De Opening van 's Rijks Psychopathen-asyl door Minister Donner 69!te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 1 November 1928 Derde Blad No. 21054 HOOFDINGANG EN FRONTAANZICHT VAN HET RIJKS- PSYCHOPATHENASYL DAT HEDEN IS GEOPEND Met eenige plechtigheid, en in tegen woordigheid van een aantal autoriteiten uit rechts- en geneeskundige kringen, uit ver schillende deelen des lands naar onze slad gekomen, heeft hedenmiddag de opening plaats gehad van het Rijks Psychopathen- asyl, dat is ondergebracht in het daartoe inwendig in gereedheid gebrachte voorma- tige Pesthuis, in de Gevangenlaan, aan gene zijde, van de spoorlijn Amsterda.m- Rotlerdam. Eenigen tijd geleden hebben wij een uit voerig artikel gewijd aan de inrichting welke heden door den minister van Justitie is geopend, 'gepubliceerd. Men heeft daarin I reeds kunnen lezen wat de eigenlijke be stemming van het gebouw zou worden en hoe het zou worden ingedeeld. Gisteren hebben wij onder geleide van den heer S. L Veenstra, den chef der onder- afdecling D der derde afdeeling van het Departement van Justitie, bij wien de zorg voor de gestichten van dit Departement ressorteert, een wandeling gemaakt door de lokaliteiten van het voormalig Pesthuis, zooals die er gereed om aan hun nieuwe beslemming -te worden overgegeven uilzien Met bescheiden middelen heeft men hier iets tot stand gebracht dat gezien mag wor den, Deze eerste inrichting voor Psycho- palhen in ons land, die dus niet met eenige andere inrichting is te vergelijken, ziet er sober en eenvoudig, doch niettemin prach- tig uil En het wil ons voorkomen, dat de I verpleegden san wie de uit genecsheeren bestaande directie straks haar zorgen gaat wijden, er volkomen kunnen worden be handeld in den geest, zooals die door de heden in werking getreden Psychopathen- I wetten is bedoeld. Vrijwel niets in het Oude Pesthuis is er, dat doet denken aan een soort gevangenis, aan een inrichting waar de bewoners, na veroordeeling door den Rechter, gedwongen verblijven. Daar zijn in de eerste plaats de eet- en verblijfzalen, alle voorzien van ramen, met onbreekbaar glas weliswaar, doch waardoor niettemin het daglicht volop binnentreden kan, zoodat de verpleegden het oog kunnen laten weiden over de rustige omgeving van het afgelegen en van alle stadsgewoel ver- I wijderde huis, waarin zij gedwongen zijn voor korten of langen tijd te toeven. Ge dekte tafeb vindt men in de eetzalen en servies van porcelein en glas, van onbreek baar materiaal echter alles. In vriendelijke, frissche kleuren zijn de zalen geschilderd, en het verblijf in deze omgeving, kan zoo I wil het ons voorkomen geenszins een ge- vangenisverblijf worden genoemd. O. m. de Kerk en de Kapel zijn netjes gerestaureerd. Keurig zijn ook de vijf kleine kamertjes, waarin straks wellicht enkele verpleegden die zeer goed oppassen, of die door andere I omstandigheden in aanmerking komen om I afzonderlijk te slapen, zullen worden ge huisvest. Zij zijn, ais alles in dit asyl zeer sober, doch aangenaam ingericht. De slaapgelegenheid in deze inrichting die ten hoogste 88 verpleegden onderdak zal I kunnen verschaffen, is overigens in twee ruime zalen gemaakt, waar de verpleegden I m ijzeren kooien, geheel met hecht tralie- w^rk afgesloten in kribben van hetzelfde type als dat hetwelk men in de gevangenis sen ontmoet, den nacht doorbrengen zullen. De kooien worden gesloten zoodra de ver- P fpgden ter ruste zijn gegaan. Ruime, moderne waschgelegenheden be vinden zich op deze zalen en verder is daar ook. in het midden, een slaapgelegen heid voor een bewaker. Ook in deze zalen I e^nwel kan lucht en licht volop binnen- I walen en de verpleegden zullen bij het ont waken hier geenszins de idee behoeven te hebben in een soort hechtenis te toeven. Drachtig is ook de badinrichting, evenals de geheel automatische stookinrichting die v?or de verwarming en warmwatervoorzie- i.11"? zorgt En dat in dit naar de speciale sischen van een Psychopathenasyl doch naar de gewone eischen van een Joaern groot ingericht gebouw, ook de euken enz gezien mogen worden, behoeft nauwelijks betoog Als men den hoofdingang gepasseerd is de fraaie houten trap links in het por- jbetreedt, komt men in de kamer van ea directeur, die tevens als vergaderzaal voor de Commissie van Toezicht is bestemd. Aangrenzend vindt men o.a. de werkkamer van den administrateur. Ter andere zijde in het portaal is de por- i tiersloge, waarin een slaapgelegenheid voor een waker is ingebouwd en waaraan j wacht- en spreeklokalen voor bezoekers van verpleegden grenzen. Wanneer men de trap naast de portiers loge opgaat, komt men in de werkkamers van den adjunct-directeur, dr. Wiersma, en daar vindt men de vernuftige instrumenten, waarmede deze psychiater de patiënten voortdurend zal onderzoeken. Doch niet al leen de patiënten. Want, en deze afdeeüng vooral is van belang, hier zullen door dr. Wiersma ook worden onderzocht, de van misdrijf verdachten, welke hem door de justitie worden gezonden, en die hij gedu rende de maand dat zij in het Asyl in een geheel van de eigenlijke verpleegden gese pareerde afdeeling zullen verblijven, za! <>t>- serveeren en conlroleeren naar de geest es- i vermogens en naar de mate waarin zij daarover de beschikking hebben. En zoo gelooven wij. na hetgeen wij reeds I omtrent het nieuwe Rijksgesticht waarmede onze stad heden is verrijkt en waarover wij gelijk gezegd eerder reeds het een en an- j der publiceerden, de voornaamste bijzonder- heden die den lezer kunnen interesseeren, te hebben vermeld. En als wij ten slotte nog vermelden dat zich in dit asyl ook eenige gewone cellen bevinden, waarin zeer lastige verpleegden tijdelijk kunnen worden opgesloten men hoopt er natuurlijk wei nig gebruik van te moeten maken dan kan men zich een idee vormen van de wijze waarop binnenkort de bewoners van het we der in gebruik genomen voormalig Pest huis, die des daags in de schoen- en kleer makerij. in de schilder- en andere werk plaatsen zullen arbeiden, zullen worden verpleegd. Dr. Scholtens. De directeur. Dr. J. Scholtens werd 21 September 1871 te Groningen geboren en op 14 October 1890 aan de Groningsche Universiteit als student ingeschreven. Hij promoveerde op 20 Dec. 1900 tot doctor in de geneeskunde op een proefschrift over de „Combinatie van de mentia paralytica met andere psychosen". Na zijn promotie werd hij geneesheer aan het krankzinnigengesticht te Meerenberg en in 1901 geneesheer-directeur van het krank zinnigengesticht te Paramaribo. Hij ver trok vandaar in 1908 naar Oost-Indië, waar hij benoemd was tot geneesheer aaD het krankzinnigengesticht te Buitenzorg, waar van hij eenige jaren later directeur werd. Dit bleef hij tot 1924. toen hij met verlof naar Europa vertrok. In 1925 werd hij be noemd tot eersten geneesheer bij de bijzon dere strafgevangenis te Scheveningen, welke functie hij thans nog yeryuIL Dr. D. Wiersma adjunct-directeur van het psychopathen- asyl, werd 16 Mei 1899 te Groningen gebo ren en is een zoon van den hoogleeraar in de psychiatrie aldaar, prof. E. D. Wiersma. Hij werd 26 September 1917 als student in de geneeskunde aan de Universiteit te Gro ningen ingeschreven en promoveerde aldaar op 26 Juni 1923 tot doctor in de genees kunde op een proefschrift over de „Psychia trie van dementia praecox. Een historisch, critisch en experimenteel onderzoek". Hij was gedurende eenige jaren assistent bij zijn vader en daarna conservator bij de psychiatrisch-neurologische kliniek der Rijksuniversiteit te Groningen. Genoodigden. De opening werd bijgewoond door: Minister van Staat mr Th. Heemskerk, Minister van Staat jhr. mr H. A. van Kar- nebeek. Commissaris der Koningin in Zuid- Holland, mr J Limburg. Lid van den Raad van Slate; mr. J. Schokking, oud-Mirftster van Justitie, burgemeester van Katwijk; jhr. mr. W. H. de Savornin Lohman, president van den Hoogen Raad der Nederlanden, mr. A. Tak, Procureur-Generaal bij den Hoo gen Raad der Nederlanden, mr. L. Ch. Besier, Advocaat-Generaal bij den Hoogen Raad der Nederlanden; jhr. mr J. L. W. C. von Weiier, waarnemend President van het Gerechtshof te 's-Gravenhage; jhr. mr. P A. J v. d. Brandeler, Procureur-Generaal bij het Gerechtshof te 's-Gravenhage, mr A. II. du Mosch, President der Arrondissements rechtbank te 's-Gravenhage; den Algemeenen Raad voor Psychopathen- zorg, bestaande uit: mr. J. R. H. van Schaik, lid van de Tweede Kamer, voorzitter, prof. mr. W. A. Bonger, hoogeleeraar aan de Ge meentelijke Universiteit, te Amsterdam, prof. dr. L. Bouman. hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht; prof. rnr J. V. van Dijck. Raadsheer in den Hoogen Raad ier Nederlanden, mejuffrouw mr C V Katz, lid van de Tweede Kamer. dr. C. Kor- tenhorst, geneesheer aan het krankzinnigen gesticht „Voorburg" te Vught (N.-B.); mr. W. L. Luvken Glashorst. Officier v. Justitie te 's-Gravenhage; mr. L. Lindeboom, advo caat en procureur te 's-Gravenhage. secre taris; de Commissie van Toezicht op de Rijks- asyls te Leiden, bestaande uit: mr. A. v. d. Sande Bakhuyzen, burgemeester van Lei den, voorzitter; mr. P. E. Briët, lid van de Eerste Kamer: A. Couvé alhier; mevr. S. C. de VriesDe Vries, alhier; mr H I. J. M. van Wensen, alhier; de Wethouders van Leiden; prof mr A. J Blok, hoogleeraar in het strafrecht alhier; prof. dr. v d. Hoeven, voorzitter der medi sche faculteit der Rijksuniversiteit alhier; prof. dr G Jelgersma, hoogleeraar in de psychiatrie alhier: mr. F. Ligtenberg, Kan tonrechter alhier; prof. dr. E. D. Wiersma, hoogleeraar te Groningen; de inspecteurs van het Geneeskundig Staatstoezicht op krankzinnigen: de heeren dr J. H. Schuurmans Stekhoven en H J. Lubberman. het bestuur der Rekkensche Inrichtingen, vertegenwoordigd door de heeren E. René van Ouwenaller en ds. dr. W L. Slot; den eerwaarden broeder-overste der Con gregatie van O. L. V. van Lourdes te Don gen; mr. dr. N. Muller, rechter te Alkmaar, redacteur van het maandblad voor Berech ting en Reclasseering; ds. J. W. Groot En- zerink, Ned.-IIerv. predikant alhier; pastoor P. L. Dessens, alhier; het hoofd van den Rijksgebouwendienst J C E. Baron van Lynden en den hoofdarchitect ir. J. G. Robbers. Van het Departement van Justitie waren voorts aanwezig: mr. J. P. de Meyere, di recteur-generaal van het Gevangenis-, Rijks tucht- en Opvoedingswezen; mr. W. D. Caudri. administrateur, chef der onderaf- deeling 3 A Gevangeniswezen; de heer S. L Veenstra, inspecteur der Reclasseering, belast met voorbereiding van de uitvoering der Psychopathenwetten; mr. W. A. Pan nenborg, referendaris; jhr. mr. F. G. W. J. Backer, hoofdcommies en mr. J. S. Korte- weg, inspecteur van het gevangeniswezen; Mr. J. P. Hooykaas, commies; de heer P. C. G. A. Wijkmans. directeur van den Dienst voor Snc. Zaken alhier Toen alle genoodigden b'j de plechtige opening in de Gymnastiekzaal bijeen waren, wa9 de minister van Justitie mr. Donner de eerste die het woord nam, tot het uil- spreken van de volgende rede- Rede van den minister. De dag van heden brengt met de in werkingtreding van de Psychopalhenwellen de afsluiting van een langen weg van vooi- bereiding Meer dan 171/* jaar geleden het was 28 Maart 1911 onder het bewind van den Minister Mr. Robert Regout werden bij de Tweede Kamer aanhangig gemaakt een tweetal ontwerpen, houdende voorzieningen met betrekking tot crimineele psychopathen. Zij kwamen voort uit, de overtuiging dal in het strafrecht de enkele grenslijn van on toerekenbaarheid en toerekenbaarheid in het licht van de resultaten van wetenschap en ervaring te ruw moest worden geacht. Onder de niet-toerekenbaren was een dif ferentiatie niet te miskennen, die bij be handeling naar gelijken maatstaf tol in breuken op de gerechtigheid moest leiden. Bijzondere voorzieningen op het gebied v Straf- en Straf-procesrecht konden daarom niet uitblijven. Doch die op de mate van T Minister Donner. schuld georiënteerde voorzieningen brachten anderzijds met te meer klem naar voren, dat met een zuiver-strafreehtelijke behan deling der gevallen niet kon worden vol- staan, maar de belangen der openbare orde verdere maatregelen eischlen. Over deze ontwerpen is een jarenlange i gedachtenwisseling gevoerd, die minder nog d& grondgedachte, dan wel de uitwerking betrof. Het was eerst tegen het einde van i hel in zoo velerlei opzicht vruchtbare be- j wind van Minister Heemskerk, dat de j wetten den 28en Mei 1925 het Staatsblad I bereikten. En dat geschiedde dan nog onder de reserve, dat omtrent de uilvoering nog J nader beraad in verband met den toestand I van 's Lands financiën noodig zou zijn. Die reserve had meer bepaaldelijk betrek- king op hetgeen werd vereischt voor het bij de wetten ingevoerde instituut van de ter beschikkingstelling, welk instituut de aan wezigheid van daartoe geëigende inrichtin- gen onderstelde. Gelukkig is het met die reserve nog al mede geloopen. Tenminste is voor de in- j voering nog niet het vierde gedeelte van I den voor de totstandkoming benoodigden tijd gebruikt. Zeker heeft daartoe medegt- werkt, dat van den beginne aan het stand- punt is geweest, dat men niet in finantieel opzicht gunstiger tijden moest afwachten, maar liever moest trachten de zaak, hoe zeer dan binnen wat minder ruim opgezet kader, op gang te brengen. Zooals gezegd, vroeg daarbij vooral zorg het scheppen van de gelegenheid lot toe passing der Ier beschikkingstelling. De wet zag de uilvoering daarvan slechts ten deele als rechtslreeksehe Rijkstaak; aan de par ticuliere medewerking werd in navolging van het bij minderjarigen toegepaste stel sel een groote plaats toegedacht. Het stichten van een Rijksasyl en hel betrekken van particulieren in deze zaak, werd dus het naaste program Wat het Rijksasyl betreft, het finantieel motief liet voor stichting van een geheel nieuwe inrichting geen ruimte. Als een uitsluitend nadeel is dit intusschen niet ge voeld. waar men hier stond voor een vrij wel geheel nieuw terrein en de te stellen eischen dus niet naar de ervaring kon wor den bepaald. Door een niet al te kostbare voorziening in een bestaand gebouw ontging men het risico, dat belangrijke uitgaven zouden zijn gedaan voor een inrichting die op den duur de eischen der praktijk niet zou blijken te kunnen bevredigen. Na vele overwegingen viel het oog op het gebouw te Leiden, dat, na in den loop der jaren reeds meer dan een bestemming te hebben gehad, in 1925 hare bestemming als Rijksopvoedingsgesticht voor jongens ging verliezen. De Rijksgebouwendienst wist een aantrekkelijk plan te maken ik mag in dit verband wel den naam van Ir. Robbers met waardeering vermelden; met de gemeen te Leiden, wier eigendom het gebouw is, wcra een regeling getroffen, die onder meer ook de beschikking zoo noodig over buiten- terreinen verzekerde en, nadat aldus de zaak was voorbereid, heeft de Rijksgebou wendienst ik breng dien dienst in den persoon van zijn chef, baron Van Lynden, gaarne mijn dank met kracht de uitvoe ring ter hand genomen en op talentvolle wijze volvoerd. Ook bij aankleeding en meu bileering is vrijwel uitsluitend met oud ma teriaal gewerkt, doch. zooals gij zult zien, op een wijze, die eerbied afdwingt voor wat er ook aldus van gemaakt is. Geheel af ge loopen is de taak van den gebouwendienst nog niet, want, terwijl aanvankelijk ge tracht is het Rijksasyl voor vrouwen geheel afzonderlijk van dat voor mannen te stich ten, is nader de slotsom geweest, dat op 1 ditzelfde terrein daarvoor, althans voorloo- pig, een geschikte voorziening is te treffen; daaraan wordt nog gewerkt. Inmiddels werden ook onderhandelingen gevoerd met particulieren om'hun medewer king te verkrijgen. De vereeniging, die te Rekken haar stichting voor psychopaten zorg heeft, had aanstonds bij de totstandko ming der wetten naar goede diensten aan geboden. Met die vereeniging werd een regeling getroffen, als gevolg waarvan thans te Rekken een inrichting voor crimineele psychopathen ,,01denkott" in aanbouw is. Van Roorasch-Katholieke zfjde werd even eens contact gezocht en onder Heilo is, in aansluiting aan den bouw van een krank zinnigengesticht, een psychopathen-inrichting in wording, die aan de uitvoering der Psy- chopathen-wetten mede dienstbaar zal zjjn. Aldus mocht de voorbereiding, de omstan- digheden in aanmerking genomen, nog vlot verluopen, en daartoe werkte zeker ook mede, dat het administratief gedeelte, dat by de afdeeling reclasseering van het De partement was ondergebracht, door den chef dier afdeeling, den heer Veenstra, en diens staf met élan en voortvarendheid werd vol bracht. En zoo kon, al is dan ook nog niet alles ten volle gereed, de le November als dag van inwerkingtreding worden vastgesteld. Deze dag beteekent dus de afsluiting van een langen weg van voorbereiding. Maar tevens de ontsluiting van de periode der toe passing. Wat zal deze brengen? Op den drem pel daarvan staan wij met vele vragen. Het is de rechterlijke macht waarvan ik het ten zeerste waardeer, dat zij hier is vertegenwoordigd die de eerste aanra king met de in werking tredende wetten zal hebben. In welke gevallen en hoe zal zjj de ze toepassen? Naar een in ons land deug delijk gebleken traditie is ook op dit ter rein aan de rechterlijke macht een groote vrjjheid gelaten, maar daarmede ook een moeilijke taak gesteld. Terwijl de vraag van de gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke sto ring der verstandelijke of zooals het vanaf heden heet der geest-vermogens zich slechts opdeed, voorzoover ontoereken baarheid daarvan het gevolg was overi gens op zichzelf ook reeds een gebied vol moeilijkheden zal thans elke gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke storing, ten tijde van het begaan van het feit aanwezig, tot een afwijkende voorziening kunnen leiden. Maar bij de onbegrensdheid van dit begrip hoort men niet somtijds, dat niemand als geheel normaal is te beschouwen? zal het zaak zijn de juiste maat te houden. Uit drukkelijk erkent de wet de mogelijkheid op niet-on toerekenbaren ondanks gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke storing het gewone strafrecht toe te passen. Daarnaast kent de wet een modaliteit van de gewone strafrech telijke behandeling daarin bestaande, dat de rechter zelf vaststelt, dat de gevangenisstraf in een bijzondere gevangenis tot op he den administratief reeds in de gevangenis te Scheveningen gegeven zal worden on dergaan. En dan in derde plaats komt de gelegen-, heid om. in aansluiting aan de strafrechte-, lijke behandeling, den delinquent ter be schikking te stellen, doch dit nog weder onder de uitdrukkelijke reserve, dat het belang der openbare orde dit bepaaldelijk vordert. Zóó is duidelijk, hoezeer de rech-. terlijke macht hier een door haar in zelf standigheid te vervullen taak krijgt. Het constaleeren der afwijking is niet voldoende; de vraag, of en in hoeverre zulks tot bijzon dere behandeling moet leiden is er eene. ten opzichte waarvan de rechterlijke macht nader, en wel naar eigen gezichtspunten, zal moeten handelen. Intusschen. al is aldus de zaak allerminst door deze wet van den rechter naar den psychiater overge bracht, stellig krijgt de psychiatrische voor lichting onder deze wetten verhoogde be- teekenis. Ons nieuwe strafprocesrecht heeft in het instituut der observatie van preven tieve verdachten aan die psychiatrische voorlichting reeds eerder een ruimere plaats gegeven. Wij zijn er op bedacht ge weest in dit opzicht ook aan het heden te openen asyl een taak te geven: in dit asvl is een laboratorium ingericht in het bij zonder vopr de observatie van preventieven en aldus meerdere organisatie en centrali-. satie van die observatie mogelijk gemaakt, waardoor deze in waarde kan winnen. Ziet aldus de rechterlijke macht in eerste instantie e'en waarlijk niet gemakkelijke taak zich opgelegd, ook voor hen, die de verdere toepassing van deze wetten hebben, ligt de toekomst niet scherp afgeteekend. Met name ook bij de opening van dit asyl vermenigvuldigen zich de vragen. Hoevelen zullen hier komen? Wat zal hun qualiteit zijn? Zal het een groote differentiatie ople veren, die belangrijke verschillen in behan deling zal noodig maken? Zal het blijken, dat het asvl zijn hoofd bestemming moet hebben in het afzonderen van voor de samenleving ongeschikte ele-. menten of zal het aanpassen van onmaat- schappelijken een belangrijke plaats kunnen innemen? Dat laatste is ook weder van invloed op een andere vraag. n.l. welke de taakverdeling tusschen dit asvl en de par ticuliere inrichtingen zal kunnen zijn eri dan verder, in welke mate de in het Psvcho- palhenreglement voorziene gezinsverpleging toepassing zal kunnen vinden? Vragen allemaal, waarop het antwoord met stelligheid niet is te geven. Maar die wel geschikt zijn de belangstelling gaande te houden bij hen, die tot medewerking aan de uitvoering geroepen zijn. Daartoe is in de wet ten dienste der Re geering allereerst de instelling voorzien van een Algemeenen Raad voor Psychopathen- zorg, die, zooals de wet het uitdrukt ,,tofc toezicht, bijstand en advies" is bestemd. Het heeft mij zeer verheugd, dat ik in staat ben gesteld dien Raad samen te stellen op een wijze, welke naar mijn oor deel van vruchtbaren arbeid verzekerd mag doen zijn. Het kwam mij voor. dat het van veel belang was in den Raad de erva- ring te brengen van het Centraal Collego voor de reclasseering. en het is mede uit dien hoofde, dat ik het zeer gewaardeerd heb U, mr Van Schaik, bereid te vinden het voorzitterschap te aanvaarden. Van mijD kant moge ik op de medewerkine van Uwen Raad een vertrouwend beroep doen. Terwijl de R-aad ook op dit asyl zijn functie van toezicht zal uitoefenen een algemeen toezicht noemt de wet het i*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 9