êijsbfentüüë SiuMoope* PUROl De Kaagweek. 70ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 24 Juli 1929 Derde Blad No. 21275 BINNENLAND. van Huid en Voeten 1 FEUILLETON. larim s verjongingskuur. desinfecteert Hrv mond met Odol. Odol werktverfrisschend en optrekkend. Cenfleseh Odol kost slechts f1175. 11 doet er maanden mee DE KABINETSCRISIS. H. M. de Koningin heeft gisteren ter con- nentie ontvangen ten Paleize Huis ten jsch Jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Beeren- ouck. o EERSTE KAMER. Naar gemeld wordt, heeft ook de heex J. J. Asselbergs, die in de vacalure-Jhr. rbeyen tot lid der Eerste Kamer was be laid verklaard, medegedeeld, dat hij deze soeming niet aanvaardt. HET BIOSCOOPCONFLICT. [ergisleren hebben B, en W. van Heer- het schorsingsbesluit uitgevaardigd ten uien van de bioscoop Universal te Heer- De schorsing wordt onmiddellijk van icht, zoodat van gisteren af in de Uni- al geen films meer zullen worden ver- :d Het Hollandia Theater te Heerlen is •diikertijd in antwoord op dit schorsings- siuit door den Nederlandschen Bioscoop- ,B yi gesloten. Van gisteren af worden te trien geen films meer vertoond. BURGEMEESTERS. Bij Kon. besluit is benoemd tot burge- 0,-ter der gemeente Bovenkaxspel W. C. Breda; ajn opnieuw benoemd: tot burgemeester jemeente Borsselen J. L Richel, secre- dier gemeente; Baarn: jhr. dr. G. C. J. iReenen: Adorp: G. W H. Esselink; iremda: E. G. Braak; Bedum: M. Jouw- Ten Boer: G. Huisman; Beerta: J. H. meng. De voorzitter van de central» commissie jr de filmkeuring heeft den volgenden ef gezonden aan den Nederl. Biosooopbond m de Vereeniging van Noordbrabantsche Limburgsche gemeenten voor gemeen- appeljjke filmkeuring: Ier vervolge op mijn brief van 19 Juni ih en in aansluiting aan de hierop ge- gde correspondentie en conferenties heb de eer u ter beëindiging van het z.g. scoopconflict in het Zuiden het hierna linnuleerde voorstel voor te leggen. Bet spreekt vanzelf, dat bij een zoo diame- iil tegenovergesteld standpunt van beide rijen geen oplossing tot stand kan komen, til, deze beide weigeren, eenige conces- te doen. liet te meer vrijheid durf ik het hier ijende voorstel dan ook voor te leggen, /ai ik er van overtuigd ben, dat het boet aan de wenschen, zoowel van de reeniging van Noordbrabantsche en Lim- rgsche gemeenten, die een n akeuring cscht van de C-films, doch er bezwaar K maakt, dat iedere film in ieder» san- toten gemeente opnieuw zou moeten wor- a nagekeurd, als aan die van den Nederl. woopbond, die bij een nakeuring in een meer der hoofdplaatsen van ons land belangen van zijn leden al te zeer bena- eld acht. voorstel is een uitbreiding van het rW (er D. genoemde in mjjn hierboven reeds ijeliaalden brief van 19 Juni 1.1. en luidt irolgt: li iedere bjj de Vereeniging van Noord- ibantsche en Limburgsche gemeenten voor neenschappeljjke, filmkeuring aangesloten neente fungeert de bij de wet vereischte atselijke commissie van toezicht, tevens als teoringscommissie, in dier voege, dat de ïlms, die door één oommissie zjjn toegela- daardoor toegelaten zjjn in alle bjj de leeniging aangesloten gemeenten. Voor films, die door een commissie zijn toegelaten, wordt een beroepsin- itie in het leven geroepen, volgens regelen (er overeem te kom6n tusschen partijen overleg met den voorzitter der centrale unissie. 3. Geen films worden ter nakeuring aai den, of aa igenom n,ti niet voorzien zijn van een keuringskaart der centrale com missie. 4. Bjj beëindiging van het conflict worden aile tot nu toe in een der aangesloten ge meenten uitgesproken schorsingen of slui tingen, die gebaseerd waren op het niet nakomen van de nakenringsverordeningen, onmiddellijk ingetrokken, en worden de dooi den Bioscoopbond gesloten theaters tegelij kertijd voor openbare vertooningen open gesteld. Alsdan mogen slechts vertoond worden de A- en B-films en C-films voor zoover zij op de tol heden door de vereeniging uitgegeven lijsten van toelaatbaar geachte films voor komen. 6. De niet toegelaten C-films kunnen ter keuring worden aangeboden op de wijze als in pnni 1 is aangegeven. 7. Het wegens dit conflict ontslagen per soneel wordt weer zonder uitzondering op nieuw op zijn oude plaats te werk gesteld. Ik verzoek de beide betrokken besturen, mrj wel te willen berichten, of zjj bereid zijn, op Donderdag 8 Augustus te mijnen kantore een gemeenschappelijke conferentie te houden onder mijn voorzitterschap, met als grondslag het voorstel, dat ik hierboven heb uiteengezet. Bij bevestigend antwoord, dat ik gaarne deze week tegemoet zie, zal ik n ten spoedigste een definitieve uitnoodiging toezenden. REDDEN van DRENKELINGEN. Aan het jaarverslag 1928 van den Nederl. Bond tot het redden van drenkelingen ont- leenen wij, dat wederom verschillende bri gades zijn opgericht, die lot den Bond toe traden, zoodat deze thans telt 35 brigades. De bond zond in het verslagjaar aan de gemeentebesturen van nagenoeg alle water rijke gemeenten in ons land een circulaire omtrenl aanschaffing van reddingsmiddelen en een dergelijke circulaire aan de colleges van Gedep. Staten der verschillende provin cies benevens aan alle hoofdingenieurs- directeuren van den Rijkswaterstaat. Blij kens de vele aanvragen hebben deze circu laires aan het doel beantwoord. De buiten- landsclie verbindingen van den Bond wer den wederom uitgebreid. Niettegenstaande subsidies van het Carnegie Heldenfonds en van de Maatschappij tot redding van dren kelingen, was het niet mogelijk de uitgaven met de inkomsten te dekken, zoodat een groole weldadigheidslolerij over geheel Ne derland in voorbereiding is. Een verzoek tot regeeringssubsidie wérd afgewezen. Het verslag maakt voorts melding van de uitrusting der verschillende brigades, van de reddingen, door leden volbracht en van de verleende onderscheidingen. De cij fers van den penningmeester geven over 1928 een verlies aan van f. 126.93. de be grooting sluit met een totaal van f.4618. VERSPREIDE BERICHTEN. In den ouderdom van 75 jaar is gis teren te 's-Gravenhage overleden de geD. kolonel der huzaren J. D. Camerling Hei- moet. Het internationaal congres voor het middelbaar onderwijs, dat te 's-Gravenhage heelt plaats gevonden, is gisteren beëindigd. RECLAME. en Doorzitten bij Wielrijden, Zonnebrand en Smetten, verzacht en geneest men met Doos 30-60 en 90 ct. Tube 80 ct Bq Apcth. ea Drogfsteo 9157 Door RAFAëL SABATINI. Uit het Engelsch door C. M. G. W. (B De Sénéchal wuifde even met de hand als dat die goedheid zoo bijzonder 'el was. .iBinnen een uur moet ge Grenoble uit 'archeeren kapitein, en uw manschappen Montélimar brengen. Daar kunt ge ze 'kwartieren en mijn verdere bevelen af- 'achten. Babylas zal u een brief aan de ütoriteiten der stad overhandigen, waarin wordt verzocht voor geschikte inkwar- •r ng te zorgen. Terwijl ge daar zijt, kunt y op de hoogte stellen van nadere beve- Heeft u mij begrepen?" •Niet ten volle," bekende d'Aubran. U zult het wel beter begrijpen, wanneer ongeveer een week te Montélimar geweest Misschien '19 het niets dan loos alarm. Pp moeten wij op 's konings belangen 1en en voorbereid zijn. Misschien zal het Kk k'Üken. dat wij niets dan windmolens ebten ?erien; maar het is beter om dade- f OP zijn qui-vive te zijn dan te wachten dat or werkelijk gevaar is." Het klonk zoo zeer alsof er iets achter enéchals woorden stak. een verborgen 5jQlnS misschien, dat d'Aubran al had hij Ve«l lust in een tocht waar hij zoo wet- J.van afwist, ten minste verzoend wa9 "^t denkbeeld om aan de bevelen die ontving le gehoorzamen. Hij liet zich in dien geest eenigszins uit en een half uur later marcheerde hij Grenoble uit met slaande trom en begaf zich op weg naar Montélimar. dat hij na twee dagreizen be reiken kon. HOOFDSTUK IV. Het kasteel Condillac. Terwijl kapitein d'Aubran en zijn troep zich in westelijke richting van Grenoble be gaf. reed de Garnache steeds begeleid door zijn bediende, vlug in tegenovergestelde richting, naar de grijze torens van Condil lac, die afstaken legen de nog grijzer lucht boven het dal van de Isère, Het was een kille, sombere herfstdag, een scherpe wind blies van de Alpen-, de lucht was vochtig en voorspelde regen die weldra komen zou, uit laag hangende wolken boven de heu velen in de verte. Maar mijnheer de Garnache was totaal ongevoelig voor zijn omgeving hij was zeer vervuld met de ontmoeting die hem wachtte. Eens veroorloofde hij zich een uitweiding die misschien door zijn bediende in toepas sing gebracht kon worden. ...Ie ziet Rabecque. wat een last het is met vrouwen te doen le hebben. Ben je mij wel dankbaar genoeg, dat ik je huwelijks plannen van twee maanden geleden ver ijdeld heb? Neen dat ben je niet. Je mag dankbaar wezen; dankbaag genoeg nooit; dat zou onmogelijk wezen. Er bestaat geen dankbaarheid evenredig mei het geluk dat ik je toebedeelde. En toch als je getrouwd was en zelf had ontdekt a! de lasten en moeilijkheden dje ontstaan uit een te nauwe verbintenis mei d^ sexe welke van ouds door een grappenmaker ironisch het zwakke geslacht is genoemd, en door onwijze men- De laatste dag een prachtig besluit van een geslaagd zeilfestijn - De gebroeders Nathan 1 en 2 in de regenboogklasse A - De zesde overwinning van de „Kemphaan". (Van onsen eigen verslaggever). De laatste dag van de vijfdaagsche Kaag- week is een waardig slot geworden van een in alle opzichten bijzonder geslaagd leest. In de eerste plaats sportief, want juist de groote afwisseling in de windsterkte gedu rende de eerste en laatste dagen stelde de deelnemers bjj uitstek in de gelegenheid om te laten zien, wat hnn schip waard was. In de tweede plaats mag deze Kaagweek ook organisatorisch goed geslaagd heeten: het bestuur en wedstrijd-comité hadden alles uitstekend geregeld, terwijl de „torenwach ters": mevr. van Hoolwerff en de heeren Joi-gmans en Kiewit, trouw terzijde geslaan door de bestuursleden Van Vliet, die met groote virtuositeit de .schuif" bediende, en Ouwerkerk als kanonnier alles wat direct verband hield met de wedstrijden, prompt admiiustreerde en daarnevens steeds bereid naren ons inlichtingen te verschafien, wan neer we deze noodig hadden. Naast onze erkentelijkheid aan hen, willen we ook niet nalaten onzen dank uit te spreken aan het bestuur van „De Kaag", dat, evenals vorige jaren, wederom de motorboot „Viking" tot onze beschikking stelde, waardoor wij in staal waren de races ran nabij te volgen. Ten slotte was deze laatste dag ookdéér- cm geslaagd, omdat er zon was; zon en veel wind. Zóóveel zelfs, dat de overgroots meerderheid der wedstrijdjachten gereefd aan de start verscheen. Een windje naar den zin dus van den Fries Oppenhuizen, wiens regenboogjacht „Windekind" veel wind noodig heeft, maar dan ook een geduchte concurrent voor de Hollandsche zeilers is. Dat ondervonden ze Teeds Maandag en de wedstrijd in de A- klasse van gisteren was daarvan een her haling. Jammer, dat Cor van Staveren met zjjn „Hollandia" bjj de start te vlug van stapel liep en deswege werd teruggeroepen. De „Hollandia" gehoorzaamde aan de roep stem van Chris Kiewit, doch passeerde do lijn van afvaart niet geheel en al en werd nogmaals teruggeroepen. Maai' dat vond van Staveren blijkbaar te erg. want hij voer door. Ondanks zjjn grooten achterstand bjj het begin, wist hjj zich kranig naar voren te werken, om ten slotte als nummer twee door de finish te gaan. Krachtens de bepalingen van het wedstrijdreglement werd hjj evsn- wei uitgesloten, waardoor de tweede en derde plaats respectievelijk werden ingenomen door de „Braassemermeer" (H. Nathan) en de „Lies' (Oscar Nathan). De „Dolfjjn" van Garbrecht werd vierde; do Leede n. die langen tijd derde lag, moest onderweg op geven wegens aanvaring van osn boei. De 46-kwadraatkruiserklasse bracht, zoo als we gisteren nog juist konden mededeelen, een verrassing, doordat de „Walta" eindelek werd geslagen Aan den heer Molenaar als stuurman van de „FöhD" de eer dezen ge weldenaar onder de 45-meter te hebben ge slagen. In do Vrijbuiterklasse nam Carl Huisken op overtuigende wjjze revanche voor zjjn on geluk van Maandag, door met de „Jan Brass" met grooten voorsprong op de „Sam Cor- nelisse II" te winnen. De laatste race in de zesmeterklasse was ondanks het feit, dat er slechts twee jachten mededongen, stellig niet de minst interes sante. Evenals in de morgenuren, werd de „Kemphaan" weer van top gezeild, terwjjl de „Lou" gereefd was. De start was van geen van beiden erg fraaide „Lou" ging eerst na 8 seconden over de Ijjn: de „Kemphaan" na 12. Langen tjjd wist Nathan ïfjn voorsprong te behouden, maar op den terugweg van het Norremeer naar het Zweiland. kwam Pluygers geweldig opzetten en probeerde boven de „Lcu" langs te komen. Tevergeefs echter, want Nathan loefde hem een heel eind uit der, koers tot vlak onder den wal, om eerst op het allerlaatste oogenblik overstag te gaan. Voorloopig scheen het gevaar voor Nathan bezworen, doch het werd slechts kort uitstel van executie, want reeds in het vol gend rak van de eerste ronde, maakte Pluy gers een voordeeligen slag en rondde het ceiste de boei. Dat was het beslissende punt in den wedstrijd; wel hoopte nog iedereen op een hernieuwden strjjd. maar met meer zeil dan de „Lou" voor den wind zeilend, vergrootte de „Kemphaan" zijn voorsprong en tot een strjjd kwam het dan ook niet meer. De uitslagen waren: 45 bwadraatkruiserklasse: 1. Föhn (st. P. Molenaar) in 1 u. 36 min. 20 sec.; 2. Walla (sl. M. de Wit) in 1 u. 37 min. 33 sec. Ster-klasse; 1. Cassiopeia (st. J. Arm- fcrust) in 23 min. 35 sec.; 2. Sirius (st. F. de Lange) in 24 min. 45 sec.; 3. Poolster (st. C. .1. W. van der Selioot) in 25 min. 15 sec. Regenboogklasse A; 1. Windekind (st. D. Oppenhuizen) in 1 u. 48 min. 55 sec.; 2. Braassemermeer (st- H. Nathan) in 1 u. 51 min. 42 sec.; 3. Lies (st. O. Nathan) in 1 u. 52 min. 44 sec.; 4. Dolfijn (st. H. H. Gar brecht) in 1 u. 53 min. 41 sec. Regenboogklasse B: 1. Holland (st F. Bos) in 1 u. 55 min. 41 sec.; 2. Lies (st. B. de Rooy) in 1 u. 56 min. 30 sec. Regenboogklasse C: 1. El (st. Lex Hoek stra) in 1 u. 54 min. 55 (sec.; 2. Letty (st. J. D Sap) in 2 u. 4 min. 16 sec. Treubklasse: 1. Treub V (st. F. J. Bern- hard Sr.) in 1 u. 49 min.; 2. Treub IV (st M. van Breemen) in 1 u. 51 min. 23 sec. Vrijbuiterklasse: 1. Jan Brass (st. C. Huis ken) in 1 u. 38 min. 36 sec.; 2. Sara Cor- nelisse II (st. ir. J. Loeff) in 1 u. 44 min. 6 Melerklasse (middagwedstrijd): 1. Kemp haan (st. H. J. Pluygers) in 1 u. 36 min. 31 sec.; 2. Lou (st H. Nathan) in 1 u. 37 m. 40 sec. 12-roetsjollenklasse A: 1. Tulla (st. S. de Wit) in 1 u. 6 min. 31 sec.; 2. Pinguin (st J. Bussemaker) in 1 u. 8 min. 6 sec.; 3. Bern (st. B Maas) in 1 u. 8 min. 48 sec.; 4 Mieke (stvr. mej. M. Roozen) in 1 u. 9 min. 10 sec.; 5. Windekind II (st. J. Maas) in 1 u. 9 min. 42 sec. 12-voelsjollenklasse B: 1. Henny (st. Tj. Bouma) in 1 u. 9 min. 22 sec. 2. Karekiet (st. P. v. Wely) in 1 u. 9 min. 24 sec.-, 3. jager (st J. v. Lijnen Noomen) in 1 u. 9 min. 30 sec.; 4. Nimf (st W. A. de Ridder) in 1 u. 10 min. 43 sec.; 5. Bruinvisch (st W. J. J. van Troostenburg de Bruyn) in 1 u. 11 min. 22 sec. 12-voetsjollenklasse C: 1. Sans Atout (st. H. Ferwerda) in 1 u. 7 min. 50 sec.; 2. Mamine (sl H. J. Scholtz) in 1 u. 8 min. 51 sec.; 3 Geler (st. H. F. Volkersz) in 1 u. 8 min 57 sec.; 4. Mascotte (st G. Lange- laar) in 1 u. 9 min.; Duke (st. J. Jesse) in 1 u. 9 min. 32 sec. De hoofdprijzen werden als volgt behaald: 16 kwadraatkruiserklasse: 1. Treub IV (si, M van Breemen) 50 punten; 2. Treub I (st Ch. M. W. Bernhardt 38 pnt; 3. Treub V (st. F. J. Bernhardt '66 pnt. Vrijbuiterklasse: 1. Sam Cornelisse II (st ir. J. Loeff) 59 pnt.; 2. Jan Brass (at. C. Huisken) 50 pnt.; 3. Jonker Cabeliau (st. F, J. C. Mijnarends) 26 pnt. 12-voelsjollenklasse A: 1. Windekind n (st. J. Maas) 71 pnt.; 2. Hunter (st G. F. Rohré) 63 pnt; 3. Tulla (sL S. de Wit) 61 punten. 12-voetsjollenklasse B: 1. Nimf (st W. A. do Ridder) 82 pnt.; 2. Henny (st. Tj. Bouma) 74 pnt; 3. Karekiet (st. P. van Wely) 67 pnt. 12-voelsjollenklasse C: 1. Celer (st H. F. Volkersz) 79 pnt.; 2. Loodsje (st W. Pluy gers) 61 pnt.; 3. Mamine (st. H. J. Scholtz)' 59 pnt 12-voelsjollenklasse voor dames: Anny (stvr. mej. D. Alberts) 55 pnt.; 2. Hunter (stvr. mej. N. van Beusekom) 49 pnt; 3. Mieke (stvr. mej. M. Roozen) 40 pnt. Scheidejollenklasse: 1 Wildzang (sl. E. G. van de Stadt) 57 pnt.; 2. My Hobby (st J. D. Stuurman) 60 pnt.; 3. Rietepiet (st. J. D. A. Hellema) 48 pnt. Sterklas9e: 1. Cassiopeia (st. J. Armbru9t); 2. Betelgeuse (sl. C. v. d Hoek Oslende Jr.). Rcgenboogklasse A: 1. Lies (st. O. Nathan)' 80 pnt.; 2. Braassemermeer (st H. Nathan) 79 pnt.; 3. Windekind (st. D. Oppenhuizen)' 75 pnt. Regenboogklassc B: 1. Lies (st. B. de Rooy) 60 pnt.; 2. Flierefluiter (st. C. P. de Groot) 52 pnt.; 3. Maas (st. H. de Goederen) 39 pnt. RECLAME. 9146 schen, die geen greintje humor hebben, te goeder trouw nog steeds zoo wordt genoemd, dan kon je niemand anders de schuld geven dan je zelf. Je zou de schouders hebben op gehaald en je er zoo goed mogelijk uil heb ben gered, want je zou begrijpen, dat je nie mand anders dan je zelf do schuld kon ge ven. Maar wal mij betreft verduiveld! is het een andere quaestie. Ik ben een man, die op één punt ten minste, zijn levens wijze zorgvuldig heef gekozen, ik heb er voor gezorgd een weg te bewandelen, niet belemmerd door VTOuwenmenschen. En wat gebeurt er? Wat komt er nu van al mijn zorgvuldig opgemaakte plannen? Hel noodlot zendt een helschen moorde naar om onzen goeden koning le vermoor den zijn ziel ruste in vrede! En daar zijn zoon te jong is om den scepter te zwaaien, doet zijn moeder het in zijn plaats. Dus ben ik, als soldaat gehoorzaamheid verschuldigd aan het hoofd van den staat, zonder dat ik er zelf de hand in gehad heb, onderworpen aan een vrouw. Dat is op zich zelf al kwaad genoeg. Te kwaad voorwaar! En toch is het noodlot nog niet tevreden. Die vrouw moest het nu juist in haar hoofd krijgen mij uit te kie zen mij uit alle mannen om te reizen naar Dauphiné en -een ar.dere vrouw te redden uit de klauwen van een derde. En in welke toestanden zijn wij niet gebracht, welke ongemakken moeten wij ons niet ge troosten? Je kent ze Rabecque. want je heht ze met mij gedeeld' Maar ik begin te besef fen, dat hetgeen wij ondervonden hebben nog niets is. vergeleken mei waf ons 'e doen staat Het i« een kwaad ding met vrou wen le doen le hebben. En toch zou iij mij in den steek hebben gelalen voor zulk een vrouw 1 Rabecque zweeg. Misschien schaamde hij zichmisschien ook was hij het niet eens mei zijn heer, maar kende hij zijn positie te goed om niet beseheiden le zwijgen, wan neer zijn meenin? mocht verschillen van die van zijn meester. Garnache was dus aangemoedigd om voort te gaan. „En waar is al die drukte nu voor? al die moeielijkheden die ik uit den weg moet ruimen? Voor een huwelijkl Een meisje, dat met den esnen man wil trouwen, en een vrouw, die haar een anderen man wil ge ven. Bedenk al do tragische moeielijkheden van zulk een toestand De helft van de moeielijkheden dezer wereld komen uit zulk een bron voort En toch had jij willen trou wen. Rabecque I" Hij was wel gedwongen eindelijk over iets anders te gaan praten. ..Zeg eens," zei hij opeens op een heel anderen toon, is er hier in de buurt een doorwaadbare plaats in de rivier?" „Er is daar ginds een brug, mijnheer," antwoordde de bediende, dankbaar, dat er over iets anders gesproken werd. Zij reden er stilzwijgend naar toe: Gar nache vestigde de oogen mef aandacht an den grijzen steenhoop, loven op een heu veltje: op een halve mijl afstands aan den tegen over liggenden oever van de rivier. Zij staken de rivier over en reden een lang zaam stijgenden kalen en lastigen weg -P naar Condillac. De plaats zag er volkomen vreedzaam uit. hoe sterk en massief h»l gebouw ook leek. Er was een gracht rond om. maar de ophaalbrug was neergelaten en de roestige kettingen bewezen, dat ze in lang niel was neergelaten, Daar er niemand kwam om hen tegen te houden reden zij de houten brug over. "i hel doffe geluid der paardehoeven deed iemand in de portierswoning opschrikken. Een zonderling gekleed man half schildwacht en half lakei, kwam op een ge weer geleund te voorschijn aan de poort om hen te ontvangen. Mijnheer de Garna che noemde zijn naam. en voegde er bij. dat hij gaarne mevrouw de markiezin wou spreken en de man ging op zij om hem bin nen te laten. Zoo reed hij met Rabecque de ruw geplaveide binnenplaats op. Uit verschillende deuren kwamen man nen te voorschijn, sommigen in uniform, een bewijs, dat de plaat9 garnizoen had. Garnache nam weinig notitie van hen. Hij wierp de leidsels toe aan den man tot wien hij het eerst gesproken had de kerel was naast hem blijven loopen en sprong vlug van zijn paard; hij verzocht Rabecque daar op hem le wachten. De soldaat-lakei gaf de teugels over aan Rabecque en verzocht mijnheer de Gar nache hem te volgen. Door een deur links liepen zij een gang door, daarna een voor kamer en daarna liet de lakei den heer Garnache in een groote, sombere zaal met zwarte eikenhouten paneelen en flauw ver licht door het vuur dat flikkerde In den fraaien heard en eveneens door het grauwe daglicht dat door de groote vensters viel. Toen zij binnen traden begon een licht bruine hond die voor het vuur lag. vadsig ie brommen en hel wit van zijn oogen lo laten zien Garnache lede niel op den hond en keek de kamer rond Hel was een zeer fraai vertrek boven alle iof verheven, don der en deftig Portretten aan don wand van overleden Condillacs sommige mei een vrij barsch uiter'ijfc trofeeën van wa penen uit den ouden tijd en jachtbenoo- digdheden. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 9