69ile Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 22 November 1928 Tweede Blad No. 21072 vz~. mm UIT HET PARLEMENT. BINNENLAND. 7- IE WATERTOREN van de waterleiding „De het°RRoode °regerd%°wPegensV'vereïa^hou- DE SCHUBERT-HERDENKING. Te Weenen werd onder DE ONTPLOFFING in de munitiefabriek te Vincennes. De Tien Gemeenten" te Pijnacker. ding met de Trotskipartij uit zijn functie ontzaggelijke belangstelling een „Schubert-fontein" onthuld. ingang van de fabriek werd na het ongeluk door tiroe- ontheven. <^er marmeren beelden, die het monument sieren. pen bewaakt. DOOR DE KONINKL. NEDERL. JACIITVER. werd gis teren te Amersfoort een slipjacht gehouden. Ritmeester v Reigersberg werd bij het nemen van 'n sloot ruiter te voet. De Commissaris der Koningin in Zuid-Holland, jhr. rar. dr. Van Kamebeek, opende gistermiddag de waterleiding „De tien Gemeen ten". Deze drinkwaterleiding zal het centrum van Zuid-Holland van water voorzien. Jhr. mr. dr. Van Karnebeek houdt na het overhalen van de handle een toespraak. 7an onzen parlementairen medewerker). Den Haag, 21 Nov. 1928. De begrooting voor Arbeid, Handel en Nijverheid. Te weinig aan dacht van den Minister? De Tweede Kamer is hedenmiddag be- onnen met de aanneming van de artikelen etreffen.de de Burgerwachten op de be roering van Binnenlandsche Zaken en andbouw. Ze werden aangenomen met 41 igen 23 stemmen. Tegenstemmers waren e S.D.A.P., de V.D. en de heer Arts R-K. Volksp.) De heer L. de Visser was Iwezig. Het subsidie voor den Bijzonde- n Vrij willigen Landstorm werd zonder emming goedgekeurd, nadat de heer Van adelhoff (S.D.A.P.) verklaard had, dat hij «acht wilde worden tegen te hebben ge- emd. Daarna is men voortgegaan met de be- andeling van de begrooting van Arbeid, tandel en Nijverheid. De eerste spreker ao hedenmiddag, de heer KortenhorSt 1-K.) betoogde in den breede, dat de mi- ister te weinig aandacht wijdde aan den andel en de nijverheid. De afdeelingen oor die takken van dienst zijn volgens niet voldoende geoutilleerd en de oorlichtingsdienst voor den vreemde is te einig actief. Ook ontbreekt er een pers- ienst. Op economisch gebied laat de mi- ister te veel aan de andere departemen- ri over eD als kenmerkend feit noemde spr. het antwoord van den Minister van ostitis, toen men hem vroeg, of de Minis- «rvan Arbeid ook gekend was in het ont- erp op de naamlooze vennootschappen: Ja, als ik er dien ook nog in had moeten alen, was er niets van terecht gekomen." ht de heer Kortenhoff ook weer met zijD Mpaardje, het onderhandelingstarief, °°r den dag kwam, zal wel geen verwon dring wekken. De heer Joekes (V.D heeft in een uitr oerige rede een lans gebroken voor een Dnijger samenwerking tusechen patrooD en r«rkman. Dat leek hem beter daü 6trijd of ^olufcie De Staat moet daarbij verste en en steunen wat door het vrije initia- le' is tot stand gebracht, en de uitvoering aD sociale maatregelen zooveel mogelijk «?een in handen van organen uit de vrije Menwerking ongekomen. Hij bepleitte in l-rhand hiermede de verleening van mede- ^vingsriiap id het bedrijf aan de arbei- met een aandeel in de winst. eeD be- ^riiike rechtspositie en een iaarlijksche '^antie Op zijn beurt diende hij, in con ftrrentïe met den heer Drop een motie in J|arin van de regeering een onderzoek gevraagd naar middelen teT bevorde gvan een vacantie van alle loontrekken- tl behoud van loofl. Voor de bindendverklaring van het col lectief contract gevoelde de afgevaardigde niet veel. Over de wijze van raadpleging van den Hoogen Raad van Arbeid was de spr. niet tevreden. Het leek wel soms. alsof de minister met puzzles kwam aanzetten. Hij vond ook dat de minister te aarzelend was in zijn optreden. Maar dat de conven tie te Washington nog niet tot ratificatie was voorgedragen, keurde hij goed, zoo lang ons omringende landen er ook niet van willen weten. Dat laatste was de heer Boon (Vrijheids bond) ten volle met hem eens. Maar niet stemde hij in met de kritiek op den minis ter, alsof hij niet doortastend genoeg was, en hij noemde het een en ander om dit nader toe te lichten. Overigens was de spr. voorstander van medezeggingschap mits zonder staatsinmenging. Nadat ook de heer Snoeck Henkemane (C.-H.) den minister had vrijgepleit van de beschuldiging van onvruchtbaren arbeid, kwam deze zelf aan het woord. De Minis ter heeft ruim een uur lang zijn beleid ver dedigd en dit waarlijk met klem van rede nen gedaan. In het bijzonder heeft hij er op gewezen, dat veel wat ook hij gewenscfit zou achten om praktische en vooral finan- cieele redenen onbereikbaar is te achten. En dan moet men niet over het hoofd zien, dat de toestanden niet altijd rijp zijn voor de invoering van op zich zelf zeer goede maatregelen. De minister noemde zich voor stander van vacantie mits niet bij de wet ingevoerd. De oonventie vaD Washington kan nog niet geratificeerd worden zoolang onze buren met hun arbeidswetgeving ach ter ons aan komen. De verbindendverkla ring van het collectief contract, acht hij ongeraden voor de industrie, Bovendien behoort de loonregeling niet tot de taak van den staat. Regeling van de bedrijfs organisatie acht hij in beginsel wel juist, maar de zaak moet eerst nog groeien vóór de regeering haar ter hand neemt. Den Hoogen Raad van Arbeid raadpleegt de minister gaarne, maar hij wil niet dat dit lichaam grooter invloed erlangt ten koste van zijn verantwoordelijkheid. Veel van wat de heer Kortenhorst heeft opgemerkt raakt het algemeen beleid van het kabinet, was hier dus niet ter plaatse, maar de mi nister verzekerde hem dat het aan goede samenwerking op zijn ministerie niet ont breekt. Overigens heeft de minister zich met «vuur verdedigd begen het verwijt, dat hij niet doortastend genoeg zou wezen en tal van voorbeelden genoemd van effectvol op verschillend gebied Er werd niet gerepliceerd, zoodat er on middellijk aan de artikelen kon worden be gonnen Tal van sprekers hebben het woord gevoerd, doch daar komen wij op terug, als de minister hun van antwoord heeft ge diend. Alleen vermelden wij, dat de heer Braat (Plattel.) de dwaasheid uithaalde tegen het tractement van den minister op te komen. Dat was hem veel te hoog en daar hij zeker wist, dat een amendement van hem wegens gebrek aan steun toch niet in stem ming kon komen, vroeg hij stemming over het artikel zelf Het werd aangenomen met twee stemmen tegen, die van den heer Braat en die van den heer L. de Visser, een wonderlijke compagnieschap toch! DE HERZIENING DER GEMEENTEWET. Een wetsontwerp is inpediend. Ingediend is bij de Tweede Kamer een wetsontwerp tot herziening van de Ge meentewet. Onder herinnering aan vroeger ingedien de voorstellen tot herziening en aan des wegen uitgebrachte adviezen, wordt in de Mem. van Toel. opgemerkt, dat de practijk, zooals die zich vooral in de laatste jaren in het land heeft ontwikkeld, een bont beeld van een veelsoortige samenwerking te zien geelt. Van een doeltreffende, aan de heden- daagsche ei9chen beantwoordende wette lijke regeling der samenwerking tuschen gemeentebesturen verwacht men dat zij orde zal brengen in den huidigen min of meer chaotischen toestand. Wat betreft vereeniging en splitsing van gemeenten en andere wijzigingen der gren zen worden in het wetsontwerp de art. 123 en v.v. alleen betrekking hebbende op ver eeniging en splitsing van gemeenten ook toepasselijk gemaakt op elke grenswijziging. Rechtens hebben Ged. Staten het absoluut initiatief inzake grenswijziging. Doch het wetsontwerp stelt voor buiten twijfel te stel len dat dit recht ook aan de regeering toe komt. Voorts wordt vereenvoudiging der proce dure cum annexis voorgesteld. Zoo wordt voorgesteld het instituut van de afzonder lijke commissie uit ingezetenen niet langer te bestendigen Het wetsontwerp maakt ook de vrouw tot burgemeester benoembaar. Aan de gemeen ten wordt meer vrijheid gegeven ten aan zien van hel aantal wethouders. Voorgesteld wordt o.m de mogelijkheid van pensionee ring der wethouders en hun weduwen en weezen in de wet vasl te leggen. Ook wor den vrouwen benoembaar gemaakt tot secretaris. Voorgesteld wordt dat besturen van twee of meer gemeenten tezamen een regeling kunnen treffen ter gemeenschappelijke be hartiging van belangen waaronder mede wordt begrepeD de voorziening in zaken, inrichtingen of werken, bij welke zij betrok ken zijn De regeling houdf bepalingen in omtrenf haar wijziging, haar verlenging, in dien zij voor een bepaalden tijd is vastge steld, en haar opheffing. Bij zulk een rege ling kan voor de behartiging van de ge meenschappelijke belangen een commissie worden ingesteld, b. een rechtspersoonlijk heid bezittend lichaam worden gevormd, en een orgaan van dat lichaam worden inge steld. Het ontwerp regelt de wijze van sa menstelling enz. dezer commissie. Aan de Kroon wordt de bevoegdheid toe gekend een publiek-rechtelijke regeling op te leggen, als hel overleg om lot vrijwillige samenwerking Ie geraken, faalt DE BEGROOTING VOOR JUSTITIE. De nestie van advocaten dikwijls bedenkelijk. In de memorie van antwoord op het voor- loopig verslag der Tweede Kamer over de begrooting voor Justitie wordt o.m. gezegd: Binnen het kader van eerbiediging der Christelijke grondslagen en van de handha ving der eenheid van het huwelijk kan vol gens den minister een herziening vallen der bepalingen omlrent de handelingsonbe voegdheid van de gehuwde vrouw. Mede biedt de herziening van het huwe lijksgoederenrecht een goede gelegenheid, bepalingen in overweging te nemen ter snel lere verwezenlijking van den plicht van den man in de huishoudelijke behoefte te voor zien. fn den zin van het rapport van den Na- tionalen Vrouwenraad inzake wettelijke on derhoudsplicht is zeer binnenkort de indie ning te verwachten van een wetsontwerp tot herziening van de procedure inzake de uitkeeringsplicht ingevolge de art. 3f-fa en f van het BW. Wat het tractaat met België inzake de burgerlijke rechtsvordering betreft, is sedert eenigen tijd het laatste woord aan België. Een algemeen ongunstigen indruk nopens de toepassing der preventieve hechtenis heeft de minister niet gekregen Aan alge- heele afschaffing der preventieve hechtenis kan voor een goede rechtspraak niet wor den gedacht. De huurkoop als stelsel was ten tijde van de lol standkoming van het B. W niet be kend. De minister denkt zich een regeling niet in dien zin, dat huurkoop wordt verbo den, doch zoodanig dat met behoud van het instituut bezwaren zoo veel mogelijk worden ondervangen De minister neemt de materie in verdere studie. Ook de minister heeft niet zonder be zorgdheid gezien dat in den laatsten tijd bij herhaling op de gestie van advocaten be denking moest vallen Een nieuw desbe treffend reglement is in een vergevorderden staat van voorbereiding; deze herziening zal kunnen 9trekken om de tucht en disci pline der advocaten meer effectief te maken Wat betreft rechtsbijstand aan onvermo- genden beloonen de advocaten bij de bu reaux van consultatie meer toewijding bij de behartiging der hun toevertrouwde be langen dan uit de klachten van sommige on tevredenen valt af te leiden. Wat aangaat het als wenschelijk voor gestelde verbod om bijv. reizigers uitslui tend tegen provisie in dienst te nemen, hoopt de minister nog gelegenheid te vinden, de indiening van een wetsontwerp betreffende de rechtsverhoudingen van handelsagenten en handelsreizigers te bevorderen. Daar mede is niet gezegd dat het zulk een ver bod zal inhouden. Ten aanzien van laad- en losdagen wil de minister eerst het advies der commissie- Molengraaff afwachten. De klacht over partijdige benoemingen van notarissen acht de Minister niet billijk, De Minister volhardt bij zijn ten aanzien van lijkverbranding en doodstraf ingenomen standpunt. De naleving der Zondagswet voldoet in het algemeen aan redelijke eischen. Wat betreft toezicht op verzekeringmaat schappijen de verkeerde praktijken, waar op hel Voorloopig Verslag doelt, zijn niet nader aangeduid. Een nieuwe distributie van gerechten acht de Minister niet aannemelijk. Ter griffie van de arrondissementsrechtbank te Amster dam bestaat geen achterstand meer. De militaire rechtspraak, behalve voor za ken van krijgstuchtelijken aard af te schaf fen. komt den minister niet gewenscht voor. De minister meent, dat het op het oogen- blik niet de tijd is tot reorganisatie der po litie over te gaan. De rijkspolitie laat, wat vorming betreft, weinig te wenschen. Ook de Minister is van oordeel dat de openluchtgevangenis te Veenhuizen goed werkt, hij i9 dan ook op bestendiging daar van bedachL Met de waardeering voor den arbeid der reclasseering, welke 9preeki uit de klacht over het uittrekken van niet meer geld voor dezen tak van dienst, steemt de minister gaarne in Hef komt hem voor dat de ont wikkeling van dezen tak van dienst niet als afgesloten kan worden beschouwd. Op meer vollf-dige outillage der reclasseeringsorga- nen houdt de Minister zijn aandacht geves tigd. NEDERLAND EN BELGI& Hoe is de stand der onderhandelingen? De commissie voor buitenlandsche zaken van de Belgische Kamer hield gisteren on der voorzitterschap van baron Tkbbaut, den Kamerpresident, een vergadering, welke ge deeltelijk gewijd was aan de betrekkingen met Nederland. Verscheidene leden drongen er bij den rapporteur, oud-ministerpresident Poullet, op aan. dat hij van den minister van buitenlandsche zaken zou trachten te ver nemen, welke de juiste stand der onderhan delingen thans is Raemdonck, katholiek af gevaardigde voor Sint Nicolaas, verklaarde het niet geheel eens te zijn met het ont worpen Belgische kanaalplan Antwerpen— Moerdijk *Daar minister Hijmans niet aan wezig was, werd besloten de discussie ook w' -it het regime deT Zeeschetde betreft, niet verder door te drijven en over acitt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 5