DE 00LIJKE OESTERFAMILIE. XSf PUROL IflET GEHEIMZINNIGE GENOOTSCHAP. |;Osle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 14 Maart 1929 Derde Blad No. 21165 UIT HET PARLEMENT. KUNST EN LETTEREN. BINNENLAND. FEUILLETON. (fan onzen parlementairen medewerker). Den Haag, 13 Maart 1929. jtsteiin aan de burgerwachten. - Waarom is de S. D. A. P. verstoord? - De heer Colijn aan het woord. Tengevolge van het overlijden van zijn jtder was Prof. Van Embden verhinderd de urgadering der Eerste Kamer op heden bij ffonen Zijn n^otie om na de algemeene schouwingen over de Staatsbegrooting jmiddellijk de begrooting van Buitenland se Zaken in behandeling te nemen, waar- jj hij waarschijnlijk dan onze verhouding ii België en wat daarmee samenhangt had sprake gebracht, trok hij dus als niet geer noodig schriftelijk in. In den aanvang van de vergadering heeft sinister De Geer de verschillende sprekers antwoord en aan zijne mededeeling ont- ineD wij de volgende bijzonderheden: innenkort is de memorie van antwoord in- jake de rechtspositie der ambtenaren bij de foeede Kamer te wachten Zij kan dan nog het reces worden afgedaan. De zaak onderhandelingstarieven, waarop de oorstanders van actieve handelspolitiek leeds aandringen, wil ceze regeering lie- rer overlaten aan haar opvolgster. De Bur- :rwachten en Buitengewoon Vrijwillige andstorm zijn behoorlijk wettelijk gere ilde lichamen en als de sociaal-democra- en werkelijk niets kwaads in den zin heb- Hi, dan begrijpt de minister hun verstoord- ;id over den steun aan die helpers in bui tgewone omstandigheden niet. De Mi- ter waarschuwde tegen een te radicale rijziging in onze huwelijkswetgeving. Over ,et vrije huwelijk was hij lang zoo best niet spreken als de sociaal-democraten en hij acht er dan ook niet aan het onder welte- jie regelen te brengen. Tot de daarop volgende sprekers behoor de leider der Antirevolutionaire partij, heer Colijn, die de gelegenheid gunstig and om uiteen te zetten, dat zijn partij in bezwaar wil koesteren tegen hernieu- ring van de rechtsche coalitie, maar hij eischen op wetgevend gebied. Daartoe behoort handhaving van do ma riale macht in het huwelijk, en van de ülheid van het huwelijk, zoodat echt- heiding niet mag vergemakkelijkt worden, ferder moet opgttreden worden tegen de felheid van zeden, zich uitend in tooneel dans. Op sociaal gebied dient niet opge lden te worden met uitbreiding van het fcatsgezag, doch moet de staat als rege- optreden van wat er uit het volk zelf :tomt. Op financieel gebied moet groote ïzichtigheid worden betracht, daar groote Igaven zijn te wachten, die, vooral wan- r de verlaging van den drankaccijns ver- i§3 blijkt op te leveren, wellicht niet uit de irmale stijging der inkomsten zullen zijn te betalen. Van bezuiniging op administra tief gebied verwachtte de spreker niet veel. Onze koloniale politiek bewege zich in de richting van verdere emancipatie van In- dië. Onze buitenlandsche politiek blijve af wijzend tegenover mogelijke alliantie met andere naties. Met België mogen we komen tot een verdrag, waarbij wij onze waardig heid niet te grabbel moeten gooien en niet gaan marchandeeren. Wat onze defensie betreft wake men voor afbraak van het le ger, al staan we ook sympathiek tegenover internationale pogingen lot inkrimping van bewapening Met de rechtsche partij, die met dit programma instemt, wil de antir. partij gaarne samenwerken Lukt het niet de coalitie te doen herleven, dan zal er weer een zakenkabinet moeten optreden, dat zich dan niet binnen de neutrale zone zal kunnen houden. Nadat er uitvoerig was gerepliceerd, waarbij vooral van sociaal-democratische zijde er op werd getamboereerd, dat men een goed Katholiek kan zijn en toch de sociaal-democratische politiek kan aanhan- I gen, zijn de algemeene beraadslagingen ge sloten Morgen komt nu de Begrooting van Financiën aan de orde. De artikelen van de Ziektewet. De Tweede Kamer is heden begonnen met de behandeling van de artikelen van de Ziektewet. Daar een mensch nu een maal niet op twee plaatsen tegelijk kan zijn, hebben we heden moeten volstaan m'èü maar een paar maal een kijkje ie ne men in de vergaderzaal der Tweede Kamer, wijl wij het in de Eerste Kamer belangrij ker vonden. We hebben dê-ardoor de vurige redevoeringen van den heer Duijs ter ver dediging van zijn amendementen moeten missen, doch moeten volstaan met de mede- I deeling, dat hij de overwinning niet heeft mogen behalen. In de eerste plaats werd verworpen het amendement om den kring der verzekerden uit te breiden tot arbeiders i niet in dienst van een onderneming. Het verkreeg 26 stemmen, terwijl 60 leden te genstemden. Met 56 tegen 21 stemmen werd afgewezen een amendement van den- zelfden om elke loongreas te doen verval- len en met 48 tegen 29 slemmen om die grens van f. 3000 op f. 5000 te brengen. Laten de lezers voor heden hiermee genoe gen nemen. RECLAME. I Daar KING pepermunt I de origineeie pepermunt! I ls, heeft ze geen scherpen I I of bitteren bijsmaak, maar is ze krachtig en lekker. COLIJN. TIJDSCHRIFTEN. Nil In de Maart-aflevering haalt J. Saks Kri tische Herinneringen (op politiek gebied) op. Balthazar Veihagen begint een drama in rijmlooze verzeD De Aloïden, dat hij op draagt aan Willem Pijper. R. Houwink ver volgt zijn roman Marceline. C. de Dood schrijft Iets over Folklore en Kunst en ein digt met te vragen: Wordt het niet hoog tijd dat wij eindelijk docenten in de kunstfilo sofie krijgen en critiseert voorts de crisis bij bij 't Ver. Tooneel. Andries de Rosa voltooit in dit nummer zijn roman Parijsche Levens, A. M de Jong zijn Mijmeringen van een Godzoeker. Verder nog eenige vragen etc. 199. De meisjes uit de handwerkles loopen naar de juffrouw om te klagen, dat haar scharen verdwenen zijn, en als juffrouw Naaldendraad dan in hoogst eigen persoon zoeken gaat, vindt ze de vluchtelingen in Oesje's kastje 1 200. „Ga maar naar huis, stout kind,' zegt de juffrouw, „en schrijf me honderd strafregels uit: „Ik mag geen scharen van andere kinderen wegnemen!" Arme Oesje, sommige hand werkjuffrouwen verstaan niet het minste grapje. 9506 NEDERLAND EN BELGIE. Het Scheldeviaagstnk. Gisteren verklaarde de Belgische staats minister Sgers in den Belgischen Senaat als rapporteur van Buitenlandsche Zaken, dat er geen woord veranderd moet worden in het rapport dat van de Utrechtsche docu- monlenaffaire werd opgemaakt. België moet zijn rechten op de Schelde, de Maas en der» Rijn opeischen, indien mogelijk in overeen stemming mt Nedrland, zoo niet, dat met behulp van een internationale regeling Er moet in Nederland noodzakelijk een einde komen aan den noodlottigen geest. Spr. be toogt, dat de stroomkwe9tie voor België een levenskwestie is, en hij hoopt, dat zij builen iniernationaal verband kan Worden opge lost. Segers wijst op de onderhandelingen in het verleden, alsook op het feit, dat Ne derland dijken heeft aangelegd, die de ebbe- weging belemmeren. Het voorstel van de commissie van deskundigen noemt spr. on voldoende; het is noodig, dat de groote mo. gendheden België's rechten erkennen Er moet een nieuwe formule gevonden worden, bijvoorbeeld als die in de Dopau-kweslie. Wij hebben tien jaar geduld geoefend, roept spr. uit, doch Nederland wil geen inschik kelijkheid toonen. België heeft nooit de sou- sereiniteit op de oevers opgeëischt, doch wil aan den anderen kant niet zijn huissleutel afgeven 1 Spr. verlangt een kanaal van Ant werpen naar den Moerdijk. da,ar het Rijn- verkeer voor België met 30 pCt. is afgeno men. terwijl het voor Rotterdam verdrie voudigd is; bovendien duurt de reis Rotter damDordrecht drie uren, Antwerpen Dordrecht drie dagen! Indien er geen op lossing gevonden wordt, moet België scha devergoeding vragen. Behalve de Schelde- en de Rijnkweslie is ook de Maaskwestie onbevredigd: het kanaal LuikMaastricht loopt gedeeltelijk over vreemd gebied Ten slotte zeide Segers, dat een permanente commissie de documenten-affaire moet on derzoeken. De houding van Beelaerts van Blokland noemde spr. een ontgoocheling. Ten behoeve van den internationalen vrede hoopt Segers op een beter inzicht van Ne derland en minder zelfzucht. DE DOCUMENTEN-HISTORIE. DE KOLONIALE TENTOON STELLING TE PARITS. Op vragen van het Tweede Kamerlid, mevr. BakkerNort of de minister het niel wenschelijk acht nog eenige vrouwen te be noemen in de Nederlandsche commissie voor de koloniale tentoonstelling te Parijs in 1931 heeft de minister van koloniën ontkennend geantwoord. Huiszoeking bij Ward Hermans' secretaresse. Naar wij vernemen, heeft de Belgische politie bij de secretaresse van Ward Her mans te Brussel een huiszoeking gedaan, waarbij zij geheime documenten, i.z. de mo bilisatie van het Belgische leger in beslag nam. Hel nader onderzoek der stukken, ten huize van de secretaresse van Ward Her mans gevonden, heeft aan het licht ge bracht, dat het hier documenten betreft, die uit het Belgisch ministerie van Oorlog afkomstig zijn, en welke handelen over de mobilisatie van België in geval van een oorlog. Naar de politie mededeelt, zijn de geheime stukken door diefstal in het bezit van Ward Hermans gekomen. De moge lijkheid bestaat, dal deze documenten de zelfde zijn als die het Utrechtsch Dagblad destijds publiceerde. VERWARMING EN VERLICHTING in RAADHUIZEN Antwoord op vragen van den heer Polak. Op de vragen van het Eerste Kamerlid dc-n heer Polak, betreffende de verwarming en verlichting van raadhuizen hebben de ministers van onderwijs, kunsten en weten schappen en van binnenlandsche zaken en landbouw geantwoord I. De ondergetekenden achten een onder zoek naar de wijze van verwarming en verlichting in raadhuizen van geschiedkun dige of bouwkundige waarde gewenscht en zijn ook gaarne bereid dit in te stellen. Zij vragen zich zelfs af, of het zich mag be perken tot de bovenbedoelde gebouwen. Het komt hun aanvankelijk voor. dat het zicrv ook behoort uit te strekken tot andere raad huizen met het oog op de belangrijke ar chieven, welke daarin plegen te women be waard, en wellicht nog tot andere gebouwen voor den openbaren dienst. II. Wanneer een onderzoek als onder I. bedoeld, de wenschelijkheid mocht aan- loonen van beschermende maatregelen, dan zal, naar het ondergeteekenden voorkomt, artikel 1 der wet van 13 Januari 1923 (Staatsblad no. 9), houdende nadere voorzie ningen ter voorkoming van brandgevaar voor gebouwen en getimmerten, het mogelijk maken die te treffen. De algemeene maat regel van bestuur, die ter uitvoering van die wet is vastgesteld bij Koninklijk besluit van 30 December 1924 (Staatsblad No. 620), zou dan aangevuld kunnen worden. INVOERRECHT OP VOLBLOEDPAARDEN. Op vragen van het Tweede Kamerlid, den heer Van Rappard of de regeering reeds slappen gedaan heeft bij de Duitsche re geering om het invoerrecht op warmbloed- paarden verlaagd te krijgen, heeft de mi nister van financiën geantwoord: I Het met Duitschland op 26 November I 1925 gesloten Douane- en Credietverdrag I blijft tot 31 December 1932 van kracht Dat het aan het einde van dit joar zoude moeten i worden verlengd, is derhalve niet juist Wel kan, van 17 Maart a.s. af, Duitschland art. I met bijlage te allen tijde met een termijn van 6 maanden opzeggen, maar er is op dit oogenblik geen reden om aan te nemen, dat Duitschland van dit recht gebruik zal maken. Mocht Duitschland daartoe echter toch overgaan, dan zal het, ingevolge art 4 van het verdrag, tijdig met de Nederlandsche Regeering in onderhandeling moeten treden, ten einde de tariefsposten. welker strekking aanleiding tot de opzegging hebben gegeven, door andere gunsten op het gebied van het douanetarief te vervangen. Voor de Nederlandsche Regeering kan in deze regeling van de opzegging van het ver drag uit den aard der zaak geen aanleiding worden gevonden om stappen lot verlaging van invoerrechten bij de Duitsche Regee ring le doen. Inlu9schen zal, zoodra de omstandigheden daartoe gunstig worden geacht, een verla ging van het inderdaad abnormaal hooge invoerrecht op warmbloedpaarden opnieuw bij de Duitsche Regeering worden bepleit. ORANTE NASSAU'S OORD. Eervol ontslag van den geneesheei-directeur, i Dr. A. Bakhuysen Schuld, geneesheer- directeur van het sanatorium Oranje Nas- saus Oond, heeft om gezondheidsredenen i tegen nader va9t te stellen tijdstip ontslag I gevraagd. De Koningin-Moeder heeft hem dit onlslag op advies van den Raad van Commissarissen der Stichting op de meest eervolle wijze verleend onder dankbetuiging voor de vele en langjarige diensten, in die functie bewezen. RECLAME. Ruwe Huid 9515 aar het Engelsch van J S FLETCHER door Mej. A. T. ..Zulk een lijst bevat zeker de namen van •^ele beroemde leidsters en sieraden der ï'oote wereld?" vroeg de wettelijke ambie er, die Eva op aangename, rustige manier hervroeg „Er slaan zeker de namen op ,Jn zeer bekende dames?" -0 ja, allen zeer bekende dames van de Jtoile wereld," antwoordde Eva. „Onze [«iènlèle was zeer exclusief." •0 weer niet. dat een van deze menschen vijandschap tegen madame Charles ^terde ^v'a schudde verwonderd het hoofd. ..In ieder geval niet voldoende, om Jtird te waarborgen? Nu, ik meen, dat;u zaak van madame Charles naar Pa jong den dag voorafgaande aan dif on- I bil waarnaar wij nu een onderzoek instel- b. 'c IJ?' u was nog niet teruggekeerd toen het ■Keurde, geloof ik?" was op de terugreis, toen ik er van H antwoordde Eva. „Ik las het be- l'^lin The Thimes" l'fid S Z0l*e ^us uw re*9 n'e* voor*- JJj 8'&g voorloopig," antwoordde Eva ■•^vuldig een antwoord herhalend, dat Jimmie haar had voorgezegd, „bij een vrien din, juffrouw Trickelt, in St. Margaret's Bay logeeren. Daar alle9, wat ik in de South Molton Street had. verbrand was, leek me dit het beste, wat ik doen kon." „Juist. U was natuurlijk zeer verbaasd, deze slechte tijding omtrent madame Char les en haar huis te hooren?" „Heel, erg verbaasd ik vond het af schuwelijk!" „U weet niet, dat zij vijanden had?" „Neen. dat weet ik zeker niet." „Had zij veel vrienden? Vrienden, die haar kwamen bezoeken?" „Slechts een paar," „U kunt zeker wel een lijst maken, van hun namen, ik, of de politie zal u vragen, een lijst te geven met de namen van de per sonen. die madame Charles kwamen bezoe ken en een andere lijst van de klanten. Voor het oogenblik wensch ik u slechts eeu paar vragen te doen. die van belang zijn. Weet u, of madame Charles veel contant geld had in het huis in de South Molton Streel?" „Ik weet zeker, dat zij dit niet had," ant woordde Eva beslist. „Weet u iets omtrent haar geldzaken?" „Ik weet, dat rekeningen van haar klan ten gewoonlijk tweemaal "'sjaars binnen kwamen, in het voorjaar en in hef najaar, en dal zij in die tijden veel geld naar haar bank bracht Wat haar uitgaven betrelt. weet ik, dat zij aan het einde van iedere maand genoeg geld van de bank haalde voor I de uitgavpn der maand." „Heel goed Nu komf nog een gewichtige vraag Weel u. of'madame Charles de ge woonte had geld aan haar dames-klanten te leenen?" „Geld te leenen?" riep Eva uit. „Nu ja, tijdelijk. Heeft u er ooit van ge hoord heeft zij ooit met u er over gespro ken, dat zij aan een van haar klanten geld leende?" Eva schudde zeer beslist het hoofd. „Nooit!"' antwoordde zij. De man van de wet had niet9 meer te vragen; de coroner verdaagde de zittingen voor een week, en Eva ging van het getui- genbankje terug naar juffrouw Trickelt en Jimmie. Zij was nog hoogst verbaasd over de laatste vraag, die haar gedaan was. „Wat bedoelde hij toch?" vroeg zij. „Oh!" antwoordde Jimmie nadrukkelijk, „meer dan oppervlakkig leek, Nu, dat is voorbij en het was nogal niet heel erg. We zullen nu kalm thee gaan drinken." Hij bracht zijn dames naar zijn eigen ka mers, waar hij schikkingen getroffen had, dat zij dien nacht zouden logeeren. Hij wil de niets meer hooren over de zaak van Char les of die van Parijs. Hij gaf zich alle moeite, haar bezig te houden hij koos met alle zorg een diner voor haar uit, daarna nam hij haar mede naar een schouwburg en bracht haar naar een loge Toen dit gedaan was, verontschuldigde hij zich voor een uur. daar na beloofde hij terug te komen. Toen Jimmie buiten den schouwburg was haastte hij zich naar de kamers van Packe, hij was al laat voor de afspraak, die hij ge maakt had Parke's zitkamer binnen komen de. vond hij er Scraye hij en Packe waren verdiept in de avondbladen Jimmie raaddo, met juistheid, dat zij het verslag van het onderzoek lazen Plotseling kreeg hij een gedachte: het uit zijn zak haiende, hield hij hun het stukje papier voor, dat hij in den kachel gevonden had. „Kent een van je beiden dit schrift?" vroeg hij. Het volgend oogenblik wist Jimmie, dat het schrift herkend was: zijn onverwachte en plotselinge vraag had een zeker ant woord gekregen. HOOFDSTUK XXII. De boodschap uit den schouwburg. De herkenning was van Scraye. Hij had het stukje papier uit Jimmie's hand geno men met klaarblijkelijke schrik en verba zing. Jimmie. die hem scherp aankeek, zou hebben durven zweren, dat hij op het punt was te zeggen, dat hij de hand kende. Maar even plotseling veranderde de uitdrukking in zijn oogen en op zijn lippen voor die van onverschilligheid! het leek wel, alsof een masker plotselingover een gezicht getrok ken werd, om te verbergen wat op dat oogenblik beter niet getoond werd. Het was alles in een ondeelbaar oogenblik gebeurd maar Jimmie wist, dat zijn eerste gevoel juist was. Hij was er zeker van, dat Scraye de hand herkend had, en plotseling besloten had, die herkenning voor zich zelf te hou den. Dit tweede feit werkte mee, om Jimmie een besluit te doen nemen op een punt, dat hij tot dusver onbeslist had gelaten. Hij was het niet met zich zelf eens geweest, of hij deze twee vertellen zou van zijn laatste ont dekkingen. Scraye's handelwijze met betrek king tot het stukje papier deed hem beslui ten, om te spreken Hij moest weten, waar om Scraye deed alsof hij de hand niet ken de. en hij moest het op zijn eigen manier zien te weten te komen Hij richtte zich tot Packe. die op zijn beurt het papier in zijn handen had geno men en het nieuwsgierig bekeek. „Ken je het Packe?" vroeg hij. Packe schudde het hoofd en gaf het pa pier terug. „Neen," antwoordde hij, „ik zie alleen, dat het een hoekje van een blad briefpapier is en dat het met die groot? forsche letters beschreven is, zooals veel vrouwen tegen woordig schrijven. Wat is er mee?" „Ik zie nog meer dan dat," zei Jimmie. „Ik zie een deel van een datum, en een deel van een' adres." Packe nam het 9lukje papier weer op en bekeek het vnj onverschillignham Manor," zei hij. „Nu, me dunkt, dat dit op een massa buitenverblijven slaan kan. Laat me eens zien ik kan er verscheidene op noemen Ja. Aldenham Manor, Goodenham Manor, Wickenham Manor Gherrenham Manor, dat zijn alle beslaande buitenverblij ven, enham is een zeer algemeene uit gang." „Welke beteekenis hecht je aan dit stukje papier, Trickelt?" vroeg Scraye, half on verschillig. Is hpt een sleutel voor iets?" „Misschien, en misschien niet." antwoord de Jimmie, een stoel tusschen hen in ne mend „Ik zal jelui vertellen, hoe ik het gevonden heb; ik zal jelui alles vertellen, wal ik gedaan heb, sedert wij in Dover van elkander gingen." „Zoo. je hent dus doorgegaan met de zaken?" zei Scraye. „Ik ben met de zaken doorgegaan antwoordde Jimmie vroolijk. Hier komt het verhaal er van Luistert maar." De twee mannen luisterden iA stilte, tot dat Jimmie aan het eind van zijn verhaal kwam, nu en dan keken zij elkander aan. Scraye was de eerste, die sprak, nadat Jim mie geëindigd had. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 9