Humor uit Biet Buitenland. VOOR DE HUISVROUW. üt beste grondstoffen en de modernste mmu bereiding geeft ihn. GENEESKUNDIGE BRIEVEN. Dtrksen „En Ik zal Je laten zien wie hier de baas In hnls ls". Mevrouw Dirksen „Dat kun Je niet. Het ls haar uitgaans avond". (Toronto GobUn). „Mooie kerel ben jij, om daar maar te blijven staan en mij zulke dingen tegen je vrouw te laten zeggen". (Judge). Jongmensch Nu, meneer, 11c hoop dat U me het babbeltje dat we gehad hebben, niet kwalijk zult nemen. Om U de waar heid te zeggen, üw dochter heeft me niet geaccepteerd en lk heb haar ook nooit gevraagd. Ziet dit la een soort repetitie geweest, want lk moet morgen met kolonel Bulder sproten over *Un Jongste dochter". (Humorist» Eigenaar, wiens baby-autotje door z'n benzine le, een paar Kilometer van huls „Dat ls natuurlijk weer die verdraaide Jongen. Heeft zijn sigaren-aansteker weer uit onze tank ge vuld I" (Passing Show). Uitgesproten plattelander, die een verjaarscadeau van z'n familie u:t de stad krijgt „Machtig aardig van G(js om aan me te denken, maar ik loop toch liever met uitgezakte knieën dan dat lk den heelen dag met zoo'n broekepers rondloop" (Bondon Opinion). Vrouw, tot haar man die naar beneden gaat waar een Inbreker is geltcc „En denk er aan, Leonard, laat vooral Je lagere natuur Je niet belieerschen. Het ls heelemaal voldoend© als je hem alleen maar wat verschrikt maakt". (Humorist). maken, maar als 't geld ontbreekt, dan komt er ten slotte toch niets van terecht. Daarop wordt de getuige J. Th. L. Wit- hofkens voorgeroepen. De verklaringen van dezen getuige werpen geen nieuw licht op de zaak. Vervolgens wordt de getuige A. v. d. Tooren gehoord. Door dezen getuige wordt de kwestie van de borgtochten, welke des tijds voor de rechtbank zeer uitvoerig is besproken nogmaals aangeroerd. Getuige blijft bij zijn verklaring slechts één borg tocht, n.l. dien van het z.g. kaesierscon- tract, te hebben onderteekend. Tenslotte wordt gehoord mr. J. G. Schür- mann, die verklaarde bij alle verklaringen te blijven welke voor de rechtbank door hem zijn afgelegd. De president: Toen u de onderhandelin gen over den verkoop van de aandeelen in de „Veendammer" opende, was de be klaagde J. P. H. W. daarbij loen ook tegenwoordig? De getuige bevestigd dit. De president: Eerst was er sprake van dat de geheele betaling geschieden zou in contanten. Later werd het plan geopperd om de helft der koopsom te voldoen met de activa van de „Veendammer", niet waar? De getuige: Ja, doch toen zijn de onder handelingen afgesprongen, Waarom dit gebeurde, ben ik nooit le weten gekomen. Het is echter steeds mijn idee geweest, dat de betaling geheel in contanten zou geschieden. De president: In het door u gemaakte concept-contract is die bepaling wel opge nomen, maar zij is zoo verborgen, dal men er bijna overheen leest. Als ik dat contract had moeten maken, zou ik 't toch anders gedaan hebben. De getuige zegt voorts, dat er eerst na dat zijn concept-contract was geparafeerd, spake was om niet in contanten, maar in hypotheken van de „Veendammer" te be talen. De president merkt op, dat liet zeer de vraag is ot inderdaad een hypothecaire vor dering vervangen mag worden door een per soonlijke, al is dit nóg zoo goed. In dit ge- vaJ echter was de persoonlijke vordering niet volwaardig te noemen. Wanneer de borgtocht van Van der Too ren ter sprake komt zegt de getuige, in de veronderstelling te zijn geweest dat de ver dachte J. J. W. den borgtocht bij zich had gestoken om dien aan den verdachte A. C. J1 te overhandigen. De president: U hebt dus niet gezorgd dat de borgtocht in handen kwam van de be langhebbende, n.l. de Veendammer Hypo theekbank. U zult toch wel hebben inge zien, dat een borgtocht geen waarde heeft, wanneer de crediteuren hem niet in han den krijgen. Gesproken wordt dan over de onderteeke- ning van hel verkoopcontract en het daarna onderteekende aanvullingscontract. Getuige Schürmann houdt, evenals des tijds voor de rechtbank vol, dat de beide contracten direct na elkaar onderleekend zijn. De president: Maar hoe is het dan moge lijk dat de accountant Smits wel zijn hand- teekening geplaatst heeft onder het groote contract en niet onder het aanvullings contract? De getuige- Dat weet ik niet. De getuige Smits verklaart pertinent het aanvullingscontract niet gezien te hebben. De president: Hebt u wel eens iels ge merkt van ongerustheid van den accoun tant Smits? De getuige: Neen. ik heb hem alleen ge zegd. dat de betaling met hypotheken ge wettigd was, wanneer er een behoorlijke tegenprestatie tegenover elond. Voorts ver klaart de getuige, enkele malen met den verdachte J. P. H. W. over den verkoop ge sproken to hebben, de laatste maand voor de overdracht echter nietl Op den avond van de overdracht heeft getuige den ver dachte J. P. H. W. voor het eerst terugge zien. Of deze verdachte toen een werkzaam aandeel heeft gehad in de besprekingen kan getuige niet zeggen. De president schorst daarop de zitting tot Maandagmorgen tien uur. JENEVER SMOKKELARIJ De arrondissementsrechtbank te Breda heeft uitspraak gedaan in een zaak, die weer eens aantoont, hoezeer nog steeds ac tief werk wordt verricht door het gilde der beroepssmokkelaars aan onze zuidelijke grenzen. In den nacht van 23 op 24 Mei hebben ml. de commiezen onder Oosterhout aangehouden een auto, welke door daarin aangebrachte ijzeren platen ter bescher ming tegen eventueele revolverprojectielen in een ware pantserauto was veranderd. Daarmede werden frauduleus vervoerd ver schillende soorten gedistilleerd tot een totaal van 310 liter. De eigenlijke smokke laars, die bij de administratie bekend zijn, konden echter niet op heelerdaad worden betrapt en wisten den dans te ontspringen. De dupe van de historie werd een werke loos los werkman uit Baarle-N'assau, die zich voor f, 25 had laten vinden den wagen door de verboden terreinslrook te chauf- feeren. Overeenkomstig den eisch van den Rijks advocaat en den officier van justitie werd deze man door de arr. rechtbank te Breda veroordeeld tot vijfmaal f. 960 t 4800 boete, ook verhaalbaar door lijtsdwang, subsidiair dertig dagen hechtenis. Als het zoo door blijft gaan, word ik pe dant! Ik ben er aan gewend, dat dames me over allerlei hnishondelijke onderwerpen raad vragen, daarom schrijf ik ook in deze rubriek. Maar nu komt me daar opeens een lezeres met een heel risje vragen over planten alsof een „huisvrouw" 't zelfde zou zijn als een tuin-man! Tot overmaat van ramp verklaart de vriendelijke briefschrijfster, dat tuinlieden en bloemisten haar onvoldoende inlichtten en achterhoudend zijn met hun adviezen 1 lk moet u eerlijk bekennen, dat ik nu ook mijn licht bij een bloemist ben gaan opste ken, want uit mij zelf wist ik niet alles wat u vroeg1 In de eerste plaats dan de hortensia. Toen ik uw klacht las, dat u de plant niet in bloei meer kunt krijgen en dat u haar 's winters binnenhaalt, dacht ik direct, en de bloemist stemde hier volkomen mee in u moet de plant met rust laten en niet steeds van binnen naar buiten brengen en omgekeerd. Ik kreeg ook eenige jaren her een mooi bloeiende hortensia, die den gan- schen zomer binnen bleef staan en in 't na jaar in den tuin werd geplant. Als ik T me goed herinner, werd zij dien eersten winter wat bedekt net als de rozen om haar te be schermen tegen de vorst. Zij staat nog steeds op hetzelfde plaatsje. Ik haal haar 's win ters nooit binnen en zij groeit en bloeit, dat het een lust is om te zien. Vraag eens aan uw tuinman of de plant nu nog naar buiten kan. Ik ben bang dat het al te laat is. Houd haar dan binnen tot het voorjaar en plant haar daarna op een goede, ruime plaats, waar zij volop licht en lucht heeft en laat haar daar verder rustig staan. Zij moet natuurlijk uit den pot worden geno men. Ik heb hoop, dat zij dan in 1930 wel weer bloemen dragen zal. Maar ik kan er niets zeker van zeggen want het is best mogelijk, dat de plant oorspronkelijk, vóór zij bij u kwam, te veel getrokken is in de kas; dan is zij nu uitgeput en kunt u zelfs met de allergrootste zorg er geen bloemen meer aanbrengen. Het is zoo moeilijk u advies le geven over bloemen en planten zonder dat ik ze ken en het is me helaas onmogelijk u een be zoek te brengen om uw planten te inspec- teeren. Wat u met uw roos moet aanvangen? Honingdauw en roest behoeven geen belet sel te zijn voor die roos om te bloeien. Krijgt uw tuin wel geregeld goede koemest? Het feit, dat u juist met bloeien sukkelt, bracht mij op de gedachte, dat uw grond misschien niet voedzaam genoeg is. U moet geen vooroordeel tegen tuinlui koesteren. Heusch! Zij zijn zoo kwaad niet. U moet één vasten tuinman in vertrouwen nemen en hem laten mesten en zorgen voor uw planten Dan voelt hij zich mede ver antwoordelijk, dat uw bloemen floriseeren. Ik bestrijd alle rozenkwalen met tabak! Dat is een soort „wonderolie" voor die plan ten! Zij is een redmiddel voor alles wat de roos mankeert! U laat een 2 5. 3 ons tabak trekken, net als thee. Giet er kokend water op, dek den pot af en laat hem 24 uur rustig staan. Schenk er dan het vocht af door een zeef; verwarm dat afgietsel tot het goed warm is (maar nog lang niet „heet"!) en giet het dan met een klein gietertje over de zieke plant uil. Als de ziekte van de roos aan de onderzijde der bladeren zit, doet u beter de tabak er tegen aan te spuiten met een fijn planlenspuitje. Ik heb op die manier verscheidene rozen genezen van 't z.g. wit: een soort schimmel en ik verdrijf er ook de luis en wormpjes mee. U kunt het ook eens probeeren met uw honingdauw-roos. Baat het niet, schaden doet het zeker niet. Maar pas op, dat u geen kokende tabak over de plant uitgiet, want dan verbrandt u uw roos. Wanneer u op deze wijze den honingdauw heeft verdreven, moet de plant een goeden mest hebben. Daarvoor kan ik u geen recept geven. Ik laat mijn ganschen tuin altijd ééns per jaar flink koemest geven. Niet sterke of zieke planten krijgen bovendien van mijn tuinman dan nog wel eens wat mest apart. Ook uw pioenrozen hebben elk jaar koemest noodig; een verdere speciale behandeling is niet in hun belang. U laat mij een grooten sprong maken door in denzelfden brief het patroon van een gebreiden buffellooper le vragen! RECLAME. 102 01 Hier is hel: brei met garen No. 100 of 160 op pennen No. 1 of No. 0 Zet 8 steken op en brei twee loeren recht; derde toer omslaan één recht-, vierde: recht; vijfde omslaan twee recht; zesde recht; 7de omslaan drie recht: 8sle recht9de omslaan één recht, omslaan, één recht, minderen; 10de recht; 11de omslaan, één recht, om slaan twee recht, minderen; 12de recht; 13de omslaan één recht, omslaan drie recht, minderen; 14de recht; 15de omslaan één recht, omslaan twee recht; omslaan twei recht, minderen; 16de zeven recht, minde ren; 17de omslaan, één recht, omslaan, twee recht, omslaan, drie recht, minderen; 18de echt recht, minderen; 19de omslaan, één recht, omslaan, twee recht, omslaan, vier recht, minderen; 20ste negen recht, min deren; 21ste omslaan, één recht, omslaan, twee recht, omslaan vijf recht, minderen; 22ste tien recht, minderen; 23ste omslaan één recht, omslaan twee recht, omslaan. ze9 recht, minderen; 24sle elf recht, minderen; en op deze manier doorgaan tot 24 recht, minderen. Daarna drie toeren av&rccht met dikker garen (katoengaren No. 24) tn los afhechten. Voor het vierkante patrujii 8 steken op zetten. Eerste en tweede toer recht; voorts alle even toeren recht; derde toer omslaan, één recht, omslaan één verdraaid; 5de toer omslaan 3 recht, omslaan, 1 verdraaid; 7de omslaan. 5 recht, omslaan 1 verdraaid; 9de omslaan, 7 recht, omslaan, 1 verdraaid; 11de omslaan, 1 recht, omslaan, 7 recht, omslaan, 1 recht, omslaan, 1 verdraaid; 13de omslaan 3 recht, omslaan, 2 recht, dubbel minderen, 2 recht, omslaan, 3 recht, omslaan, 1 verdraaid; 15de omslaan. 1 recht, omslaan, 1 dubbel minderen, om slaan. 1 recht, dubbel minderen. 1 recht, omslaan, 1 recht, omslaan, dubbel minderen, 1 verdraaid; 17de omslaan, 3 recht, om slaan, 1 recht, omslaan, 3 recht, omslaan, dubbel minderen, omslaan, 3 recht, omslaan, 1 recht, omslaan 3 recht, omslaan 1 ver- d ra aid; 19de omslaan, 1 recht, omslaan, dubbel minderen, omslaan. 3 recht, omslaan, dubbel mindefen; omslaan, 3 recht, om slaan, dubbel minderen; omslaan, 3 recht, omslaan, dubbel minderen, omslaan, 1 recht, omslaan, 1 verdraaid, 21ste twee recht, om slaan, 3 recht, omslaan, dubbel minderen, omslaan. 3 recht, omslaan, dubbel minderen, omslaan. 3 recht, omslaan, dubbel minderen, omslaan 3 recht, omslaan. 2 recht. 1 ver draaid. 22ste toer 22 recht-, naai nu de rondfn en vierkanten aan elkander als op dit schetsje en haak alles om met zes toe ren. Eerste toer 7 lossen, een vaste; 2de toer 8 lossen, een vaste; 3de loer 9 lossen, een vaste enz. tut 12 losse, een'vaste. Beenbreuken. Do beschrijving van (Jen bouw van been weefsel was noodig om een goed begrip te verkrijgen van wat gebeurt als een been breekt. Wie wel eens een skelet gezien heeft, zal in den regel van meening zijn, dal er heel awt toe noodig is om een zoo stevig bot als bijv. het dijbeen o[ het bekken is te breken. Dat het bjj overrijding door een spoortrein oi een zwaren lastwagen gebeurt, begrijpt ieder. Maar dikwijls is een veel minder sterk geweld voldoenda. Vallen van een betrekkelijk geringe hoogte, struilftlen, zich verstappen, een plotselinge ongewone beweging, zooals het zich inspannen om niet te vallen, het wegwerpen van een voorwerp, het wegslaan van een tennisbal, dat ailes vindt men op de lijst der oorzaken van een beenbreuk. Hieruit blijkt wel, dat het been betrekke lijk broos moet zijn. Dat is inderdaad som tijds het geval. Maar niet altijd. Er bestaat in dit opzicht een zeer groote verschei denheid. Soms ziet men beenderen, die om zoo te zeggen, niet kapot te krijgen zijn. Hei andere uiterste is wel de toestand, waann het been door enkele riekten verkeert en waarbij het zoo broos is, dat een gewone, niet eens heel krachtige beweging een breuk ten ge volge heeft Afgezien van bepaald ziekelijke afwijkin gen, neemt het been in breekbaarheid toa naarmate de meosch ouder wordt Dit gaat vrijwel parallel mot een langzaam toenemend kalkgehalte. In de jeugd, als nog veel kraak been en lijmgevend weefsel aanwezig is, kunnen de beenderen vrij groot geweld ver duren zonder te breken. Wij zien dan ook dikwpis kinderen vallen enz. zonder den minsten hinder, terwijl wij er zeker van kun nen zjjn, dat een bejaard persoon, aan ten- zelfde geweld blootgesteld, er zeker niet ongeschonden van af zou komen. Aan de wijze, waarop het been gebroken is, kan men dikwijls zien, op welke wijze de breuk tot stand kwam. Een harde slag op de schacht van een pijpbeen kan dit dwars doorbreken; was het een buigend geweld, dan zien wij herhaaldelijk een V-vormige breuklijn; als het been gedraaid, gewrongen is, dan ontstaat gewoonlijk een schroefvor mige breuklijn enz. Het laat zich begrijpen, dat, als het been breekt, tevens het beenvlies en de daarmee vergroeide weeke deelen verscheurd worden. Blijft de huid, zooals dikwijls het geval is, onverlet, dan is dus als het ware een inwen dige wond ontstaan. Tal van bloed- en lymphevaatjes zjjn verscheurd en nieruit stroomt bloed en lymphe in de gevormde scheur. Dit kan natuurlijk slechts zoolang ge schieden, totdat de drukking van de uitge stroomde vochteu gelijk is geworden aan cltn druk in de vaten. Maar bet vrije bloed er- spreidt zich niettemin in de weefselip.eitn der omgeving en zoo kan men het Jour de rood-blauwe kleur waarnemen als het ondet de huid is aangeland. De stevigheid der ledematen, welke zij dan ken aan het been, is uit den aard der zaak verdwenen, zoodra het been breekt. Be patiënt kan dus dal lid niet meer bewegen, en al zou hjj het kunnen, dan zou hij net cel laten door de hevige pijn, die bij elke bewe ging ontstaat. In zeer enkele gevallen blijven de gebroken beenuiteinden ten opzichte van elkaar in de zelfde positie. Gewoonlijk nemen zjj een an deren stand aan, hetzij dat zjj langs eikaar schuiven of een hoek met elkaar maken, fit is voornamelijk het gevolg can de samentrek king der aan het been vastgehechte spieren Wanneer de gebroken uiteinden weer netjes tegen elkaar geplaatst worden (wanneer nel 2-8

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 10