Nederland op de fiets. I Drie Avonturen 70ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 18 October 1929 Vierde Blad No. 21348 UIT HET PARLEMENT. Op elke drie inwoners één rijwiel. KloosïerbaSsem Zij is sterk en gezond en men schat haar jaren jonger! SPREEKCEL. '«ugSkentébt?' de'eetzaal (Van onzen parlementairen medewerker). DEN HAAG, 17 Oct. 1929. Jet do trekschuit.I De uitsluiting der militairen door mr. Marchant bestreden Zijn amendement echter verworpen. Tot nog toe heeft de bahandejng van het outwerp op den Rechtstoestand der Ambten jaren een trekscnuitvaanje. Van de 136 ar- teieo, weike het ontwerp rijk ik, zijn we thans neoig met het derde artnrei. Maai- mm vtrueze met uit het oog, dat de eerste ar- telen van een dergeajk ontwerp, wel.ve oa beginselen er van aangeven, de be.ang- iste zgn en dat straks de Kamer met een itrednvaartje er door heen zal trekken om dan weer bij de laatste, de overgangsartike len, het slakkentempo aan te nemen. Het eerste artikel, bepalende wie in den an der wet als aniDtenaar zal worden be schouwd, is thans niet veel meer bediscussi eerd. De Minister van Justitie had ter tc-ge- mcetkoming aan den wensch van velen ec-n der overgangsbepalingen zoodanig gewjj- ngd, dat op grond daarvan bij Algemeenen Maatregel van Bestuur de wet ook van toe passing kan worden verklaard op personen, die krachtens arbeidso.ertenkomst in s.aat - dienst zijn, de zoogenaamde arbeidsconirao- ters. De leden, die voor deze personen in de bres waren gesprongen, hadden over het alge meen met deze bepaling vrede én dus was er geen reden om verder over de zaak te de- batteeren, waarom de heer J. ter Laan zijn desbetreffend amendement introk. Daarna is evenwel des te langduriger beraadslaagd over het volgende artikel, waarbij verklaard werd, dat voor de toepassing van Hoofdstuk II van de wet, bevattende de bepalingen be treffende de procedure in ambtenaarszaken ec andere punten van formeel recht, niet als ambtenaren worden beschouwd de minisb rs, de leden van den Raad van State, de voor kt leven aangestelde ambtenaren en de mi litairen. Het eerste gevolg van deze bepaling am zijn, dat de militairen door de wet niet zouden worden gebaat en dus zouden blijven rmder de oude reclitsbedeejng, waaraan heel wat fouten kleven. aartegen was vooral de heer Marchant (VT.) in het geweer gekomen en hij had -.-(«gesteld een streep te halen door de bepaling betreffende de uitsluiting van de mi litairen. De beer Jan ter Laan (S.D.A.P.) I niet zoover durven gaan en enkel voor- „.iteld, dat van de militaire macht alleen de marechaussee gelijk zou worden gesteld met de burgerlijke ambtenaren. De Kamer heeft aan dit artikel een paar uur besteed, en de discussie was zeer geanimeerd, omdat var meer dan één kant, b.v. door den heer Beniner (A.R.), theoretische bezwaren tegen de redactie van het artikel werden geop perd, tenvjjl door den heer Marchant op zijn gewone forsche wijze opgekomen werd tegen een regeling, die de militairen zou overlaten aan den goeden wil van de hoogste autoriteiten, ongeacht of deze recht of on recht begingen. Ten slotte kwam de heer Elaras (C.H.), mede namens eenige leden der rechterzijde, voor den dag met een re dactie van het artikel, waarbij niet alleen de Ministers, de leden van den Raad van State en de voor hun leven aangestelde ambtena- r® buiten de bepalingen van formeel, doch tok buiten die van materieel recht werden geplaatst, terwijl de militairen enkel wat het formeels recht betreft, buiten de wet zou- vallen, in afwachting van een nadere regeling van het militair procesrecht, waar- De heer Marchant. aan naar de Minister van Defensie, de heer Deckers, uitdrukkelijk verklaarde, reeds ge werkt wordt. De heer Marchant dunde ech ter op die verzekering niet bouwen, en hij handhaafde dus zijn amendement om de mi litairen wat de ambtenaarsrechtspraak be treft, geheel op één lijn met de burgers te stellen. Nadat de heer J. ter Laan zijn voor stel om de marechausee in ieder geval mat de burgers gelijk te stellen, had ingelrok- keu als overbodig, wanneer hit aniend..ment- Marchant werd aanvaard, is dit met groote meerderheid verworpen. Daarna is het arti kel, waarvan de door den heer Tilanus voor gestelde lering onmiddellijk door den minis ter was overgenomen, zonder stemming go d- gekeurd. De Kamer heeft zich vervolgens verdiept in het derde artikel, dat bepaalt, dat alleen de verrichtingen van de overheid tegenover amr leraren aanleiding tot een administratie ve procedure aanleiding mogen geven. Daar op was een amendement ingfdic-nd door den heer mr. van den Bergb (S.D.A.P.) en en kele zjjner partijgenooten om ook het per soneel van semi-publiekrechtelijke bedrijven (zooals de Rotterdamsche tram) in dezen met ambtenaren gelijk te stellen. Het verzet- hiertegen is van de zijde der zoogenaamde burgerlijke partijen sterk: achtereenvolg vis boorden wij de heeren Boon (Lib.), Kor- ten-borsl fR.K.) .Van Wijnbergen (R.K.l en Til ar. us (C.H.) hartegen herwar-u ontwikke len en wij vermoeden, dat het amtiffl ?m?.it slechts weinig kans op aanneming heeft Maar dat zullen we morgen kunnen med*- deelen. RECLAME. X Productie van 500.000 rijwielen per jaar noodig om den bestaanden voorraad in stand te houden. Doe er wat Kloosterbalsem op is het gewone gezegde, als men zich heeft gesneden, gestooten. gebrand, geklemd of geschramd. Die verzacht, zuivert en geneest zonder litteckens. A ,,Geen goud zoo goed" j 4974 Ir. S. van Hoogstraten geeft in „Ec, Stat Bc-x.vi.tea' ïntere same Des.noui ingv-n en be langwekkende cijfers over de rijwielvoor -i.- rjng in ons land. vVederom, zoo egt nij, heen de opbrengst van de rgwielbeiasiiug (f. tl.25U.00U) eenige verbaring gewekt. Men beeft er in de pers opmerkingen over ge maakt uitgemeten, hoever al die rijwielen, achter elkander geplaatst, wel zouden rei ken, en gezien, dat dit zeer ver was maar men heeft zich er verder niet in verdiept, waar en hoe die millioeneu rijwielen, die hier circuleeren, eigenlijk ontstaan. Nog minder beeft men zich afgevraagd, langs welken weg zij bij den gebruiker komen. De belastingopbrengst doet zien, dat er miiiftens 2,500.000 rijwielen in gebruik zijn, dat wil dus zeggen, dat van onze bevolking 30 pCt. een rijwiel bezit. Het schijnt, da', dit percentage ongeve.r de normale behoslte aan rijwielen in ons land weergeeft, want voor de laatste vijf jaren waren de cijfers de velgele: (Belaste) Jaar Rijwielen Gem. Bev. p. 100 inw. 1924. 1.756.738 7 263 893 24.2 1925... 2.160.579 7 365 732 29.3 1926. 2.198.455 7.471.512 29.4 1927. 2.252.198 7.567.272 29 S 19282.503.026 7.678.555 82.G Hierbij moet in aanmerking worden geno men, dat onder de opgave alleen de belaste rijwielen zijn opgenomen, zoodat globaal ge zegd mag worden, dat op elke drie inwoners van ons land één rijwiel voorkomt. In een stad als Den Haag rijn ruim 100.000 rijwie len aanwezig 1 Alleen voor het in stand houden van den be staanden voorraad most er in de toekomst op een productie van circa 500.000 rijwielen per jaar gerekend worden. Men neemt toch aar., dat de levensduur van een rijwiel gemid deld genomen niet meer dan vijf jaar 16, waar er tegenwoordig bij het veelvuldig gebruik van goedkoopcre typen ook geen aanleiding bestaat, langer dan vijf jaar met den aankoop van een nieuw rijwiel te wachten. Een af schrijving van 20 pCt. op een voorraad van 2.500.000 geeft een jaarlijksche aanvulling van 500.000 rijwielen. Inderdaad naderen de cijfers der jaarpro ductie dit getal reeds, waarbij zich bet merkwaardige verschijnsel voordoet, dat de Nederlandsche industrie deze productie in korten tijd vrijwel geheel tot zich wist te trekken In de „Statistiek van Voortbrenging en Verbruik", ontleend aan de publicatie van het Centraal Bureau voor de Statistiek, Aflevering 5, Jaargang 1929, vinden wij omtrent de in Nederland vervaardigde rijwie len d? volgende cijfers: Jaar In Nederland verv. rgw. 1924129.800 1925203.900 1926257.200 1927307.500 1928370.400 Wanneer wil in rianmerking nemen, dat er in 1924 1.750.000 rijwie'en aanwezig wa ren, waarvan 1/5 350.000 bedraagt, dan blijkt inderdaad de aangenomen afschrijving van 20 pet. vrij juist met de practijk overeen te komen. Er is dus nog een constante toene ming van de productie te verwachten, afge zien van den nieuwbouw "in verband met den aanwas van de bevolking, waarop later za.l worden teruggekomen. Tegenover deze toeneming van de produc tie valt een opvallende afneming van den ir.voer uit het buitenland op te merken. Deze is toch in vijf jaar tjjds tot op minder dan 3 pCt. van den nieuwbouw teruggeloopen Invoer t.o.v. productie Jaar. Productie. Invoer. in pCt. 1924... 129.800 57.800 44.5 1925... 203.900 13.700 6.7 1926... 257.200 22.600 8.8 1927... 307.500 22.600 7.3 1928... 370.400 10.400 2.8 Terecht werd hiervoor dus gezegd, (lat onze industrie in korten tjjd vrijwel de ge heels productie heelt geabsorbeerd. Terloops zjj hierbij opgemerkt, dat fle uitvoer de 20.000 per jaar nog niet heeft be reikt, waar tegenover staat, dat het quantum uitgevoerde enkele frames dat van de inge voerde in het laatste jaar nog overtrof, zoo dat er dus geen quaestie is van een geca- mouffleerden invoer van rijwielen. Terugkomend op de eerste ejjfers, waarme de wij aantoonden, dat 1/3 van onze bevol king een rijwiel gebruikt, en, zooals vanzelf spreekt, ook noodig heeft, moet men bij den toekomstigen nieuwbouw ook nog met den aanwas van de bevolking rekening houden, in die leeftijdsjaren, waarop aanschaffing van een rijwiel urgent is. Deze aanwas is voorloopig circa 90.000 per jaar, zoodat die alleen een extra nieuw bouw of aanmaak van 30.000 r^wielen per jaar vraagt. Het is typeerend voor "de ver snippering van onze rgwebindustrie, dat geen enkc-le van de in ons land werkzame fabrie ken met haar jaarproductie dit bedrag over schrijdt; hoogstens zijn er twee, die er dit jaar aan toe komen. Met andere woorden: alleen al voor de jaarlijksche aangroeiing van de productie zou er elk jaar een fabriek bij gebouwd kunnen werden, die grooterisdan welke ook van de bestaande. Waar men hier in de gunstige omstandighe den van een constante vraag naar een vrij wel genormaliseerd artikel verkeert, en na genoeg met mathematische zekerheid te be palen valt, hoe groot de afneming per jaar ió de eerstvolgende twintig jaren zal bedra gen ,zou men mogen verwachten, dat de industrie, die voor de gestadige voorziening in de behoefte aan dit artikel zorgt, ook volgens de moderne begrippen van effi ciency althans doelmatige concentratie werkzaam is .Het rijwiel, nog voor kort eer. bezit, een vermogensbestanddeel, is thans een gewoon gebruiksartikel geworden een onmbbear gebruiksartikel zelfs zoodat de industrie ri"h ~onde~ eemig risico op een massaproductie kan inrichten. Tegenover deze feiten is het. volgens den schrijver, eeoierszins teleurstellend te zien, dat men zich in ons land van die moderne inzichten tot nog toe niets heeft aangetrok- RECLAME. U kunt uw lichaamsgewicht aanmerkelijk verminderen, U gezond en sterk voelen, wanneer U de gewoonte aanneemt eiken morgen een kleine dosis KRUSCHEN SALTS te gebruiken. Ziehier wat Mevrouw L. B, ons onder meer schrijft, (baar brief ligt bij ons ter inzage) ,,,Van het oogenblik af, dat KRUSCHEN SALTS in denJ handel kwam, heb ik het iederen morgen gebruikt. Ik ben 66, ik ben sterk en gezond en de menscben houden mij voor hoogstens 40 a 45 jaar.' Waarom zou het U anders gaan? Waarom den last van corpulentie te verdragen Het middel om slank te zijn, krachtig en gezond is zóó eenvoodig. Niets dan een theelepel KRUSCHEN SALTS eiken morgen. Het heeft geen smaak, U kunt het in uw theedrinken. KRUSCHEN SALTS is verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a f. 0.90 per flacon. De groote flesch a L 1.60 bevat 3 maal den inhoud van den kleinen flacon. Imp.: N. V.Ro wntree HandelsMijKeizersgr. 134, A'dam C. GRATIS PROEFAANBOD Wanneer U nog nooit Kruschen geprobeerd hebt probeert het dan nu op onze kosten. Wij hebben onder de Apothekers en Drogisten too.ooo speciale ..Groote Proefpakken" ge distribueerd, welke het gemakkelijk voor U maken om te ondervinden of de door ons gestelde ciscben U voldoen. Vraagt Uw apotheker of drogist naar het nieuwe „Groote Proofpek". Dit bestaat uit onze eewone flacon h. f 1.60 met een aparte proef-flacon toereikend voor ongeveer een week. Open eerst de proefflacoD. Onderwerp haar aan een proef. En warneer U er don niet volkomen van overtuigd zijt, dat Kruschen al die eigenschappen bezit, welke wij tot eisch gesteld hebben, is de gewone flacon nog ongeschonden; breng deze terug. De apotheker of drogist zal U onmiddellijk cn zonder omwegen Uw f i.óo teruggeven. U liebt Kruschen geprobeerd op onze kosten. Wat is royaler? 5017 ken, en de vervaardiging van rijwielen gron- tendeeis in een; ante afzondering, zelfs vee al jn éénmansbedrijen, plaats vindt. Met het vervaardigen van 198.000 rijwielen, dus de helit van de jaarproductie, hielden zich in 1928 onledig niet minder dan 37 ondernemin gen, waarin ruim 2400 mannen en vrouwen werkzaam waren. De gemiddelde jaarproduc tie per onderneming bedroeg dus iets meer dan 5000 rijwielen per jaar, dat is nog minder dan 20 per dag. De overige 180.000 kwamen in een veelheid van bedrijven tot stand, waarvan er geen enkele meer dan 500 rjjwielen per jaar maakte. Als bovenste grens van deze bedrijven vinden wij de plaatselijke montage-inrichting, als onderste het atelier van dgn dorpssmid, waar in ledige uren wel eens een rijwiel in elkaar wordt gezet. Bepalen wij ons echter bij onze grootste fabriek, waarvan de dagproductie ten min ste 100 stuks benadert, dan zien wij, dat ook dit grootste bedrijf, dat overigens zeer modem is ingericht, nog niet in 1/10 van de behoefte voorziet. Een dagproductie van 100 stuks valt echter geheel in het niet verge leken bjj die van de grootste Duitseke fa briek, die op eon dagelijksch quantum van 3000 tot 5000 rijwielen is ingericht. In deze fabriek vindt ook het lakken geheel mecha nisch plaats met behulp van een machine, die het werk van 300 arbeiders vervangt. Klei nere fabrieken, die de onze toch nog verre overtreffen, worden bijvoorbeeld door de B.S.A. in Rusland gebouwd en zijn op een productie van 400 rijwielen per dag in gericht NAAMSVERANDERING. Een Hooge Morschwegbewoner zag gaarne den straatnaam van den Hooge Morschweg veranderd. Het is enorm, zooals genoemde weg verward wordt met den Morsohweg, den Lage Morschweg en den Hooge Morsoh weg te Oegstgeest Naamsverandering van dezen weg zon voor de bewoners evenzeer als voor de post veel ongerief wegnemen. van den Franschen Meesler-Deteclive MARC MICHEL. Ce rook uit den scheepsschoorsteen, die ]D een lange, vlokkige pluim over het dek kierde, veranderde geleidelijk van richting en ging langzamerhand dwars over het schip heen; de „Telemarken" zette koers D*ar het Westen. En daarmee geraakte het vaartuig in rustiger water. Er kwam weer wat leven in de brouwerij, passagiers, die in de kajuiten gevlucht waren, kwamen aarzelend, de een na den ander, weer aan dek. 0p hun bleeke gezichten waren de duide- kjke sporen van een doorgewaakten storm nacht. De stewards verschenen met dam pende koppen thee; een verkwikking die al gemeen op prijs werd gesteld. Er kwam weer wat glans in de moede oogen en wat kleur ®P de bleeke wangen. De kapitein wees lachend naar het Oosten, waar de jonge morgen boven d° bazaltrotsen aanlichtte. Een van de passagiers, die juist de steile kajuitstrap was opgeklommen, zette ruimer ademhalend zijn voet op het natte dek. Hij keek om zich heen en ging bij de ver- SC 9t^n: met een glimlachend ge zicht legde hij groetend de hand aan de pet. Pa^°- monsieur Michel! Bent u al dien tijd daarboven geweest? riep hij naar ®en heer, die in een wijden ulster op_ de ommandobrug naast den kapitein stond. la!»K a jn^eroeDdne knikte en klopte glim mend den kapitein op den schouder: Ja. wij hebben het allebei uitgehouden. nU, meneeT Blomdal? e spreker haakte het touw, waarmee de daTlS!f g wordt afgesloten los en frap af ^an8zanie treden de wentel- m U' menepr Blomdal?, herhaalde hij. ander lachte een beetje verlegen De heer Blomdal zette een pijnlijk ge zicht. In de eetzaal? was het maar waar! Ik ben in mijn kooi gekropen en heb mijn de kens over mijn hoofd getrokken. De Franschman lachte. Blomdal hief het hoofd op en keek den detective, die wel een kop grooter was dan hij, met een ko misch- verwijtenden blik aan. U hebt goed lachen monsieur Michel. Als je, zooals u. de heele wereld hebt rondge reisd, maak je van zoo'n beetje Skegerrak geen drukte meer! De Franschman diepte uit den onuitput- tehjken zak van zijn ulster zijn sigaretten koker op, waaruit hij een van zijn gelief koosde zware regie-9igaretten nam. Als u niet tegen een zeereis kunt. me neer Blomdal. waarom blijft u dan niet rus tig thuis met den vasten grond onder uw voeten? De ander 9chudde het hoofd: een beetje geërgerd. Voor mijn plezier doe ik het waarachtig niet. Ik moet reizen omdat mijn zaken dat noodig maken. Hebt u misschien een lucifer bij u? vroeg Marc Michel onverschillig De Noor knipte snel zijn sigarenaansteker aan en hielp den detective aan vuur. Dank u. zei deze kort.. Om u de waarheid te zeggen, hervatte Blomdal het gesprek, ik begrijp u niet mon sieur Michel. Als het tenminste werkelijk v/aar is wat u mij verteld hebt. dat uvoor uw genoegen op reis bent U kon op het oogenblik, als u toch vacantie neemt, heer lijk aan de Rivipra zitten en in een koeste rend zonnetje kijken. Maar neen. monsieur Michel moet in eep tijd, dat niemand an ders zich zoo in het hoofd haalt, de fjorden zien en het Skaggerak oversteken Neem me niet kwalijk, maar als ik niet wist dat u de schranderste kop van Europa bent. zou ik zeggen dat u gek was. U neemt me toch niet kwalijk? Absoluut niet hoor; geneert u zich voora! niet. Ik ben nu eenmaal een beetje anders daD anderen En als de heele wereld in het voorjaar naar de Rivièra trekt, heb #ik zin om naar de fjorden te gaan. Mis schien ga ik midden Augustus wel naar Nice! maar iels anders. Ik heb buifengewo- nen zin in een Black-and-White. Gaat u mee meneer Blomdal; ik inviteer u. Het schip naderde de kust. De beide man nen gingen met de stampende voetstappen van men9chen die veel zeereizen hebben gemaakt, de steile trap naar de rooksalon af Even later had de steward hun glazen met goudgele Whiskey gevuld. Onder invloed van den opgewekkenden drank werd Blomdal vertrouwelijk. Ik had al veel van u gehoord, mon sieur Michel en u begrijpt wel dat ik niet weinig verrast was toen u zich aan mij voorstelde. Ik vond het buitengewoon inte ressant kennis met u te maken. Wat ik van u gehoord en gelezen heb, heeft me eerlijk gezegd, met groote bewondering voor u ver vuld. En toch kan ik niet nalaten om te zeggen; u hebt altijd buitengewoon veel geluk gehad! Hoe bedoelt u dat? vroeg de Fransch man, in het minst niet gekwetst. Ik bedoel dat u altijd mensohen als tegenpartij hebt gehad, waar u in verstand verre boven stond. Dacht u dat? U hebt gemakkelijk spel gehad, mon sieur Michel. Een reeks van gelukkige toe valligheden is u te hulp gekomen. Als u eens op een goeden dag tegen iemand zou aanloopen die tot de andere helft van het mensebdom behoort, tot de scherpzinnige helft bedoel ikdan ben ik benieuwd of u ook zou slagen. Marc Michel keek zijn metgezel lachend in het gezicht; U bedoelt als ik eens op een dag met u te doen kreeg, nietwaar, me neer Blomdal? De4 man, die door den grooten speurder zoo netjes in de kaart gekeken was, kon niet nalaten te lachen. Misschien. Het is niet uitgesloten dat ik, aan mezelf gedacht hebl De detective knikte en keek met blijkbare belangstelling naar de koperen lamp aan de lage zoldering van de kajuit. IJ denkt na tuurlijk aan den diamant, die u.... Blomdal stond op en liep met de handen op den rug een paar maal met snelle, drif tige passen den kleinen salon op en neer. Plotseling bleef hij voor den detective stil staan. Nietwaar? monsieur Michel; om den „Paladijn" in handen te krijgen is een „plezierreisje" wel de moeite waard? Marc Michel haalde de schouders op. Ik veronderstel dat het niet zoo gemakkelijk gaan zall Daar kunt u donder op zeggen. D'r zijn er al meer van een kpude kermis thuis gekomen. Hij dronk de rest van zijn whiskey in één teug leeg; Allemaal zijn ze van een koude kermis thuisgekomen; allemaal. En ik zeg u vooruit, monsieur Michel, dat zelfs u geen succes zult hebben. Dat garandeer ik ul U zult van dit „plezierreisje" hij lachte hoonend met leege handen bij mijn zus ter terugkomen. MaTC Michel bestudeerde opmerkzaam de patronen van het vloerkleed. Dus u denkt werkelijk dat ik naar Oslo reis om u de „Paladijn" afhandig te maken? Daar heb ik geen 9econde aan getwij feld toen ik hoorde wie u was! was het snel-gegeven antwoord. De Franschman lachte met zijn gewone bonhompiie en zei: Dan zou zich nu het geval inderdaad voordoen, dat we daarnet theoretisch gesteld hebben en zou ik dus eindelijk eens een tegenstander vinden die verstandelijk tegen me opgewassen is. Ik wil u inderdaad wel bekennen dat u het doel van mijn reis daarnet volkomen en juist hebt aangegeven Laten we met open vizier vechten, nietwaar? Uw zuster uit Kopenhagen heeft me telegrafisch uit Parijs ontboden en mij opgedragen den „Paladijn" voor haar in handen te krijgen. Ik moet haar eigendom terugbrengen, dat u weder rechtelijk uit de nalatenschap van uw va der onder uw berusting houdt. Als mijn zuster de bewijzen in handen heeft dat de steen van h5Ar is, waarom laat ze die dan niet gerechtelijk in beslag nemen? U weet heel goed waarom ze dat niet doet, meneer Blomdal. Moet ik het u nog herhalen? Omdat ze geen schandaal wil, omdat ze het afschuwelijk vindt dat ze te gen haar eigen broer zou moeten procedee- ren. Omdat ze het voor de nagedachtenis van iemand van de standing van uw over leden vader als een schande beschouwt, dat het publiek zou gnuiven in een proces tus- schen zijn erfgenamen een proces overi gens dat zij met vlag en wimpel zou winnen en waar uw reputatie niet beter op zou wor den, meneer Blomdal Dat kan allemaal best waar zijn, mon sieur Michel. Maar ik denk er niet aan den steen af te geven. Ik verwachtte niet anders. Maar toch betwijfel ik of u uw loffelijk voornemen zult kunnen uitvoeren. Hoe bedoelt u dat? Wel, ik geloof dat ik binnen drie dagen den „Paladijn" in handen zal hebben! Drie slagen op de gong kionken dreunend over het schip. De Noor keek op. Het eerste teeken voor het ontbijt, zei Marc Michel rustig. We hebben nog tijd. Haastige voetstappen bewogen over het dek. Hongerige passagiers gingen vlug naar de eetzaal. Ik ben nieuwsgierig, zei Blomdal pein zend, hoe u dat zult klaar spelen. Mis schien met behulp van de politie? Ik denk niet dat u zich daarover illusies zult maken. Een wettige weg om u van den steen mees ter Ie maken, bestaat niet De detective maakle een afwerende hand beweging. Ik denk er niet aan om de po litie er in te halen. Dat beteekent dus dat u wilt inbreken, lachte de Noor. Probeert u het maar ge rust. Overrompelt u me, al9 u kunt; mijn huis is op dergelijke bezoeken ingericht. Alle deuren, alle kamers, alle vensterban ken zijn van electrische alarmschellen voor zien. Iedere stap, die een ongewenschte be zoeker in mijn huis doet, brengt het perso neel op de been-, mijn brandkast is van een van de allerbeste merken. Neen, monsieur Michel, zet dat plan maar uit uw hoofd. De detective glimlachte. Ik ben heel?- maal niet van plan u ie overrompelen. Waarschijnlijk zal ik u zelfs het uur, ja de minuut vooruit opgeven, waarop ik van plan ben den „Paladijn" te komen halen. maakt gekheid. Geen sprake van. Voor de tweede keer klonken de gong- slagen. De beide heeren stonden op. Neen. monsieur Michel, dat is een prachtige mop die u bedacht hebt. Ik trac- teer een flesch Pommery! Zoo'n morgen drank is niet kwaad na 'n onrustigen nacht. Prachtig. U hebt gevoel voor humor. Zoo iets waardeer ik. Ik verheug me er be paald op den degen met u te mogen kruisen. Er is een sportief element in deze onder neming I 4 (Slot volgt)*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 13