let Fransch-Belgisch
geheim militair verdrag.
DE OOLIJKE OESTERFAMILIE.
GEHEIMZINNIGE
GENOOTSCHAP.
Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 7 Maart 1929
Derde Blad
No. 21159
KERK- EN SCHOOLNIEUWS.
FEUILLETON.
Het U.D. bereid tot bevordering van een onderzoek.
Nieuwe wending in België met Frank Heine.
VERKLARING VAN HET U.D.
led Utr. Dagblad van gisteravond bevat
lrolgende verklaring:
|\aar aanleiding van de. door het bestuur
^den Nederlandschen Journalistenkring
knen resolutie verklaart onze hoofd-
cüe:
dat zij bereid is. en van het eerste
Loblik waarop zij hare publicaties aan-
i? bereid i» geweest, voor zoover dat maar
Xiszins in haar vermogen ligt, hare
(«verkhig te verleenen tot een onder-
li oaar het door haar gepubliceerde docu-
waarvan de echtheid voor haar vast-
[t maar waarvan de echtheid door
ren betwijfeld is;
dat zij echter vóór de vergadering van
Kringhestuur werd gehouden, ambts-
|re kenni9 droeg van den inhoud der
Irrlaïidsche Rcgeeringsverklaring, waarin
medegedeeld, dat de Regeering van
uak op de hoogte wa9, en van de door
I heer D J van Beuningen. den verwer-
I ran hel stuk, in de ..Nieuwe Rotter-
sche Courant" gepubliceerde verklaring,
fcbii deze zich bereid verklaarde tot het
(«werken aan een onpartijdig onderzoek,
hij en de Hoofdredactie met hem,
it dat overleg met de Regeering noo-
X
i dal zij de meening is toegedaan, dat
k mogelijkheid tot een onderzoek bij de
instantie is opengesteld, het niet
j een onjuiste weg zou wezen, indien
fcch thans eenige andere instantie mede
fcide. maar het zelfs van een gemis
(deferentie tegenover de bevoegde over-
liou getuigen, deze zaak bij eenige
[üe instantie voor te brengen;
i dat zij om deze reden zich niet ge-
lijd achtte, aan de uilnoodiging van het
pjbestuur gevolg te geven, en zich daar-
«k thans niet gerechtigd acht;
dat zij met verwondering heeft kennis
sen van de zinsnede, waarin het
bestuur afkeuring omtrent hare hou-
Jleeennver het bestuur harer organisa
tie kennen geeft.
j dal zij. evenals het Kringbestuur. van
JM is dat het uitbannen van alle kiem
|islernalionaal wantrouwen noodzakelijk
urzij juist uit dien hoofde, teneinde de
rationale sfeer van geheime bedreigin-
|i« zuiveren, bare publicatie heeft onder-
WENDING TE BRUSSEL.
iert Frank-Heine is gisteren in den
Inn den avond op vrije voelen gesteld.
invrijheidstelling had plaats op bevel
procureur des Konings en wordt
itterd als volgt: Albert Frank was
iden wegens vervalsching van het
n on een paspoort, welke materieele
fcshler niet voldoende is om hem in
Ie houden Anderzijds werd Albert
koog beschuldigd van het maken van
^documenten. Waar hij echter bekent
hervalsching te hebben gepleegd is
eakele rechtsgeldige' reden meer aan
kom hem nog langer in hechtenis te
oen wordt hij dan ook in vrijheid ge-
I Onmiddellijk nadat Albert Frank de
penis had verlaten begaf hij zich naar
pJiclitbureaux van verschillende Brus-
p bladen. Aan de redac'ie van de
pre Heure stelde hij voor hem een in-
p af te nemen Hij werd echter zonder
pen uitleg aan de deur gezet.
jLeSoir had hij natuurlijk meer 9uc-
I lood at heden in dit blad zeer waar-
pijir van hem een omstandig verhaal
'enchiinen.
W I? thans een uitgemaakte zaak. aldus
(Ld." dat het interview Zondag jl door
ISoir gepubliceerd, door Frank Heine
zelf werd geschreven, maar door een ande
ren persoon, geen journalist echter, die
nauwe betrekkingen mei hem onderhield,
persklaar werd gemaakt. Frank Heme verhel
eerst Zaterdagochtend België met den trein
die te 8.15 uit Antwerpen vertrekt met be
stemming Amsterdam. Hij reisde in den
derde klas coupé en vertelde aan een mede
reiziger. een Vlaming, die een in Nederland
verblijvend familielid ging bezoeken en hem
niet kende, dat hij wel degelijk aan de echt
heid van het te Utrecht gepubliceerde docu
ment geloofde Later, na zich voorgesteld te
hebben als zijnde diplomaticus, vertelde hij
dal hij zich naar Nederland begaf om te
trachten een foto van het document in han
den te krijgen. Deze foto was bestemd om
Zondag jl in het Brusselsche blad Le Soir
te verschijnen. Frank werd te Amsterdam
in het station door twee mannen opgewacht.
Toen hij er niet in 9lagtn mocht een foto
van het gepubliceerde document te bemach
tigen. zal hij wel besloten hebben het exem
plaar. dat echter 's avonds bij zijn arrestatie
in zijn bezit werd gevonden en in beslag ge
nomen, en waarvan de tekst eenigszins af
wijkt van het Ulrechtsch document, aan Le
Soir te bezorgen.
Frank-Heine blijkt aan den rechter van
instructie te hebben verklaard, dat hij het
Utrechtse he document zou hebben samen
gesteld in samenwerking mei twee ambte
naren van de Belgische militaire recherche.
Het klad zou hij ook nog aan hun goedkeu
ring hebben onderworpen. Het is in verband
met deze verklaring, dat een tweede onder
zoek werd ingesteld en naar gisteren, in of-
ficieele kringen werd verzekerd, heden of
morgen reeds sancties tegen tenminste twee
ambtenaren van de militaire recherche en
ook nog een luitenant-kolonel, die behoort
tot het departement van Landsverdediging,
zullen worden getroffen.
Deze luitenant-kolonel is niet de kabi
netschef van den minister van Landsver
dediging. zooals men uit een. in het Parij-
sche blad L'Oeuvre verschenen bericht zou
hebben kunnen vermoeden. In politieke en
journalistieke kringen baarde het heel wat
verwondering, dat de regeering het niet rioo-
dig heeft geoordeeld een recti ficeerende of
verklarende nota aan de peps te verstrekken.
De zaak Frank Heine gaat dus de richting
op van een politie-schandaal. Deze nieuwe
wending heeft heel wat sensatie verwekt.
WARD HERMANS.
"Wat "Ward Hermans betreft, staat vast,
dat hij zich in Nederland bevindt. Hij hlijkt
echter eerst Zondagmiddag België te heb
ben verlaten Vandaag komt de Vlaamseh
Nationale partijraad bijeen om een be
sluit te nemen inzake zijn candidaluur
voor de Kamerverkiezing le Mechelen. Ver
zekerd wordt. dat. als Hermans geen vol
doende opheldering mocht hebben verstrekt,
de Vlaamsche Nationale partijraad hem niet
langer zal kunnen dekken, en tot de intrek
king zijner candidaluur zal overgaan.
HET ONDERZOEK VAN „LE SOIR"
IN NEDERLAND.
Le Soir meldt nog eenige bijzonderheden
betreffende de enquête door dit blad in Ne
derland gehoudpn. Het deplt thans nog
mede. dat Frank Heinè Zaterdag in een ho
tel in de Kalverstraat te Amsterdam een
Duitschen agent zou hebben ontmoet en
beiden bij het verlaten van het hotel, bui
ten hun medeweten, zouden'zijn gefotogra
feerd. Le Soir stelt de vraag of de in het
bezit van Frank Heine gevonden 3om niet
veeleer de prijs zou zijn van een ander do
cument. dat hij ook nog tp Amsterdam zou
hebben verkocht, dan van het in Le Soir
verschenen interview. Blijkbaar is het het
187. De jongens in den boom stellen het ook niet al te best.
Otto verloor op een zeker oogenblik zijn evenwicht en plofte
uit den boom naar beneden Oscar viel óók van den schrik,
maarhij bleet aan een punt van zijn broek hangen. O, o,
hoe lang zal die slot houden?
188. Maar niemand heeft erg in den armen jongen want er
is inmiddels iets veel ergers gebeurd: terwijl de heele familie
in angst uiteen vluchtte, heeft het onbewaakte kampvuur om
zich heen gegrepen Hoog laaien de vlammen opeens op. O, o,
wal zijn allen nu verschrikt.
Brusselsche blad er om te doen verzachten
de omstandigheden te pleiten voor de zon
derlinge rol welke het in deze zaak heeft
gespeeld.
De zich in Nederland bevindende mede
werker van deze courant beweert ook 'nog
dat Frank Heine hem zou hebben verklaard,
de vorige week Dinsdag de interpellaties
Vos en van Cauwelaert in de Belgische Ka
mer in gezelschap van Ward Hermans te
hebben bijgewoond. Dit detail is onjuist,
Ward Hermans bevond zich tijdens de in
terpellatie op de perstribune waar hij met
verschillende Belgische journalisten heeft
gesproken.
„LE SOIR" OVER DEN HEER
VAN BEUNINGEN.
Le Soir tracht ook nog op den heer van
Beuningen allerlei verdenkingen te laten
vallen. Publicatie van het Ulrechlsche
document zou. volgens een verklaring door
den man van Le Soir in Nederland in de
mond van een natuurlijk niet beslaand
Nederlander gelegd, niets anders zijn dan de
voortzetting van de campagne tegen het
Nederlandsch-Belgisch verdrag, welke, zegt
het blad, geleid zou zijn geweest door
con Duilsch-Nederlandsche clique, met den
heer van Beuningen, vertegenwoordiger
van de Steenkolenhandelsvereeniging te
Rotterdam, aan het hoofd.
De heele zaak, aldus de simplistische
voorstelling V3n le Soir, komt neer op een
concurrentiestrijd tusschen Rotterdam en
Antwerpen.
Aan deze zoogenaamde onthullingen van
Ie Soir wordt hier echter, eindigt het ..Vad."
door geen enkel ernslig mensch eenig be
lang of geloof meer gehecht.
HET „U. D." OVER DE REGEERINGS-
VERKLARING.
In eeh verklaring over de regeeringsver-
klaring zegt het „U D:" hedenmorgen:
De Regeering deelt voor het eerst, als
nieuw feit mede, dat de Minister-President
en de Minister van Builenlandsche Zaken
de publicatie in hooge mate betreurden, en
dat zij van die publicatie „een schadelijke
werking" verwachtte.
Wat heeft de Regeering gedaan, zoo
vraagt het Nederlandsche volk, om die
schadelijke werking te voorkomen? Niets
Wat had zij kunnen doen. om die scha
delijke werking te voorkomen? Gebruik
maken van de juist daartoe te harer be
schikking gestelde organen. Immers, aan
het Ministerie van Buitenlandsche Zaken
is een bizondere pers-afdeeling, waarvoor
de Volksvertegenwoordiging -aan de Regee
ring jaarlijks de noodige gelden ter beschik
king stelt. Het doel dier afdeeling is o.a.
juist contact te zoeken en te houden met de
pers, ten einde, in 's lands belang, de goede
samenwerking van Regeering en pers te
bevorderen.
Niets was natuurlijker geweest, dan dat
de Regeering, die, blijkens hare verklaring
wist dat de publicatie in ons blad zou ge
schieden, aan ons blad een wenk had laten
geven, dat zij van die publicatie voor het
land een schadelijke werking verwachtte.
Die wenk is uitgebleven. Waarom dan heeft
de Regeering nagelaten, wat zij had k u n-
nen doen? Omdat zij, zoo verklaarde zij,
.overtuigd" was ,,dat geen ingrijpen van
de regeering, publicatie had kunnen voor
komen."
Die overtuiging steunde op niets. Ook al
zouden wij onthouding der publicatie in
strijd hebben geacht met onze opvatting
van 's lands belang, eene waarschuwing
van de Regeering hadde, wij zeidert dat
reeds, publicatie in ons blad voorkomen.
En indien de Regeering nu van meening
is, dal zulk een wenk niet ware gevolgd?
De Regeering is verplicht dit is haar
taak schade voor het volk te voorkómen,
doch slechts voor zooveel dat in haar macht
ligt. Heelt zij gedaan wat in haar macht
ligt, dan gaat zij vrij uit. Daarom had zij
juist indien zij overigens zonder den
minsten grond meende, dat het „U. D."
haar wenk in den wind zou slaan, dien
wenk behooren te geven. Hoe ontzaglijk
sterk zou zij thans tegenover Europa en
tegenover het Nederlandsche volk staan, in
dien zij kon aantoonon, onze hoofdredactie
tegen de schade der puhlicqtie te hebben
gewaarschuwd. Die waarschuwing zou hare
zedelijke verantwoordelijkheid hebben ge
dekt, en zou ons vonnis geweest zijn.
En zelts wanneer die waarschuwing niet
zou zijn opgevolgd, zou de mededeeling
daarvan aan de overige pers. heel wat
beter dan vragen te Brussel en Parijs de
„schadelijke gevolgen" van de publicatie
tot een «minimum hebben herleid 01 meent
men, dat de Nederlandsche pers onze pu
blicatie zou hebben ondersteund, zoo de
Regeering hoe dan ook haar had in
gelicht, dat zij de publicatie schadelijk
achtte?
Dit artikel heeft in geen enkel opzicht de
bedoeling onze verantwoordelijkheid af te
wenden van eigen schouders En te minder
gevoelen wij ons daartie geneigd, omdat
onzes inziens de publicatie geen schadelijke
maar zuiverende gevolgen heelt gehad.
Maar nu de Regeering ons het ongegrond
verwijt naar het hootd slingert, dat hare
waarschuwing niet zou hebben gebaat, nu
meenen wij er op te moeten wijzen, dat in
zulke hoogst ernstige aangelegenheden als
deze, de methode van contact zoeken door
de overheid met de pers, geen onverschil
lige zaak is, en de verantwoordelijkheid die
het betrokken persorgaan welbewust op
zich neemt, aan de Regeering niet het reeht
geelt, om. naar eene uitdrukking van Beets:
„te doen door te laten".
NED. HERV. KERS.
Beroepen: Ta N ejw-We?r''inge, J.
Wceldeiink te Hoornaar Te Ba.k (toez.),
A. W. Feetistra te Lollum Te Oldehovi
(toez.), J. H. Smit Sibinga te Nieuwkoop
Te Niéuw-Stadskanaal, J. Steenbeek te N(je-
Laske Te Surbuisterveeo, P. Brakman
cand. te Hilversum.
Aangenomen: Naar P.ijswqk (Z.H.),
J. D. v. d. Veen te Den Helder Naar
Ransdorp en Schellingwoude, G. W. E. Hu»
gerboltz, cand. te Utrecht.
Bedrukt: Voor Zuiderwoade (N.H.) (toez.J.
G. W. E. Hugenholtz, cand. te Utrecht.
GEBFF KERKEN.
Eeroepen: Te Twrjzel, F. Scholtan
card, te Almelo.
GEREF. KERKEN IN H. T.
Peroepen: Te Leeuwarden ,dr. N. D.
van Leeuwen te Harkema-Opemde.
REM. GEREF. GEM.
Aangenomen: Naar Zwammerdam,dn
A. G. Günther van Doesburg.
SCHOOLRAAD
SCHOLEN MET DEN BITBEL.
bp den schoolraad voor de scholen met den
ttjbel zi.n thans blijkens bet jaarverslag 1928
aangesloten 1561 Prol. Ohr. scholen, w.o. 14
itweekscnolea en 8 scholen, voor voorber. I.aw
Bp bet Hulpfonds voor geweigerde Hijks-
«i gemeentelijke bijdragen aan scholen mal
den Bijbel zijn 282 scholen met 1149 leers
i krachten aangesloten. Voor't examen schools
j raad slaagden 152 personen, waarvan 49 vr.
De commissie voor gewi.ee gesclti..en moest
ir één zaak uitspraak doen; do commissie
voor keikelïjke geschillen nad geen enkele
zaak te behar.de.en. De commissie ran b>
roep moest in vier gevallen uitspraak doen.
De schoolraad ontving aan coairibntie
1. 22.676,28»/, cn heeft een batig kaldo van
1.9367,92.
DE LEIDING DER RITKS-
KLINIEK TE UTRECHT.
De Minster van Onderwijs, Kunsten ra
Wetenschappen heeft de commissie welke
was ingesteld met opdracht een onderzoek
in te stelien naar de klachten met betrek
king tot de leiding van de heelkundige en
vrouwenklinieken te Utrecht, ter kennis vaa
de Regeering gebracht, en met verzoek over
hare bevindingen verslag uit te brengen out-
hnr.üon, met dankbetuiging aan den voor
zitter en de overige leden voor de door hen
verrichtte werkzaamheden.
bel Engdsch van J S FLETCHER
door Mej A. T.
find, dat hel veel beter is op deze
lt werk le gaan, mijnheer, dan dat
r_K' Tricked plotseling zou merken
dal anderen zouden merken, da!
slachtoffer van een mes of revolver
J gorden," antwoordde de detective.
■•Guideiijk tenminste voor mij dat
Tde«en voor niets, niets staan."
I «aki dus. dal deze bende of syndi-
l?an heeft, haar operaties voort te zet-
ïroe2 Scraye.
hel spel is te voordeelig om het
.tevenantwoordde Schmidt. „Er zal
1Mjnlijk ppn tijdperk van rust in Je
rjjicn intreden, na deze episode, maar
er weer handelend opgetreden
Is «u kan zij geen openhaarheid
j 'erlangt" hier wendde Schmidt
l een half spotzieken glimlach tot
J* ..ik herhaal, zij verlangt zeer
■iL m'inheer Trieketl niet trachten
Ljer door le dringen in haar daden.
T;5 stond van de tafel op.
fcT00!. dat hel goed is wat mijnheer
zeide hij. ..Het is het beste,
ng de zaken aan de politie
ij zullen zien wat daarvan
„Er zal iels.komen van den. moord op die
vrouw zei Packe „Er moet iets van ko
men Men kan geen menschen zoo koelbloe
dig vermoorden, zonder
Jimmie hield plotseling op met fluiten en
stond in. eens van zijn stoel op.
„Zoo?" zei hij. „Dil is dus alles? Dat is
het wat ge het beste vindt? We moeten de
zaken op haar beloop laten, hé? Je zult dus
naar Parijs teruggaan. Schmidt, en daar je
werk doen. en de Londensche politie doet op
eigen gelegenheid het hare? Zoo moet ik
het begrijpen, nietwaar? Ik wil het alleen
maar duidelijk hebben."
„Het schijnt het verstandigste," zei
Scraye. „Laten wij afwachten. Ér zullen wel
afwikkelingen komen. Laten wij wachten
en opletten. Een of ander toeval kan op eens
die lieden in onze macht brengen. Ik zal
alles wat ik weel. geheim houden, en jk s'a
borg voor mijn mede-slachtoffers. Zij weten
niet. wat ik nu wept. ïk - zal hun niets zeg
gen. Wij zullen wachten en. zooals u zeide,
opletten Ik ben- er zeker van, dat dit hel
beste is
Jimmie keek Scraye met een zonderlinge
raadselachtige uitdrukking aan. Zwijgend
keerde hij zich van hem naar Packe. En
Packe sehriktf op zich op eens iels te bin
nen brengend wat hij tot nu toe had ver
geten.
„Oh!" riep hij uit. „Vergeten wij niet le
jonge dame. die nu bij Trickplt's tante is?
Wal zal er van haar worden? Triokelt zegt,
dal zij feitplijk dakloos door deze geschiede
nis wordt Zij woonde hij die madame Char
les in de South Molton Street Daardoor is
alles wat zij had. vernield, vermoed ik Het
is een ellendige toestand. Er moet iels ge
daan worden
„Dank je Packe," zei Jimmie. „Maar die
zaak is in orde. Mijn tante zal voor haar
zorgen En mijn tante is een vrouw mpt mid
delen en nog iets meer gezond verstand
en vastberadenheid Zooals ik zeg. is juf
frouw Walsden goed bezorgd. Inlusschen
dank ik je» dat je er aan gedacht hebt,
kerel".
Scraye keek Jimmie onderzoekend aan.
„Je stelt heel veel belang in die jonge
dame?" vroeg hij kalm.
„Zooveel." antwoordde Jimmie, „dat ik
plan heb met haar .te. (rouwen -r- als zij mij.
hebben wil. Het is wel wal voorbarig er nu
al over te spreken, maar ik vertel het, opdat
je" begrijpen zult. hoe de zaken staan.
„Dan," zei Scraye. „geloof ik niet, dat
er veel meer te bespreken valt. Behalve dit
je zult er aan denken, Trickett, dat ik
mijn aandeel wil hebben in de onkosten, die
gemaakt zijn mijnheer Schmidt, bijvoor
beeld
„Goed goed," zei Jimmie haastig.
„Laat dat aan mij over tenminste voor
het oogenblik Schmidt en ik mopten nog
even samen praten Keert ge beiden nu da
delijk naar Londen terug?"
„Ja. nu dadelijk,' antwoordde Scraye,
„en jij?"
„Van avond, nadat ik de dames veilig
naar huis gebracht heb," antwoordde Jim
mie. ..Ik zal je beiden morgen wel spreken.
Inlusschen hij wendde zich tot Packe
„tracht allps wat je kunt. te welen te ko
men omtrent die zaak in de South Molton
Street, wil je?"
„Waarom?" vroeg Packe.
„Om particuliere redenen." antwoordde
Jimmie Hij ging met hen dp kamer uit. gaf
Kenlover enkele bevelen en keerde daarna
naar den detective terug. „Nu, Schmidt,"
zei hij. is er iets, dal je te zeggen of voor te
stellen hebt?"
„Dit." antwoordde Schmidt. „U moet be
denken. dat juffrouw Walsden in dat huis
in de South Molton Street gewoond heeft.
Zij is de onschuldige overbrengster geweest
van de gestolen zaken van Londen naar
Parijs waarschijnlijk niet een- of twee
maal, maar heel dikwijls. Zij moet ver
trouwd zijn geweest met sommige der lie
den. die in deze zaak betrokken zijn. want
zij bezochten ongetwijfeld die zaak in den
vorm van klanten."
„Die lieden zullen bang zijn. dat juffrouw
Walsden inlichtingen zal geven." ging de
detective voort. „Zij weten, dat zij heel veel
inlichtingen geven kan. Zij kan namen,
data, bijzonderheden noemen, die haar mis
schien onbeduidend lijken, maar voor hen
van zeer groot belang zijn eri voor ons
ook. Zij zal zeer zorgvuldig bewaakt moeten
worden."
„Dit heb ik." zei J'pmmie, „vanochtend al
tegen haar en mijn tante gezegd Zij begrij
pen heiden den toestand volkomen. Juf
frouw Walsden heeft mij beloofd, dal zij niet
zonder mijn tante uit zal gaan. En zoonis
ik reeds meet.dan eens-gezegd heb, is mijn
tante een zeer verstandige vrouw De plaats,
waar zij woont, is stil en afgelegen. Als zij
eenmaal daar is. geloof ik. dat juffrouw
Walsden veilig zal zijn. Maar hoe «taal het
mei die menschen. die ons nagaan zooals
je denkt. Schmidt? Heb je iets omtrent hen
ontdekt?"
„De vrouw, die er als een Amerikaan-
sche uitziet Is reeds naar Londen vertrok
ken." antwoordde Schmidt. „De man is hipr
gebleven om een week golf te spelen Dat
hoorde ik hem gistprenavond in de rook
kamer afspreken. Ik geloof, dat hij is, wat
hij schijnt te zijn een man. die voor zijn
plezier leeft. Aan de vrouw twijfel ik nog.
Zij is echter weg."
Jimmie liep intusschen de kamer op en
neer.
„Nu, ik weet niet, dat wij nog iets meer
kunnen doen," zei hij, eindelijk stil blijvend
staan bij den stoel van den-detective. „Maar
jij Schmidt wal zal jij doen? Ik bedoel
daarginds?"
Schmidt haalde zijn schouders op.
„Hel is moeilijk., die vraag te beantwoor-
den, mijnheer Trickett," antwoordde hij. „Dd
voor de hand liggende dingen zijn erget
dan nutteloos."
„Zooals?" vroeg Jimmie.
„Bijvoorbeeld, te zoeken naar den man,
dien u kende ais monsieur Charles. Hij was
waarschijnlijk a! goed en wet uit Parijs wpf
voordat wij het waren Ook. om te zoeken
naar de drie vrouwen, die in het huis in de
Rue de la Paix woonden. Zij zitten waar
schijnlijk ook veilig en wel in Bretagne, o!
de Gironde of de Hautes Pyrénée's". ant*
woordde Schmidt, met opzet verafgelegen
plaatspn noemend. „Neen, neen. wat gewoon
voor de hand ligt. kunnen wij in dit geval
niet gebruiken! Mijnheer, als ik mijn zin
deed, weet u. waar.ik dan de oplossing van
deze geheimzinnige zaak zou zoeken?"
„Eerlijk gezegd, neen!" zei Jimmie,
„Waar?"
Schmidt maakte met zijn rechterhand e*n
gebaar naai de zee. waarvan een brende
strook voor de ramen der kamer lag. Zijn
vingers wezen naar het Westen. „Daar over
heen. mijnheer! over den Oceaan Om
het duidelijk te zeggen aan den anderen
kant van den Atlantischen Oceaan," ant
woordde hij.
(Wordt vervolgd).