DE 00LIJKE OESTERFAMILIE.
oodemans rots
gemeentezaken.
feuilleton.
to Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 2 Mei 1929
Derde Blad No. 21205
benoemingen.
ff '.even den Raad in overweging
Bhun verzoek de heeren W J. E. M.
ons A. B. Poortman. J. A. Schreuder
u p Veidhuyzen weder in hunne be-
tine'van SchoolaTts te bestendigen en
Ls yoor hel tijdvak von I April 1929—
"pril 1930
ijorts stellen zij voor mevr. van der
-]sRolloos, voor het tijdvak 1 Mei
j jioj 1932, weder in hare betrekking
Stads-Vroedvrouw te bestendigen.
„Verband met de ziekte van nu wijlen
heer M van Warneten was het noodig
tijdelijke voorziening te treffen voor het
,,r<vijs in de natuurkunde en school-
rue en de wiskundige aardrijkskunde
de afdeeling B van de Kweekschool voor
e rifijzers en Onderwijzeressen.
„„gezien de belangen van de cursisten
L spoedige regeling gewenscht maakten,
ben B. en W. in afwachting van 'sRaads
'issing. goedgevonden, dat het onderwijs
viVundige aardrijkskunde tijdelijk wordt
-ren door den leeraar in aardrijkskunde
die school en dal de heer J N. van don
'e, nat. phil. cand. te Voorschoten, tijde-
ïierd belast met hel geven van onderwijs
-luurkunde en scholhygiène.
en W. geven nu den Raad in over-
-rden heer J. N. van den Ende aan te
tot tijdelijk leeraar in do natuur-
en sclioolhygiène.
DRACHT VAN STROOKJES GROND
AAN DE GEMEENTE.
„verband mot bebouwing of verbouwing
plaatse moeten eenig cstrookjes grond
de gemeente worden overgedragen.
en W. stéllen nu voor te besluiten kos-
s in eigendom en onderhoud bij de ge
ënte over te nemen:
n strookje grond, deel uitmakende ran
Jan Lievenstraat, groot pl.m. 290 M2.;
n strookje grond, gelegen aan de Lijs-
sloeg, groot pl.m. 10 M2.
n strookje grond, ge'legen aan de Lange-
groot pl.m. 0.80 M2.
n strookje grond, gelegen aan den Hee-
gclgroot pl.m. 0.75 M2.;
n strookje grond, gelegen aan den Hooge
.vhweg, groot plan. 340 M2.
AANKOOP VAN EEN MUZIEKTENT.
j verband met de plaats gehad hebbende
:jging van de ingebruikgeving aan do
cteit Musis Sacrum" van het gemeenle-
,;in in het Plantsoen, zjjn met het be-
jt der Sociëteit onderhandelingen ge-
1 over den aankoop van de muziektent
ter plaatse.
nder nog vooruit te loopen op de plan-
i tot inrichting van den bij het Plantsoen
voegen grond, waren B. en W. met dc
missie van Fabricage van oordeel, dat
ioop tegen een prijs van f. 100.redc-
rwijze zou kunnen geschieden.
."1 bestuur der Sociëteit verklaarde met
koopsom, die uit den post votgn. i7G
tegrnoling 1929. „Uitgaven voor volks-
kan worden bestreden, aceoord lo
OOP VAN EEN GEDEELTE GROND
EN WATER AAN DEN
RIJNSBURGERSINGEL.
verband met de verbreeding van den
l'tirgersingel, waarvoor reeds door den
bij besluit van 1 October 1928 een
et werd toegestaan, zou het nog van
zijn, dat de gemeente eigenaresse was
de strookjes grond en water kad. bekend
Leiden Sectie A. No. 1196 gcd. en A.
RECLAME.
'C -VniV,
.3384
No. 1207 ged. Door deze strookjes aan den
weg toe te voegen, krijgt deze een beter
verloop.
De eigendom van dezen grond en het ge
deelte water behoort aan de N.Y. Leidsche
Bouwvereeniging, die- zich bereid heeft ver
klaard den grond, ter grootte van pl.m.
66 M2. tegen een prijs van f. 4.per M2.
en 't water, ter grootte van pl.m. 5 M2. voor
f. 1.per M2. te verkoopen.
Met de Commissie van Fabricage zijn B.
en W. van oordeel, dat met deze prijzen ge
noegen kan worden genomen. De kosten van
aankoop kunnen uit het reeds voor de weg-
verbreeding verleende crediet worden be
streden.
AANKOOP VAN HUIZEN EN GROND
AAN DEN HOOGEN MORSCHWEG.
\an de gemeente werden voorde som van
f 11.000.te' koop aangeboden de huizen
aan -den Hoogen Morsehweg Nis. 4, 8. 10, 12
en het pakhuis No. 6, met den bijbehooren-
den grond, gelegen achter deze perceelen en
ter zijde daarvan, zulks ter gezamenlijke
opervlakte van 0.08.94 H.A. Een en ander
grenst aan het reeds aan de gemeente loebe-
hoorend terrein, het z.g. Galgeveld.
I-ïcl bezit van den aangeboden grond met
opstallen, in verband met de ligging, zoowel
op zichzelf, als ten opzichte van het Galge
veld, is voor de gemeente niet zonder belang
De te koopen grond en het Galgeveld vor
men tezamen een goed geheel en bieden
vereenigd betere exploitatiekansen, dan het
gemeeri te terrein alleen. Het voorgedeclte is
als vanzelf aangewezen v. bouwterrein, ter
wijl het achtergedeelte zeer goed gebruikt
kan worden als opslagplaats voor den dienst
van Gemeentewerken, waaraan deze dienst
groote behoefte heeft. Deze strook is voor dat
doel door haar ligging, cenerzijds aan groot
vaarwater en anderzijds in de onmiddellijke
nabijheid van den Hoogen Morschweg en in
de' buurt van de Stads timmerwerf, uitste
kend geschikt.
Voorts wordt de gelegenheid geschapen
ter plaatse een zeer gewenschte verbreeding
van den weg tot stand te brengen, doordat de
vooruitspringende hoek, die aan deze zijde
van den Hoogen Morschweg door de voor
tuinen der huizen wordt veroorzaakt, kan
worden weggenomen.
Is derhalve aankoop met het oog op de
genoemde mogelijkheden gewenscht, in de
huizen met pakhuis wordt ten slotte een
alleszins behoorlijk beleggingsobject gevon
den. Het perceel Hooge iïorsehweg No. 12
wordt bewoond door den eigenaar, die dit
huis nog gedurende een half jaar kosteloos
in gebruik wcnscht te behouden.
AANKOOP VAN EEN HUIS MET ERF AAN
DEN HAAGWEG EN VAN GROND ETC.
AAN DEN MORSCHWEG.
Gelijk bekend is, bestaat dringend be
hoefte aan een verbinding tusschen den
Haagweg en den Morschweg door middel
van een overbrugging van het Galgewater.
Ook vanuit den l\aad werd meermalen
het groote belang van de totstandkoming
van een dergelijke verbinding betoogd.
Nadat door B. en W. sedert geruimen
tijd tal van pogingen werden aangewend,
om in deze een oplossing te verkrijgen en
verschillende mogelijkheden onder oogen
werden gezien meenen zij er thans in ge
slaagd te zijn voor het verkccrsvraagstuk
tusschen de beide stadskwartieren een al
leszins bevredigende regeling te hebben
gevonden.
Zij hebben n.l. ten behoeve van een te
maken brug over het Galgewater dc hand
kunnen leggeD op het huis met erf en tuin
aan den Haagweg No. 9, groot 7.92 aren
voor de som van 15.200, alsmede op den
grond met opstallen aan den Morschweg,
groot 9.8Ö aren, voor dc som van f. 15.500.
Het leggen van een brug op deze plaats
van het Galgewater met een belangrijk
koogere doorvaart/hoogte dan de nabijge
legen spoorbrug heeft, is de meest aange
wezen oplossing gebleken, aangezien dö
brug dan komt te liggen op een punt, al
waar, ter weerszijden van het Galgewater
dc bebouwing het uitgebreidst is. terwijl
bovendien de benoodigde grond c.a. op
aannemelijke voorwaarden ie kunnen wor
den verkregen.
279. Het beste is het dan ook stellig om een onderzee-
verkeersagent aan te schieten. Vader Oester vraagt hem heel
beleefd den weg naar zijn dorp en en de agent Pieterman, die
er veel barseher uitziet dan hij in waarheid is, zegt: „Ik zal
u helpen, u bent nogal een heel eindje van huis. Maar er is
wel raad op!"
280. Hij fluit even driemaal en dadelijk daarop komt een
vreemdsoortig dier aangevaren: een koffervisch is het, die
onderzee taxi-diensten verricht. Vroolijk stappen de Oester-
familie en tante Zeekat de merkwaardige automobiel binnen
en die gaat er in een groote vaart vandoor! Koraalrolsen en
vreemde zeeplanten schieten voorbij, groote visschen met uil-
puilende oogen zwemmen langs. De Oesters genieten van
alles: ze zijn weer thuis!
Nadat de Raad den aankoop zal hebben
goedgekeurd, kunnen de voorbereidende
maatregelen worden getroffen, om ten
spoedigste tot het opmaken van een plan
voor de nbouw van een brug te geraktn.
AANKOOP VAN PERCEEL AALMARKT 12.
B. en W. deelen den Raad mede, dat de
gemeente in de gelegenheid is het perceel
Aalmarkt No. 12 aan te koopen voor
t 15.000.
Het perceel grenst onmiddellijk aan een
complex gemeente-eigendommen, dat ge
vormd wordt door de Stadsgehoorzaal, de
Opleidingsschool voor Gymnasium en H.
B. S. en do Meisjesschool voor U.L.O.
Ten opzichte van de reeds aan de gemeen
te behoorende gebouwen is het aangeboden
perceel derhalve gunstig gelegen. Met de
meerderheid van de Commissie van Fabri
cage zijn B. en W. daji ook van oordeel,
dat aankoop, mits tegen redelijken prijs,
gewenscht is. De gemeente kan dan im
mers haar bezit ter plaatse verder afron
den, hetgeen met het oog op de mogelijk
heid, dat te eeniger tijd eens t-ot uitbrei
ding van een of beide scholen of tot ver
grooting van de speelplaatsen zou moeten
worden overgegaan, van belang is.
Aangezien nu een prijs van f. 15.000 voor
de woning aannemelijk is te achten, geven
B. en W. in overweging tot koop over te
gaan.
VERKOOP VAN EEN PERCEEL BOUW
GROND AAN HET VERLENGDE
VAN DE JOHAN BE WITSTRAAT
Van ir. J. J. Valkenburg, alhier, ontvin
gen B. en W. een aanvrage om verkoop van
een perceel grond bij dc Leidsche Hout ten
behoeve van den bouw van een landhuis
of een villa.
De met adressant gevoerde onderhande
lingen hebben tot overeenstemming geleid,
zoowel met betrekking tot het terrein aU
den prijs, zoodat, vereenigt de Raad zich
eveneens met een en ander, de uitgifte van
bouwterrein te dezer plaatse hiermede
daadwerkelijk een aanvang zal hebben ge
nomen.
Belanghebbende is bereid het hoekper-
eecl van het bouwblok A aan het verlengde
van de Johan de Witistraat, ter grootte
van plm. 5-10 M2., te koopen en neemt ge»-
noegen met den ge vraagden prijs van f. 15
per M2., welke prijs gebaseerd is op bouw
rijp terrein, zoodat de kosten van straat-
aanleg als naar gewoonte voor rekening
van de gemeente komen. Aan den verkoop
zullen verder voorwaarden worden verbon
den, blijkens welke het in de bedoeling
Kgjt in dit gedeelte bij do Leidsche Hout
open bebouwing te bevorderen.
VERKOOP VAN EEN STROOK BOUW
GROND OP HET RAAMLAND.
Bij besluit van 30 April 1928 werd aan
.J. W. Re ine veld q.q. architect alhier een
perceel grond op het Ra ami and, groot plm.
677 M2., verkocht voor den bouw van een
dubbel landhuis. Bi] dc overdracht werd het
terrein gesteld ten name van A. H. Dros
Jr. te Leiden.
In verband met do uitvoering van het
bouwplan op laatstgenoemd perceel is ech
ter een grootere grondoppervlakte noodig
gebleken om aan de voorwaarden van do
bouwverordening to kunnen voldoen.
De heer Dros verzoekt nu achter de
beide genoemde perceelen nog een strook
ter breedte van 3 M. aan hom te verkoopen
voor f. 10 per M2., welke prijs ook rroegeï
werd betaald.
Noch bij de Commissie van Fabricage,
noch bij B. en W. bestaat tegen dezen ver
koop bezwaar.
VOORSTEL OM HET VERMENIGVUL-
DIGINGSCIJFER EVENALS HET VORIG
JAAR OP 0,9 TE BEPALEN.
Op de bcgrooling voor het jaar 1929 is
wegens plaatselijke inkomstenbelasting uit
getrokken:
a- betreffende bet in het dienstjaar aan
vangende belastingjaar 1929-30, 2/3 gedeelte
van de bij de vaststelling van het verme-
nigvuldigingseijfer te ramen opbrengst
f. 1.309.493;
b. betreffende het in het dienstjaar eindi
gende belastingjaar 1928-29 (de opbrengst
van dat belastingjaar min 2/3 van de bij de
vaststelling van het vermenigvuldigings-
cijfer geraamde opbrengst, welke 2/3 ge
deelte in de rekening 1928 moest worden
verantwoord) f. 626.667; totaal f. 1.936.160.
Aan deze raming ligt voor beide belasting
jaren oen opbrengst van f. 1.960.000 ten
grondslag, behoudens dat het onderdeel a.
als sluitpost, bij de Memorie van Antwoord
op het Sectieverelaig betreffende dc begroo
ting, nog eenigszins moest worden verhoogd.
Inmiddels werd bij Raadsbesluit van 4
Maart j.i. ingaande 1 Mei a.s. een verla
ging van do inkomstenbelasting voor de
minst draagkrachtige gezinnen ingevoeld,
door verhooging van den kinderaftrek. Dc
daaruit voortvloeiend© lagere opbrengst, die
op f. 33.000 is te stellen, kan, naar B. en W.
reeds in hun desbetreffend voorste! schre
ven, gevoegelijk uit de Algemeene Reserve
worden gevonden. Ten behoeve van het
dienstjaar 1929 is derhalve voor dat doel
van dc Algemeene Reserve af te schrijven
een bedrag ran f 22.000 (n.l over het tijd
vak van 1 Mei31 Dec. 1929).
De Inspecteur der directe belastingen
raamt, blijkbaar in aansluiting aan de wer
kelijke opbrengst over het belastingjaar
1927/28. die f. 1.924.264 bedroeg, de op
brengst voor 1928/29 op f. 1.925.000, terwijl
hij voor 1929/30 een vermoedelijk be
lastbaar (zuiver) inkomen verwacht van
1.37.500.000. In het resultaat van het be
lastingjaar 1927/28 hadden B. en W. reeds
aanleiding gevonden om bij het opmaken
van die begrooting voor 1928/29 en 1929/30
van een opbrengst van f. 1.960.000 uit te
gaan, in stede van f. 2.000.000, welk bedrag
voor 1928/29 wer daangenomen bij de vast
stelling van het vcrmenigvuldigingscijfer in
Mei 1928.
Hoewel het niet uilgesloten is. dat do be
lastingjaren 1928/29 en 1929/30 ten slotte
gunstiger blijken te zijn dan het voorgaan
de. zoo zal men h. i. toch goed doen met
veiligheidshalve voor beide belastingjaren
de raming van den Inspecteur over te^
nemen.
Do a. post der begrooting zal dan bij
handhaving van den factor op 0.9 en zonder
de belastingverlaging slechts opleveren
een bedrag van 2/3 van f. 1.925.000 is
f. 1.283.333 of minder f. 26.160.
Op den dienst 1928 moet van de op
brengst wan het belastingjaar 1928/29, waar
deze bij de vaststelling van het vermenig-
vuldigingseijfcr werd geraamd op f. 2 000.000
ingevolge de begrotingsvoorschriften wor
den gebracht f. 1.333.333, zoodat aan den
b. post ten goede komt f. 1.925.000
f. 1.333.333 f. 591.667 of minder f. 35.000.
Totaal minder f. 61.160.
Met inachtneming van de belastingver
laging. waarop de Koninklijke goedkeuring
nog wordt ingewacht, kan op den a post
slechts 2/3 van f. 1.892.000 f. 1.261 333
worden geboekt en bedraagt het verlies op
het goheelo volgnummer f. 83.160, d. i.
f. 22.000 meer.
Vermits reeds bij het besluit tot belasting
verlaging werd beslist, dat de kosten daaT-
van uit de Algemeene Reserve zullen wor
den bestreden, en omtrent den dienst 1929
overigens op dit oogenblik niet zoodanige
omstandigheden bekend zijn dat groote af
wijkingen in het eindresultaat, zooals dit
ïn de begrooting tot uitdrukking .komt. zijn
ie verwachten, kan men zich, wat de grootte
ran den factor voor het nieuwe tijdvak be-
Ureft. bepalen tot de becijferde lagere ont-
Tangst van f. 61.160.
Verlaging van het vermenigvuldiging3-
ffor kan in deze omstandigheden na tuur -
k niet plaats vinden, doch volgens B. cn
behoeft ook niet tot verhooging te wor
den overgegaan. Daargelaten, dat het bere
kende tekort beperkt blijft tot rond 3 pet.
van f. 1.925.000 en verhooging van den fac-
tor slechts een betrekkelijk kleine fractie
zou uitmaken, is bovendien de totstandko
ming van de herziening der financiëele ver
houding tusschen het Rijk en de gemeenten
Naar het Engel9ch van
A T. QUILLERCOUCH.
werd Jonathan de kustwachter opg©-
en Hij had gezien of verbeeldde zich te
wn schip in nood dicht bij Gue Graze;
ad seen licht gezien en ook geen nood-
aa' ?ehoordin de stad Lizard had hij
meegedeeld. waren vuurpijlen opg^-
n de klippen waren nauwkeurig on-
,ocht tö1 Pyg toe. maar er was niets ge*
°n of gezien. De mannen waren op den
toen zij een matroos die zeker
Kreuk geleden had. gevonden hadd.tp
i een kleinen jongen. Jasper Trenowclh,
1 m de
11.
IJ -Beldkreek'
k krikte toen ik mijn naam hoorde noe-
frn. Voor de tweede maal sedert ik de
_r.ln ^'35 voelde ik als 't ware dat de
#nVïM*n vreemdeling op mij gevestigd
jtn .tevens voelde ik mijns moeders
'^ri,kken en ik begreep, dat
el tv opgemerkt,
en af 01 benauwd werd in de ka-
-n 7* muren schenen dichter bij mij te
i .*n Jonathans mte zijn eentonige
*>mbere verhaal voortzette. De
2Wi°0n l een vlak op het raam. zoodat
f f1"1werd in de kamer, maar ik
oe,de en zag niets ander9 dan een
paar oogen De stemmen klonken in mijn
ooren als in een droom: het krassen van
pennen, het schuifelen van voeten klonken
in mijn ooren als het verwijderd gemurmel
van de zee, totdat de lijkschouwer riep:
„Georgio Rhodojani."
Toen was ik dadelijk klaar wakker, het
was of al mijn spieren gespannen werden.
Weer voelde ik die ondervragende oogen,
weer klemde mijne moeder mijn hand vasl,
loen de vreemdeling opstond en met een
zachte, muzikale stem zijn verklaring af
legde En de verklaring van Georgio Rhodo
jani. Grieksch matroos, vertaald door den
totk Jacopo Rousapoulos. luidde aldus:
..Mijn naajn i9 Georgio Rhodojani. Ik ben
een Griek en ben mijn geheele leven op zee
geweest. Ik was matroos aan boord van hat
schip dat den vorigen nacht is vergaan op
uw afschuwelijke kust. Het schip behoorde
thuis te Bristol en was op weg naar huis,
maar ik weet noch den naam van het schip
noch de naam van den kapitein."
Iedereen was verbaasd over deze zonder
linge mededeeling Ik zelf wist niet wat ik
hoorde: dezelfde man die van morgen zoo
vloeiend en zangerig Engelsch gesproken
had. nu een vreemde Laai te hooren spreken
waar ik niets van begreep, vervulde mij met
de grootste verbazing.
Toen hij de verbaasde oogen der toeschou
wers zag. gat de getuige rustig verklaring
van de zaak.
..Dit verwondert u. maar ik ben een Griek
en kan die moeilijke woorden niet uitspre
ken. Ik kwam te Colombo aan boord, daar
de kapitein geen matrozen genoeg aan boord
had. Ik had schipbreuk geleden op een Hol-
landsch schip dat van Java op weg was
naar Dordrecht en strandde op Ceylondaar
zocht ik werk. Daardoor is het niet zoo
vreemd, dat ik er zoo weinig van weet en
mijn mond kan uw Engelsche taal niet uit
spreken. Maar als gc mij een lijst van uw
schepen wilt laten zien dan za-1 ik den
naam wel aanwijzen."
Ik hoorde het ritselen van papieren, een
lijst van Oost-Indië-vaarders werd hem
voorgelegd; haastig liet hij zijn vingers er
over heengaan. Plotseling klaarde zijn ge
zicht orp:
„Dat is hetl dit rs de naam van het schip
dat vannacht vergaan is!"
De lijkschouwer nam het papier en las
langzaam den naam: „James and Elisa
beth" uit Bristol. Kapitein Antonius Merry-
dew."
,Ja, dat is het. Dit kind was het kind
van den kapitein, en is op reis geboren. Er
waren achttien man aan boord, een Engel
sche jongen en de vrouw van don kapitein.
Het kind is geboren op do hoogte van de
kust van Afrika. Wij zeilden uit van Co
lombo den 22sten Juli. met een lading koffie
en suiker. Twee dagen geleden waren wij
bij een groote havenplaats waarvan ik den
naam niet meer weet; maar gistermorgen
vroeg waren wij in de buurt van wat jullie
noemt Lizard. De wind was Zuid-West en
dreef ons naar die afschuwelijke baai.
Tegen den avond werd hel een slechte
storm. De kapitein was ziek geweest,
den geheelen lijd sedert wij do Golf van
Biscaye gepasseerd waren. Wij heschen
geen signalen en wisten niet wat wij doen
moesten, want de kapitein was ziek en d?
stuurman dronken. Hij begon te schreeu
wen toen wij pen stoot kregen. Ik alleen
kwam op de kluiffok terecht en "sprong in
zee. Wat er met de anderen gebeurd is kan
ik niet zeggen, ik weet hel niet, maar ik
kwam op dc rots terecht waar ge mij van
morgen gevonden hebL Het schip was in
ccn oogenblik gezonken. Ik hoorde de men-
schen bitter schreien, maar de stem van den
stuurman was luider dan een van de ande
ren. D© kapitein was natuurlijk beneden, en
zijn vrouw en kind ook toen ik zo het laatste
gezien heb. maar zij kon wel op het dek ge
komen zijn Ik was tweemaal bijna verdron-
den, maar het lukte mij er weer boven on
te komen. Pas toen de dag aanbrak wist ik
dat ik op het vasteland was aangekomen en
toen klom ik naar het strand."
Bij het aanhooren van deze vreemde ge
schiedenis weet ik niet wie er 't meest van
onder den indruk was. De mannen van hst
gerecht waren geboeid door de zachte stem
vam den spreker zoowel als dóór de geheim
zinnigheid omtrent het schip en het weg
zinken daarvan zonder dat iemand er ge
tuige van geweest was; zij zalen voorover
gebogen en-luisterden met groote aandacht,
ademloos schier. Mijn moeder kon haar
oogen niet van den vreemdeling afhouden.
Toen hij aarzelde den naam van het schip
te noemen, werden haar lippen wit van
spanning, maar bij het hooren van den
naam ..de James en Elisabeth" zonk zij
terug in haar stoel en fluisterde: „God
dank'" Ik begreep dus wat zij gevreesd had
en hoe ongerust zij zich gemaakt had. Ik
zelf wist niet wat ik er van denken moest,
ik vertrouwde mijn ooren niet. Ik wist zeker
dat een gedeelte van het verhaal een leugen
was; maar hoeveel? En de „Marv Jane"
dan? Ik keek om mij heen. Stilte volgde op
do laatste woorden van Rhodojani Zelfs de
lijkschouwer wist een oogenblik niet wat
hij er van denken moest; maar hoe onwaar
schijnlijk de verklaring van den man ook
mocht wezen, eT was niemand die hem kon
tegenspreken: ik alleen, en hadden ze dat
maar geweten, kon dezen duivelschen man
tegenspreken; hadden ze het maar geweten,
ik. een kind waar niemand op lette.
Do rechtsgeleerde deed een paar vragen
en herhaalde de verklaring in korte woon
den. Weer vennel ik in een toestand van
droomerige ongevoeligheid cn rk hoorde de
jury de gewone uitspraak doen: „Omgeko
men door een ongelukkig toeval". En toen
mijn moeder met mij de kamer uitging
hoorde ik Toe Roscorla. een der juryleden,
zeggen „Vervloekt zijn al die vreemde
lingen! Ik vertrouw ze geen van allen!"
HOOFDSTUK VI.
Hce een gezicht op Lantrig door bet venster
keek en hoe mijn vader bij ons thuiskwam.
Mijn moeder en ik üopen langs de kii-p-
pen naar huis Wij waren beiden stil. Mijn
hart brandde mij op de tong om de gphee r-
geschiedenis te vertellen cn te bewijzen dat
wat ik gezegd had van de ...Mary Jane" geen
leugen was; maar ik durfde niet, rk was
bang voor dien man Mijn mceder was ver
vuld met haar eigen gedachten. Ik wist
zeker dat zij den blik van verstandhouding
dien de vreemdeling op mij geworpen had.
had opgemerkt; zij vermoedde dat zijn ver
haal een leugen was en dat ik daarvan op
de hoogte was Maar wal zij niet kon weten
was de doodsangst die mijn mond gesloten
hield als met een hangslot Beiden met bit
tere gedachten vervuld, keerden wij stil
zwijgend naar Lantrig terug.
(Wordt vervolgd).