DE OOLIJKE OESTERFAMILIE. BANKET VAN ALPHEN UNGS GLIBBERIGE WEGEN 69s46 Jaargang LEiDSCH DAGBLAD, Woensdag 28 November 1928 Derde Blad No. 21077 BINNENLAND. KERK- EN SCHQ0LN1EUWS. Prov. Staten v. Zuid-Holland FEUILLETON. DE RADIORAAD IS BINNENKORT TE VERWACHTEN. De Minister heeft zijn in zichten niet gewijzigd. Bij de behandeling van de Radiowet, dit jaar in de Tweede Kamer, is een amende ment J. C. van Dijk, om een Radioraad in te stellen, aangenomen De Minister van Waterstaat heeft zich op het standpunt gesteld, dat de leiders der Omroepvereenigingen en haar politieke vertegenwoordigers in het Parlement niet in dien raad zitting moesten hebben. De Minister dacht zich den Raad als een col lege van advies, bestaande uit onafhanke lijke, hoogstaande figuren uit ons volks leven. ,,Het Volk" meldt thans: ,,dat de pogin gen van den minister om den Raad samen te stellen op dezen grondslag, reeds twee malen hebben gefaald." Wij hebben ens, aldus de „N.R.Ct-.", rechtstreeks tot den Minister om inlich tingen gewend. De Minister deelde ons mede, dat de pogingen tot samenstelling niet mislukt zijn. Wanneer iemand uitge- noodigd wordt om lid te worden van dien raad en hij bedankt, dan mag dat geen mislukking genoemd worden van de geheele samenstelling. Bovendien is het onjuist, dat het bedan ken geschiedde op grond van de inzichten van den Minister. De Minister heeft dan ook zijn inzichten, zooals hij die medegedeeld heeft aan de omroepvereenigingeD, niet gewijzigd. Binnenkort kan de benoeming van een Radioraad tegemoet worden gezien. HET LUCHTVERKEER. In-werkmg-treding van de Luchtvaartwet. In een nota van wijziging met betrekking tot de begrooting van Waterstaat worden met het oog op de uitvoering van de Lucht vaartwet, waarvan de inwerkingtreding (hans binnenkort is te verwachten gelden uitgetrokken voor een luchtvaart-diens.». Deze dienst zal worden, belast met het al gemeen toezicht op de veiligheid van het luchtverkeer, met de uitvoering van werk zaamheden in het belang van de veiligheid en de regelmaat van het luchtverkeer, als mede met administratieve werkzaamheden van bet Departement van Waterstaat met- betrekking tot de luchtvaart-. Aan het hoofd van den dienst komt te staan een hoofd ambtenaar met den titel van directeur van den luchtvaartdienst. De jaarwedde van den directeur zal worden bepaald op f. 5500 -f. 6500. GEZONDHEID VAN LUCHTVARENDEN. Onderzoekingen bij de bemanning van de H.-N.A.E.N. Bij de bemanning van het vijfde post vliegtuig, de H-N.A.E.N., werden vóór hun vertrek psychotechnische en andere me- lingen gedaan, om hun waarde als vlieger ast te stellen Na hun terugkomst zijn zij opnieuw aan hetzelfde medische onderzoek onderworpen en weTd vastgesteld, dat hun toestand na het beëindigen van de vlucht Amsterdam Batavia en terug beter was dan voor hun vertrek, hetgeen er op zou kunnen wijzen, dat gezonde vliegers zon der storing heen en weer naar Batavia binnen een maand kunnen vliegen. Echter zullen nog vele andere metingen en waar nemingen moeten worden gedaan om deze voorloopige gunstige resultaten bevestigd te krijgen. De grootste zorg op deze vluchten zal trel zijn om het personeel op weg naar en van Indië voor ziekte-invloeden te behoe den, dat op hetgeen zij eten en drinken, nauwkeurig wordt gelet, dat zij een bepaal den leefregel volgen om den invloed van net tropische klimaat zooveel mogelijk te ontgaan en dat zij zich vooral hoeden voor de gevaarlijke malaria verspreidende mus kieten. Voor de luchtvarenden en voor de passa giers zal voortdurend strenge medische zorg noodig zijn. De K L M. hoopt op een harer vluchten in het najaar van 1929 een dokter mede te nemen, om dezen in staat te stel len in de praktijk zijn waarnemingen te doen en zoodoende te geraken tot voorschrif ten en maatregelen, welke de luchtvarenden tegen schadelijke invloeden zooveel mogelijk behoeden. ONZE AFVAARDIGING NAAR GENEVE. Voor de conferentie inzake economische statistiek. Het lid van de Tweede Kamer, de heer Kortenhorst heeft aan den Minister van Financiën, voorzitter van den Raad van Minister de volgende vragen gesteld- Kan de regeering mededeelen, waarom in de afvaardiging van Nederland naar de op 26 November 1928 te Genèvt gehouden conferentie in zake economische statistiek nóch als gedelegeerde, nóch als toegevoegde leden, deskundigen uit het practische zaken leven zijn benoemd? Is het de regeering bekend, dat de Nijve*- hejdsraad op ruime deelname van niet-amb- telijke Ncderlandsche gedelegeerden aan die conferentie heeft aangedrongen? Is de regeering niet van meening, dat de onderwerpen, die door de conferentie zul len worden behandeld, van groot gewicht zijn voor het bedrijfsleven in Nederland? DEELNEMING VAN RIJKSPERSONEEL AAN DEN NAT. LANDSTORMDAG. In antwoord op schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid Kleerekoper, deelt Minister De Geer mede dat het juist is, dat door het dagelijksch bestuur van de Gene rale Commissie voor den Nationalen Land stormdag 1928 aan de Regeering verzocht was om o.m. aan de rijksambtenaren en rijkswerklieden, die bij den Bijzonderen Vrij- willigen Landstorm zijn aangesloten, de ge legenheid te schenken, deel te kunnen ne men aan den op 27 September gehouden Nationalen Landstormdag. Naar aanleiding van dat verzoek is een rondschrijven gericht tot autoriteiten, res- sorteerende onder de onderscheidene depar tementen, waarin werd medegedeeld, dat de Regeering er geen bezwaar tegen had, dat aan de rijksambtenaren en rijkswerk lieden, voor zoover bij den vrijwilligen landstorm aangesloten, verlof tot deelne ming aan den Landstormdag werd ver leend, voor zoover dit met de eischen van den dienst vereenigbaar was te achten. Verder vroeg de heer Kleerekoper of aan dat rondschrijven was toegevoegd, dat dit verlof dan uiteraard niet in mindering zou komen op de gewone jaarlijksche va- cantie; en wat beteekende in dit verbana dat .uiteraard"? Zoo ja, is de Regeering van zins, deze zelfde gedragslijn toe te pas sen op alle betoogingen van politieken aard, welke door andere organisaties dan bovengenoemde worden georganiseerd? Hierop antwoordt de Minister-President, dat in het rondschrijven van één der de partementen het woord „uiteraard" voor kwam, waarmede bedoeld werd „uit den aard van deze zaak", welke immers be trof een landstormdag van ter beschikking van het Rijk staande vrijwilligers. Deze zelfde gedragslijn zal worden toege past op geen enkele politieke betooging. van welke organisatie ook. TECHNISCHE SALARISHERZIENING VAN RIJKSAMBTENAREN. Het Tweede Kamerlid de heer Lingbeck heeft gevraagd: le. Wil de minister mededeel en, of de sub commissie voor de technische salarisherzie ning van de burgerlijke rijksambtenaren haar advies aan den voorzitter der Centrale Com missie heeft uitgebracht? 2e. Heeft de minister de Centrale Commis sie opmerkzaam gemaakt op het in de verga dering van de Tweede Kamer van 30 Maart 23. En toen ze gaar was, werd ze op een schotel gelegd en mooi versierd met schijfjes citroen en takjes peterselie en een kellner zette dien schotel met een buiging neer voor een meneer die erg veel van lekker eten hield en die er van smulde. 24. De kabeljauw kreeg het erg te kwaad, toen hij de Oes- lerkinderen zoo in kleuren en geuren beschreef hoe zijn dier bare tanle Kabeljauw van Vinnenstijn er uitgezien had toen ze zoo netjes opgemaakt op dien schotel lag. Zelfs het kris tallen olie- en azijnstel op tafel, dat toch al heel wat had meegemaakt, had medelijden gehad. De Oesterkinderen troost ten den kabeljauw zoo goed ze konden, toen hij hen eindelijk snikkend bekende, dat hij vreesde, dat dit ook zijn voorland zou worden. 1928 (Handelingen '27/'28, bladz. 1967, twee de kolom) ter sprake gebrachte denkbeeld, om door een herziening van de thans geldende bepalingen op de toekenning der termijnsver- hoogingen, in dien zin, dat daarbij meerdere differentiatie zal zjjn in acht te nemen dan tegenwoordig is voorgeschreven, te geraken tot een reëele aanpassing der wedden aan de maatschappelijke levensbehoeften der betrok kenen? 3e. Heeft de minister, ingeval de vraag sub 2e ontkennend moet worden beantwoord, het voornemen om de onderhavige aangele- genheid zelfstandig in overweging te nemen, nadat het vóórbedoeld advies hem zal hebben bereikt? 4e. Zal de minister, ingeval de uitkomst van de aangeduide overweging niet mocht lei den tot een verwezenlijking van het voor- meloe denkbeeld, alsdan bevorderen, dat, bjj de aanhangigmaking bij de Tweede Kamer van de op de nieuwe salarisregeling betrek king hebbende voorstellen, de motieven voor de afwijzing van dat denkbeeld ook worden medegedeeld? PERSONEELE BELASTING. Het Tweede Kamerlid de heer Kampschoer heeft gevraagd: Kan de minister mededeelen of een ontwerp tot herziening der classificatie der gemeen ten voor de personeel© belasting, volgens de verwachting door Zgn Excellentie uitgespro ken op 2 December 1927 in de Tweede Kamer (Handelingen blz. 809) zoo tijdig zal worden ingediend, dat deze herclassificatie op 1 Ja nuari *1929 in werking "kan treden? RECLAME. RECLAME. BANKETBAKKERIJ NIEUWE RIJN 62 - TELEF. 78. OUD GERENOMMEERD ADRES VOOR: Marsepeinboterhammetjes - 10 ets. p. stuk. 2233 LETTERS HARTEN HAMMEN PREDIKBEURTEN. VOOR DONDERDAG 20 NOVEMBER. LISSE. Geref. Kerk, nam. 8 uur, dr. K. Dijk Tan Den Haag. Chr. Geref. Kerk: nam. 7 uur, ds. S. van der Molen. Geref. Gem.: nam. 7 uur, Leesdienst. RUNSBURG. Ned. Herv. Kerk: nam. 7 uur, ds. I. Voorsteegh van Gouda. WADDINXVEEN. Chr. Afg. Gem.: nam. 7 uur ds H. J. Grisnigt. NED. BERV. KERK. Beroepen: te Ten Boer, Ch. de Beus, cand. te Wassenaar. GEREF. KERKEN. Tweetal: Te Drachten (vac.-J. C. Hakman) W J. Smidt, te Dwingeloo; en C. Stam. te Alteveer. Bedankt: Voor Oldebroek, H. v. d. Zan den, te Wapenveld. DE OPVOLGING IN HET LEGER DES HEILS. Generaal Booth buiten gevaar. In „De Strijdkreet", het blad van het Leger des Heils, publiceert de chef van den staf een verklaring waarin gezegd wordt dat alle besprekingen over mogelijke opvolgers van den tegenwoordigen generaal voorbarig zijn. Het Ned. Tel. Ag meldt heden uit Londen: Naar verluidt hebben de doctoren ver klaard, dat generaal Booth buiten gevaar is en dat zij hoop hebben op zijn volledig herstel. Het adres van de bouw- patroons Volksuniver siteiten. De Provinc. Staten van Zuid-Holland kwa men gisteren in tweede gewone zitting bijeen. Aan de orde is o.m. de behandeling van het adres van den Ned. Aannemersbond en den Ned. R.K. Bond van Bonwpatroons, waarin erop wordt aangedrongen, dat ook bij werken, die vanwege de provincie Zuid-Holland wor den aanbesteed, de borgstelling wordt afge schaft, arbitrage in alle geschillen verzekerd en de opleveringstermijn ingeval van werk staking of uitsluiting verlengd. De heer l&ndersloot (R.K.) diende een motie in .waarbij wordt voorgesteld, op het eerste deel van het adres (de afschaffing der borgstelling) gunstig te beschikken en de beide andere punten ter afdoening in han den van Ged. Staten te stellen. Na eenig debat werd deze motie echter ingetrokken, waarna z.h.sL overeenkomstig het advies van Ged. Staten werd beschikt Een voorstel van Ged. Staten om nog voor den tijd van een jaar de verpachting van de oeververbinding MaassluisBrielle voort te zetten op den tegenwoordigen voet (behou dens eenige wijziging in pachtsom en tarie ven) werd z.h.st goedgekeurd. B(j de behandeling van het voorstel om het tariei van het veerrecht GorinchemDe Wer ken, diende de heer Gasdeniet (S.D.) een motie in om het tarief voor personen boven twaalf jaar van tien oent te brengen op 7Vi cent ter tegemoetkoming in de kosten voor de in de omgeving wonenden. De winst op dit veer Iaat z.i. deze verlaging wel toe. Na eenige gedachtenwisseling trok de voor steller zijn motie in, waarna het voorstel van Ged. Staten z.h.st. werd aangenomen. Aan de orde was het voorstel om van de kosten van uitvoering van den aanleg der dubbele schutsluis tnsschen Park- en Coolha- ven te Rotterdam aan die gemeente te beta len tot een maximum van f. 870.000. Do heer De Bruyn (S.D.) had tegen het subsidie op zichzelf geen bezwaar, doch hoop te dat Ged. Staten ook tegenover kleinere gemeenten een naar verhouding even groote royaliteit zullen toepassen, wanneer die voor een soortgelijk belang wordt gevraagd. Door R. L. de W. 48) SLOT. Een oogenblik keek je hem ernstig aan. „Jerry," zeide ze, „dat doet wel een heel Hein beetje pijn." „Vergeef me, lieveling." fluisterde hij zich Daar haar overbuigend. „Langzamerhand zal ik er wel aan wennen. Een bittere toon klonk uit zijn stem. „Ik ke, heb een bekentenis te doen," fluisterde ze verlegen, op haar lip bijtend en het vermijdend hem aan te zien. „Ik kon Jet je niet eerder vertellen; maar nu zal het misschien gaan, nu al die menschen om ons heen weg zijn Even keek ze naar hem, waar sloeg haar oogen onmiddellijk weer neer „Het is over dien avond op je kamer." 'laar stem beefde een beetje. Hij knikte Beiden zwegen. ..Wat ik je over lady Trinje vertelde waa zij aarzelde en keek even van 'nder hare oogharen naar hem op, „was een Jokken. Zij was er heelemaa! niet en nie mand heeft me gezien." ging ze in één juem door .Kijk eens'", daar heb je tord Drewith" riep ze. hem opgewonden aan J'in mouw trekkend toen de gestalte van lord Drewith te voorschijn kwam, den weg Jan het Stanhope' overstekend. „Toe. ga hem halen." Het dwarrelde Beresford nog voor oogen. maar hij deed wat hem verzocht *erd en kwam even later met lord Drewith terug. Drewith wisselde een handdruk mpt Lola en lief zich toen in een stoel vallen. Even zwegen allen. „Denk er toch aan. lord Drewith," zeide Lo a „dat ik een vrouw beu en dus nieuws- tteng „Waar we neef en nicht zullen worden, ^'a. dacht ik Drewith glimlachte. „Dat ik Drew zeggen moest," zeide zij. „We wachten," vervolgde ze. „Ik ben hij Tante geweest om haar het mislukken van mijn zending mee te deelen." vervolgde Drewith. „Ik had het tot vanmid dag uitgesteld, evenals ik een olijf bewaar om den geur van mijn koffie te verhoogen. Eerlijk gezegd, had ik mij nog op het onder houd verheugd. Zelfs Hoskins merkte van morgen mijn ongewone opgeruimdheid en informeerde of ik niet wel was. ...Maar begon Lola. „Ssstl" waarschuwde Beresford. „Met Drew is stilzwijgendheid geboden." Drewith keek Beresford verwijtend aan, maar ging even later door. „Ik heb Tante verlaten, toen ze bezig was haar overtuiging over boord te werpen," ver klaarde hij. ..Maar wat bedoel je toch?" riep Lola. Zij vraagt zich af waarom ik en niet haar lieve Richaxd de baronie van Drewith en a! haar biercreailie geërfd heeft." Lola keek van den één naar den ander en begon te lachen. „Toen ik kwam, was Tante juist bezig aan de Gieren uit te leggen ik moet je even vertellen Lola. dat de Gieren Edward Seymour en zijn vrouw Cecily zijn dat ze altijd hef voorgevoel had gehad, dat de 1 onafhankelijkheid der Chai'icen Richard zou redden Richard zal je later die fa mil i- bijzonderheden wel eens uitleggen." glim lachte hij. „Wat mij betreft, ik kan zoo goed als niets zonder Hoskins. „Teddy, dat is Edward Seymour," verklaarde hij. „was zoo onhandig om te beweren, dat Tante, Richard niet altijd zoo genadig had beoor deeld Toen kreeg hij den wind van voren. Met vlijmende scherpte scheurde ze hem aan flarden ze vernietigde hem mei haar kaken Maar neen dat zou niet compli menteus voor Richard zijn Ze vertelde hem verder dat had hij maar de helft van Ri chard* hersenen gehad hij getracht zou heb ben iets uit te voerpu inplaats van op haar dood te zitten wachten. Zij was grotesk. De arme Teddy verdween totaal in letterlijken zin, en Cecilv barstte in tranen uit, maar, waar Cecily bij de minste aanleiding eeuwig in tranen uitbarst, was dat minder merk waardig." Drewith wachtte even, toen Beresford aankijkend, zeide hij terloops: „Tusschen twee haakjes, Richard, jij bent gepromo veerd tot mijn finantieelen staat; Tante wil met alle geweld je tweeduizend pond per jaar geven, altijd als je je gced gedraagt." Beresford keek hem verbijsterend aan, toen vloog hem opeens het bloed naar het hoofd en keek hij naar Lola. die evenwel ijverig gaatjes zat te boren in het gras met de punt van haar parasol. „Zij beschouwt je trouwen met Lola als een bewijs van je spitsvondigheid en je scherpzinnigheid op handelsgebied. Zij „Alsjeblieft Lola keek hem smeeken- de aan. ..Het is goed zoo, Lola." glimlachte Beres ford. „Het maakt den toestand anders. Ik zal niet voor alles bij jou behoeven te komen." „De tweeduizend pond deden de deur dicht bij de Gieren," vervolgde Drewith. „Zij hadden hetzelfde gevoel, dat de overige familie moet hebben gehad toen het gemeste kalf werd geslacht voor den verloren zoon." ..Ik vind het herl aardig van tante Caro line zeide Lola. .en ik houd van haar." Zijn monocle in zijn oog plaatsend keek Drewith haar belangstellend aan. als had ze een hoogsl merkwaardige verklaring ge daan. „En hoe liep het met Edward af?" infor meerde Beresford. „Teddy was eenig." Bij de herinnering vloog een zweem van een glimlach over Drewith's gezicht. Zijn kle-ne ziel werd uit zijn lichaam gehaald en bengelde voor zijn neus Hij werd verantwoordelijk gt-sfeld voor zichzelf, voor Cicely en door verwikkeling zelfs voor mijn tekortkomingen Hem werd gevraagd wat hij gedurende den oorlog had gepresteerd en waarom hij niets gepresteerd had .Waarom hij gelrouwd was. Hem werd voorgehouden, dat hij totaal verdorven wa9 en anderen demoraliseerde, ofschoon die arme Teddy nog niet in staat zou zijn het kleinste hagedisje te demoraliseeren. Zij verloochende hem. Toen kwam het tot een climax, een waar drama. 0peen9 sprong hij op. zijn mond begon geheimzin nig te werken, met pruikjes schuim in de hoeken. Jammer dat Cecily hem niet de lei ding heeft gelaten. Want cm zich heen kij kend, plantte hij zich vlak voor Tante, haar recht aankijkende begon hij bijna te huilen en rammelde achter elkaar „Ik haat uw geld en u er bij. Houd het maar. Ik wil het niet hebben. Neem het maar met u mee naar de hel." Daarop ver dween hij. „Ik voor mij geloof, dat hij door de deur ging: maar met zekerheid kan ik het niet verklaren. Zijn verdwijnen van het tooneel was zoo dramatisch." Beresford begon te fluiten „En wat zei tante Caroline?" vroeg Lola. „Niets, zeide Drewith, „maar te oordeelen naar de uitdrukking van haar gezicht zou ik zeggen dat Teddy nog wel een kansje heeft om althans een beetje van haar geld te erven." „Hoe bedoel je dat?" vroeg Beresford. „Ik bedoel, dat ik de hulp ga inroepen van een gewezen sergeant-majoor van me en hem versterken zal met een paar uitgezochte exemplaren van Billingsgate. Het is duide lijk. daf tante gevoel heeft voor welspre kendheid goed gekruide," voegde hij er nog aan toe. Drewith keek naar Lola en begon te lachen. Een poosje zwegen alle drie. „Excuseer me een oogenblik. Lola, wil je? Ik zie Balling^r daar en ik wilde hem wat vrag°n over die plaats in Schotland Beresford was opgesprongen. Lola knikte glimlachend en blozend en hij liep een blond mannetje na, dat zoo deftig liep als een pauw „Eens slechts in mijn schuldeloos leven heb ik het gewaagd ongevraagd advie9 te geven," zeide Drewith, na een poosje nage dacht te hebben, „In een oogenblik van geestelijke argetrokkenheid raadde ik iemand die zich over eenzaamheid beklaagde, een vrouw te nemen. Hij nam het letterlijk op en de man van de vrouw nam zijn halve fortuin als schadevergoeding." „Is dit een belijdenis of alleen maar een anecdote?" informeerde Lola zedig. „Het is een stukje eigen levenbeschrij ving en geschiedenis herhaalt zich steeds." Drewith hield op en keek naar Lola met een goedig lachje, dat hij voor zijn speciale vrienden gereserveerd hield. „Richard is een ezel." Lola keek niet heel vriendelijk. Zij zag hem recht aan, maar Drewith bewonderde de knokkels van zijn linkerhand. „Maar," ging hij door, „hij is wel een ezel waar je van houden moet." Hij las een glimlach in Lola'9 oogen. „Ik houd van Richard, Lola," vervolgde Drewith, „maar ik ben zoo onverstandig om jou te raden op het punt van geld een beetje acht te slaan." „Op het punt van geld?" herhaalde ze, haar wenkbrauwen verwonderd optrekkend. „Je geluk hangt af van Richard's vermo gen om zelf geld te verdienen Zorg er voor, dat hij wat uit gaat voeren, hetzij op poli tiek gebied of een beetje schrijven of iet9 anders. Op het oogenblik is hij geheel lam geslagen. Het zal hem helpen zijn zelf respect te herkrijgen Ziezoo, ik heb ge zegd," en weer glimlachte hij tegpn haar. „Ik dank je Drew," zeide zij, „ik begrijp je Je. „Zeg eens," waar hebben jullie 't over?" riep Beresford, die ongezien naderbij was gekomen „Ja Richard, we hadden liet over de lengte van jou ooren en hef doordringende van je gebalk," zeide Drewith bedaard. 8

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 9