RAADSELS. TEEKEN PLAATJE OPLOSSINGEN. AAN ZEE. RAADSELS VOOR ALLEN OM Dit TB KIEZEN, DE GROOTEREN 4, EN DE KLEINEREN 3. L Als 'k met een k geschreven word, Ben ik een dier, een k... Maar schrijft men mij soms met een 1, Dan ben 'k van hout, een 1... Met s-c-h ben ik het liefst, Men noemt mij dan een sch il. Aboeschadarimiialonski Wie kan zooiets met 7 letters schrijven? UI. Verborgen metalen. Wees toch niet dadelijk zoo ongerust. Ik liet in de tram mijn paraplu staan en daardoor ben ik zoo laat. Wij logeerden vlak bij het Loo, dus in een mooie omgeving. Jan haalde Dick op; er was een zwemwed strijd. O, Moeder, ik heb niets geen zin Kan Joop niet meegaan? IV. Op de zigzag-kruisjeslijn komt van boven naar beneden gelezen, de naam van iets, dat sommige groenten en andere gerechten smakelijk maakt. lo rij afval van muren. X 2o een roofdier. X 3o ruw meiaal. i X 4o een getal. X 5o een grafsteen. X 60 een boom. 7o een viervoetig dier. X 80 een vette vloeistof. X 9o een steile rots. 1 x lOo een deel van je been. V. De loopjongen van den bakker had zijn doos laten vallen en nu lag er op den grond verspreid rat maan dal te Wat was het geweest? VI. Ik ben een paard, maar soms ben ik een klein plantje, dat veel dingen bederven kan. Hoe heet ik? VII. Schrijf onder elkaar: io. een klein grijs, viervoetig diertje, dat vlug trippelen kan. 2o. een grappig, viervoetig dier. 3o. een mooie bloem, die 's zomers bloeit. 4o. iets, waarmee je schrijven kunt. 5o. een zwemvogel. De beginletters moeten, van boven naar bepeden gelezen, een meisjesnaam vormen. OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT HET VORIGE NUMMER: Oplossingen der raadsels uit het vorige nummer, 1,. De weg. Botter, Otter. Dat hij slaat zonder iemand pijn te 2. 3. 'doen. 4. Fout. 5. Loon op Zand, loon, pop, paal, nood, zand, pan, op, opa, Nol. 6. Kiel. !7. Westland. Boer Krelis is aan 't hooien, Hij heeft het vrees'Iijk druk En 't mooie weer is zeker Voor hem een groot geluk! Wij teek'nen 't ij'vrig boertje Vlug met een potlood uit En nemen daartoe vóór ons Papier, dat is geruit. Daarna gaan wij het kleuren. Een ieder kiest de tint, Die hij voor boer en hofstee Het allermooiste vindt. Zoo hebben wij in huis toch Een heel klein stuk natuur, Waarnaar we kunnen kijken Zelfs 's winters bij het vuur. We denken aan den zomer Dan stellig weer terug Bij 't zien van 't schilderijtje, Begin dus maar eens vlug! C. E. d. L. H. Zeg, waarom loopt die kleine Jan Zoo haastig over straat 1 Wel, dat je het nog vragen kunt, Omdat het reeg'nen gaat! En is dat niet verstandig somst Want kijk eenswat een bui En Jan loopt zonder pet en jas Alleen maar in zijn trui Stap jij maar haastig door, hoor vent! Draaf jij maar gauw naar huis! Dan krijg je droge schoenen aan En ook een ander buis. Maar als je weer eens wand'len gaaf, Wees dan wat wijzer, Jan! En zie je wolkjes aan de lucht', Trek dan een jasje an! R. WINKEL. Rolder-de-bolder-de-rolder-de-bol Zie, hoe ik lachend de duinen afrol. Zomervacantie, mooi weer en aan zee! Vader, het was maar een wkt goed idei 'n Huisje te huren, zoo dicht bij 't strand Zingende trekken we, hand vaak aa hand, Blij door de duinen en luid klinkt o»ns lied Heerlijker plek dan het strand is niet! Soms gaan we graveneen heel diep gracht Of een kasteel. En we houden wacht. 't Zeewater klotst er op eens over heen Pas je niet op, zeg!je raakt v de been! Dan gaan we springen en dansen in Juichend en zingend doen w* allema mee, Maar we gaan heusch niet te ver w van land Veilig is 't enkel maar dicht bij hl strand 'e Middags zoo tegen dat 't eetklok slaat Hebben we trek en niet één is te ha W' eten als wolven, wat smaakt alles goe< Zeelucht is 't, die heel vaak wonderi doet. En als wij 's avonds dan liggen in bed, Droomen wij vast van de zee en de pr( Leve de duinen, het strand en de zee Wie gaat er morgen opnieuw met mee OA RL A HOOG

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 14