DE OOLIJKE OESTERFAMILIE. „BUITEN" VERHAGEN's MiLKO en RUMCO GEHEIMZINNIGE GENOOTSCHAP. Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 22 Februari 1929 Derde Blad No. 21148 BINNENLAND. aatregelen bit ijsgang. de koude. reclame. Winterteenen .kloosterbalsem, de belangen van de scheepvaart. na het drama te grootegast. rijkskleedingbureau. verspreide berichten. uit ned-oost-indte. een geweldige brand. reclame. UIT HET PARLEMENT. reclame. Het geïllustreerde Weekblad FEUILLETON. NEDERLAND en BELGIë. Het standpunt der Belgen. jelga seint uit Brussel: g commissie voor buitenlandsche aan- jenheden uit den Senaat heeft gister- een vergaderd, welke bijeenkomst voor i grootste gedeelte gewijd wa9 aan de [preking van de onderhandelingen tus- ,n Nederland en België. heer Segers. rapporteur der commissie ,-de de politiek, door de Belgische re- ll0g gevoerd, volkomen goed. Terwijl het Ten van een directe kanaalverbinding jrverpenLuik. dat bevaarbaar is voor ipen van 1350 ton. wordt gehandhaafd, I het rapport een verbinding van Ant- peD met den Moerdijk eischen. Iet rapport behandeld slechts de kwestie* I economischen aard met vermijding van J politieken en militairen kant van de rclegenheid. Wenken van Ged. Staten. dep. Staten van Z.-Holland hebben aan iralerschaps- en polderbesturen, met de voor zee- en rivienvaterkeeringen be- doen weten dat aangezien bij inval- d dooi ijsgang en wellicht buitenge- hooge waterstanden op de rivieren in provincie te wachten zijn het in e mate gewenscht is, dat deze besturen alle vereischte maatregelen nemen, ioo goed mogelijk aan de gebeurlijkhe- welke zich daarbij kunnen voordoen, mblikkelijk het hoofd te kunnen bie- Meer in het bijzonder is het gewenscht voor zooveel noodig, onmiddellijk maat- en worden getroffen ten aanzien v^in ©Igende punten: de verdeeling van de lies, met betrekking tot het toezicht op paterkeeringen en de daarin gelegen Iwerken, tusschen de leden der bestu- het beschikbaar hebben van werk- iteD ten tijde en ter plaatse waar dit ig zal blijken; het treffen van regelin- met leveranciers van zakken, rijshout and omtrent de levering dezer mate- n ten tijde en ter plaatse, waar zulk9 zal zijn. oris wordt het van groot belang ge- dat de betrokken besturen zich nu vergewissen van den toestand van de trliggende dijken en van de daarin ge- kunstwerken met het oog op den mo- ken dienst, die deze ohjecten hij door- k der vóórliggende dijken, als water ing zullen hebben te verrichten. utregelen bij sterk invallenden dooi. de vragen van den heer Bulten be nde het spoedig nemen van maatrege- ler zake van ijs- en overstroomingsge- bij sterk invallenden dooi, antwoordde ninisler van Waterstaat, dat die maat- h genomen zij.i Zij vinden hun Wag in art. 17 van de Waterstaatswet «de voorschriften, die ter uitvoering wd zijn gegeven. I De gruwelijke jeuk ver- I dwijnt onmiddellyk met AKKER's zuivert - verzacht geneest Geert goud zoo goed." Nieuwe vragen van het Kamerlid Bulten. Door het Tweede Kamerlid den heer Bulten zijn aan den Minister van Water staat alsnog de volgende vragen gesteld: 1. Heeft de Minister kennis genomen van de berichten uit Duitschland, volgens welke men aldaar reeds druk bezig is het ijs met behulp van dynamiet te verbrijzelen en meent zijn Excellentie niet dat ook hier te lande daar nu reeds een aanvang mee moet worden gemaakt? 2. Is voor dit doel zoo de Minister bot daarmee eens is, reeds de medewerking gevraagd van het Departement van Defen sie, en als dit het geval is, zou dan ook kunnen worden medegedeeld waarheen de verschillende afdeelingen zullen worden ge zonden benevens of ook voor het laten springen van het ijs gebruik zal worden gemaakt van deskundigen op het gebied van springstoffen van de Staatsmijnen? 3. Acht de Minster het ook niet noodig, dat hier te lande, evenals in Duitschland. waar men een veel geringere hoeveelheid ijs langs den Rijn moet afvoeren dan hier te lande, maatregelen worden genomen ter bescherming van kunstwerken? 4. Mocht dit het geval zijn, is de Ministe* dan bereid, de genomen maatregelen mede te deelen? 5. Heeft de Minister zich reeds in ver binding gesteld me-t de scheepvaartbeweging op onze groote rivieren en op den verbin dingsweg van Rotterdam naar Antwerpen, ten einde te overleggen, welke maatregelen er genomen dienen te worden om de sche pen te behoeden tegen gevaren van het afdrijvende ijs, en verder welke waterwegen er het eerst dienen te worden openge maakt? 6. Mocht de Minister dit overleg niet noodig oordeelen. is hij dan bereid mede- deeling te doen van de reeds op dit gebied door hem getroffen maatregelen/ 165. Als de Oeslerjongens zich er goed van overtuigd hebben dat er niemand behalve zij beidjes meer in do aquariumzaal is, sluipen ze op hun teenen naar een klein zijluikje van het aquarium, dat ze ontdekt hebben. Daaruit laat men zeker vuil water wegstroomen of zoo iels 166. Hoepla!l! Met kracht en klem wordt dat luikje omhoog gesjord en.een stroom water, een schaar voorwaarts schie tende visschen stort zich naar buiten....! O, die domme jongens! Hadden ze misschien gedacht dat de visschen dan send op hun staart naar buiten zouden gekomen zijn en ge zegd hebben: „Welbedankt hoor! We gaan met het eerstvol gende treintje naar zee terug?" Ze wilden eenvoudig die opge sloten visschen bevrijdenl Ja, maar dat dit zóó maar niet ging, bedenken ze nü, nu het te laat is! Op een vergadering te Groningen van het voorloopig comité uit het Noordelijk politie corps is een definitief comité gevormd om een monument op te richten voor de slachtoffers van het drama te Grootegast. Dit comité is samengesteld uit de heeren N. Verkaik, comm. van politie te Winscho ten, voorz., A. Kolle, brigadecommandant der Rijksveld te Zuidhorn, vice-voorz., J. J. Wildschut, rijksveldwachter te Middelslum, secretaris, J. Bultena gem.-veldwachter te Loppersum, penningmeester. Het zal trachten gelden bijeen te brengen alléén van politie-ambtenaren om op de graven van de vier gevallen politiemannen monumenten op te richten. Overeenkomstig het Rijkskleedingbesluit van 12 Dec. j.l. tot centralisatie en unifor me behandeling der verstrekking van dienst- kleeding aan het burgerlijk Rijkspersoneel, zijn een Rijkskleedingcommissie en een Rijkskleedingbureau ingesteld. Tot hoofd van het Rijkskleedingbureau heeft de min. van Waterstaat aangewezen den heer C. M Voigt, hoofdcommies der zesde afdeeling bij het hoofdbestuur der Post en Tel. De Rijkskleedingcommissie besloot in haar eerste vergadering zich voorloopig voornamelijk bezig te houden met die aan gelegenheden, welke in verband met de in werking-treding van genoemd Kleedingbe- sluit in de naaste toekomst om voorziening vragen. Voorts besloot zij, alvorens op voorstellen tot wijziging en aanvulling der getroffen re geling of klachten daarover in te gaan, eerst de resultaten in de practijk af te wachten van de verstrekking van dienstkleeding op de basis van de nieuwe regeling. Zoowel te Delft als de Gouda zijn extra maatregelen genomen om brand in het stadhuis te voorkomen. Des nachts wordt in alle vertrekken controle gehouden. Op verzoek is eervol ontslagen, met ingang van 1 Mei, onder dankbetuiging voor de langdurige en belangrijke in rech terlijke betrekkingen bewezen diensten, mr. H. Smeonge, als griffier van het ge rechtshof to Amsterdam. Op verzoek is met ingang van 1 Sept. 1929 eervol ontslagen dr. S. L. van Oss als leeraar aan de R. H. B. S. te Wageningen. A.b. Maandag is er geen audiëntie bij den min. van Ond., K. en W. Vijf en veertig huizen in de asch gelegd. BATAVIA, 20 Febr. (Aneta). Een fel uit slaande brand, welke gisteravond even na achten in een groot kampong-complex aan Gang Tjemara aan den overkant van het gebouw van de Firma Linde Teves en Stok vis m de benedenstad uitbrak, heeft in een korte spanne tijds 45 huizen vernield, waar onder vijftien van steen. De brandweer had aanvankelijk met groote moeilijkheden te kampen, omdat om dat wegens het gebruiken van veel slangen de waterdruk onvoldoende werd. Ook de telkens draaiende wind bracht grooten last. Omstreeks half tien was de brandweer het vuur meester en werden de laatste vlam men gedoofd. De schade is nog niet bekend. De brand is vermoedelijk ontstaan in een keuken. Duizenden belangstellenden heb ben langs Molenvliet de brand gadegesla gen. Ten gevolge van den brand zijn 300 personen dakloos geworden. De leeggebran- de oppervlakte bedraagt 11.000 vierkante meter. DE AEtlJD GEWIEDE BONBONS 1610 (Van onzen parlementairen medewerker.) Den Haag, 21 Febr. 1929. Landbouwarbeid van kinderen Laat men in het Nederlandsch spreken. De Tweede Kamer is heden begonnen met haar agenda met een paar punten aan te willen. Vooreerst zal na de aan de ordo gestelde punten in behandeling komen de interpellatie van den heer Duymaer van Twist ove.» de werking van de Zuiaerzee- steunregcling. Dan krijgen wij na de mo- tie-Sannes, tot toekenning van kostelooze renten aan 65-jarigen, de aanvaarding van het Kellogg-paot en op 1 Maart het initia tiefvoorstel van den heer Braat tot afschaf fing van den Zomertijd. Dit laatste is be sloten op aandrang van den voorsteller. Daarop is voortgegaan met de behande ling van het voorstel tot toetreding tot het ontwerp-verdrag betreffende den landbouw arbeid van kinderen. Minister Slotemaker, die gisteren reeds een paar woorden tot verdediging van het voorstel had gesproken, zette zijn rede" voort. De minister heeft zeer duidelijk uit eengezet, dat men de zaak toch wel wat heeft opgeblazen. Wij binden ons volstrekt niet voor de toekomst, onze eigen wetge ving zal volkomen vrij blijven, terwijl zij nu reeds op menig punt verder gaat dan het ontwerp-verdrag. Straks komt de Land- bouwarbeiderswet aan de orde, doch zij wordt in geen enkel opzicht geïnfluenceerd door het verdrag. Dat het verdrag zich zou mengen in onze onderwijswetgeving, ontkende de minister ten stelligste. Door onze toetreding tot de Intern. Arbeidsor ganisatie hebben we bovendien een plicht op ons genomen en een onzer plichten is zeker het goede voorbeeld te geven aan andere staten, die op dit gebied nog niet zoo ver staan als wij. Bij de daarop volgende replieken heeft de heer Nolens (R.-K.) het betoog des mi nisters nog wat aangedikt en er vooral na druk op gelegd, dat onze deelneming aan het internationale leven ons verplichtingen oplegt waaraan wij ons niet kunnen ont trekken. De spreker gaf bij zijn rede en kele citaten in het Fransch, wat voor den heer Braat (Plattel.) aanleiding was bij interruptie te vragen in het Nederlandsch te spreken. Waarop de heer Oud (V.-D.) do niet zeer parlementaire maar toch ook niet onverdiende terechtwijzing gaf: Och, in het Nederlandsch begrijp je het toch ook niet! van 23 Februari bevat schitterende afbeel dingen van liet STADHUIS VAN LEIOEN !t Bij den Boekhandel en Kiosken verkrijgbaar! PRIJS 25 GENTS! 8117 Bij de verdere replieken handhaafden do tegenstanders hun bezwaren, maar toen het op stemmen aankwam vroeg geeD hunner hoofdelijke stemming. Het voorstel werd dus zonder stemming goedgekeurd. Alleen verzochten de heeren Braat en L. de Vis ser aanteekening, dat zij er tegen waren. Het volgende voorstel betrof ook al de aanvaarding van een verdrag, nu met Bel gië. Sinds 1908 is men al doende over de mogelijkheid om de rechterlijke uitspraken, van het eene land ook in het andere land ten uitvoer te leggeD. In 1925 is daarom trent een tractaat gesloten en thans vroe£ de regeering de goedkeuring van het Par lement er op. Wij konden voorspellen, dat de Tweede Kamer er zonder stemming haar fiat aan zou geven, maar zonder debat ging dat toch niet. En zoo kwam de heer Mr. Rnot- tebelt (Vrijheidsb.), hoewel bij zich in be ginsel wel met de overeenkomst koD ver eenigen met enkele bezwaren tegen een paar artikelen voor den dag. Hem volgde de heer Mr. Van Schaik, die wel eenigo dubia had maar zich overigens een warm voorstander van het tractaat verklaarde. Minister Donner, die de verdediging van het verdrag op zich had genomen had geen zwaar werk, hij was binnen bet kwartier gereed met te betoogen, dat in de practijk de bezwaren van geen beteekenis zouden zijn, en daarop heeft de schaars bezette Kamer haar goedkeuring aan het verdrag geschonken, waarop ook de aanneming van het ontwerp tot uitvoering van het tractaat onder den hamer des Voorzitters doorging. Toen was aan de orde een interpellatie van den heer L. de Visser over de houding der regeering teneover buitenlandsche re volutionairen zonder voldoende papieren; daar hij evenwel niet meer aanwezig was, kreeg de heer Hiemstra gelegenheid de regeering te interpelleereD over de ophef fing van de marinewerf te HeUevoetsluis, doch deze interpellatie zal morgeD wor gen worden voortgezet. Dan komen wij er nader op terug. het Engelscb van J. S FLETCHER 'oor Mej. A. T. f,lr. kfcn Jimmie den winkel uit was, Irhi Z8er ba'm ^°°Pen had maar één igans kwijt te raken, die nu I i 'n ^ote! lag- Hoe kan hij ?waan krijgen? Hij kon geen doode a,n Z|)n ka.ner achterlatenhij kon ze knecht geven, zooals hij een t .een naar laarzen weggaf. Hij moest 1^., mee doen, dat was zeker. Maar Èkf. d|uivelr' mompelde hij onder het ireni °oP' zou er nu eiSenJ ijk ge- Li::l Charles ontdekte, dat die mand Nik 'n mijn bezit was gekomen? Hij 1 lïali i w as grainucu r hij tw dadelijk begrijpen, dat ik de ibn D gev°n(^n ha<* Alles wat ik nu i J 19 ÓM het heel leelijk zou kunnen Jzou t m,p.'SÏ€ a's h1! het ontdekte, k u.« '^"'jk voor mij zelf kunnen la een moeilijker geval dan ik Hel t" E* het op Probleem, dat zich voorgedaan gins SSen g'ng ^mrl,*e Pen bin- itwoaj j1d Pen rustig hoekje zitten en I^en zaken met hehulp van wat een sigaar Hij was reeds lang ,U1» gekomen, dat monsieur Char les. wie hij dan ook zijn mocht, geen per soon was om mee te gekscheren. Daarom had hij gehoopt, dat hij de redeneering zou zoek geraakt was. Hij wist zeer goed dat monsieur Charles er geen ruchtbaarheid aan zou durven geven, dat het zeer onwaar schijnlijk was, dat hij meer dan de eenvou digste stappen zou doen, om ze terug te krijgen. Wat Jimmie vreesde was. dat Char les zou ontdekken dat zij in zijn bezit was dat zou inderdaad tot verwikkelingen leiden, waarin Eva Walsden, hoe onschul dig ze ook in dit opzicht was, onvermijde lijk betrokken moest worden. Daarom was het het eenvoudigste, zoo spoedig mogelijk zoowel de kostbaarheden als de mand en de gans kwijt te raken. Tot dit besluit gekomen, begon Jimmie dadelijk aan de uitvoering ervan. Hij ging een papierwinkel binnen, kocht verschei dene vellen stevig pakpapier een paar pijpen lak. een kluwen touw en twee zware glazen pressie-papiers. Met al deze diDgen keerde hij naar zijn hotel terug. Na zich in zijn ka mer opgesloten te hebben, ging hij systema tisch te werk. Hij maakte van het kruis van den tsaar het Getijdenboek en de gou den ketting een pak. legde de gan9 weer in haar mand en maakte daar ook een pak van. Hij bond de beide pakken dicht eD lak te ze: het eene. dat de gestolen zaken be vatte. adresseerde hij aan zichzelf in het Carlton Hotel in Londen En daarna ter wijl hij hel grootste pak op tafel liet liggen, bracht hij het kleinste naar het dichtst bij zijnde postkantoor en verzond het aange- teekend Met een zucht van verlichting zag hij. dat de klerk, die het in ontvangst nam. het onverschillig bij andere dergelijke pak jes neerlegde. Nu nog de mand met haar dwazen inhoud Jtfnmie was al besloten wat hij hiermede doen zou. Hij had de zware presse-papiers in de mand gestopt. Zoodra het donker werd zou hij naar de kaden langs de Seine gaan, een stille plek zoeken en het pak in de rivier gooien, in welker heldere wateren hij vurig hoopte, dal zij voor goed zou verzin ken. Het kan zoo gedaan worden, het moest gedaan worden. Intusschen maakte hij een loop door het hart van Parij9. Het was vijf uur en de schemering daalde, toen Jimmie na^j het hotel terugkeerde Hij ging naar zijn kamer en draaide hel electrisch licht op. En bij dat heldere licht ontdekte hij, met één begrijpenden blik, dat het tweede pak verdwenen was. HOOFDSTUK XII De Telefoonbel. Jimmie ging op den rand van het bed zitten en baarde naar de tafel, waarop hij de ingepakte mand had achtergelaten. Een oogenblik had hij verwarde ideeën dat zijn oogen hem bedrogen, of dat zijn geheugen haperde. Het scheen zoo onbegrijpelijk, dat de mand verdwenen zou zijn in de twee uren, dat hij weg geweest was. Hij was hier in een der grootste hotels van Parijs; de verdieping waar de kamer lag werd op alle tijden druk begaan; hij had zorgvuldig de deur afgesloten, toen hij weg ging en het was de eenige deur die toegang tot de kamer gaf; verder was het onmogelijk dat iemand door de ramen binnen kon komen. En toch, hel pak was verdwfnen Ten einde volle zekerheid te verkrijgen stond Jimmie op en zocht de kamer geheel cloor Hij wist zeer goed daf het onnoodige arbeid was, maar hij wilde voor zich zelf 'het bewijs hebben, dat hij het pak niet ver legd had in afgetrokken oogenblik. vlak voor dat hij uitging. Hij keek overal, onder het bed, in de kast, in zijn eigen valies, in de laden, groot en klein. Hij vond het nergens. Daarna stak hij de handen in zijn zakken, floot zachtjes en zette zich tot nadenken. De meeste menschen zouden onder zulke omstandigheden naar de bel gehold zijn. den directeur geroepen cn een onderzoek inge steld hebben. Maar die gedachte kwam geen oogenblik bij Jimmie op. Hij wist bijzonder heden van deze zaak. die hij aan geen ho teldirecteur ter wereld wityle meedeelen. Hij wilde alles liever dan een onderzoek, druk te, omslag de eenig goede weg was die van geheimhouding en rustig voortwerken. Maar in wrike richting? Het was hem vol komen duidelijk, dat monsieur Charles reeds aan het werk was. Jimmie's vlugge geest had reeds begrepen, hoe do diefstal van het pakje vermoedelijk had plaats gehad. Om ie beginnen, had Charles hem zeer waar schijnlijk in het oog gehouden van 't oogen blik af, dat zij aan de Gare du Nord van eikander gingen. Dat zou hem geen moeüe gekost hebben. Jimmie had opgemerkt, dat in het koffiehuis, waarheen de Franschman hem voor de lunch had meegenomen. Char les goed bekend was, en met verscheidene mannen een groet gewisseld had Ten tweede was het duidelijk, dat iemand, die precies wist wat hij wilde Jimmie's kamer was binnengekomen en het pak gestolen had. Dat kon op twee wijzen gebeurd zijn Charles kon een handlanger onder de hotel bedienden hebben aan wien hij onmiddel lijke bevelen telegrafeerde of hij kon iemand die in zijn dienst stond opgedragen hebben een kamer in het hotel te nemen In de onmiddellyke nabijheid van die van Jimmie om op te letten al9 deze uitging en in zijn afwezigheid binnen te gaan. Al deze dingen waren binnen de grenzeD van rede lijke waarschijnlijkheid het vaststaande en zekere deel was, dat het pak verdwenpn was. Nu zou monsieur Charles, agenl en heler van de dieven in Londen, weten dat de buit, die hem gezonden was onder bedek king van het onschuldige gesrhenk, onder schept en ontvreemd was door hem. Jimmie Trickett. En wat zou monsieur Charles nu doen Het was karakteristiek voor het tempe rament der Tricketts. dat Jimmie vlug klaar was met zijn plan, wat hij zelf zou doen Hij had reeds ingezien, dat hij niet te maken had met gen gewone dievenbende. Naar alle waarschijnlijkheid bestond er in Londen een uitstekend uitgeruste handige, vindingrijke organisatie, het was redelijk le veronder stellen, dat er aan deze zijde van het Ka naal ee n even goed georganiseerde bond van slimheid bestond. Die bond wist onge- twijfel nu. dat hij, Jimmie, hen in dit hij zonder geval de loef had afgestoken. Daar om zouden zij hem scherp in het oog hou den. En hij moest denken om Eva Wals den. Jimmie maakte zich vlug gereed om uit te gaan Hij sloot zijn deur weer en ging weer het hotel uit Terwijl hij dit deed. dacht hij dat hel gelukkig was, dat hij Parijs goed kende Die kennis stelde hem in slaat da delijk naar hel hoofdbureau van politie te gaan Binnen enkele minuten was hij in ge sprek met een hooge persoonlijkheid der detective-afdeeling. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 9