Kalma te Assen, die destijds de raadsman was van de weduwe Haveman bij haar po gingen in het genot te worden gesteld van weduwen-pensioen, was op 4 September '26 tot den reohter-commissaris rar. Hofdijk een schrijven gericht. De weduwe Haveman was toen kroonge tuige in de Culemborgsche moordzaak (con tra Sweeris en Vroege). In bedoelden brief deed mr Kalma den rechter-commissaris mededeeling van zijn bevinding: „dat juf frouw Haveman hem in zeer overspannen toestand, geheel eigener beweging was ko men verklaren, dat zij telkens onjuiste ver klaringen in de moordzaak had afgelegd en nog aflegde, daartoe gedwongen door de haar verhoorende rechercheurs en daarna door den rechter-commissaris; dat zij deze ver klaringen wilde herroepen, doch door dreige- menten gedwongen werd deze verklaringen 1 te geven en dat zij zich in een zoodanigen toestand gevoelde, dat zij elke verklaring en eiken zin, welke men van haar in die om- •handigheden zou eischen, zou afleggen" Deze brief, d.d. 4 September 1926, was een jaar later bij de behandeling van de zaak tegen Sweeris en Vroege voor het ge rechtshof te Arnhen in het dossier, zooals i dit den verdedigers vanwege het parket werd ter hand gesteld, niet aanwezig. Men moet zich eens indenken welk een groote beteekenis. de aanwezigheid in het dossier van dit processtuk voor de verdedi gers zou hebben gehad. Zij toch hebben zich alle moeite gegeven om aan te toonen, dat de verklaringen van mejuffrouw Haveman niet op normale wijze tot stand waren ge komen. De brief van mr. Kalma. waarvan de ver dedigers eerst maanden later n.l. in ver band met de meineed-procedures Collé's wed Havekamp hoorden, zou voor hen dus het belangrijkste processtuk zijn ge weest. Van de drie eerstgenoemde feiten is inder tijd door de verdedigers mr. Van der Goes van Naters en mr. Roobol mededeeling ge daan. zoowel aan den officier van justitie te Tiel als aan den procureur-generaal te Arnhem, waarbij zij opheldering nopens dit vreemde gebeuren hebben gevraagd. Een verklaring hiervan hebben de verdedigers echter nimmer ontvangen. Men zal het kunnen beamen, aldus Het Volk, indien wij verklaren, dat het ons moei te kost te gelooven, dat het ontbreken van zoo vele en belangrijke stukken uit het of ficieele moord-dossier. geheel op toeval be rust. Wij neigen veeleer tot de onderstelling, dat deze feiten moeten worden bezien en beoordeeld in het licht van het algemeene iustitieel beleid m deze ernstige zaak Dat dit beleid niet onaanvechtbaar is. zal niemand kunnen volhouden. Het zoekraken van belangrijke en voor verdachten ontlastende stukken is onbe twistbaar een reeds zoo ernstig feit .dat de oorzaak daarvan nader dient te worden on derzocht En indien bij dit onderzoek zou blijken dat dit ..zoekraken" niet op toeval berust, dan zal naar onze meening, een krachtig ingrijpen van den hoogsten justitieelen chef. den minister van justitie ,niet achterwege kunnen blijven. SCHEEPSONGEVALLEN. Gisteravond is in de Rijnhaven to Rotter dam de stoomboot „Cantor" van L. Smit en Co. tegen het motorschip „Odin" van do Wit's Bergingsbedrijf aangevaren. De op varenden van de „Odin" wisten over te springen op de „Cantor", maar zij hadden geen gelegenheid meer de machines stop te zetten, zoodat het motorschip al zinken de verder voer. Men heeft het schip ten slotte met de „Cantor" weten in le halen, waarna de machine is stopgezet. Inmiddels was de pompboot „Stormvogel" naderbij gekomen en deze heeft de ..Odin" drijvend© gehouden. De motorboot is in de Scheep- ankershaven gebracht, waar pompbooten het schip drijvende zullen houden gedu rende den nacht. Ter hoogte van Spijkenisse is het beurt schip van Rotterdam op den Bommel door de „Morgenster" uit Den Briel aangeva ren en gezonken. Tengevolge van de aan varing heeft de „Morgenster voorin een groot gat gekregen, waardoor het schip veel water maakte. Door van de lading zand over boord te werpen, heeft men het schio drijvende weten te houden. Persoonlijk© ongelukken hebben zich niet voorgedaan. OOK EEN REDEN! Niet altijd is hel verzoek van de aan de gemeentelijke werkverschaffing arbeidende werkloozen om vrij af voldoend© gemoti veerd. Zoo in het geval van een arbeider t© Veenwouden vermeld in de memorie van antwoord die verlof vroeg, om met zijn vader en stiefmoeder den dag te vieren, waarop de vader vijftig jaar gehuwd zou zijn geweest met.... zijn eerste (overleden) vrouw. „N. R. Crt"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 5