DE SPAANSCHE VLIEGERS GERED
Doodemans rots
70sle Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 1 Juli 1929
Derde Blad
No. 21254
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Koninklijk bezoek aan Groningen.
Een défilé van 128 veieeniqinaen.
Hedenmorgen te 9.56 arriveerden H. M.
de Koningin, Z. K. H. Prins Hendrik -m
H. K. H. Prinses Juliana per extra-trein
aan het Zuiderstation te Groningen.
De hooge gasten werden vergezeld door
mevr. van ReigersbergVersluys, wn. groot
meesteres; jkvr. van Swinderen, hofdame
der Koningin; baronesse van Sytzema, hof
dame van Prinses Juliana; graaf du Mon-
ceau, grootmeester van de Koningin; baron
Bentinck, stalmeester; baron van Geen,
particulier secretaris; baron Baud. Kamer
heer van Prinses Juliana, majoor jhr. de
Jonge van Ellemeet, adj. van de Koningin;
luit. ter zee le klasse Termytelen, adj. van
Prins Hendrik; eerste-luit. baron Sirtema
van Grovestins, ordonnance der Koningin.
Aan het station waren ter begroeting aan
wezig de Commissaris der Koningin in Gro
ningen, jhr. mr. A. W. L. Tjarda van Star-
kenborgh Stachouwer, de burgemeester van
Groningen, jhr. mr. dr. L. H. N. Bosch Ridder
van Rosenthal en de garnizoenscomman
dant luit-kol. G Haenen.
Terstond na de aankomst begonnen de
klokken (in de stad) te luiden. Na de be
groeting verliet het gezelschap het tweede
perron. De Koningin inspecteerde de op het
eerste perron opgestelde eerewacht, bestaan
de uit het 12e regiment infanterie te Gro
ningen en de stafmuziek van de derde infan
teriebrigade uit Assen.
Vervolgens verlieten de hooge gasten het
geheel versierde slation om zich naar het
Stadhuis te begeven. Ook vele straten wa
ren prachtig versierd, terwijl de belangstel
ling enorm was.
In de vestibule van het Stadhuis bood het
dochtertje van den burgemeester, freule M.
Y. Bosch van Rosenthal de Koningin en de
Prinses bloemen aan. Daarna had de ofr'i-
ciëele ontvangst plaats in de versierde
raadszaal, waar de burgemeester, wethou
ders en raadsleden ter begroeting aanwezig
waren. De burgemeester, jhr. mr. dT. L. II.
N. Bosch Ridder van Rosenthal hield een
rede. welke door de Koningin werd beant
woord. Na deze plechtigheid onderhield TI.
M. de Koningin zich eenigen lijd met de
aanwezigen, terwijl tevens eenige verver-
schingen werden aangeboden.
Daarna namen de gasten plaats op het
hordes van het Stadhuis om het défilé te
aanschouwen.
Te 10 uur was intusschen begonnen met
de opstelling van een défilé, waaraan 128
vereenigingen met ongeveer 6000 leden
deelnamen. Te kwart over elf, zette het po
litiecorps op het middenterrein het Wilhel
mus in, waarna het défilé aanving. Op het
verhoogde middenterrein van de GTootc
Markt hadden zich 4400 schoolkinderen op
gesteld. die vandaar alles goed en veilig
konden zien.
Na het défilé maakte de Koninklijke Fa
milie een rijtoer door de versierde straten,
waarna in het gouvernementsgebouw le
lunch werd gebruikt. Tc 12.45 uur had de
uitreiking plaats van het corpsvaandel aan
de vaandelwacht en te 1.20 uur volgde de
officiëele ontvangst der afgevaardigden van
de verschillende studentencorporaties aan
het station. Van het slation ging de stoet
naar het kerkgebouw van de Rem. Geref.
Gemeente, waar de rector van „Vindicat
atque Polit", de heer J. Klaasesz de plech
tige opening leidde.
De voorzitter der reünisten, prof. mr. I. B.
Cohen beantwoordde de rede van den rector.
Te 3.30 uur had een matiné musicale
plaats in de Harmonie door de Groningsche
Orkestvereeniging onder leiding van den
heer Kor Kuiler.
Te ongeveer 4 uur vertrok de Koninklijke
Familie naar de universiteit. Hier werd door
de leden van „Vindicat atque Polit" en
„Magna Pete" (de Groningsche mannelijke
en vrouwelijke studentenvereeniging) de
reunie-commissie en vertegenwoordigers der
studentencorporaties een défilé gehouden
waarna in de aula de ontvangst plaats had
door professoren e.a. De verschillende pro
fessoren en doctoren werden voorgesteld
aan de hooge gasten door den rector-magni-
ficus prof. dr. I. H. Gosses, door den secre
taris van den senaat dr. W. J. Aalders en
den pro-rector prof. G. Scheltema.
Eenige jongedames boden bloemen aan.
Leden van ...Magna Pete" schonken thee.
Vervolgens reed de Koninklijke Familie weer
terug naar het gouvernementsgebouw.
AFSCHEID Ir. J. A. KALFF.
Als directeur der Spoorwegen.
In de te Utrecht gehouden algemeene ver
gaderingen van aandeelhouders der S.S. en
H.S. is aan den heer Kalff op diens ver
zoek met ingang van 1 Juli a.s. op de meest
eervoile wijze, onder dankbetuiging voor de
vele en zeer gewichtige diensten, ontslag als
directeur dier Maatschappijen verleend en
is tot diens opvolger benoemd de heer ir.
E C W. van Dijk. thans chef van den
Dienst der Exploitatie der Nederlandsche
Spoorwegen.
's Avonds boden de Maatschappijen den
heer Kalff in hotel,, des Pays Bas" een af
scheidsmaaltijd aan, waarbij behalve de
commissarissen, het mede-directielid, mr.
van Manen en de chefs van Dienst der N.S.
de minister van Waterstaat, de inspec
teur-generaal der spoor- en tramwegen °n
de chef der afd. vervoer- en mijnwezen van
het dep. van Waterstaat aanwezig waren.
In zijn tafelrede deelde minister Van der
Vegte mede dat het de Koningin behaag»!
heeft den heer Kalff als erkenning voor zijne
groote verdiensten, meer in het bijzonder
voor het vele en belangrijke, dat hij op
spoorgebied verricht en tot stand gebracht
heeft, te benoemen tot groot-officier in de
orde van Oranje-Nassau.
Daarna werd het woord gevoerd door den
president-commissaris mr. van der Meulen
die namens den raad van commissarissen
en den directeur mr. van Manen, als bewijs
van hulde en waardeering voor de langdu
rige. moeitevolle en zoo met succes bekroon
de werkzaamheden van den aftredenden
directeur.de versierselen der hem toegeken
de hooge onderscheiding in een zilveren
cassette overhandigde.
De heer van Manen herdacht voorts de
nauwe en aangename samenwerking met
zijn collega, dien hij thans tot zijn leedwe
zen ziet heengaan en namens de chefs van
dienst werd door den heer dr. van Heuke-
lom een hartelijk afscheidswoord gesproken,
vergezeld van de aanbieding van een kunst
voorwerp als aandenken en als blijk van
eerbied voor den scheidenden leider.
In den voormiddag had de heer Kalff in
een druk bezochte receptie afscheid geno
men van vele hoogere en lagere ambtenaren
en beambten, die in hun dienst meer van
nabij met hem in aanraking gekomen waren
en van een aantal gelieerde tramweg-
directies.
BEZOLDIGINGSBESLUIT.
Het Tweede-Kamerlid de heer Lingbeek,
heeft den minister van Financiën de vol
gende vragen gesteld:
Wil de minister in vervolg op zijn 10
Juni j.l. gegeven beantwoording op de vragen
van den heer Lingbeek nopens de inwerking
treding van het herziene Bezoldigingsbasluit
Burgerlijke Rijksambtenaren, alsnog uitsluit
sel geven omtrent het volgende;
Is het juist, dat dkt besluit is van een
terugwerkende kracht tot 1 Nov. 1928 en
dat op grond daarvan suppletoire salaris-
uitkeeringen over November en December
1928 alreeds aan de betrokkenen zijn gedaan?
Warer. op de diverse hoofdstukken der
Rjjkrbegrooting voor gemeld jaar nog vol-
doelde voor weddebetalingen bestemde gelden
beschikbaar om, zonder overschrijding van
de ter zake door de Staten-Generaal gevo
teerde credieten tot zoodanige aanvullende
uitkeeringen te mogen overgaan?
Indien neen, is hiermede dan toch niet
vooruitgeloopen op voorzieningen, die nog
bij de Staten-Generaal moeten worden aan-
har»gig gemaakt? En is dan het budgetrecht
van de Kamer* niet toch gelaedeerd?
RECLAME.
Brandwonde
ci«aren tang
omdat de V-%cüd ve^nleVd «s»
AK.Kcr'3 t\\oos>kecV3a.\-)e»mer
op verdry9t dcidelLjK de
doefc de Vd\ciren verdween i
en geneed* zonder VibteeK^rio.
Averts Kloo&Vcrbalaerr»
7673
DE VLIEGFEESTEN
TE ROTTERDAM.
Door het Engelsche vliegtuig-moederschip.
De Spaansche vliegers, die men reeds verloren had gewaand, zijn toch nog gered.
Groote belangstelling.
Duizenden menschen hebben Zaterdag
middag de vliegfeesten op Waalhaven bij
gewoond. De escadrilles oogstten groote
bewondering.
Tegen drie uur verscheen een groote
grijze Handley Page aan de kim en de loud
speakers hadden al aangekondigd, dat met
dit toestel van de Sabena de leden van de
Antwerp Aviation Club zouden aankomen
met hun voorzitter, den bekenden vete
raan-vlieger Jan Olieslagers, die ook in ons
land voor het eerst met zijn wankele ranke
toestelletjes de lucht in ging.
Kort na de aankomst van het vliegtuig
betrad Prins Hendrik het terrein, in ge
zelschap van minister Lambooy, generaal
Snijders, generaal Seiffardt. kolonel Har-
denberg, schout-bij-naoht Jager, overste
Dut-.ry van Ha eft e, kolonel Oele, en eenigo
anderen.
De Prins heeft de demonstraties gerui'-
men tijd gevolgd, evenals de wedstrijden
welke tijdens zijn aanwezigheid werden
gehouden De instructeur van de R. A. l\,
de heer H. Schmidt Crans heeft een stunt-
demonstratie gegeven, kort nadat een En-
gelsch deelnemer zijn capaciteiten op dit
acrobatisch terrein van de vliegkunst had
getoond.
Esponlaub liet wachten.
Het gras was te hoog. En hoewel de J
gl ij vlieger reeds Vrijdag aanwezig was. j
heeft hij eerst Zaterdagmiddag order go- i
geven het gras te laten maaien. Zoodoen
de ging de luchttrein pas tegen vijf uur
de lucht in, maar toen was er dan ook de
gespannen aandacht van allen. Men volg
de het kleine vliegtuigje waarachter do
motorlooze bak op vleugels met het vreemd-
hooge richtingstuur. Aan de verbindings
kabel waren twee witte vaantjes bevestigd,
zoodat men duidelijk kon zien dat de een
door den ander werd getrokken. Toen dan
ook de kabel werd losgeworpen, ging er
een kreet door de dichte rijen publiek:
hij is los!!
Espenlaub cirkelde eenige malen boven
het veld, hij kwam al lager en lager en
met een buitengewoon goede landing kwam
het toestelletje weer veilig op het veld.
Onmiddellijk na deze demonstratie ver
liet de Prins het terrein.
Tot slot werden nog eenige escadrille-
vluchten gemaakt.
Ook gisteren was het buitengewoon druk.
Opnieuw is de luchttrein in actie geweest
en heeft men kunnen genieten van snelheid
en kunstvliegen. In den namiddag hebben
alle deelnemers een eere-ronde gemaakt.
Volgens de „Courant" luiden de uitslagen
der wedstrijden als volgt:
Stervlucht: le prijs Lord Carberry, 2e
prijs H. Shaw, 3e prijs Capt. Gazelet, 4e
prijs Officier K. K. Brown.
Estafette-vlucht le prijs Engelsche
ploeg, Lady Bailey, A. C. M. Jackaman en
A. J. Richardson; 2e prijs Hollandsche
ploeg. H. v. Eek, J. van Tol en Lammers;
3e prijs Belgische ploeg. Bloom, Stampe en
Vandervelde.
Snelheidsvlucht: le prijs Lammers,
Startproeven: Böss en Probyn.
Landingsproeven: Jackaman.
Majoor Franco en de zijnen zijn aan
boord der Numancia door het Britschc vlieg
tuigmoederschip Eagle gevonden in de na-
bijheid der Azoren. Op bovenstaand kaartje
geeft hel kruisje de juiste plaats aan. De
vliegers zijn natuurlijk veilig opgenomen.
Majoor Franco vertelde over zijn tocht:
Ik verliet Los Al ca res op 21 Juni om 17
uur en passeerde Kaap St. Vincent om 21
uur. Door onregelmatige winden waren we
gedwongen van dit punt af hooger Ie gaan
vliegen. Van Kaap Vincent lol aan dc Azu
ren strekte zich een ononderbroken wolken
laag uit, waar wij bovenuit moesten komen.
Wij dachten op den 22sten Juni, 9 uur
Greenwichtijd dc Azoren te bereiken, maar
een sterke N O. wind was oorzaak, dat wij
gedurende den nacht over de Azoren heen
vlogen.
Bij het aanbreken van den dag stelden
wij met behulp van de zon vast, dat wij ons
ten Z. W. van de Azoren bevonden, we
daalden door de wolken om brandstof te
sparen en nauwkeurig onze positie vast te
stellen.
Nadat wij dit gedaan hadden, namen wij
koeTs naar Fay al, maar door sterken tegen
wind was de benzine-voorraad ongeveer 60
K.M. van Fayal uitgeput en wij moesten op
zee dalen.
Sterke N W. wind dreef ons naar het
Zuiden en den volgenden dag, 23 Juni, wa
ren wij ongeveer 160 K.M van Fayal ver
wijderd. De wind dreef ons verder naar het
Z. W.. kreeg de kracht van een storm en
deed ons in de richting van St. Marie drij
ven.
Van 24 lot 27 Juni wisselden de sterkte
en richting van den wind af. In den morgen
van 27 Juni was de toestand lengevolge van
den sterken wind en de hooge zee ernstig
geworden. Op 29 Juni 's morgens vond de
Eagle ons en nam ons op.
Nadere berichten nopens de redding van
majoor Franco en zijn 3 gezellen zijn nog
schaarsch. maar de kapitein van de Eagle
heeft reeds geseind, dat ook zijn beide
laatste vliegtuigen op het punt waren het
zoeken als hopeloos op lo geven, loen
beide waarnemers, ongeveer gelijktijdig het
vliegtuig van Franco op het water zagen
drijven, ongeveer 150 mijl ten Z. O. van
de Azoren. Draadloos stelden de vliegers
den kapitein van het moederschip hiervan
op de hoogte, waarop de Eagle naar de
aangeduide plaats stoomde en de Numan-
cie aan boord heeseh. Franco was in den
morgen van 21 Juni te Cartagena opge
stegen en heeft dus 8 maal 24 uur op h3t
water rondgedreven.
Toen het nieuws van de redding te
Madrid draadloos bekend was gemaakt, be
gaven zich de kapiteins Jimenez en I?-
lesias, die zelf verleden jaar van Spanje
naar Zuid-Amerika zijn gevlogen, aan het
.hoofd van een op spontane wijze gevorm-
den stoet van wel 20.000 deelnemers naar
de Engelsche ambassade, waar den Engel-
schen gezant een hartelijke ovatie werd
gebracht De gezant verscheen op het bal-
con en dankte en verklaarde dat het hem
met rechlmaligen trots vervulde, dat de
ondernemende Franco en zijn gezellen door
Engelsche collega's gered waren.
De geestdrift was algemeen
Tooneelcn van groot enthousiasme speel
den zich af op de ministeries van Buiten-
landsche Zaken en van Oorlog.
De ambtenaren en attaché's renden langs
de corridors en Tiepen luide het groote
nieuws uit.
De straten waren dichtbevolkt met een
juichende menigte. Op het enthousiasme
volgde een minuut van diepe stilte.
Generaal Primo de Rivera, zoo bericht
een Engelsch blad. verliet juist het minis'e-
rie van Buitenlandsche Zaken toen een
ambtenaar op hem toerende en het groote
nieuws bekend maaklet.
De dictator barstte in tranen uit en de
emotie was zoo sterk, dal hij eenigen tijd
niet in slaat was iels te zeggen. Toen riep
hij uil: „Zij zijn gered. De hemel zij ge
dankt!"
Op zijn bureau herkreeg hij zijn be
daardheid.
Best geplaatste Hollander: L. Redelé
(Leiden).
Troostprijs: Miss Winnifred Brown.
Appreciatieprijs: Luitenant Sandberg,
Soer en Shaw.
Hoofdwedstrijd: le prijs Jackaman, 2de
prijs Probyn, 3e prijs Lord Carberry, 4e prijs
Lady Bailey.
De drie bekers zijn als volgt toegekend:
de beker van den heer Hoboken aan Lord
Carberry, de beker van den heer Dolf Bur
gerhout van Aviolanda aan Jackaman. d*
Shell-beker aan Probyn
De prijzen zijn uitgereikt door generaal
Snijders.
HET GEZONDHEIDSCONGRES.
Te Middelburg is het Gezondheidscongres
gehouden. Tot bestuurslid is gekozen de
heer dr. Posthumus in plaats van dr. Tho
mas. Tot de vele pacadviseurs behoort
dr. H. D. Horst, uit Leiden, die de vraag be
handelde: „Welke organisatie-vorm is voor
ons land de beste", zulks met het oog op de
noodzakelijkheid van organisatie der maat
schappelijke gezondheidszorg.
De organisatie zal, aldus spreker, be
moeienis hebben met de volledige sociaal-
hygiënische en sociaal-geneeskundige ver
zorging der bevolking, voorzoover niet reeds
afdoende geregeld. Deze bemoeienis sluit
niet in de noodzakelijkheid van eigen uit
voering: zij kan beperkt blijven tot leiding,
steun, advies, controle. Het staatstoezicht cp
de volksgezondheid wordt dan vrijwel ge
heel overbodig. Spreker geeft de voorkeur
aan het in het wetsontwerp „Instelling van
Gezondheidsdiensten" aanbevolen systeem,
waarbij lipt land in districten verdeeld
wordt, in welker centrumgemeente de Ge
zondheidsdienst gevestigd zal zijn. Het on
derling verband dient door één hoofdinspec
teur bewaard lo worden.
Inzake de t. b. c. bestrijding sluit spreker
zich aan bij de Staatscommissie inzake
t b. c.-beslrijding.
Naar het Engelsch van
A. T. QU1LLERCOUCH.
61)
Wij vestigden ons te Plymouth en ik
kwam bij den notaris die ook de notaris
geweest was van je grootvader. Daar hoor
de ik wel iets van de zaken van Amos
Trenoweth, maar toch niet veel; want van
den rijkdom dien hij verworven had ten
koste van zooveel bloed, kon ik mets ont
dekken en toch wist ik dat hij rijkdommen
bezat waar je van zou duizelen als je er
maar aan dacht. Want alles wat ik kon
ontdekken was dat hij een landbouwer was,
die zijn best moest doen om er te komen.
Eens op een dag was ik de wanhoop hem
le vinden al bijna nabij, toen een lange,
stevige oude man het kantoor binnentrad:
hij vroeg naar mijn chef en noemde zijn
naam. Amos Trenoweth. O! hoe verlangde
ik hem dood le slaan toen hij daar tegen
over mij stond. En hoe weinig vermoedde
hij dat de klerk, waar hij hoegenaamd geen
notitie van nam, éénmaal zijn nakomelin
gen van de aarde zou wegvagen en de
schatten erven waarvoor hij zijn ziel had
verkocht: den Grooten Robijn van Ceylon!
Mijn stem beefde van haat toen ik hem
aankondigde en in de binnenkamer liet.
Toen deed ik de deur dicht en luisterde.
Hij was niet op zijn gemak omtrent zijn
testament die dwaas en wist niet dat
al zijn bezittingen noodwendig geërfd wer
den door zijn zoon. Ik lachte inwendig om
zijn domheid, maar ik had genoeg gehoord
genoeg om jaren lang te kunnen wach
ten en Ezechicl Trenoweth eindelijk na
zijn dood te kunnen opsporen.
Omstreeks dien tijd werd ik verliefd.
Hierin zoowel als in alles mijn geheele
leven door, was ik ongelukkig, alles liep
mij tegen; maar ook hierin, zooals in alle
andere gevallen, heb ik door geduld toch
mijn zin gekregen. Lucy Luttrell was ver
liefd op een anderen man. Railton ge
naamd John Railton. Hij was ook een
dwaas jullie bent allemaal onwijs
maar zij trouwde met hem en kreeg een
dochter. Ik wou wel eens weten of je kunt
raden wie die dochter was.-'
Hij zweeg even en keek mij aan, kwaad
aardig als een duivel.
..Hond!" riep ik uit, „het was Janet
Railton Claire Railton en jij vermoordde
haar vader zooals je zegt dat Amos Treno
weth jou vader doodde."
„Juist zoo", antwoordde hij koelbloedig.
„Juist zoo. O, de kunsten die ik aanwendde
om dien man lot drinken te krijgen en
daarna tot misdaden. Nu nog zou ik °r
uren om kunnen lachen! Ach, weet je, er
zat geen greintje bedrog in dien kerel, toen
ik hem in handen kreeg en toch heb ik
hem zoo ver gekregen, dat hij eindelijk
je vader vermoord hoeft. Hij probeerde het
al eens in Bombay, maar bracht het er
treurig af. maar op den kluiverboom van
de „Belle Fortune" ging het beter, rk
leende hem het mes; ik zou het .zelf wel
gedaan hebben, maar Railton stond er
dichter'bij en daarenboven is het altijd
beter getuige le zijn."
Wat was dat ritselend geluid toch ach
ter mij? Colliver hoorde het in ieder geval
niet. maar ging voort met zijn.verhaal en
ofschoon zijn oogen aan dansende vlammen
van haat gelijk waren, zijn 9tem was altijd
even kalm.
„Ik had de helft van den gesp al ge
stolen van den grond in de hut waar die
ezel van een Ezechiel Trenoweth het ding
had laten vallen. Railton pakte hem op
voordat hij neerviel, maar ik wist niet of
hij tijd gehad had om hem de trommel
af te nemen, want we kregen juist een ko
lossale golf over ons heen en voordat de
tweede kwam, sprongen wij beiden naar
de Rots toe. Ik dacht zeker dat Railton
meegesleurd was, want ik was ternauwer
nood zoo gelukkig mij vast te grijpen aan
iets. Het was pikdonker, dus onmogelijk
iets te zien. Ik riep hem bij zijn naam,
maar hij hoorde het niet door het geweld
van den storm, of hij wou misschien niet
antwoorden, daarom hield ik mij weldra
stil. Ik dacht dat hij dood was, en hij dacht
dat zeker ook van mij, totdat wij elkaar
ontmoetten op de Doodemans Rots.
Zal ik nu maar ophouden? 0 ja, je zult
de geheele geschiedenis hooren. Na het
gerechtelijk onderzoek ben ik ontsnapt naar
Plymouth, ik vertelde aan Lucy dat haar
man verdronken was en haalde haar ein
delijk over Plymouth le verlaten en met
mij te trouwen. Dus daarin heb ik ook
overwonneno ja, ik heb een volledige
overwinning in alles behaald".
„Jou hond!" riep ik uit.
Hij lachte: een zacht welluidend lachje.
„Ach ja, je bent natuurlijk boos; maar
daar zal ik maar niets van zeggen. Ik heb
één rekening met je af te sluiten, Treno
weth, en dat is genoeg voot mij. Driemaal
heb ik je in mijn macht gehad, mijnheer
Jasper Trenoweth, drie of vier maal, dat
is mij ontgaan. Eens onderaan de Doode
mans Rots. toen ik mijn vingers al aan je
jeugdige luchtpijp had en werd verhinderd
door die ellendige vieschers. De idioten
dachten dat de jongen van angst voor mij
flauw gevallen was. Flauw I in minder dan
een halve minuut zou je dood geweest zijn,
Ik lachte in mijn vuistje toen die oom van
jou trachtte mij te doen begrijpen miji!
hoe heette ik toen ook weer? 0 ja, Ge-
orgio Rhodojani. Maar je ontsnapte dien
keer: en nog eenmaal, toen heb je zeker
niet beseft hoe je den docd nabij bent ge
weest, toen ik door het raam keek, weet
je nog wel, dien avond na het gerechtelijk
onderzoek. Ik dacht er over na of ik je al
of niet zou dooden, jou en die moeder van
jou met haar witte gezicht. Ik zou het wel
gedaan hebben, maar ik dacht dat je mis
schien wat wist van het geheim na je ont
moeting met Railton, zoodat het verstan
diger leek mijn lijd af te wachten".
„Indien het eenige satisfactie voor je is",
viel ik hem in de rede, „te weten dat als
je mij toen gedood had, je nooit dien gesp
in handen had gekregen, dan zal het je
genoegen doen".
„Ja, dat is zoo", antwoordde hij. „ik
ben blij dat ik je niet allebei gedood heb:
je moeder kon het lijk van haar man nog
even zien en nu heb ik het genoegen nog
je hier te kunnen dooden: het pretje is
er op vooruitgegaan. Maar laat mij voort
gaan. Daarna was ik wel genoodzaakt het
land te verlaten
„Voor een andere boevenstreek, die door
je vrouw ontdekt werd."
„Hoe weet je dat? O, van Claire, denk
ik, maar dat doet er ook niet toe. Toen ik
terugkwam vond ik je: ik vond je: en ik
stak weer toe. Maar weer stond dat ver
vloekte geluk mij in den weg en die ver
vloekte vriend van je sloeg mij zoo, dat ik
mijn bewustzijn verloor. Kijk. dit litteeken
op mijn gezicht."
„Kijk maar naar den gesp en je zult zien
waar de slag is terecht gekomen."
„O. was het daardoor?" zei hij, terwijl
hij den gesp attent bekeek. „Ik denk dat je
het toen een gelukje vond. Dat was het
ook voor mij. Want ofschoon ik op dien
mistigen avond weer een vergissing beging,
ik had in ieder geval met je vriend afge
rekend. Hij kreeg zijn verdiende loon. Ik
heb mij dikwijls genoeg geschaamd voor
die fouten, maar het is per slot van reke
ning toch goed terecht gekomen. Ik had
je vader op den Adams Piek, maar hij
was een zware man en ik had geen revolver
bij mij en ik kon het er niet op wagen.
Als je maar afwacht dan komt alles te
recht, zeggen ze. Je vader is mij niet ont
snapt en dat zal u ook niet, meneertjel
Wat een vreugde was dat voor mij toen
ik hoorde dat u en Claire
Maar nu ^on ik het niet langer aan-
hooren. Van 'schaamte en afschuw van
mijn groolvader's wreedheid wist ik niet
wat ik doen zou; ik wist dat deze man,
niettegenstaande zijn praatjes over wraak,
een gemeene, verraderlijke schavuit was.
Dus toen hij over Claire begon te spreken,
barstte ik los:
„Schavuit! nu is 't genoegl Ik heb ge
luisterd naar je verhaal. Maar als je over
Claire begint te spreken. Claire die je van
avond gedood hebt, dan verafschuw ik je:
dood mij, ik hoop dat op den schat een
vloek voor je zal rusten, zooals die schat
een vloek voor mij is geweest; dood mij,
gebruik je mes, want ik z a 1 gillen
Met een afschuwelijken lach had hij zich*
op mij geworpen en sloeg mij in mijn ge
zicht. En toen ik voortging met roepen en
gillen, gaf hij mij een vreeselijken slag
achter mijn oor. Ik herinner mij, dat de
flauwe lamp ineens een bloedroode vlam
verspreidde, de hut was een oogenblik he!
verlicht, ik zag duizend lichten voor mijn
oogen en loen loen volgde er niets dan
duisternis een vaag gevoel opgenomen te
worden en gedragen, naar beneden gewor
pen, in de diepte.
J
(Wordt vervolgd.!