êijsbfentüüë
SiuMoope*
PUROl
De Kaagweek.
70ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 24 Juli 1929
Derde Blad
No. 21275
BINNENLAND.
van Huid en Voeten 1
FEUILLETON.
larim s verjongingskuur.
desinfecteert Hrv mond
met Odol.
Odol werktverfrisschend
en optrekkend.
Cenfleseh Odol kost slechts f1175.
11 doet er maanden mee
DE KABINETSCRISIS.
H. M. de Koningin heeft gisteren ter con-
nentie ontvangen ten Paleize Huis ten
jsch Jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Beeren-
ouck.
o
EERSTE KAMER.
Naar gemeld wordt, heeft ook de heex J.
J. Asselbergs, die in de vacalure-Jhr.
rbeyen tot lid der Eerste Kamer was be
laid verklaard, medegedeeld, dat hij deze
soeming niet aanvaardt.
HET BIOSCOOPCONFLICT.
[ergisleren hebben B, en W. van Heer-
het schorsingsbesluit uitgevaardigd ten
uien van de bioscoop Universal te Heer-
De schorsing wordt onmiddellijk van
icht, zoodat van gisteren af in de Uni-
al geen films meer zullen worden ver-
:d Het Hollandia Theater te Heerlen is
•diikertijd in antwoord op dit schorsings-
siuit door den Nederlandschen Bioscoop-
,B yi gesloten. Van gisteren af worden te
trien geen films meer vertoond.
BURGEMEESTERS.
Bij Kon. besluit is benoemd tot burge-
0,-ter der gemeente Bovenkaxspel W. C.
Breda;
ajn opnieuw benoemd: tot burgemeester
jemeente Borsselen J. L Richel, secre-
dier gemeente; Baarn: jhr. dr. G. C. J.
iReenen: Adorp: G. W H. Esselink;
iremda: E. G. Braak; Bedum: M. Jouw-
Ten Boer: G. Huisman; Beerta: J. H.
meng.
De voorzitter van de central» commissie
jr de filmkeuring heeft den volgenden
ef gezonden aan den Nederl. Biosooopbond
m de Vereeniging van Noordbrabantsche
Limburgsche gemeenten voor gemeen-
appeljjke filmkeuring:
Ier vervolge op mijn brief van 19 Juni
ih en in aansluiting aan de hierop ge-
gde correspondentie en conferenties heb
de eer u ter beëindiging van het z.g.
scoopconflict in het Zuiden het hierna
linnuleerde voorstel voor te leggen.
Bet spreekt vanzelf, dat bij een zoo diame-
iil tegenovergesteld standpunt van beide
rijen geen oplossing tot stand kan komen,
til, deze beide weigeren, eenige conces-
te doen.
liet te meer vrijheid durf ik het hier
ijende voorstel dan ook voor te leggen,
/ai ik er van overtuigd ben, dat het
boet aan de wenschen, zoowel van de
reeniging van Noordbrabantsche en Lim-
rgsche gemeenten, die een n akeuring
cscht van de C-films, doch er bezwaar
K maakt, dat iedere film in ieder» san-
toten gemeente opnieuw zou moeten wor-
a nagekeurd, als aan die van den Nederl.
woopbond, die bij een nakeuring in een
meer der hoofdplaatsen van ons land
belangen van zijn leden al te zeer bena-
eld acht.
voorstel is een uitbreiding van het
rW (er D. genoemde in mjjn hierboven reeds
ijeliaalden brief van 19 Juni 1.1. en luidt
irolgt:
li iedere bjj de Vereeniging van Noord-
ibantsche en Limburgsche gemeenten voor
neenschappeljjke, filmkeuring aangesloten
neente fungeert de bij de wet vereischte
atselijke commissie van toezicht, tevens als
teoringscommissie, in dier voege, dat de
ïlms, die door één oommissie zjjn toegela-
daardoor toegelaten zjjn in alle bjj de
leeniging aangesloten gemeenten.
Voor films, die door een commissie
zijn toegelaten, wordt een beroepsin-
itie in het leven geroepen, volgens regelen
(er overeem te kom6n tusschen partijen
overleg met den voorzitter der centrale
unissie.
3. Geen films worden ter nakeuring aai
den, of aa igenom n,ti niet voorzien zijn
van een keuringskaart der centrale com
missie.
4. Bjj beëindiging van het conflict worden
aile tot nu toe in een der aangesloten ge
meenten uitgesproken schorsingen of slui
tingen, die gebaseerd waren op het niet
nakomen van de nakenringsverordeningen,
onmiddellijk ingetrokken, en worden de dooi
den Bioscoopbond gesloten theaters tegelij
kertijd voor openbare vertooningen open
gesteld.
Alsdan mogen slechts vertoond worden de
A- en B-films en C-films voor zoover zij op
de tol heden door de vereeniging uitgegeven
lijsten van toelaatbaar geachte films voor
komen.
6. De niet toegelaten C-films kunnen ter
keuring worden aangeboden op de wijze als in
pnni 1 is aangegeven.
7. Het wegens dit conflict ontslagen per
soneel wordt weer zonder uitzondering op
nieuw op zijn oude plaats te werk gesteld.
Ik verzoek de beide betrokken besturen,
mrj wel te willen berichten, of zjj bereid
zijn, op Donderdag 8 Augustus te mijnen
kantore een gemeenschappelijke conferentie
te houden onder mijn voorzitterschap, met als
grondslag het voorstel, dat ik hierboven heb
uiteengezet. Bij bevestigend antwoord, dat ik
gaarne deze week tegemoet zie, zal ik n
ten spoedigste een definitieve uitnoodiging
toezenden.
REDDEN van DRENKELINGEN.
Aan het jaarverslag 1928 van den Nederl.
Bond tot het redden van drenkelingen ont-
leenen wij, dat wederom verschillende bri
gades zijn opgericht, die lot den Bond toe
traden, zoodat deze thans telt 35 brigades.
De bond zond in het verslagjaar aan de
gemeentebesturen van nagenoeg alle water
rijke gemeenten in ons land een circulaire
omtrenl aanschaffing van reddingsmiddelen
en een dergelijke circulaire aan de colleges
van Gedep. Staten der verschillende provin
cies benevens aan alle hoofdingenieurs-
directeuren van den Rijkswaterstaat. Blij
kens de vele aanvragen hebben deze circu
laires aan het doel beantwoord. De buiten-
landsclie verbindingen van den Bond wer
den wederom uitgebreid. Niettegenstaande
subsidies van het Carnegie Heldenfonds en
van de Maatschappij tot redding van dren
kelingen, was het niet mogelijk de uitgaven
met de inkomsten te dekken, zoodat een
groole weldadigheidslolerij over geheel Ne
derland in voorbereiding is. Een verzoek
tot regeeringssubsidie wérd afgewezen.
Het verslag maakt voorts melding van
de uitrusting der verschillende brigades,
van de reddingen, door leden volbracht en
van de verleende onderscheidingen. De cij
fers van den penningmeester geven over
1928 een verlies aan van f. 126.93. de be
grooting sluit met een totaal van f.4618.
VERSPREIDE BERICHTEN.
In den ouderdom van 75 jaar is gis
teren te 's-Gravenhage overleden de geD.
kolonel der huzaren J. D. Camerling Hei-
moet.
Het internationaal congres voor het
middelbaar onderwijs, dat te 's-Gravenhage
heelt plaats gevonden, is gisteren beëindigd.
RECLAME.
en Doorzitten bij Wielrijden, Zonnebrand
en Smetten, verzacht en geneest men met
Doos 30-60 en 90 ct. Tube 80 ct
Bq Apcth. ea Drogfsteo
9157
Door RAFAëL SABATINI.
Uit het Engelsch door C. M. G. W.
(B
De Sénéchal wuifde even met de hand als
dat die goedheid zoo bijzonder
'el was.
.iBinnen een uur moet ge Grenoble uit
'archeeren kapitein, en uw manschappen
Montélimar brengen. Daar kunt ge ze
'kwartieren en mijn verdere bevelen af-
'achten. Babylas zal u een brief aan de
ütoriteiten der stad overhandigen, waarin
wordt verzocht voor geschikte inkwar-
•r ng te zorgen. Terwijl ge daar zijt, kunt
y op de hoogte stellen van nadere beve-
Heeft u mij begrepen?"
•Niet ten volle," bekende d'Aubran.
U zult het wel beter begrijpen, wanneer
ongeveer een week te Montélimar geweest
Misschien '19 het niets dan loos alarm.
Pp moeten wij op 's konings belangen
1en en voorbereid zijn. Misschien zal het
Kk k'Üken. dat wij niets dan windmolens
ebten ?erien; maar het is beter om dade-
f OP zijn qui-vive te zijn dan te wachten
dat or werkelijk gevaar is."
Het klonk zoo zeer alsof er iets achter
enéchals woorden stak. een verborgen
5jQlnS misschien, dat d'Aubran al had hij
Ve«l lust in een tocht waar hij zoo wet-
J.van afwist, ten minste verzoend wa9
"^t denkbeeld om aan de bevelen die
ontving le gehoorzamen. Hij liet zich in
dien geest eenigszins uit en een half uur
later marcheerde hij Grenoble uit met
slaande trom en begaf zich op weg naar
Montélimar. dat hij na twee dagreizen be
reiken kon.
HOOFDSTUK IV.
Het kasteel Condillac.
Terwijl kapitein d'Aubran en zijn troep
zich in westelijke richting van Grenoble be
gaf. reed de Garnache steeds begeleid door
zijn bediende, vlug in tegenovergestelde
richting, naar de grijze torens van Condil
lac, die afstaken legen de nog grijzer lucht
boven het dal van de Isère, Het was een
kille, sombere herfstdag, een scherpe wind
blies van de Alpen-, de lucht was vochtig
en voorspelde regen die weldra komen zou,
uit laag hangende wolken boven de heu
velen in de verte.
Maar mijnheer de Garnache was totaal
ongevoelig voor zijn omgeving hij was zeer
vervuld met de ontmoeting die hem wachtte.
Eens veroorloofde hij zich een uitweiding
die misschien door zijn bediende in toepas
sing gebracht kon worden.
...Ie ziet Rabecque. wat een last het is
met vrouwen te doen le hebben. Ben je mij
wel dankbaar genoeg, dat ik je huwelijks
plannen van twee maanden geleden ver
ijdeld heb? Neen dat ben je niet. Je mag
dankbaar wezen; dankbaag genoeg nooit;
dat zou onmogelijk wezen. Er bestaat geen
dankbaarheid evenredig mei het geluk dat
ik je toebedeelde. En toch als je getrouwd
was en zelf had ontdekt a! de lasten en
moeilijkheden dje ontstaan uit een te nauwe
verbintenis mei d^ sexe welke van ouds
door een grappenmaker ironisch het zwakke
geslacht is genoemd, en door onwijze men-
De laatste dag een prachtig besluit van een geslaagd zeilfestijn -
De gebroeders Nathan 1 en 2 in de regenboogklasse A -
De zesde overwinning van de „Kemphaan".
(Van onsen eigen verslaggever).
De laatste dag van de vijfdaagsche Kaag-
week is een waardig slot geworden van een
in alle opzichten bijzonder geslaagd leest.
In de eerste plaats sportief, want juist de
groote afwisseling in de windsterkte gedu
rende de eerste en laatste dagen stelde de
deelnemers bjj uitstek in de gelegenheid
om te laten zien, wat hnn schip waard was.
In de tweede plaats mag deze Kaagweek
ook organisatorisch goed geslaagd heeten:
het bestuur en wedstrijd-comité hadden alles
uitstekend geregeld, terwijl de „torenwach
ters": mevr. van Hoolwerff en de heeren
Joi-gmans en Kiewit, trouw terzijde geslaan
door de bestuursleden Van Vliet, die met
groote virtuositeit de .schuif" bediende, en
Ouwerkerk als kanonnier alles wat direct
verband hield met de wedstrijden, prompt
admiiustreerde en daarnevens steeds bereid
naren ons inlichtingen te verschafien, wan
neer we deze noodig hadden. Naast onze
erkentelijkheid aan hen, willen we ook niet
nalaten onzen dank uit te spreken aan het
bestuur van „De Kaag", dat, evenals vorige
jaren, wederom de motorboot „Viking" tot
onze beschikking stelde, waardoor wij in
staal waren de races ran nabij te volgen.
Ten slotte was deze laatste dag ookdéér-
cm geslaagd, omdat er zon was; zon en
veel wind. Zóóveel zelfs, dat de overgroots
meerderheid der wedstrijdjachten gereefd aan
de start verscheen.
Een windje naar den zin dus van den
Fries Oppenhuizen, wiens regenboogjacht
„Windekind" veel wind noodig heeft, maar
dan ook een geduchte concurrent voor de
Hollandsche zeilers is. Dat ondervonden ze
Teeds Maandag en de wedstrijd in de A-
klasse van gisteren was daarvan een her
haling. Jammer, dat Cor van Staveren met
zjjn „Hollandia" bjj de start te vlug van
stapel liep en deswege werd teruggeroepen.
De „Hollandia" gehoorzaamde aan de roep
stem van Chris Kiewit, doch passeerde do
lijn van afvaart niet geheel en al en werd
nogmaals teruggeroepen. Maai' dat vond van
Staveren blijkbaar te erg. want hij voer door.
Ondanks zjjn grooten achterstand bjj het
begin, wist hjj zich kranig naar voren te
werken, om ten slotte als nummer twee door
de finish te gaan. Krachtens de bepalingen
van het wedstrijdreglement werd hjj evsn-
wei uitgesloten, waardoor de tweede en derde
plaats respectievelijk werden ingenomen door
de „Braassemermeer" (H. Nathan) en de
„Lies' (Oscar Nathan). De „Dolfjjn" van
Garbrecht werd vierde; do Leede n. die
langen tijd derde lag, moest onderweg op
geven wegens aanvaring van osn boei.
De 46-kwadraatkruiserklasse bracht, zoo
als we gisteren nog juist konden mededeelen,
een verrassing, doordat de „Walta" eindelek
werd geslagen Aan den heer Molenaar als
stuurman van de „FöhD" de eer dezen ge
weldenaar onder de 45-meter te hebben ge
slagen.
In do Vrijbuiterklasse nam Carl Huisken op
overtuigende wjjze revanche voor zjjn on
geluk van Maandag, door met de „Jan Brass"
met grooten voorsprong op de „Sam Cor-
nelisse II" te winnen.
De laatste race in de zesmeterklasse was
ondanks het feit, dat er slechts twee jachten
mededongen, stellig niet de minst interes
sante. Evenals in de morgenuren, werd de
„Kemphaan" weer van top gezeild, terwjjl
de „Lou" gereefd was.
De start was van geen van beiden erg
fraaide „Lou" ging eerst na 8 seconden
over de Ijjn: de „Kemphaan" na 12.
Langen tjjd wist Nathan ïfjn voorsprong
te behouden, maar op den terugweg van het
Norremeer naar het Zweiland. kwam Pluygers
geweldig opzetten en probeerde boven de
„Lcu" langs te komen. Tevergeefs echter,
want Nathan loefde hem een heel eind uit
der, koers tot vlak onder den wal, om eerst
op het allerlaatste oogenblik overstag te
gaan. Voorloopig scheen het gevaar voor
Nathan bezworen, doch het werd slechts kort
uitstel van executie, want reeds in het vol
gend rak van de eerste ronde, maakte Pluy
gers een voordeeligen slag en rondde het
ceiste de boei. Dat was het beslissende punt
in den wedstrijd; wel hoopte nog iedereen
op een hernieuwden strjjd. maar met meer
zeil dan de „Lou" voor den wind zeilend,
vergrootte de „Kemphaan" zijn voorsprong
en tot een strjjd kwam het dan ook niet
meer.
De uitslagen waren:
45 bwadraatkruiserklasse: 1. Föhn (st. P.
Molenaar) in 1 u. 36 min. 20 sec.; 2. Walla
(sl. M. de Wit) in 1 u. 37 min. 33 sec.
Ster-klasse; 1. Cassiopeia (st. J. Arm-
fcrust) in 23 min. 35 sec.; 2. Sirius (st. F.
de Lange) in 24 min. 45 sec.; 3. Poolster (st.
C. .1. W. van der Selioot) in 25 min. 15 sec.
Regenboogklasse A; 1. Windekind (st. D.
Oppenhuizen) in 1 u. 48 min. 55 sec.; 2.
Braassemermeer (st- H. Nathan) in 1 u. 51
min. 42 sec.; 3. Lies (st. O. Nathan) in 1 u.
52 min. 44 sec.; 4. Dolfijn (st. H. H. Gar
brecht) in 1 u. 53 min. 41 sec.
Regenboogklasse B: 1. Holland (st F.
Bos) in 1 u. 55 min. 41 sec.; 2. Lies (st. B.
de Rooy) in 1 u. 56 min. 30 sec.
Regenboogklasse C: 1. El (st. Lex Hoek
stra) in 1 u. 54 min. 55 (sec.; 2. Letty (st.
J. D Sap) in 2 u. 4 min. 16 sec.
Treubklasse: 1. Treub V (st. F. J. Bern-
hard Sr.) in 1 u. 49 min.; 2. Treub IV (st
M. van Breemen) in 1 u. 51 min. 23 sec.
Vrijbuiterklasse: 1. Jan Brass (st. C. Huis
ken) in 1 u. 38 min. 36 sec.; 2. Sara Cor-
nelisse II (st. ir. J. Loeff) in 1 u. 44 min.
6 Melerklasse (middagwedstrijd): 1. Kemp
haan (st. H. J. Pluygers) in 1 u. 36 min.
31 sec.; 2. Lou (st H. Nathan) in 1 u. 37 m.
40 sec.
12-roetsjollenklasse A: 1. Tulla (st. S. de
Wit) in 1 u. 6 min. 31 sec.; 2. Pinguin (st
J. Bussemaker) in 1 u. 8 min. 6 sec.; 3.
Bern (st. B Maas) in 1 u. 8 min. 48 sec.;
4 Mieke (stvr. mej. M. Roozen) in 1 u. 9
min. 10 sec.; 5. Windekind II (st. J. Maas)
in 1 u. 9 min. 42 sec.
12-voelsjollenklasse B: 1. Henny (st. Tj.
Bouma) in 1 u. 9 min. 22 sec. 2. Karekiet
(st. P. v. Wely) in 1 u. 9 min. 24 sec.-, 3.
jager (st J. v. Lijnen Noomen) in 1 u. 9
min. 30 sec.; 4. Nimf (st W. A. de Ridder)
in 1 u. 10 min. 43 sec.; 5. Bruinvisch (st
W. J. J. van Troostenburg de Bruyn) in 1
u. 11 min. 22 sec.
12-voetsjollenklasse C: 1. Sans Atout (st.
H. Ferwerda) in 1 u. 7 min. 50 sec.; 2.
Mamine (sl H. J. Scholtz) in 1 u. 8 min.
51 sec.; 3 Geler (st. H. F. Volkersz) in 1 u.
8 min 57 sec.; 4. Mascotte (st G. Lange-
laar) in 1 u. 9 min.; Duke (st. J. Jesse)
in 1 u. 9 min. 32 sec.
De hoofdprijzen
werden als volgt behaald:
16 kwadraatkruiserklasse: 1. Treub IV (si,
M van Breemen) 50 punten; 2. Treub I (st
Ch. M. W. Bernhardt 38 pnt; 3. Treub V
(st. F. J. Bernhardt '66 pnt.
Vrijbuiterklasse: 1. Sam Cornelisse II (st
ir. J. Loeff) 59 pnt.; 2. Jan Brass (at. C.
Huisken) 50 pnt.; 3. Jonker Cabeliau (st. F,
J. C. Mijnarends) 26 pnt.
12-voelsjollenklasse A: 1. Windekind n
(st. J. Maas) 71 pnt.; 2. Hunter (st G. F.
Rohré) 63 pnt; 3. Tulla (sL S. de Wit) 61
punten.
12-voetsjollenklasse B: 1. Nimf (st W. A.
do Ridder) 82 pnt.; 2. Henny (st. Tj. Bouma)
74 pnt; 3. Karekiet (st. P. van Wely) 67 pnt.
12-voelsjollenklasse C: 1. Celer (st H. F.
Volkersz) 79 pnt.; 2. Loodsje (st W. Pluy
gers) 61 pnt.; 3. Mamine (st. H. J. Scholtz)'
59 pnt
12-voelsjollenklasse voor dames: Anny
(stvr. mej. D. Alberts) 55 pnt.; 2. Hunter
(stvr. mej. N. van Beusekom) 49 pnt; 3.
Mieke (stvr. mej. M. Roozen) 40 pnt.
Scheidejollenklasse: 1 Wildzang (sl. E. G.
van de Stadt) 57 pnt.; 2. My Hobby (st J.
D. Stuurman) 60 pnt.; 3. Rietepiet (st. J. D.
A. Hellema) 48 pnt.
Sterklas9e: 1. Cassiopeia (st. J. Armbru9t);
2. Betelgeuse (sl. C. v. d Hoek Oslende Jr.).
Rcgenboogklasse A: 1. Lies (st. O. Nathan)'
80 pnt.; 2. Braassemermeer (st H. Nathan)
79 pnt.; 3. Windekind (st. D. Oppenhuizen)'
75 pnt.
Regenboogklassc B: 1. Lies (st. B. de
Rooy) 60 pnt.; 2. Flierefluiter (st. C. P. de
Groot) 52 pnt.; 3. Maas (st. H. de Goederen)
39 pnt.
RECLAME.
9146
schen, die geen greintje humor hebben, te
goeder trouw nog steeds zoo wordt genoemd,
dan kon je niemand anders de schuld geven
dan je zelf. Je zou de schouders hebben op
gehaald en je er zoo goed mogelijk uil heb
ben gered, want je zou begrijpen, dat je nie
mand anders dan je zelf do schuld kon ge
ven. Maar wal mij betreft verduiveld!
is het een andere quaestie. Ik ben een man,
die op één punt ten minste, zijn levens
wijze zorgvuldig heef gekozen, ik heb er
voor gezorgd een weg te bewandelen, niet
belemmerd door VTOuwenmenschen. En wat
gebeurt er? Wat komt er nu van al mijn
zorgvuldig opgemaakte plannen?
Hel noodlot zendt een helschen moorde
naar om onzen goeden koning le vermoor
den zijn ziel ruste in vrede! En daar zijn
zoon te jong is om den scepter te zwaaien,
doet zijn moeder het in zijn plaats. Dus ben
ik, als soldaat gehoorzaamheid verschuldigd
aan het hoofd van den staat, zonder dat ik
er zelf de hand in gehad heb, onderworpen
aan een vrouw.
Dat is op zich zelf al kwaad genoeg. Te
kwaad voorwaar! En toch is het noodlot nog
niet tevreden. Die vrouw moest het nu
juist in haar hoofd krijgen mij uit te kie
zen mij uit alle mannen om te reizen
naar Dauphiné en -een ar.dere vrouw te
redden uit de klauwen van een derde. En in
welke toestanden zijn wij niet gebracht,
welke ongemakken moeten wij ons niet ge
troosten? Je kent ze Rabecque. want je heht
ze met mij gedeeld' Maar ik begin te besef
fen, dat hetgeen wij ondervonden hebben
nog niets is. vergeleken mei waf ons 'e
doen staat Het i« een kwaad ding met vrou
wen le doen le hebben. En toch zou iij mij
in den steek hebben gelalen voor zulk een
vrouw 1
Rabecque zweeg. Misschien schaamde hij
zichmisschien ook was hij het niet eens
mei zijn heer, maar kende hij zijn positie te
goed om niet beseheiden le zwijgen, wan
neer zijn meenin? mocht verschillen van
die van zijn meester. Garnache was dus
aangemoedigd om voort te gaan.
„En waar is al die drukte nu voor? al
die moeielijkheden die ik uit den weg moet
ruimen? Voor een huwelijkl Een meisje, dat
met den esnen man wil trouwen, en een
vrouw, die haar een anderen man wil ge
ven. Bedenk al do tragische moeielijkheden
van zulk een toestand De helft van de
moeielijkheden dezer wereld komen uit zulk
een bron voort En toch had jij willen trou
wen. Rabecque I"
Hij was wel gedwongen eindelijk over iets
anders te gaan praten.
..Zeg eens," zei hij opeens op een heel
anderen toon, is er hier in de buurt een
doorwaadbare plaats in de rivier?"
„Er is daar ginds een brug, mijnheer,"
antwoordde de bediende, dankbaar, dat er
over iets anders gesproken werd.
Zij reden er stilzwijgend naar toe: Gar
nache vestigde de oogen mef aandacht an
den grijzen steenhoop, loven op een heu
veltje: op een halve mijl afstands aan den
tegen over liggenden oever van de rivier.
Zij staken de rivier over en reden een lang
zaam stijgenden kalen en lastigen weg -P
naar Condillac. De plaats zag er volkomen
vreedzaam uit. hoe sterk en massief h»l
gebouw ook leek. Er was een gracht rond
om. maar de ophaalbrug was neergelaten en
de roestige kettingen bewezen, dat ze in
lang niel was neergelaten,
Daar er niemand kwam om hen tegen te
houden reden zij de houten brug over. "i
hel doffe geluid der paardehoeven deed
iemand in de portierswoning opschrikken.
Een zonderling gekleed man half
schildwacht en half lakei, kwam op een ge
weer geleund te voorschijn aan de poort
om hen te ontvangen. Mijnheer de Garna
che noemde zijn naam. en voegde er bij.
dat hij gaarne mevrouw de markiezin wou
spreken en de man ging op zij om hem bin
nen te laten. Zoo reed hij met Rabecque de
ruw geplaveide binnenplaats op.
Uit verschillende deuren kwamen man
nen te voorschijn, sommigen in uniform,
een bewijs, dat de plaat9 garnizoen had.
Garnache nam weinig notitie van hen. Hij
wierp de leidsels toe aan den man tot wien
hij het eerst gesproken had de kerel
was naast hem blijven loopen en sprong
vlug van zijn paard; hij verzocht Rabecque
daar op hem le wachten.
De soldaat-lakei gaf de teugels over aan
Rabecque en verzocht mijnheer de Gar
nache hem te volgen. Door een deur links
liepen zij een gang door, daarna een voor
kamer en daarna liet de lakei den heer
Garnache in een groote, sombere zaal met
zwarte eikenhouten paneelen en flauw ver
licht door het vuur dat flikkerde In den
fraaien heard en eveneens door het grauwe
daglicht dat door de groote vensters viel.
Toen zij binnen traden begon een licht
bruine hond die voor het vuur lag. vadsig
ie brommen en hel wit van zijn oogen lo
laten zien Garnache lede niel op den hond
en keek de kamer rond Hel was een zeer
fraai vertrek boven alle iof verheven, don
der en deftig Portretten aan don wand van
overleden Condillacs sommige mei een
vrij barsch uiter'ijfc trofeeën van wa
penen uit den ouden tijd en jachtbenoo-
digdheden.
(Wordt vervolgd).