HOE LEENTJE EEN BOODSCHAP VOOR MOEDER DEED. achterdochtige boerin. CORRESPONDENTIE. VERHAALTJE OP RIJM door C. E. DE LILLE HOGERWAARD. r Veld zei eens tot Leent je: .ind, haal mij een half pond stroop meneer de Kat, op 't Kerkplein, 'eet je wel, waar 'k altijd koop e knikte heel parmantig, dien winkel wist ze best. kocht Moeder daar en koekjes, ie, suiker en de rest. zei Moeder, 'k leg het geld, kind, p den bodem van de kan. nu vlug; geen omweg rnaken. ian ik beusch daarvan op ml e antwoordde: k Doe 't daad'lijkl ging welgemoed op pad. a stond zij in den winkel, veel stroop was daar in 't vat! Half pond stroop, meneer zei 't meisje zij reikte hem de kan, die half gevuld met stroop weer. nhet geld 1 vroeg nu de man. help, was me dat schrikken 1 it je werd óp eens spierwit i staamMend: Och, meneertje, k Denk, 't nog op den bodem zit! Maar 'k weet raad ik zal wel eten En zij maakte een begin. Ai heel gauw had 't arme meisje Och, in stroop heusch niets geen zin. Baas de Kat kreeg medelijden Met haar en zei: Leentje Veld, Ga jij eerst nu naar je Moeder, Breng me later maar het geld. Diep beschaamd liep Leentje huiswaarts. Dat ze ook zoo dom kon zijn Eerst was Moeder boos en bromde Och, wat ben je toch nog klein! Maar toen Moeder keek naar Leentje En zij 't stroopgezichtje zag Kon zij toch niet ernstiv blijven. En schoot weldra in den lach. Voortaan opgepast, hoor Leentje, Zei ze, wasch je maar eens vlug. Ik schenk dan de stroop eerst over En jij brengt het geld terug. Leentje beterde haar leven, Was niet graag zoo oliedom. Nooit hoeft zij weer, doet z' een boodschap Voor het gëld nog eens weerom. pold II, koning van België, sprak niet dikwjjls op zeer minzamen toon met nderdanen, doch hield ook veel van rap. a hij nog in de kracht van zijn leven ion hij soms uren lang door de bos- dwalen. slechts vergezeld van een mt, die evenals de koning zelf. ah gekleed was. gebeurde het eens op een mooien dag, dat de koning weer zoo'n boscti ling ondernam en zoowel hjj zelf als etgezel stoffig en warm werden. Ook ze ergen dorst. ten wij even naar gindsche boerderij zei de koning, der zich bekend te maken bestelde de twee glazen melk. boerin, die zeer achterdochtig .was en •ten niet herkende, vroeg zich af, of melk maar niet vooruit zou laten he- Zij mocht er anders eens invliegen, achzelf prevelend haalde zij de melk, ;g warm was en zette haar vóór de i op een tafeltje. Nu het er op aan durfde zij het geld toch niet vragen. *k de beide hoeren evenwel onder- •d en norsch aan. 1 boerin schijnt niet erg in haar hu- te zijn," zed Leopold II in net En gelse h tegen zijn adjudant en deze ant woordde in dezelfde taal. Tntusschen bleef de boerin in de buurt dei gasten. Zij wa s nog steeds bang, dat deze zonder te beta'en zouden heengaan. Eindelijk kwam één der kinderen en zei de vrouw overtuigd, dat de toeristen haai niet verstaan konden in het Vlaamsch: „Blijf hier en zorg, dat ze niet zond et te betalen heengaan. Dien Engelschman met den langen neus vertrouw ik niet al te best. En zij ging even weg om naar haar eten te kijken. De beide gasten zagen elkaar met een blik van verstandhouding aan. Zjj hadden inwendig de grootste pret, doch lieten hier van niets merken. Toen zij hun glazen leeg gedronken hadden en de boerin weer ver schenen was, nam de Koning een gouden munt. waarop zijn beeltenis prijkte, uit zijn beurs en zei: „Uw melk is uitstekend, moeder, en als herinnering aan z'ijn bezoek zal de En gelschman met den langen neus zjjn por tret voor u achterlaten. "Hier is het en tot zien De boerin begreep nu plotseling wien zij vóór zich fusd en stamelde allerlei veront schuldigingen. Zij had wel door den grond willen zinken van schaamte. Lachend verlieten de beide wandelaars de boerderij. Ik had beloofd in October nog prijsraad* seis te geven, dus nu moest het heusch deze week nog gebeuren, anders was hel al November geworden Nu zijn het weer eens allerlei soort raadsels die ik heb gekozen. Jullie moeten ze alle vier oplossen, niet uit kiezen. En je 1 e e f t ij d vermelden, is het goed begrepen? De Redactie L D. vindt het gemakkelijker als ik achter den naam der prijs winnenden zet, hoe oud ze zijn, dus denkt er aan en stuurt alsjeblieft geen brieven zonder naam, je straft er je zelf mee, want dan kan je niet meeloten en mij bezorg je maar last. want dan ga ik zitten kijken en peinzen of ik het schrift of het postpapier soms herken Ko Overduin pas maar goed op, dat de kindercourant nu niet weer verloren raakt< Dikkie van Dijk aan jou hetzelfde ant woord. wat ik net hiervoor schreef. pa9 goed op de kindercourant. Natuurlijk kan je niet goed schrijven als de kleintjes erg stoo- ten aan de tafel Worden de wollen schoen tjes voor Jantje aardig? Klaaske van der Mev hoe is het met je moeder? ik hoop dat zij al beter is als je dit leest. Wel bedankt voor de alleraardig ste kiek. ik zal die in mijn album voor de randseljeugd plakken. Geertruida Kerkvliet, toen ik vroeger op de IToogere Burgerschool ging, kreeg ik ook wel boeken mee van de school bibliotheek, en daar maakte ik graag gebruik van want ik heb altijd veel van lezen gehouden. Annie Pieper je mag gerust meedoen en je behoort voorloopig nog tot de kleineren. Riekie en Jo Minnema zoo. krijgen jullie einde van deze week al herfstvacantie? nu dat bevalt je zeker wel. het is te hopen dat het dan goed weer zal zijn. Dina Leenheer dan had je er niets aan of je met een heeleboel beukenootjes thuis kwam, als ze toch allemaal leeg waren Is kleiDe Loes jou poesje, zorg jij er voor? Siman Leenheer wal een massa dieren hebben jullie, zijn al die duiven en konij nen van jou? zorg je er zelf voor? Gaan je duiven wel eens op reis met een briefje? Jan en Wim van Dijk dank voor de kiek, het is zeker de heele klasse van Jan Heb je er nu zelf ook nog een? Je behoeft enkel het antwoord der raadsels op te schrijven, niet ook nog het raadsel zelf er bij schrij ven. Leen en Janni Schenkeveld o, dan wonen jullie niet te ver van school af, dat is veel waard 's winters en bij slecht weer. dan is 10 minuten al meer dan genoeg. Herman Winterkamp aardig plaatje hoor. Denk er om je naam ook op je brief te zetten nu stond er enkel op het couvert: H W. Aart van de Nadort zoo was die brief met het raadsel van jou. ik meende je schrift te herkennen, maar wist het niet precies Wat een aardig speelse h hondje heb je. och die heel jonge diertjes worden zoo graag aange haald en happen overal in. dat doen ze alle maal. Jo Tijsen houd je niet van handwerken, dat is juist gezellig 's winters als je niet altijd buiten kan zijn en spelen, want een heelen Zondag lezen zou je toch wel gaan vervelen hoor, Pietje Jongeleen hoc was de verjaardag? een vroolijke dag gehad? een nog visile ge had? en prettige cadeautjes? Albert en Jacques Scholtz het raadsel zal ik later eens plaatsen. Cootje Poldervaart hoe prettig dat je naar die avonden op het Volkshuis mag waar over de natuur wordt verteld en er dan pla'.pn bij worden vertoond met de tooverlantaarn. Was je zóó verdiept in je boek. dat je vergat om te schrijven. Margarelha en Cor' Sierag, ik ben blij voor Cor dat hij zijn 8en verjaardag vroolijk vierde. Je nichtje dacht er zeker aan dat je zoo trouw schrijft aan de raadseltante. Jannetje den Hollander ik wist niet of je soms behalve op school, nog wat anders moest le<eren. Ik begrijp dat jullie blij waren te hooren, dat de meester weer op school kan komen. Jantje de Wekker ik vind heel lief wat je mij schrijft over dat werkje voor Sint Nico- laas, dan moet je het maar góed duidelijk beschrijven aan je moeder. Adriaan Bakker ja, de dagen worden koir*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 17